Schriftelijke vragen : Het wederom sluiten van een gedeelte van het Kroondomein ’t Loo
Vragen van de leden Vestering en Wassenberg (PvdD) aan de Minister voor Natuur en Stikstof over het wederom sluiten van een gedeelte van het Kroondomein ’t Loo (ingezonden 15 september 2022).
Vraag 1
Kent u het bericht «Het Kroondomein gaat even dicht, maar «niet omdat de Koning wil
jagen»»?1
Vraag 2
Heeft u kennisgenomen van de stelling van de Koning dat hij maximaal een halve dag
per jaar zou jagen, volgens zijn rentmeester?
Vraag 3
Is de stelling van de rentmeester waar en kunt u die bevestigen en voor uw verantwoording
nemen? Zo nee, waarom niet? Zo ja, waarop baseert u zich?
Vraag 4
Kunt u aangeven waarom grote delen van het Kroondomein ruim drie maanden gesloten
worden terwijl de Koning daar slechts, volgens zijn rentmeester, enkele uren zou jagen?
Vraag 5
Kunt u aangeven waarom uitvoering van het faunabeheerplan in het Kroondomein langdurige
sluiting van het gebied zou vereisen of rechtvaardigen, waar dat in alle andere natuurgebieden
niet het geval is? Kunt u het verschil duiden op niet mis te verstane wijze?
Vraag 6
Erkent u dat jacht en/of populatiebeheer de rust van de natuur verstoort? Zo nee,
waarom niet? Zo ja, hoe passen jacht en/of populatiebeheer in een natuurgebied, en
zeker één met rustgebieden?
Vraag 7
Erkent u dat de toenmalige Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit in 2021
stelde dat het Kroondomein jaarlijks drie maanden op slot ging vanwege de «persoonlijke
levenssfeer» van de Koning? Zo ja, deelt u de mening dat de persoonlijke levenssfeer
geen wettelijke grond biedt tot het sluiten van duizenden hectares van het Kroondomein
voor ruim drie maanden tijdens het jachtseizoen? Zo nee, waarom niet?2
Vraag 8
Erkent u dat in 2016 de Koninklijke jacht als reden voor het sluiten van het Kroondomein
werd genoemd, zoals te lezen valt uit de nota van het Ministerie van Landbouw, Natuur
en Voedselkwaliteit? Zo nee, waarom niet? Deelt u de mening dat het uitoefenen van
de Koninklijke jacht geen belang is dat een grond mocht vormen voor het verlenen van
vrijstelling van de openstellingsverplichting die voor iedere andere terreinbeheerder
geldt? Zo nee, waarom niet?2, 3
Vraag 9
Bent u het ermee eens dat het sluiten van het Kroondomein tegen de wens van de Tweede
Kamer is, gezien de aangenomen motie van het lid Arissen uit 2018, die oproept om
het Kroondomein jaarrond open te stellen? Zo nee, waarom niet?4
Vraag 10
Herinnert u zich dat de Tweede Kamer de Koning vorig jaar opnieuw heeft opgeroepen
om het Kroondomein jaarrond open te houden? Zo ja, bent u bereid om de Koning alsnog
te verzoeken het Kroondomein jaarrond open te stellen? Zo nee, waarom niet?5
Vraag 11
Deelt u de mening dat de Koning onterecht subsidie heeft ontvangen voor de vorige
subsidieperiode, nu in de begrotingswet voor het Ministerie van Economische Zaken
en Klimaat 2016, uitdrukkelijk bepaald is dat de Minister slechts bevoegd was om de
Kroondrager te subsidiëren onder dezelfde voorwaarden als die golden voor gesubsidieerden
onder de Subsidieverordening Natuur- en Landschapsbeheer (SVNL) Gelderland 2016, dus
met een openstellingsverplichting? Zo nee, waarom niet? Zo ja, bent u bereid om de
subsidie van vorige periode terug te vorderen?
Vraag 12
Kunt u aangeven hoeveel natuurbeheersubsidie er wordt verstrekt per hoeveel hectare
natuur-en landschapstype en welke concrete activiteiten hiermee worden gesubsidieerd
voor de periode van 2022–2027?
Vraag 13
Kunt u aangeven hoeveel natuurbeheersubsidie er in de voorafgaande subsidieperiode
(2016–2021) werd verstrekt per hoeveel hectare natuur-en landschapstype en welke concrete
activiteiten hiermee werden gesubsidieerd? Wat zijn de verschillen in natuurbeheer
en/of in de natuur- en landschapsbeheertypen en waarom is er gekozen voor verschillend
beheer en/of verschillende typen?
Vraag 14
Kunt u aangeven hoeveel subsidie er gaat en ging naar agrarisch natuurbeheer voor
hoeveel hectare en welke type agrarisch natuurbeheer en welke concrete activiteiten
in zowel de subsidieperiode van 2022–2027, als de voorafgaande subsidieperiode (2016–2021)
hiermee zijn gesubsidieerd?
Vraag 15
Kunt u aangeven wat de verschillen zijn tussen de huidige agrarische natuurbeheersubsidies
en de activiteiten die hiermee ontwikkeld worden en de voorafgaande subsidieperiode
(2016–2021)?
Vraag 16
Kunt u uitleggen waarom in deze subsidieperiode gebruik is gemaakt van geïndexeerde
tarieven, terwijl in de voorafgaande periode gebruik werd gemaakt van niet-geïndexeerde
tarieven en wat de budgettaire gevolgen hiervan zijn?
Vraag 17
Kunt u aangeven wat de exacte directe en indirecte bijdrage is van het Rijk aan de
betaling van het Koninklijk jachtdepartement en hoe die te rechtvaardigen is, gelet
op het ene dagdeel dat de Koning zou jagen in het kroondomein? Hoe verhouden de kosten
voor de uitvoering van «faunabeleid» zich tot die in bijvoorbeeld de terreinen van
Staatsbosbeheer, gerelateerd aan de oppervlakte van het terrein?
Vraag 18
Kunt u deze vragen beantwoorden binnen de wettelijke termijn of tenminste vóór de
behandeling van de begroting van de Koning?
Indieners
-
Gericht aan
Ch. van der Wal-Zeggelink, minister voor Natuur en Stikstof -
Indiener
L. Vestering, Tweede Kamerlid -
Medeindiener
F.P. Wassenberg, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.