Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid van Haga over medicatie tegen druk op de gezondheidszorg
Vragen van het lid Van Haga (Groep Van Haga) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over medicatie tegen druk op de gezondheidszorg (ingezonden 15 juli 2022).
Antwoord van Minister Kuipers (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 18 augustus
2022). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2021–2022, nr. 3645.
Vraag 1
Bent u op de hoogte van het interview met Pfizer CEO Bourla waarin hij zegt dat de
huidige versie van het Comirnaty-vaccin niet meer dezelfde bescherming biedt tegen
Omikron als tegen vorige varianten en dat Pfizer afgelopen maart met een update zou
komen, maar dat er pas recent een rolling review door het Het Europees Geneesmiddelenbureau
(EMA) voor deze update is gestart?1, 2
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Bent u op de hoogte dat Pfizer begin dit jaar een nieuw antiviraal middel op de markt
heeft gebracht met een variant-aspecifieke effectiviteit van 87% tegen COVID-19-ziekte
en dat het middel in de VS groot wordt ingekocht zodat het voor iedereen beschikbaar
is?3
Antwoord 2
Ja.
Vraag 3
Heeft u kennisgenomen van het bericht van de Duitse Minister van Volksgezondheid Lauterbach
waarin hij zegt het middel in te willen zetten bij huisartsen in de vroegbehandeling
om risicogroepen te beschermen?4
Antwoord 3
Ja.
Vraag 4
Kunt u uitleggen waarom er van dit door de EMA goedgekeurde medicijn (Paxlovid) slechts
één link op de website van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM)
te vinden was en waarom het middel voor de Nederlandse markt nog niet beschikbaar
is?5
Antwoord 4
Het aantal links op een website vind ik niet zo relevant, het gaat om de beschikbare
informatie die achter een link zit. Op de website van het College ter Beoordeling
van Geneesmiddelen staat ook informatie over de COVID-geneesmiddelen, deze kunt u
vinden via Externe link:https://www.cbg-meb.nl/zoeken?trefwoord=paxlovid.
Paxlovid is helaas nog niet voor de Nederlandse markt beschikbaar omdat de firma Pfizer
het niet via de reguliere weg op de Nederlandse markt wil aanbieden. Om Paxlovid toch
voor Nederlandse patiënten beschikbaar te maken neem ik deel aan de gezamenlijke Europese
inkoopprocedure. Over de voortgang van deze en andere onderhandelingen voor COVID-behandelingen
informeer ik uw Kamer regelmatig, zie ook mijn antwoord op vraag 8. Voor de onderhandeling
over Paxlovid geldt dat de laatste stand van zaken is dat deze helaas nog niet zijn
afgerond.
Vraag 5
Kunt u uitleggen waarom de enige pagina waar iets over het medicijn Paxlovid op de
site van het RIVM te lezen viel, is verwijderd en deze informatie nog wel op een recente
archiefversie is te vinden? Wilt u de informatie terug laten zetten? Zo niet, waarom
niet?6
Antwoord 5
De inrichting van de website van het RIVM is niet aan mij. Ik wil u er in ieder geval
op wijzen dat er veel openbare informatie beschikbaar is over Paxlovid op de website
van het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen (Externe link:https://www.cbg-meb.nl/onderwerpen/medicijninformatie-medicijn-tegen-co…) en op de website van de Stichting Werkgroep Antibioticabeleid, waar behandelrichtlijnen
voor COVID-19 worden gepubliceerd.
Vraag 6
Vindt u het niet ook verstandig – gezien de lage effectiviteit en kortere beschermingsduur
van de huidige vaccins en de onzekerheid over het tijdig beschikbaar komen van nieuwe
vaccins, om net als in Duitsland te zorgen voor tijdige en voldoende voorraden van
deze medicatie voor de huisartsen om zo tenminste de kwetsbare populatie te kunnen
beschermen, zeker nu ook is gebleken dat dat eerder met hervaccinatie niet voldoende
is gelukt?
