Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van Raan over dienstauto’s, in aanvulling op eerdere vragen over hetzelfde onderwerp van het lid Van Raan
Vragen van het lid Van Raan (PvdD) aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over de beantwoording van de vragen over het bericht «Zelfs milieuminister hoeft in Nederland niet elektrisch te rijden» (ingezonden 13 april 2022).
Antwoord van Minister Bruins Slot (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties), mede
namens de Minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening (ontvangen 22 juni
2022). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2021–2022, nr. 2591.
Vraag 1
Kunt u aangeven waarom de schriftelijke vragen die op 11 februari 2022 gesteld zijn,
zonder bericht van uitstel, ver na de standaardtermijn (op 11 april) werden beantwoord?1
Antwoord 1
Mijn uitgangspunt is dat ik uw vragen altijd tijdig beantwoord of een uitstelbrief
stuur indien meer tijd nodig is voor beantwoording. Vanwege tijdelijke onderbezetting
door de coronapandemie, is mij dat dit keer niet gelukt.
Vraag 2
Kunt u aangeven voor hoeveel bewindspersonen het door u aangehaalde argument van «onvoldoende
ergonomische zitplek» het doorslaggevende argument is om niet over te stappen op een
zero-emissie voertuig?
Antwoord 2
Er is mij niet bekend dat het argument van «onvoldoende ergonomische zitplek» heeft
geleid tot het niet overstappen op een zero-emissie voertuig.
Bewindspersonen krijgen in verband met doelmatige besteding van middelen, in de regel
de dienstauto van hun voorganger als het contract nog niet is verstreken. Vervolgens
moet bij de keuze van een nieuwe dienstauto aan een aantal eisen worden voldaan, zoals
het voldoen aan de voorschriften van de arbeidsomstandighedenwet, (fysieke) veiligheid
en duurzaamheid.
Vraag 3
U geeft aan dat het aanbod van modellen met een gewenste ergonomische inrichting «beperkt»
is, maar een beperkt aanbod kan toch ook voldoende zijn? Waarom is het voor 2 van
de 31 bewindspersonen wel voldoende en voor de andere 29 niet?
Antwoord 3
Bewindspersonen krijgen in verband met doelmatige besteding van middelen, in de regel
de dienstauto van hun voorganger als het contract nog niet is verstreken. Vervolgens
moet bij de keuze van een nieuwe dienstauto aan een aantal eisen worden voldaan, zoals
het voldoen aan de voorschriften van de arbeidsomstandighedenwet, (fysieke) veiligheid
en duurzaamheid. De uiteindelijke keuze voor een dienstauto is een (per bewindspersoon
gemaakte) afweging van verschillende factoren en eisen. Het resultaat hiervan kan
zijn dat er voor een zero-emissie variant wordt gekozen. Om de ingeslagen weg naar
uiteindelijk een zero-emissie civiel Rijkswagenpark een impuls te geven, zal ik mijn
collega bewindspersonen vragen het «zero-emissie, tenzij» principe – voor zover dit
niet al gebeurt – bij de aanschaf van nieuwe dienstauto’s te hanteren.
Vraag 4
Kunt u aangeven hoeveel modellen (en welke) aan de eisen voldoen?
Antwoord 4
Bij het aantreden van een nieuw kabinet krijgen bewindspersonen in beginsel de auto
van hun voorganger. Indien deze vervangen dient te worden, kan gekozen worden uit
verschillende modellen van de merken BMW, Mercedes-Benz en Jaguar/Landrover, die op
basis van een onlangs gehouden aanbesteding zijn geselecteerd. Deze modellen betreffen
naast fossiele brandstof auto’s, ook hybride en volledig elektrische auto’s. In beginsel
voldoen deze auto’s aan de eisen, maar de uiteindelijke keuze voor een dienstauto
is een per bewindspersoon gemaakte afweging met inachtneming van de eisen op het gebied
van de arbeidsomstandighedenwet, (fysieke) veiligheid en duurzaamheid.
