Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Kwint over het bericht dat Poetin de RUG noopt tot uitbreiden blended onderwijs
Vragen van het lid Kwint (SP) aan de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over het bericht dat Poetin de RUG noopt tot uitbreiden blended onderwijs (ingezonden 12 mei 2022).
Antwoord van Minister Dijkgraaf (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap) (ontvangen 30 juni
2022). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2021–2022, nr. 2984
Vraag 1 en 2
Wat is uw reactie op het bericht «Poetin noopt de RUG tot uitbreiden blended onderwijs»?1
Vindt u de reden die de Rijksuniversiteit Groningen (RUG) opgeeft, namelijk de gestegen
energieprijzen vanwege de oorlog in Oekraïne, een gegronde reden om blended onderwijs
en hybride werken uit te breiden?
Antwoord 1 en 2
Het artikel in Science Guide is gebaseerd op de financiële kaderstelling van de RUG
voor 2023. Hierin benoemt de RUG de context waarin deze kaderstelling tot stand komt,
namelijk een periode waarin er een oorlog woedt in Oekraïne. Mede hierdoor stijgen
de prijzen voor bouwgrondstoffen en energie. De RUG verkent hierom hoe zij zuiniger
om kunnen gaan met energie.
De inzet van blended onderwijs en hybride werken is al langer een van de speerpunten
van de RUG. In het strategisch plan van 2021 maakte de RUG al bekend dat blended learning
past binnen de onderwijsvisie van RUG. Hierbij is het doel van RUG om niet de contactmomenten
te verminderen, maar om deze beter te benutten. Dit wil de RUG realiseren door in
te zetten op actieve, fysieke werkvormen om zo discussie en vrije uitwisseling van
ideeën mogelijk te maken.
Onderwijsinstellingen zijn zelf verantwoordelijk voor de onderwijsvisie en – kwaliteit.
Het is van belang dat de onderwijsvisie en -kwaliteit – en niet de energieprijzen
– bepalen welke onderwijsvormen ingezet worden op een onderwijsinstelling. Zoals aangegeven
hierboven, geeft de RUG zelf aan dat zij op basis van de onderwijsvisie deze beslissing
hebben genomen.
Vraag 3
Vindt u het eerlijk dat de RUG de gestegen energieprijzen op deze manier afwentelt
op haar medewerkers en studenten, aangezien zij door blended onderwijs en hybride
werken thuis meer energie zullen verbruiken? Wat vindt u ervan dat studenten nu meer
energiekosten zullen maken, maar geen compensatie krijgen? Gaat u hierover het gesprek
aan met de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid?
Antwoord 3
In het strategisch plan 2021–2026 heeft de RUG haar ambities en visie voor het onderwijs
omschreven. Om haar onderwijsactiviteiten te optimaliseren, bedient de RUG zich nu
van een mix van on-campus en online educatieve methodes. Onderwijs op locatie blijft
daarbij de hoeksteen van het onderwijs aan de RUG. De RUG bepaalt dus op basis van
de onderwijsvisie welke onderwijsvormen zij inzetten.
Zoals aangegeven bij het antwoord op vraag 1 en 2 maakt de RUG deze keuze op basis
van hun onderwijsvisie zoals bekendgemaakt in het strategisch plan van 2021.
Vraag 4
Hoe verhoudt deze ontwikkeling zich tot de motie Kwint c.s., die het kabinet verzocht
in gesprek te gaan met MBO Raad, Vereniging Hogescholen en VSNU om ervoor te zorgen
dat fysiek onderwijs de norm is, en behoudens dwingende omstandigheden alleen bij
hoge uitzondering en met instemming van studenten en docenten tot afstandsonderwijs
mag worden overgegaan?2
Antwoord 4
Zoals aangeven bij antwoord 1 en 2, zijn onderwijsinstellingen zelf aan zet om te
bepalen welke onderwijsvormen zij inzetten. De vormgeving van het onderwijs dient
hierbij geen afbreuk te doen op de kwaliteit van het onderwijs. De motie Kwint c.s.3 verzocht mij om in gesprek te gaan met de onderwijskoepels om te praten over de inzet
van (online) afstandsonderwijs. Ik zal binnenkort samen met de Minister voor primair
en voorgezet onderwijs een Kamerbrief delen waarin ik dieper inga op deze motie.
Vraag 5
Bent u bereid om met de RUG in gesprek te gaan om hen te wijzen op het feit dat de
Kamer heeft besloten dat fysiek onderwijs de norm is en alleen bij hoge uitzondering
en met instemming van studenten en docenten tot afstandsonderwijs mag worden overgegaan?
Zo nee, waarom niet?
Antwoord 5
Zoals aangegeven bij mijn reactie op vraag 1 en 2, is de inzet van blended onderwijs
en hybride onderwijs de keuze van de instelling en is het van belang dat deze keuze
wordt gemaakt op basis van onderwijsvisie en kwaliteit. Blended onderwijs is al een
onderdeel van de onderwijsvisie van de RUG en daarom is er nu geen aanleiding om met
de RUG in gesprek te gaan.
Vraag 6
Welke andere mbo-instellingen, hogescholen en universiteiten hebben de afgelopen jaren
aangegeven om wat voor reden dan ook het afstandsonderwijs, blended learning of hybride
werken uit te breiden en welke reden hebben zij daarvoor gegeven?
Antwoord 6
In coronatijd hebben instellingen hard gewerkt om de noodgedwongen afstandsonderwijs
te verzorgen en de kwaliteit van het onderwijs te waarborgen. Op het moment is er
geen sprake meer van noodgedwongen afstandsonderwijs en kunnen instellingen zelf hun
onderwijsvorm bepalen waarbij de kwaliteit van het onderwijs altijd centraal staat.
De redenen voor instellingen om gebruik te maken van blended onderwijs hangt dus altijd
nauw samen met het waarborgen en verbeteren van de kwaliteit van het onderwijs. In
al mijn gesprekken met de onderwijsinstellingen is het belang van fysiek onderwijs
benadrukt. De ervaringen gedurende de pandemie hebben juist inzichten gegeven waar
de toegevoegde waarde van fysiek onderwijs het grootst is.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
R.H. Dijkgraaf, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.