Antwoord 6
Ik deel uw opmerking over de lage effectiviteit en korte beschermingsduur van de huidige
vaccins niet. Vaccinaties beschermen wel degelijk tegen een ernstig ziekteverloop
en mogelijke ziekenhuisopname. Op 2 augustus heeft het RIVM een nieuwe rapportage7 over COVID-19-ziekenhuisopnames en de vaccinatiestatus van de opgenomen patiënten
gepubliceerd. In de afgelopen acht weken hadden personen van 12 jaar en ouder die
de basisserie en booster gekregen hebben een 49% lager risico op ziekenhuisopname
dan personen die niet gevaccineerd zijn. Voor personen met een herhaalprik is dit
risico 58% lager. Voor IC-opname is dit risico respectievelijk 69% en 71% lager. De
bescherming van vaccinaties is daarmee nog steeds erg goed tegen ziekenhuisopname
en op de IC.
Daarnaast heb ik al meerdere keren geïnformeerd dat zowel ik als mijn voorgangers
maximaal inzetten op het beschikbaar maken van nieuwe COVID-geneesmiddelen in Nederland.
Dat zal ik ook blijven doen, zoals toegelicht in de recente visie op het COVID beleid
(Kamerbrief over lange termijn aanpak COVID-19), die op 1 april jl. met uw Kamer is
gedeeld.
Vraag 7
Kunt u bevestigen dat er een proef voor het middel Paxlovid loopt bij huisartsen ten
behoeve van de inzet in de vroegbehandeling, en zo ja, kunt u de Kamer informeren
wie deze proef coördineert, wanneer deze proef is afgerond en waar de voortgang kan
worden gemonitord?
Antwoord 7
Ik kan bevestigen dat ZonMw uitgebreid heeft gesproken met het Consortium Huisartsgeneeskunde
over een mogelijke studie naar de inzet van Paxlovid. Ik heb dit studievoorstel altijd
met positieve grondslag gevolgd. De meest recente stand van zaken is dat het studievoorstel
is ingetrokken, mede wegens complexiteiten bij de studieopzet.
Vraag 8
Kunt u bevestigen dat er voor dit middel en voor andere middelen op EU-niveau met
Pfizer wordt onderhandeld? Zo ja, kunt u de Kamer informeren over de status daarvan
en kunt u uitleggen waarom de Nederlandse regering niet rechtstreeks onderhandelt
nu dit antivirale middel gezien een mogelijk opnieuw tegenvallen van de werkzaamheid
en/of beschikbaarheid van de vaccins tegen nieuwe varianten een belangrijke functie
op epidemiologisch niveau kan vervullen, vooral nu er volgens het RIVM een nieuwe
golf aan zit te komen?
Antwoord 8
Zoals ik in het antwoord op de vierde vraag aangaf, wordt er inderdaad op EU-niveau
onderhandeld over dit middel. De firma biedt dit middel helaas nog niet aan via de
reguliere route, wat de snelste en veiligste manier zou zijn om het middel bij patiënten
te krijgen. Zolang Pfizer ervoor kiest om andere belangen boven het patiëntenbelang
te stellen, zal ik er alles aan doen om het middel alsnog via centrale inkoop beschikbaar
te maken, maar wel alleen tegen acceptabele inkoopvoorwaarden. Deze informatie en
de details over de onderhandelingen, alsook de reden dat ik heb gekozen voor een Europese
onderhandeling, heb ik reeds meermaals met uw Kamer gedeeld, waaronder in de Verzamelbrief
COVID-19 (14 juli 2022)8, Kamerbrief met nadere uitwerking lange termijn aanpak COVID-19 (13 juni 2022)9, Kamerbrief over de stand van zaken COVID-19 (30 mei 2022)10, antwoorden op Kamervragen over het bericht «Annelies zit al twee jaar in isolatie,
maar Nederland is traag met medicatie voor kwetsbaren» (13 mei 2022)11, antwoorden op Kamervragen over coronamedicatie voor kwetsbaren (9 mei 2022)12, antwoorden op Kamervragen over 4e incidentele suppletoire begroting 2022 VWS (4 april
2022)13, Kamerbrief over lange termijn aanpak COVID-19 (1 april 2022)14, Kamerbrief over verslag Schriftelijk Overleg VSO informele EU-Informele Gezondheidsraad
10 februari 2022 (21 maart 2022)15, Stand van Zakenbrief COVID-19 (15 februari 2022)16, Stand van zakenbrief COVID-19 (14 december 2021)17, in het commissiedebat over langere termijn coronabeleid (16 juni 2022)18, en het commissiedebat over ontwikkelingen rondom het coronavirus (19 april 2022)19.