Vraag 5
U stelt dat een bewindspersoon onder alle omstandigheden direct weg moet kunnen rijden,
maar kunt u aangeven waar dit vereiste is vastgelegd en hoe dit uitgewerkt is (welke
eisen zijn daaraan gesteld)?
Antwoord 5
De procedures voor de bewaking en beveiliging van personen, objecten en diensten zijn
geregeld in het zogeheten stelsel Bewaken en Beveiligen. In dit stelsel werken Openbaar
Ministerie, inlichtingen- en veiligheidsdiensten, Nationale Politie, bestuurlijke
organisaties en departementen samen. De beveiligingsmaatregelen voor bewindspersonen
zijn, voor zover mogelijk, gestandaardiseerd zoals beschreven in het beleidskader
Beveiliging bewindspersonen. De noodzaak om onder alle omstandigheden direct weg te
kunnen rijden vloeit hieruit voort. De standaardmaatregelen voor woning (inclusief
eventueel de pied-à-terre), vervoer en werkplek gelden gedurende de gehele zittingsperiode.
Vraag 6
Bent u van mening dat het problematisch zou zijn wanneer een chauffeur maximaal 2 kilometer
verderop met de dienstauto aan een laadpaal staat, terwijl de bewindspersoon op werkbezoek
is?
Antwoord 6
Met betrekking tot het aspect veiligheid, kan in beginsel een bewindspersoon vervoerd
worden in een (volledig) elektrische auto. Van belang is echter dat ten behoeve van
de veiligheid van bewindspersonen in algemene zin, in geval van voorstelbare dan wel
concrete dreiging en risico, ten allen tijde veiligheidsmaatregelen moeten kunnen
worden getroffen. Deze kunnen ook het vervoer van een bewindspersoon betreffen. Deze
veiligheidsmaatregelen zullen altijd prevaleren en kunnen derhalve een belemmering
vormen voor zero-emissie rijden. Er kan dan gekozen worden om semi-elektrisch te rijden
of in het geheel niet elektrisch te rijden.
Vraag 7
Deelt u de mening dat het netwerk van (snel)laders ruim toereikend wordt bevonden
door tal van vertegenwoordigers uit het bedrijfsleven en kunt u aangeven in hoeverre
de eisen voor een dienstauto voor een bewindspersoon daarvan afwijken?
Antwoord 7
Ja, op dit moment voldoet het (snel)laadnetwerk in Nederland en is praktisch elke
rit te berijden met een zero-emissievoertuig. Nederland is een van de koplopers als
het gaat om laadinfrastructuur in Europa. Voor de toekomstige groei van het aantal
elektrische voertuigen wordt er gewerkt aan uitbreiding van het laadnetwerk, onder
andere via de Nationale Agenda Laadinfrastructuur2. Voor wat betreft de (veiligheids)eisen voor een dienstauto voor een bewindspersoon,
zie het antwoord op vraag 6.
Vraag 8
Hoe doen de andere 2 bewindspersonen, die wel zero-emissie rijden, dit? Moeten zij
niet ook altijd op elk moment wegkunnen?
Antwoord 8
Bij gebruik van een zero-emissie dienstauto wordt extra inspanning geleverd om er
voor te zorgen dat de dienstauto voldoende is opgeladen, zodat gewaarborgd kan worden
dat vertrek op elk moment mogelijk is. Van belang hierbij is wel dat ten behoeve van
de veiligheid van bewindspersonen in algemene zin (in geval van voorstelbare dan wel
concrete dreiging en risico) ten allen tijde veiligheidsmaatregelen moeten kunnen
worden getroffen. Deze kunnen ook het vervoer van een bewindspersoon betreffen. Er
kan dan worden gekozen voor een alternatieve dienstauto (semi-elektrisch of in het
geheel niet elektrisch).
