Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Nijboer over verre reizen naar pinautomaten
Vragen van het lid Nijboer (PvdA) aan de Minister van Financiën over verre reizen naar pinautomaten (ingezonden 24 mei 2022).
Antwoord van Minister Kaag (Financiën) (ontvangen 13 juni 2022).
Vraag 1
Bent u bekend met het artikel «Bijna 10 duizend Groningers wonen te ver van pinautomaat»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Bent u het ermee eens dat contant geld een basisvoorziening is?
Antwoord 2
Contant geld is een wettig betaalmiddel en vervult een belangrijke rol in onze samenleving.
Ik hecht er grote waarde aan dat iedereen mee kan doen in onze maatschappij. Voor
een deel van de consumenten is de mogelijkheid om contant te betalen daarvoor van
groot belang. Voldoende toegang tot voorzieningen om contant geld op te nemen is een
belangrijke randvoorwaarde hiervoor. Om die reden heeft het Maatschappelijk Overleg
Betalingsverkeer (MOB), een overlegplatform waar zowel aanbieders als afnemers van
het betalingsverkeer zijn vertegenwoordigd, een aantal jaren geleden de zogenoemde
vijfkilometernorm afgesproken. Dit betekent dat vrijwel elk huishouden in Nederland
binnen een straal van vijf kilometer toegang moet hebben tot een geldautomaat.2
In juli 2021 heeft mijn voorganger uw Kamer geïnformeerd over de uitkomsten van het
onderzoek naar de toekomst van de chartale infrastructuur in Nederland.3 Uit dit rapport kwam onder andere naar voren dat, door het dalend gebruik van contant
geld de afgelopen jaren, de chartale infrastructuur onder druk is komen te staan en
afspraken tussen de betrokken partijen noodzakelijk zijn om het functioneren van contant
geld te waarborgen.
Op 8 april jl. heb ik het Convenant Contant geld aan uw Kamer aangeboden, dat onder
leiding van DNB tot stand is gekomen.4 Dit Convenant is op vrijwillige basis gesloten tussen de belangrijkste partijen uit
het betalingsverkeer, de banken, chartale dienstverleners, de vertegenwoordigers van
toonbankinstellingen, verschillende groepen consumenten en DNB.
In het Convenant zijn o.a. afspraken opgenomen over de kwaliteit en de kosten van
de chartale dienstverlening door banken. De afspraken in het Convenant hebben als
doel dat contant geld goed blijft functioneren als toonbankbetaalmiddel, ook als geleidelijk
steeds meer elektronisch betaald wordt, en voorzien wordt in de benodigde infrastructuur
om dit te bereiken.
In het convenant worden onder meer afspraken gemaakt, in beginsel voor de komende
vijf jaar, over de kwaliteit van de chartale dienstverlening (de vijfkilometernorm
is hierin opnieuw opgenomen), terugvalopties voor het pinverkeer, een inclusief en
toegankelijk betalingsverkeer, het tariferingsmodel van de banken voor chartale dienstverlening,
de poortwachtersfunctie van banken bij chartale dienstverlening, de acceptatie van
contant geld, de dienstverlening en continuïteit van de chartale dienstverleners,
veiligheid, en de monitoring, status en looptijd van het convenant. Daarnaast laat
mijn ministerie, samen met DNB, dit jaar onderzoek doen naar hoe het publiek belang
van contant geld ook na het Convenant geborgd kan worden. Ik zal de uitkomsten van
het onderzoek delen met uw Kamer.
Vraag 3, 4 en 5
Waarom wordt de norm in zoveel delen van Nederland, in het bijzonder in het Noorden,
niet gehaald?
Wat vindt u ervan dat in de gemeente Oldambt bijna tien procent van de mensen meer
dan vijf kilometer moet reizen, terwijl de landelijke norm 0,24 procent is? Wordt
de regio hier niet verwaarloosd?
Wat vindt u ervan dat mensen in de regio letterlijk mijlenver moeten reizen om aan
de basisvoorziening contant geld te komen?
Antwoord 3, 4 en 5
In het Convenant zijn bereikbaarheid- en beschikbaarheidsnormen opgenomen voor geldopname-automaten
en afstortautomaten. Afgesproken is dat Geldmaat een minimum aantal geldautomaten
zal realiseren en handhaven per functionaliteit, zoals het opnemen van bankbiljetten.
Daaronder valt de bereikbaarheidsnorm dat 99,76% van de inwoners van Nederland binnen
een straal van 5 km van hun woonadres toegang hebben tot een geldautomaat.
Ik vind het belangrijk dat er een goede toegang is tot contant geld en dat Geldmaat
bij het plaatsen van haar geldautomaten de vijfkilometernorm aanhoudt en een evenwichtige
spreiding nastreeft.
Het doel van het plaatsingsbeleid van Geldmaat is het creëren van een landelijk dekkend
netwerk van geldautomaten en het in stand houden van dit netwerk. Van Geldmaat begrijp
ik dat zij bij het plaatsen van nieuwe geldautomaten kijkt naar de vijfkilometernorm
en naar de vraag naar contant geld. In stedelijke gebieden ligt de nadruk meer op
het realiseren van voldoende geldautomaten om alle transacties in deze gebieden te
kunnen opvangen. In de rurale gebieden ligt vooral de nadruk op aanwezigheid (bereikbaarheid)
van geldautomaten.