Vraag 9
Kunt u uitleggen waarom het RIVM wél het indirecte en uitgestelde effect van het vaccineren
van miljoenen jongeren op de R modelleerde (een modellering met prognose die geen
stand houdt nu de vaccins nauwelijks nog tegen besmetting en transmissie beschermen),
maar het RIVM nu níet het directe effect modelleert van werkzame medicatie zoals Paxlovid
op het verminderen van de druk op de (intensieve) zorg zoals dat bijvoorbeeld in dit
bijgevoegde onderzoek wel gebeurt, zodat het nu onbekend is of een brede inzet van
dit middel bij de kwetsbare populatie kan zorgdragen voor een ontlasting van de (intensieve)
zorg zonder dat daar ingrijpende en maatschappij-ontwrichtende non-medische interventies
voor nodig zijn?20, 21, 22
Antwoord 9
Het RIVM heeft de directe effecten berekend van antivirale medicatie en deze op 24 december
2021 met VWS gedeeld. Het RIVM heeft eerder ook een scenarioanalyse gemaakt van het
vaccineren van jongeren, dit betrof geen prognose.
Vraag 10
Bent u het eens met de stelling dat als goedgekeurde medicatie de druk op de zorg
zodanig kan helpen verlichten en kwetsbare mensen kan beschermen waar de vaccins dat
niet doen, dat met die medicatie ook maatschappij-ontwrichtende maatregelen kunnen
worden voorkomen en dat de effectiviteit tegen ziekenhuisopname en IC-opname in de
RIVM-analyses moet worden meegewogen? Indien het antwoord bevestigend is, wilt u het
RIVM opdragen om de effectiviteit van deze medicatie ten behoeve van de verlichting
van de druk op de zorg in haar modellen te integreren en daar op korte termijn over
aan de Kamer te berichten? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 10
Ik heb al aangegeven dat ik uw analyse over de vermeende niet-werkzaamheid van vaccins
niet deel. Daarnaast heb ik ook aangegeven dat ik mij inspan om geneesmiddelen voor
de behandeling van COVID-19 breed beschikbaar te maken.
Ik heb het RIVM al eerder verzocht om mogelijke effecten van brede toepassing van
Paxlovid en Lagevrio te onderzoeken. Hier ben ik op 24 december 2021 over geïnformeerd,
met de kanttekening dat het onderzoek ging over de periode waarin de Delta-variant
in Nederland heersend was en er nog weinig peer-reviewed informatie over de betreffende
middelen beschikbaar was, waarna ik met het veld het gesprek ben aangegaan over de
bevindingen uit deze rapportage.
Aangaande modellen van het RIVM: veranderingen in kans op ziekenhuisopname of ligduur
in het ziekenhuis zoals die het resultaat kunnen zijn van het gebruik van andere,
nieuwe medicatie of betere behandeling worden meegenomen in de berekeningen.
Vraag 11
Bent u bekend met de modelstudie uit Qatar (zie voetnoot 9), waarin met cijfers uit
de VS en Frankrijk diverse prognoses zijn gedaan en er een duidelijke conclusie is
dat de behandeling van met name oudere leeftijdsgroepen een enorme vermindering op
de druk op de klinische en intensieve zorg levert?