Vraag 9
Kunt u aangeven hoe het staat met de afspraak uit het Klimaatakkoord dat de rijksoverheid
bij rijksgebouwen en rijkskantoren 2.400 laadpunten zou realiseren?
Antwoord 9
Momenteel zijn er 900 laadpunten gerealiseerd bij rijksgebouwen en zijn er nog 300
extra laadpunten in opdracht verleend. Daarmee is ongeveer de helft gerealiseerd van
het aantal laadpunten dat in het Klimaatakkoord als doel wordt gesteld. Om het doel
te realiseren staan we nog voor de uitdaging om de daarvoor benodigde elektriciteitscapaciteit
door de netbeheerders beschikbaar te krijgen. Om deze reden wordt een combinatie met
thuisladers en openbare laders beoogd en wordt getest met aansluiting op zonnepanelen
en dynamic load balancing3.
Vraag 10
Is het waar dat de ontwerpers van de tijdelijke huisvesting van de Tweede Kamer opdracht
hebben gekregen het ontwerp «functioneel, fris en herkenbaar te maken, met de focus
op transparantie en duurzaamheid»?
Antwoord 10
In het functioneel programma van eisen dat in april 2017 is vastgesteld is de opdracht
voor de ontwerpers als volgt beschreven: Een zoveel mogelijk 1-op-1 functionele kopie,
sober en doelmatig uitgevoerd, zodat de bedrijfsvoering van het constitutionele proces
gedurende de renovatie van het Binnenhof ongestoord doorgang kan vinden.
Het hergebruik van bestaande materialen, aanwezig in Bezuidenhoutseweg 67 te Den Haag,
is ook een uitgangspunt.
Vraag 11
Kunt u aangeven hoeveel laadpunten voor elektrische auto's zijn aangebracht in de
parkeergarage van de tijdelijke huisvesting van de Tweede Kamer?
Antwoord 11
Er zijn vier laadpalen geplaatst. Elke laadpaal heeft twee aansluitpunten, waardoor
er in totaal acht oplaadpunten zijn.
Vraag 12
Kunt u aangeven hoeveel van die laadpunten op dit moment operationeel zijn? Op welk
moment waren voor het laatst alle laadpunten operationeel?
Antwoord 12
Zie antwoord vraag 13.
Vraag 13
Is het waar dat de laadpunten in de parkeergarage van de tijdelijke huisvesting van
de Tweede Kamer op dit moment geheel buiten gebruik zijn, de laadpunten zijn afgeplakt
met vuilniszakken en de betreffende parkeerplaatsen zijn afgezet met rood-wit lint
als waren ze een crime scene?
Antwoord 13
Op dit moment werken de vier laadpalen niet. Dit tot spijt van alle betrokken partijen.
De vier laadpalen waren werkend ten tijde van de oplevering, vorig jaar. Het is het
Rijksvastgoedbedrijf bekend dat de laadpalen kort na de oplevering van de tijdelijke
huisvesting voor de Tweede Kamer meerdere malen in storing hebben gestaan. De storingen
zijn verschillend van aard. Het Rijksvastgoedbedrijf heeft dezelfde zorgen als de
gebruikers. Tot op heden is de oorzaak van de storingen niet gevonden, waardoor het
Rijksvastgoedbedrijf recentelijk heeft besloten de laadpalen te vervangen en opdracht
heeft verstrekt aan de leverancier. De nieuwe laadpalen worden voor het zomerreces
van uw Kamer geplaatst en geïnstalleerd.
Vraag 14
Is het waar dat de afdeling bedrijfsvoering van de Tweede Kamer in antwoord op vragen
door gebruikers van elektrische laadpunten heeft aangegeven dat de Rijksgebouwendienst
op dit moment onvoldoende menskracht en budget zou hebben om de kennelijk defecte
laadpalen te repareren of te vervangen? Zo ja, hoe valt dat te rijmen met de focus
op duurzaamheid?
