Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Hammelburg over de zorgwekkende situatie rondom de FSO Safer olietanker in Jemen
Vragen van het lid Hammelburg (D66) aan de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking over de zorgwekkende situatie rondom de FSO Safer olietanker in Jemen (ingezonden 8 juni 2022).
Antwoord van Minister Schreinemacher (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking)
(ontvangen 30 augustus 2022).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht van Trouw over de zorgwekkende situatie rondom de FSO
Safer olietanker in Jemen?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Wat is de huidige stand van zaken met betrekking tot deze situatie?
Antwoord 2
De situatie is helaas niet significant veranderd ten opzichte van het artikel in Trouw
van 11 mei jl.
Vraag 3
Welke stappen heeft Nederland ondernomen met betrekking tot de aanjagende en ondersteunende
rol die het kabinet eerder aannam?
Antwoord 3
Het voorkomen van een dergelijke ramp is (en blijft) een van de prioriteiten van het
Nederlandse Jemenbeleid. De VN coördineert de internationale aanpak van de Safer en
Nederland speelt daar (samen met andere landen) een aanjagende en ondersteunende rol
in. Nederland vervult die rol door internationaal aandacht te vragen voor de Safer,
zich actief in te zetten voor de donormobilisatie. Zo heeft Nederland op 11 mei jl.
samen met de VN een (virtuele) internationale donorconferentie georganiseerd. Bovendien
brengt Nederland deze kwestie veelvuldig op in bilaterale contacten, onder andere
met de Verenigde Staten en Saudi Arabië, en in multilaterale fora, zowel in EU- als
in VN- en OESO-verband, ook op politiek niveau. Ook draagt Nederland zelf EUR 7,5
mln bij aan deze VN-geleide oplossing.
Vraag 4
Hoe beoordeelt u de constatering in het bericht van Trouw dat er ruim 135 miljoen
euro nodig is voor de bergingsoperatie, terwijl er op dit moment maar 38 miljoen euro
beschikbaar is? Klopt het dat dit bedrag onvoldoende is om in ieder geval te kunnen
beginnen met de berging?
Antwoord 4
De virtuele donorconferentie van 11 mei jl. was een goede start van het donorwervingsproces.
Inmiddels is er zo’n USD 65 miljoen beschikbaar, waaronder USD 10 miljoen van de Verenigde
Staten en USD 10 miljoen van Saudi-Arabië. Het klopt dus dat het beschikbare bedrag
op dit moment onvoldoende is. Nederland blijft zich de komende tijd samen met andere
donoren inzetten om het benodigde bedrag bijeen te krijgen.
Vraag 5
Onderschrijft u de conclusie dat bij het uitblijven van een bergingsoperatie er zich
een van de grootste milieurampen van de eeuw zal voltrekken in Jemen, waardoor ruim
200.000 vissers uit Jemen hun voornaamste bron van levensonderhoud zullen verliezen
en er ongekende schade zal worden toegebracht aan het milieu, die naar schatting 19
miljard zal kosten om op te ruimen?
Antwoord 5
Ja. Nederland is zich bewust van de urgentie van de dreigende potentiële olieramp
veroorzaak door de FSO Safer alsook de verstrekkende ecologische, humanitaire en economische
gevolgen voor Jemen en de Rode Zee-regio in het geval van een olieramp veroorzaakt
door de olieopslagtanker Safer. Daarom zet Nederland zich actief in om dit te voorkomen.
Vraag 6
Onderkent u de urgentie van het bergen van de olietanker met het oog op het voorkomen
van een milieuramp?
Antwoord 6
Ja.
Vraag 7
Op welke termijn verwacht u dat de olietanker kan worden geborgen?
Antwoord 7
Dat is afhankelijk van wanneer er voldoende middelen beschikbaar zijn om de operatie
te starten en af te ronden.
Vraag 8
Wat is de huidige stand van zaken over de voorziene aanpak van de VN, waarbij de olie
overgepompt zou worden naar een vervangende tanker?
Antwoord 8
De VN heeft een projectvoorstel opgesteld en de betrokken partijen hebben hiermee
ingestemd. Momenteel wordt gepoogd het benodigde bedrag bijeen te krijgen om de operatie
te kunnen financieren.
Vraag 9
Hoe staat het verder met het contingency plan mocht een olieramp zich toch volstrekken?
Antwoord 9
Er zijn meerdere scenario’s denkbaar die elk een eigen respons vereisen en de VN in
samenwerking met IMO houdt hier rekening mee. Vooralsnog gaat de aandacht voornamelijk
uit naar het voorkomen van een olieramp.
Vraag 10
Zitten bij de overige private partijen in wiens bezit de olie en de tanker deels zijn,
waarnaar u heeft verwezen op 21 maart2, internationale oliebedrijven die kunnen worden opgeroepen bij te dragen aan een
spoedige oplossing en berging?
Antwoord 10
Zoals ook aangegeven in de beantwoording van de Kamervragen van 21 maart jl. is de
olie in de Safer juridisch gezien voor het overgrote deel eigendom van de Jemenitische
overheid en voor het overige deel van verschillende private partijen. De exacte private
eigenaren van het overige deel zijn echter lastig vast te stellen omdat een deel van
de olie mogelijk is doorverkocht. De VN tracht dit momenteel te achterhalen. Overigens
hangt de waarde van de olie af van de kwaliteit. Het is momenteel niet mogelijk om
de kwaliteit van de olie vast te stellen.
Vraag 11
Op welke manier hebben deze oliebedrijven betrokkenheid getoond in de berging van
de Safer? Is er bijvoorbeeld sprake van financiële steun aan het vinden van een oplossing
of deze zeer urgente berging?
Antwoord 11
Vooralsnog zijn er bij Nederland geen donaties vanuit de oliesector bekend.
Vraag 12
In hoeverre is er door de Nederlandse regering en andere regeringen aan deze bedrijven
gevraagd om een bijdrage te leveren aan het verbeteren van deze zorgwekkende situatie?
Antwoord 12
Nederland, andere landen en de VN en hebben de private sector benaderd, waaronder
oliebedrijven en scheepvaartbedrijven, en hen verzocht om bij te dragen. Inmiddels
heeft het Jemenitische bedrijf HSA Group aangegeven USD 1,2 mln bij te willen dragen.
Vraag 13
Op welke concrete manier gaat u zich inzetten om de berging van de SFO Safer zo snel
mogelijk te realiseren en de voorziene aanpak van de VN zo goed mogelijk te bevorderen?
Antwoord 13
Nederland zal deze kwestie actief blijven opbrengen in bilaterale contacten met (potentiële)
donoren, in multilaterale fora en bij de private sector in de hoop dat meer landen
zullen bijdragen en dat landen die reeds bijdragen, hun bijdrage zullen verhogen.
Daarbovenop steunt Nederland de (sociale)mediacampagne van de VN, gericht op het genereren
van private donaties.
Vraag 14
Kunt u deze vragen afzonderlijk beantwoorden?
Antwoord 14
Ja.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E.N.A.J. Schreinemacher, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.