Antwoord 11
Ja, daar ben ik mee bekend. Het is verder niet aan mij om deze studie te duiden.
Vraag 12
Bent u het eens met de stelling dat als een gerichte preventieve en therapeutische
behandeling van mensen die geen baat meer vinden bij nauwelijks nog werkende vaccins,
ook op epidemiologisch niveau de druk op de zorg kan verlichten, dat dat de voorkeur
verdient boven het afkondigen van slechts ziektegolf-vertragende lockdowns, schoolsluitingen
en avondklokken, maatregelen die misschien even de zorg ontlasten maar onherstelbare
schade kunnen opleveren voor de hele samenleving terwijl ze de kwetsbare groepen ook
niet echt tegen ernstige ziekte beschermen?
Antwoord 12
Ik deel uw analyse niet. Ter bestrijding van de pandemie wordt ingezet op een breed
scala aan beschermende maatregelen, waaronder vaccinatie, inzet van geneesmiddelen,
beschermende hulpmiddelen en de basisadviezen.
Toen de epidemiologische situatie hiertoe noopte, zijn er ook contactbeperkende maatregelen
ingezet ter bestrijding van de pandemie; momenteel zijn er geen contactbeperkende
maatregelen van kracht. In het coronabeleid voor de lange termijn staan de volgende
twee doelen centraal: 1) sociaal-maatschappelijke en economische continuïteit/vitaliteit,
en 2) toegankelijkheid van de gehele zorgketen voor iedereen. Bij het bewerkstelligen
van deze twee doelen zal er voortdurend gekeken worden welke maatregelen en interventies,
alsook preventieve dan wel therapeutische behandelingen waarover u in uw vraag rept,
hiervoor geschikt zijn. Hierbij worden we geadviseerd door zowel het OMT, als het
nieuw op te richten Maatschappelijk Impact Team (MIT).
Vraag 13
Wilt u de in de studie uit Qatar (voetnoot 9) genoemde modellen door het RIVM laten
onderzoeken en toepassen en de Kamer de uitkomsten over de te verwachten werkzaamheid
van genoemde medicatie op epidemiologisch niveau laten weten?
Antwoord 13
Zie antwoord op vraag 10. Mocht ik een nieuwe uitvraag doen dan zal het RIVM uiteraard
de huidige stand van de wetenschappelijke literatuur meenemen in haar berekeningen.
Vraag 14
Wilt u dat niet, wilt u dan zorgen dat het RIVM, net als iedere andere wetenschappelijke
entiteit in de wereld haar modellen, modelparameters en de data die zij gebruikt om
de werkzaamheid van therapeutische en preventieve medicatie te modelleren in een epidemie
transparant en controleerbaar publiceert zodat afgewogen beslissingen kunnen worden
genomen, met name nu uit deze wetenschappelijke studie blijkt dat er van privacy-gevoelige
data en modelparameters die publicatie onwenselijk zouden maken geen enkele sprake
hoeft te zijn?
Antwoord 14
Ik wil mij graag uitspreken tegen de insinuatie dat het RIVM niet op een transparante
en wetenschappelijke manier te werk gaat. Wetenschappelijke instituten kunnen niet
zonder meer alle gegevens die zij gebruiken publiceren, omdat hiermee ook bijvoorbeeld
privacygevoelige informatie openbaar gemaakt kan worden. Dat niet alle gegevens publiekelijk
beschikbaar zijn impliceert niet dat het werk niet transparant en controleerbaar is.
Vraag 15
Wilt u, gezien het spoedeisende karakter van deze vragen, deze zo spoedig mogelijk
en zonder uitstel beantwoorden en indien u voor het beantwoorden van een vraag langer
nodig heeft dan de reguliere termijn, deze vraag individueel behandelen?
Antwoord 15
Het is niet gelukt om deze vragen zonder uitstel te beantwoorden.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E.J. Kuipers, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.