Antwoord 14
Voor het eerste deel van het antwoord op deze vraag wil ik u graag doorverwijzen naar
uw eigen Kamer.
Naar aanleiding van het contact tussen het Rijksvastgoedbedrijf en de afdeling bedrijfsvoering
van de Tweede Kamer over de defecte laadpunten, is door het Rijksvastgoedbedrijf besloten
om alle vier de laadpalen te vervangen. De vervanging van de laadpalen is afhankelijk
van de capaciteit in de markt. Het Rijksvastgoedbedrijf heeft budget om de laadpalen
te vervangen. De storingen waren telkens van andere aard. Om een desinvestering te
voorkomen is er gezocht naar de oorzaak, maar tot op heden is de oorzaak niet gevonden.
Om deze reden heeft het Rijksvastgoedbedrijf besloten dat de laadpalen vervangen worden.
Zie ook het antwoord op vraag 13.
Vraag 15
Kunt aangeven hoe gebruikers van de parkeergarage van de tijdelijke huisvesting van
de Tweede Kamer hun elektrische voertuigen kunnen laden zodat fatsoenlijk gebruik
van het vervoermiddel gegarandeerd is? Hoe gaan de bewindspersonen die zero-emissie
rijden om met een bezoek aan de Kamer, aangezien zij op elk moment moeten kunnen vertrekken?
Antwoord 15
In nauw overleg met de gebruikers is besproken om buiten de tijdelijke huisvesting
de elektrische auto’s op te laden. Op straat en in de naastgelegen parkeergarage zijn
laadpalen aanwezig waar elektrische auto’s opgeladen kunnen worden.
Ten aanzien van de bewindspersonen die zero-emissie rijden en een bezoek brengen aan
de Tweede Kamer, is het van belang dat ten behoeve van de veiligheid van bewindspersonen
in algemene zin (in geval van voorstelbare dan wel concrete dreiging en risico) ten
allen tijde veiligheidsmaatregelen moeten kunnen worden getroffen. Deze kunnen ook
het vervoer van een bewindspersoon betreffen.
Vraag 16
Bent u bereid de laadpunten in de parkeergarage van de tijdelijke huisvesting van
de Tweede Kamer op zo kort mogelijke termijn te repareren of te vervangen door moderne,
werkende laadpunten? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke termijn en wijze?
Antwoord 16
Zie het antwoord op de vragen 13 en 14.
Vraag 17
Hoe staat het met de beschikbaarheid van laadpunten bij andere Rijksgebouwen?
Antwoord 17
Zie het antwoord op vraag 9.
Vraag 18
Deelt u de mening dat het niet past bij de voorbeeldfunctie en beleidsvoornemens van
de rijksoverheid om elektrisch vervoer enerzijds aan te moedigen en anderzijds niet
te voorzien in adequate laadmogelijkheden?
Antwoord 18
Het huidige laadpuntenprogramma bij Rijkskantoren is afgestemd op de vraag naar laadpunten
zoals die zich de afgelopen jaren heeft ontwikkeld. Om de doelstellingen voor 2028
te realiseren, is het nodig om aanvullende afspraken te maken over realisatie van
laadinfrastructuur, passend bij een zero-emissie rijkswagenpark in 2028. Het Rijksvastgoedbedrijf
werkt momenteel een voorstel hiervoor uit, dat medio 2022 gereed zal zijn.
Vraag 19
Bent u bereid deze vragen een voor een te beantwoorden en, voor afloop van het meireces,
zodanige maatregelen te treffen dat Kamerbewoners in het vervolg elektrische auto's
adequaat kunnen opladen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 19
Ja, bovenstaande vragen heb ik een voor een beantwoord. Voor het opladen van elektrische
auto’s van Kamerbewoners verwijs ik u naar het antwoord op vraag 13 en 15.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
H.G.J. Bruins Slot, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties -
Mede namens
H.M. de Jonge, minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.