Schriftelijke vragen : De waarschuwing van het PBL om van het stikstofdoel voor 2030 geen hoofddoel te maken
Vragen van het lid Bisschop (SGP) aan de Minister voor Natuur en stikstof over de waarschuwing van het PBL om van het stikstofdoel voor 2030 geen hoofddoel te maken (ingezonden 13 juli 2022).
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van de waarschuwing van de directeur van het Planbureau voor
de Leefomgeving (PBL) om van het coalitiedoel voor 2030 – 74% van de hectares stikstofgevoelige
Natura 2000-natuur onder de kritische depositiewaarde – geen hoofddoel te maken?1
Vraag 2
Welke ruimte krijgen provincies voor maatregelpakketten die wel de natuurkwaliteit
verbeteren, maar niet of onvoldoende de regionale stikstofneerslag (tijdig) onder
de kritische depositiewaarden brengen?
Vraag 3
Hoe waardeert u de stelling van het PBL dat sprake is van een weeffout in het beleid?
Vraag 4
Bent u voornemens de genoemde weeffout in het beleid te herstellen? Zo ja, hoe?
Vraag 5
Hoe waardeert u de stelling van het PBL dat er tot op heden onvoldoende natuurdata
en -analyses bestaan om tot een robuuste en eenduidige beoordeling van de natuurkwaliteit
te komen en dat daarom sprake is van een focus op stikstof en kritische depositiewaarden?
Vraag 6
Wat bent u samen met de provincies voornemens te doen om voor voldoende natuurdata
en -analyses te zorgen, zodanig dat een robuuste en eenduidige beoordeling van de
natuurkwaliteit mogelijk is?
Vraag 7
Heeft u kennisgenomen van de moties die door meer dan vijftig gemeenteraden door het
hele land zijn aangenomen, waarin aandacht gevraagd wordt voor de grote gevolgen van
de stikstofplannen voor de agrarische sector en de leefbaarheid van het landelijk
gebied en voor de grote twijfels bij de haalbaarheid ervan en waarin gevraagd wordt
om aanpassing?2
. Hoe waardeert u deze moties en wat gaat u doen met deze oproepen?
Vraag 9
Is het uw voornemen om wat betreft het genoemde coalitiedoel alleen het jaartal in
de wetgeving aan te passen (2030 in plaats van 2035) of bent u bereid ten minste verschillende
varianten uit te werken die recht doen aan onder meer de kritiek van het PBL en van
decentrale overheden?
Vraag 10
Heeft u tevens kennisgenomen van de analyse van de verspreiding van ammoniak op basis
van korstmossenonderzoek?3
4
Vraag 11
Hoe waardeert u de uitkomst van het korstmossenonderzoek dat ondanks reductie van
de ammoniakemissie en de ammoniakconcentraties in landbouwgebieden door landbouwmaatregelen,
zoals het voorkomen van stikstofminnende korstmossen uitwijst, deze daling zich niet
doorvertaalt in daling van de ammoniakconcentraties in natuurgebieden? Wat zou een
mogelijke verklaring kunnen zijn?
Vraag 12
Bent u bereid de uitkomsten van het korstmossenonderzoek te betrekken bij de analyse
van de verschillende modellen die gebruikt worden bij stikstofberekeningen (als opvolging
van het door de commissie-Hordijk geadviseerde modellenensemble)?
Vraag 13
Deelt u de analyse van de heer Van Herk op basis van het korstmossenonderzoek dat
de uitstoot van ammoniak door verkeer wordt onderschat omdat bij katalysatoren en
toepassing van AdBlue ammoniak vrijkomt?
Vraag 14
Wat gaat u eraan doen om ervoor te zorgen dat we een goed beeld krijgen van de ammoniakuitstoot
door het verkeer en dat dit in beleid en berekeningen meegenomen wordt?
Indieners
-
Gericht aan
Ch. van der Wal-Zeggelink, minister voor Natuur en Stikstof -
Indiener
R. Bisschop, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.