Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van Haga over de toename van het aantal plofkraken
Vragen van het lid Van Haga (Groep Van Haga) aan de Minister van Justitie en Veiligheid inzake de toename van het aantal plofkraken (ingezonden 15 augustus 2022).
Antwoord van Minister Yeşilgöz-Zegerius (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 30 augustus
2022).
Vraag 1
Bent u bekend met de berichtgeving over de zorgelijke toename van het aantal plofkraken,
die gepaard gaan met heftige explosies en buurtbewoners die nabij geldautomaten wonen
in angst doen leven?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Heeft u de bereidheid om te onderzoeken hoe daders van plofkraken harder aangepakt
kunnen worden met strengere straffen? Graag een gedetailleerd antwoord met concrete
oplossingen.
Antwoord 2
Per 1 mei 2018 is de strafvorderingsrichtlijn ram- en plofkraken van het Openbaar
Ministerie aangescherpt. Reden hiervoor is de ernstige gevaarzetting van dit delict
en de hoge impact op de veiligheidsgevoelens binnen de samenleving. Het nieuwe uitgangspunt
van de strafeis bij een plofkraak is 24 maanden gevangenisstraf. Indien sprake is
van een geldautomaat in een gebouw waarin ook woningen zijn gesitueerd, kan een gevangenisstraf
van 48 maanden worden geëist. Verder kunnen de omvang van de schade en/of de buit,
het georganiseerd verband en eventuele gevolgen voor slachtoffers reden zijn de strafeis
nog verder te verhogen. De officier van justitie heeft daarmee voldoende mogelijkheden
om passende sancties op te eisen, waarbij hij per zaak maatwerk kan toepassen.
Vraag 3
Heeft u de bereidheid om met gemeenten en banken te kijken naar andere veiligheidsmaatregelen
die ten aanzien van geldautomaten genomen kunnen worden, bijvoorbeeld het inpandig
maken van geldautomaten? Graag een gedetailleerd antwoord.
Antwoord 3
Na een significante stijging van het aantal plofkraken in Nederland in 2019 zijn tijdens
twee Bestuurlijke Overleggen, d.d. 16 december 2019 en 30 januari 2020, verschillende
maatregelen afgesproken en in gang gezet om plofkraken tegen te gaan.2 De maatregelen zien op: 1. het waardeloos maken van de buit, 2. de verplaatsing van
geldautomaten in gevels van woningen en/of wooncomplexen en 3. de continuering van
de opsporing en vervolging van daders en de intensivering van de publiek-private samenwerking.
Mede door deze maatregelen is het aantal plofkraken de afgelopen jaren gedaald. In
2019 was het aantal plofkraken 95, waarvan 72 met explosieven. In 2020 is dat aantal
gedaald tot 42, waarvan 30 met gebruik van (zware) explosieven. Het aantal aanvallen
op geldautomaten daalde in 2021 verder naar 20, waarvan 12 met gebruik van (zware)
explosieven.3 Het beeld van 2022 is vooralsnog dat de daling wordt voortgezet: dit jaar hebben
tot 26 augustus tien plofkraken plaatsgevonden, waarvan negen met (zware) explosieven.
Het is – los van de daling van de aantallen plofkraken – zorgelijk dat criminelen
zware en/of zelf gemaakte explosieven gebruiken.
Zoals in de brief aan uw Kamer4 vermeld, blijft het belangrijk om dit fenomeen te monitoren om eventuele verschuivingen
en of nieuwe ontwikkelingen aan te pakken. De dialoog hierover wordt met de relevante
samenwerkingspartners voortgezet.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
D. Yesilgöz-Zegerius, minister van Justitie en Veiligheid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.