Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Boswijk en Agnes Mulder over het stopzetten van een door Buitenlandse Zaken gefinancierd vrouwenrechtenactivistenprogramma in Afghanistan
Vragen van de leden Boswijk en Agnes Mulder (beiden CDA) aan de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking over het stopzetten van een door Buitenlandse Zaken gefinancierd vrouwenrechtenactivistenprogramma in Afghanistan (ingezonden 14 juni 2022).
Antwoord van Minister Schreinemacher (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking)
(ontvangen 11 juli 2022).
Vraag 1
Klopt het dat een door Buitenlandse Zaken gefinancierd programma dat is stopgezet
en waarover melding wordt gemaakt in de Kamerbrief van 23 mei jl. inzake «Update besluiten
hulp en inzet Afghanistan»1 een programma betreft dat vrouwenrechtenactivisten ondersteunde?
Antwoord 1
Het betreffende programma richtte zich op tegengaan van geweld tegen vrouwen en versterken
van politieke participatie door vrouwen. In de brief van 23 mei (Kamerstuk 34 952, nr. 159) werd vermeld dat het Ministerie van Buitenlandse Zaken het voornemen had de subsidierelatie
te beëindigen en dat dit voornemen aan de partner was gecommuniceerd. Inmiddels is
na een vervolggesprek met de partner en nauwkeurige overweging van de visie van de
partner op dit voornemen, het besluit de subsidie daadwerkelijk stop te zetten gecommuniceerd
aan de organisatie.
Vraag 2 en 6
Deelt u de mening dat dit signaal heel ongelukkig is nu de positie van Afghaanse vrouwen
sinds augustus 2021 zienderogen is verslechterd?
Als reden voor stopzetting wordt aangemerkt: «waarbij er geen onacceptabele veiligheidsrisico’s
voor staf of begunstigden van projecten/programma’s mogen bestaan»; kunt u aangeven
wat hiermee concreet wordt bedoeld? Hoe kan überhaupt de veiligheid van staf of begunstigden
van door Nederland gefinancierde projecten en programma’s worden gegarandeerd in een
situatie die zeer volatiel is, en waar Nederland ook geen diplomatieke aanwezigheid
meer heeft in het land? Betekent dit dat Nederland op korte termijn geen kritische
maatschappelijke organisaties of individuen meer gaat steunen in Afghanistan?
Antwoord 2 en 6
Het besluit om dit specifieke project stop te zetten, is genomen op basis van een
zorgvuldige afweging van inhoudelijke argumenten over veiligheidsrisico’s en te behalen
impact, afgewogen tegenover het doel van steunen van vrouwenrechtenorganisaties dat
onverminderd belangrijk blijft.
Vraag 3
Wat betekent het stopzetten van het programma voor het Nederlandse commitment aan
het nationale actieplan rondom de implementatie van de VN Veiligheidsraadresolutie
1325 in Afghanistan?
Antwoord 3
Het commitment van dit kabinet aan de wereldwijde inzet op vrouwen, vrede en veiligheid
(WPS) blijft onverminderd groot. Op dit moment is het zaak om in nauw overleg met
maatschappelijke partners en met Afghaanse lokale vrouwen(organisaties) en vrouwelijke
mensenrechtenverdedigers een nieuwe afweging te maken en mogelijkheden te onderzoeken
waarlangs dit kabinet wederom ondersteuning kan bieden aan initiatieven die vrouwenrechten
en gendergelijkheid in Afghanistan ook in het kader van WPS kunnen bevorderen. Het
kabinet blijft zich aanvullend in EU, VN en Wereldbank verband inzetten op het hanteren
van strikte voorwaarden voor het leveren van hulp in Afghanistan, waaronder gelijke
toegang voor vrouwen en meisjes.
Vraag 4 en 5
Bent u het ermee eens dat het van groot belang is om het Afghaanse maatschappelijke
middenveld, waaronder in het bijzonder vrouwenorganisaties, te blijven steunen om
tegenwicht te bieden aan het steeds autocratischer wordende Taliban regime?
Welke programma’s blijft Nederland nog wel ondersteunen die vrouwenrechten bevorderen
zoals u aangaf tijdens het tweeminutendebat van 31 mei jl.?