Uit eerder onderzoek is gebleken dat meer dan 95% van de geldopnames plaatsvindt in
combinatie met boodschappen doen. Daarom kijkt Geldmaat voor de keuze van locaties
van automaten ook of er ook andere voorzieningen zijn, aangezien juist op die plekken
behoefte is om geld op te nemen en het ter plaatse uit te kunnen geven. Inwoners die
buiten de 5 km-norm vallen, reizen voor hun dagelijkse voorzieningen veelal ook meer
dan 5 kilometer hemelsbreed. Geldmaat plaatst daarom, in navolging van de banken,
geldautomaten bij voorkeur zo dicht mogelijk bij de voorzieningen waarop deze inwoners
zijn aangewezen voor hun dagelijkse boodschappen, zodat zij daar niet extra voor hoeven
te reizen. Op het moment dat er geen andere voorzieningen zijn en/of de vraag naar
contant geld naar verhouding klein is, kan een geldautomaat soms alsnog wenselijk
zijn als de afstand tot de volgende groot is.
De afgesproken bereikbaarheidsnormen gelden voor Nederland als geheel en niet per
gemeente of provincie. Provincies met veel rurale gebieden (zoals Groningen of Friesland),
of relatief grote gemeenten (zoals Zeeland) hebben in verhouding meer inwoners die
buiten de 5 km-norm vallen dan een provincie met veel stedelijk gebied (Noord- en
Zuid-Holland, Utrecht).
Daarbij is van belang dat de huidige 5 km-norm geldt sinds 2016. Hierdoor is, ondanks
het dalende gebruik van contant geld, het percentage mensen dat binnen 5 kilometer
geen geldautomaat zou mogen hebben, in 5 jaar tijd niet afgenomen.
Vraag 6
Waarom is de Geldmaat destijds ingevoerd? Die zou er toch voor zorgen dat er geen
pinautomaten van verschillende banken meer naast elkaar zouden staan, maar wel landelijke
dekking worden geboden?
Antwoord 6
In 2011 is Geldservices Nederland (GSN), de voorganger van Geldmaat, opgericht door
drie grootbanken5 om de geldautomatenparken efficiënter in te richten en de kosten daarvan te reduceren.
Hiertoe hebben de drie grootbanken hun geldautomaten bij Geldmaat ondergebracht en
werd een efficiëntieslag mogelijk door het «ontdubbelen» van geldautomaten die dicht
bij elkaar stonden.
De eerder aangehaalde bereikbaarheidsnorm is in 2013 door het Maatschappelijk Overleg
Betalingsverkeer (MOB) geïntroduceerd bij een afnemend aantal geldautomaten, gebaseerd
op de landelijke situatie en spreiding van dat moment. In de bereikbaarheidsmonitor
2016 werd het percentage van 99,76% van de mensen binnen de 5 km-norm gerealiseerd
(zie Bereikbaarheidsmonitor6). Die situatie mocht niet verslechteren, zo sprak het MOB destijds af. Bij overname
van bancaire automaten door Geldmaat (vanaf 2019) is de norm gehandhaafd en zelfs
iets aangescherpt, door het her- of verplaatsen van geldautomaten in een aantal regio’s
waar daar inmiddels mogelijkheden voor waren ontstaan. De bereikbaarheidsnorm is gehandhaafd
in het recente Convenant Contant geld.
Vraag 7
Bent u bereid ervoor te zorgen dat juist in de regio waar voorzieningen al onder druk
staan ervoor te zorgen dat er voldoende pinautomaten zijn? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 7
Het Ministerie van Financiën en DNB zetten zich in algemene zin in voor een toegankelijk
betalingsverkeer, waaronder het chartale betalingsverkeer. In het Convenant zijn duidelijke
afspraken gemaakt over de bereikbaarheidsnormen van geldautomaten en ik hecht eraan
dat deze afspraken worden nagekomen.
Het exacte plaatsingsbeleid is aan Geldmaat zelf. Het landelijke karakter van een
deel van de provincies maakt dat bewoning in de rurale gebieden meer versnipperd is
en dat bemoeilijkt het plaatsen van geldautomaten op geschikte locaties in rurale
woonkernen.
Geldmaat heeft aan mij aangegeven rurale gebieden die zich buiten de 5 kilometer-straal
bevinden te blijven monitoren en wanneer zich een mogelijkheid voordoet, is Geldmaat
bereid een plaatsing te realiseren. Dit moet wel op een goede en veilige locatie zijn,
met voldoende openingstijden en liefst in combinatie met lokale winkels.
In de meest recente Bereikbaarheidsmonitor7 had Geldmaat het normpercentage behaald (ultimo 2020: 99,78%). Van Geldmaat begrijp
ik dat deze dekking per 1 juni jl. 99,7% is. In een aantal gebieden worden nog geldautomaten
bijgeplaatst.
Ingevolge de convenantafspraken zal DNB de dekkingsgraad maandelijks blijven monitoren
op basis van rapportages van Geldmaat. In bilaterale gesprekken tussen DNB en Geldmaat
wordt nu invulling gegeven aan de convenantafspraken, waaronder ook de maandelijkse
rapportages met gerealiseerde bereikbaarheidspercentages. Zodra blijkt dat de bereikbaarheidsnorm
niet wordt behaald dient Geldmaat automaten bij te plaatsen of te herplaatsen om weer
op of boven de norm te komen.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S.A.M. Kaag, minister van Financiën
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.