Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Mutluer over het tekort aan forensisch artsen
Vragen van het lid Mutluer (PvdA) voor de Minister van Justitie en Veiligheid over het tekort aan forensisch artsen (ingezonden 18 mei 2022).
Antwoord van Minister Yeşilgöz-Zegerius (Justitie en Veiligheid), mede namens de Minister
van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (ontvangen 16 juni 2022). Zie ook Aanhangsel
Handelingen, vergaderjaar 2021–2022, nr. 3025.
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van het bericht «GGD: tekort forensisch artsen leidt tot «onaanvaardbare
gevolgen»»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2 en 3
Kunt u uitsluiten dat door het tekort aan forensisch artsen sporen van misdrijven
niet ontdekt worden waardoor die misdrijven zelf onbekend blijven of waardoor misdrijven
niet opgelost worden? Zo ja, waarom kunt u dit uitsluiten? Zo nee, deelt u dan de
mening dat dit onaanvaardbaar is?
Deelt u de mening dat er door een ernstig tekort aan forensische artsen bij de GGD
een zeer zorgelijke situatie voor slachtoffers van zedenmisdrijven en kindermishandeling
is ontstaan? Zo ja, waaruit bestaan uw zorgen en wat neemt u zich voor om blijvend
verbetering voor verbetering te zorgen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 2 en 3
Het is zeer ernstig dat het sporenonderzoek voor de opsporing en vervolging van misdrijven
onder druk staat door het tekort aan forensische artsen. Zoals eerder aan uw Kamer
gemeld geldt dit in het bijzonder voor de kwetsbare groep van slachtoffers van zedenmisdrijven
en kindermishandeling2 en bij de lijkschouw.3 Het vinden van oplossingen voor het capaciteitstekort heeft daarom de hoogste prioriteit
van mij en mijn collega’s van VWS en BZK. Tot nu toe is het steeds gelukt om een tijdelijke
oplossing te vinden en zo de gevolgen van dit capaciteitstekort in de praktijk beperkt
te houden. Maatregelen om het capaciteitstekort structureel het hoofd te bieden zien
op instroom en behoud van forensisch artsen en op de organisatie van de dienstverlening.
Daarnaast worden mogelijkheden van taakherschikking in de forensische geneeskunde
onderzocht in pilots bij de GGD-en.4
Vraag 4
Hoe kijkt u naar de situatie die geschetst wordt door de 25 GGD-directeuren over de
ontstane situatie omtrent de beperkte inzet van forensische artsen die nu keuzes moeten
maken tussen bijvoorbeeld een lijkschouwing of een letselonderzoek? Hoe bent u van
plan om dit probleem structureel aan te pakken?
Antwoord 4
De GGD-en, het Forensisch Medisch Genootschap, het NFI en samenwerkende organisaties
als de Forensische Artsen Rotterdam Rijnmond (FARR) en het landelijk onderzoeks- en
expertisebureau FMO (LOEF) spannen zich in om het hoofd te kunnen bieden aan dilemma’s
die ontstaan door het capaciteitstekort. Naast de noodmaatregel voor lijkschouw, waarbij
basisartsen onder voorwaarden in een aantal specifieke gevallen lijkschouw kunnen
uitvoeren, wordt er waar mogelijk tussen de regio’s samengewerkt en bijstand verleend.
Zie voorts het antwoord op de vragen 2 en 3.
Vraag 5
Deelt u de mening dat de nood te hoog is om nog lang na te denken over de oplossingen
daarvan? Zo ja, bent u bereid het Nederlands Forensisch Instituut en de GGD-instellingen
al op korte termijn 20 miljoen euro per jaar extra te geven zodat zij in staat worden
gesteld om met structurele oplossingen van de geschetste problemen te komen? Zo ja,
op welke termijn? Zo nee, wat gaat u dan wel doen om deze zeer schrijnende situatie
op te lossen?
Antwoord 5
De nood in de forensische geneeskunde is hoog. Er zijn maatregelen aangekondigd om
de forensische geneeskunde te versterken en een sterkere positie op de arbeidsmarkt
te geven. Het capaciteitstekort zal echter ook met structurele investeringen niet
van de ene op de andere dag zijn opgelost. Niet in de laatste plaats omdat er sprake
is van een algehele arbeidsmarktkrapte. Op de kortere termijn zullen initiatieven
als taakherschikking en bovenregionale samenwerking een belangrijke bijdrage kunnen
leveren aan de oplossing van het capaciteitsprobleem. Ik heb hierover nauw overleg
met mijn collega’s van VWS en BZK. Ik verwijs uw Kamer voor nadere informatie naar
de antwoorden op vragen van de leden Van de Hil en Michon-Derkzen.5
Toelichting:
Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van de leden Van den Hil
en Michon-Derkzen (beiden VVD), ingezonden 8 april 2022 (vraagnummer 2022Z06979).
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
D. Yesilgöz-Zegerius, minister van Justitie en Veiligheid -
Mede namens
E.J. Kuipers, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.