Antwoord 4 en 5
Ja, ik deel de mening dat het van belang is het Afghaanse maatschappelijk middenveld
te blijven steunen. Om die reden is sinds de machtsovername van de Taliban met partnerorganisaties
zorgvuldig gewerkt om te kijken in hoeverre hun activiteiten, al dan niet in aangepaste
vorm, en onder nieuwe, stringente voorwaarden, doorgang zouden kunnen vinden in de
huidige context in Afghanistan. Uit de consultaties is gebleken dat dit voor een deel
van de lopende projecten haalbaar was. Als gevolg daarvan blijft het Afghaanse maatschappelijk
middenveld door Nederland gesteund middels de heropstart van bestaande projecten (waar
nodig in aangepaste vorm). Onderdeel daarvan is een programma gericht op vrouwenrechten
middels steun aan vrouwenrechtenverdedigers en een programma dat zich richt op inclusieve
besluitvormings- en vredesprocessen met focus op vrouwen en jeugd. Ook is een nieuw
project met steun voor mensenrechtenverdedigers waaronder vrouwelijke mensenrechtenverdedigers
opgestart. Voor deze projecten geldt dat aan de door het Ministerie gestelde voorwaarden
kan worden voldaan.
Zoals in de brief van 7 januari jl. (Kamerstuk 2022D00384) aangegeven, zijn voor voortzetting van de inzet in Afghanistan nieuwe voorwaarden
verbonden. Deze zijn opgesteld in nauwe samenspraak met partnerorganisaties. Het uitblijven
van onacceptabele veiligheidsrisico’s voor staf of begunstigden van programma’s betreft
een van deze voorwaarden. Hoewel dergelijke risico’s nooit geheel uitgesloten kunnen
worden, is het juist door de volatiele context van belang risico’s zo goed mogelijk
te mitigeren. Voor dit project was de onzekerheid over risico’s gepaard gaande met
uitvoering van een aangepast programma en daarbij aansluitend de daarmee nog te behalen
impact te groot. Dit heeft de doorslag gegeven in het besluit om de subsidierelatie
te beëindigen. Dat neemt niet weg dat het kabinet ook in de toekomst zal blijven inzetten
op ondersteuning van kritische maatschappelijke organisaties of vrouwenrechtenorganisaties
en vredesactivisten.
Ik heb ook aan de betreffende partnerorganisatie laten weten dat het besluit voor
dit specifieke project geen invloed heeft op de algehele Nederlandse inzet om Afghaanse
vrouwen te blijven steunen. Daar waar dat kan, en impact heeft, blijft het kabinet
gecommitteerd aan het ondersteunen van vrouwenrechtenorganisaties en organisaties
die zich inzetten op het verbeteren van de positie en rechten van vrouwen en meisjes.
Het Ministerie communiceert daar open en transparant over, onder andere in daarvoor
bestemd Afghanistan overleg met maatschappelijke organisaties.
Vraag 7
Is met de betrokken organisatie gesproken over andere manieren waarop het belangrijke
werk kan worden voortgezet? Zo nee, waarom niet? Wat betekent het stopzetten van de
subsidierelatie voor de betrokken organisatie en de door hen gesteunde activisten?
Antwoord 7
Ja. Met de betrokken organisatie hebben sinds het besluit om direct na de machtsovername
van de Taliban tijdelijk alle OS-inzet on hold te plaatsen, meermaals gesprekken plaatsgevonden over manieren om in de nieuwe context
in Afghanistan het werk van dit programma voort te zetten. Echter, bij het definitieve
voorstel voor aanpassing van het oorspronkelijke programma dat de partnerorganisatie
na verschillende consultatierondes indiende, blijft de beoordeling van het Ministerie
dat voor de doelen van dit voorstel in de huidige context te moeilijk impact zou zijn
te behalen zonder het nemen van onacceptabele veiligheidsrisico’s. De betrokken organisatie
bepaalt zelf wat het besluit tot stopzetten van financiering voor dit programma voor
hen betekent.
Vraag 8
Kunt u in de nog te ontvangen Kamerbrief over de langere termijn betrokkenheid van
Nederland in Afghanistan uitgebreid stil staan bij de toekomstige steun aan Afghaanse
maatschappelijke organisaties en activisten, en daar ook substantieel middelen voor
willen reserveren in uw begroting?
Antwoord 8
Ja, in de Kamerbrief over langere termijn inzet in Afghanistan zal ik ingaan op steun
aan maatschappelijke organisaties en de positie van vrouwen in het bijzonder. Hiervoor
houd ik middelen gereserveerd in mijn begroting.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E.N.A.J. Schreinemacher, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.