Schriftelijke vragen : Het bericht dat Shell en ExxonMobil de Nederlandse Aardoliemaatschappij (NAM) in de verkoop zetten

Vraag 1

Bent u bekend met het bericht dat Shell en ExxonMobil de Nederlandse Aardoliemaatschappij
(NAM) willen verkopen?1

Vraag 2

Wanneer bent u door Shell en/of ExxonMobil op de hoogte gebracht over het voornemen
om de NAM te verkopen?

Vraag 3

Is bij u bekend waarom Shell en ExxonMobil de NAM op dit moment willen verkopen?

Vraag 4

Welke invloed heeft u op een eventuele verkoop van de NAM door Shell en ExxonMobil
aan een andere partij?

Vraag 5

Kunt u aangeven of en, zo ja, welke gevolgen een verkoop kan hebben voor het nakomen
van de verplichtingen van de NAM met betrekking tot de herstel- en versterkingsoperatie
in Groningen?

Vraag 6

Klopt het dat Shell en ExxonMobil op grond van het Akkoord op Hoofdlijnen garanties
hebben verstrekt voor het aandeel van de NAM in de verplichtingen ten aanzien van
betalingen voor de schadeafhandeling en de versterkingsopgave, dat deze garanties
gelden tot het beëindigen van de gaswinning uit het Groningenveld en dat Shell en
ExxonMobil contractueel verplicht zijn om passende zekerheden te bieden?

Vraag 7

Welke gevolgen heeft een verkoop van de NAM op deze garanties en de verplichting tot
het bieden van passende zekerheden? Gelden deze verplichtingen ook voor de partij
die de NAM van Shell en ExxonMobil koopt?

Vraag 8

Op welke wijze zult u ervoor zorgen dat een verkoop er niet toe leidt dat de NAM zich
op welke wijze dan ook aan deze verplichtingen onttrekt?

Vraag 9

In hoeverre kan de verkoop van de NAM effecten hebben op de leveringszekerheid, bijvoorbeeld
daar waar het gaat om het beheer van de gasopslagen die eigendom zijn van de NAM?

Vraag 10

Welke gevolgen zal een verkoop van de NAM door Shell en ExxonMobil hebben voor het
Norg Akkoord en de daarin overeengekomen afspraken?

Toelichting:

Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid Boulakjar
(D66), ingezonden 7 september 2022 (vraagnummer 2022Z16357).