Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Romke de Jong over de hoogte van de thuiswerkvergoeding
Vragen van het lid Romke de Jong (D66) aan de Staatssecretaris van Financiën over de hoogte van de onbelaste thuiswerkvergoeding (ingezonden 8 juli 2022).
Antwoord van Staatssecretaris Van Rij (Financiën – Fiscaliteit en Belastingdienst)
(ontvangen 29 augustus 2022).
Vraag 1
Bent u het ermee eens dat de onbelaste thuiswerkvergoeding een belangrijke rol speelt
in het tegemoetkomen van werknemers in de kosten die zij maken wanneer zij ervoor
kiezen om vanuit huis te werken?
Antwoord 1
De onbelaste thuiswerkvergoeding maakt onderdeel uit van diverse gerichte vrijstellingen
in de loonheffing die het mogelijk maken om werknemers onbelast bepaalde zakelijke
kosten te vergoeden, verstrekken of ter beschikking te stellen zonder dat dit ten
koste gaat van de vrije ruimte. Met de onbelaste thuiswerkvergoeding wordt werkgevers
ruimte geboden om tot een bepaald bedrag thuiswerkkosten van werknemers vrij van loonheffingen
te vergoeden. Werkgevers bepalen vervolgens zelf of zij hun werknemers tegemoet willen
komen in de kosten die deze werknemers maken in verband met thuiswerken.
Vraag 2
Bent u het ermee eens dat de onbelaste thuiswerkvergoeding ook een tegenhanger is
van de onbelaste reiskostenvergoeding die volgend jaar vanwege de stijgende brandstofkosten
wordt verhoogd?
Antwoord 2
De onbelaste thuiswerkvergoeding en de onbelaste reiskostenvergoeding zijn fiscale
faciliterende regelingen voor situaties waarin een werknemer zakelijke kosten maakt
en deze door zijn werkgever vergoed krijgt. Welke regeling bij een werknemer het beste
past hangt af van zijn situatie.
Vraag 3
Welke maatschappelijke baten van thuiswerken ziet u, zoals het besparen van energie
en brandstof door het beperken van reisbewegingen, waardoor ook files en overvolle
treinen worden voorkomen?
Antwoord 3
Hybride werken (de combinatie van thuiswerken en werken op locatie, zoals kantoor)
waar dat kan, is een positieve ontwikkeling. Het brengt voordelen met zich mee voor
werkgevers en werkenden en past in een moderne cultuur, waarbij we van een aanwezigheidscultuur
gaan naar outputgericht werken en vertrouwen. Hybride werken biedt ook kansen om maatschappelijke
doelen te realiseren, zoals vermindering van CO2-uitstoot, piekbelasting in het openbaar vervoer, krapte op de huizenmarkt en een
goede werk-privé balans. Op 20 juni jl. heeft de Minister van SZW, namens het kabinet,
een Kamerbrief1 verzonden met een beleidsreactie op het advies van de Sociaal Economische Raad (SER)
over de toekomst van het hybride werken. In deze brief komen de baten van hybride
werken uitgebreid aan bod en wordt bovendien ingegaan op de voornemens van het kabinet
om werkgevers en werknemers te ondersteunen bij het vormgeven van het hybride werken,
via een Agenda voor de toekomst van hybride werken.
Vraag 4
Acht u de Nibud-berekening uit augustus 2021 om de kosten van thuiswerken te schatten
en zo de hoogte van de maximale onbelaste thuiswerkvergoeding vast te stellen verouderd,
gezien de sterk gestegen prijzen om een huis te verwarmen?
Antwoord 4
In het rapport van augustus 20212 heeft het Nibud, in opdracht van het Ministerie van Financiën, berekend dat de gemiddelde
kosten om thuis te werken ongeveer € 2 per werkdag per persoon bedragen. In maart
2022 heeft het Nibud op eigen initiatief berekend dat thuiswerken door de gestegen
energieprijzen duurder is geworden. De gemiddelde kosten om thuis te werken bedragen
nu ongeveer € 3,05 per werkdag per persoon.3
Vraag 5
Wat is uw reactie op de berekening van het Nibud uit maart 2022, die de totale kosten
per werkdag op 3,05 euro schat in plaats van de 2,00 euro die zij in augustus 2021
berekenden?4
Antwoord 5
De berekening van het Nibud van augustus 2021 is gebruikt bij invoering van de onbelaste
thuiswerkvergoeding. In de wet is vastgelegd dat dit bedrag vervolgens jaarlijks wordt
geïndexeerd aan de hand van de tabelcorrectiefactor. Daarmee wordt rekening gehouden
met de inflatie. Dit zal bij de onbelaste thuiswerkvergoeding voor het eerst per 1 januari
2023 plaatsvinden. De tabelcorrectiefactor komt naar verwachting uit op 1,063, waardoor
de vrijstelling per 1 januari 2023 – zonder rekening te houden met eventuele afronding
– verhoogd zal worden naar € 2,13.
Vraag 6
Bent u bereid het Nibud te verzoeken een geactualiseerde berekening te maken?
Antwoord 6
Het Nibud draagt zelf zorg voor de actualisering van de berekening. Bij de periodieke
evaluatie van deze regeling zal bekeken worden of het forfait nog strookt met de gemiddelde
werkelijke kosten die werknemers in de praktijk maken. Het kabinet zal de evaluatie
van de thuiswerkvrijstelling meenemen in de evaluatie van de WKR die gepland staat
voor 2023/2024.
Vraag 7
Bent u bereid in het belastingplan 2023 maatregelen op te nemen om de onbelaste thuiswerkvergoeding
weer in lijn te brengen met het geactualiseerde kostenplaatje voor thuiswerkers?
Antwoord 7
Zoals in antwoord 5 aangegeven, is in de wet vastgelegd dat de onbelaste thuiswerkvergoeding
jaarlijks wordt geïndexeerd aan de hand van de tabelcorrectiefactor. Daarmee wordt
rekening gehouden met de inflatie. In de jaarlijkse Bijstellingsregeling directe belastingen
zal uitvoering gegeven worden aan de betreffende indexeringsvoorschriften.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M.L.A. van Rij, staatssecretaris van Financiën
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.