Schriftelijke vragen : Een suikertaks
Vragen van de leden Van der Laan en Romke de Jong (beiden D66) aan de Staatssecretarissen van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en van Financiën over een suikertaks (ingezonden 15 juni 2022).
Vraag 1
Herinnert u zich uw uitspraken tijdens het commissiedebat Leefstijlpreventie op 24 maart
jongstleden: «In het coalitieakkoord is eigenlijk de meest eenvoudige maatregel getroffen,
namelijk de bestaande belasting meteen verhogen. U heeft gelijk dat dat leidt tot
een aantal neveneffecten die we nu niet kunnen repareren. Ik zie hier bijvoorbeeld
flesjes water op tafel staan. Het is misschien goed om te zeggen dat water daarmee
ook wat duurder wordt. Het is namelijk de meest simpele belastingmaatregel die getroffen
is en die ook opgenomen is in het coalitieakkoord, waar ook de financiële effecten
van zijn doorgerekend»?
Vraag 2
Deelt u de opvatting dat de in het coalitieakkoord luidende afspraak: «We verhogen
de belasting op suikerhoudende dranken», niet uitgaat van de meest eenvoudige maatregel?
Vraag 3
Deelt u de mening dat een suikerbelasting die leidt tot duurdere flesjes water geen
suikerbelasting is?
Vraag 4
Deelt u de mening dat een effectieve suikerbelasting zou moeten leiden tot het minder
consumeren van suikerhoudende producten?
Vraag 5
Deelt u de mening dat het verhogen van de prijs van flesjes water tezamen met andere
dranken niet leidt tot minder verbruik van suikerhoudende dranken?
Vraag 6
Kunt u uitleggen op welke wijze een verhoging van de verbruiksbelasting op niet-alcoholische
dranken en mineraalwaters, past bij de preventie- en gezondheidsdoelstellingen van
het kabinet?
Vraag 7
Bent u bekend met de Britse suikertaks waarbij gebruik wordt gemaakt van tariefdifferentiatie
op basis van het suikergehalte? Zo ja, bent u bereid om in de Nederlandse suikerbelasting
ook een tariefdifferentiatie naar hoeveelheid suiker op te nemen? Zo nee, waarom niet?
Indien dit uitvoeringsvraagstukken met zich brengt, kunt u toelichten op welke wijze
tariefdifferentiatie wel mogelijk is?
Vraag 8
Kunt u deze vragen uiterlijk 4 juli aanstaande en ieder afzonderlijk beantwoorden?
Indieners
-
Gericht aan
M.L.A. van Rij, staatssecretaris van Financiën -
Gericht aan
M. van Ooijen, staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport -
Indiener
J.M.P. van der Laan, Tweede Kamerlid -
Medeindiener
R.H. (Romke) de Jong, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.