Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Sylvana Simons over opvang en asiel van derdelanders uit Oekraïne in Nederland
Vragen van het lid Sylvana Simons (BIJ1) aan de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid over opvang en asiel van derdelanders uit Oekraïne in Nederland (ingezonden 25 maart 2022).
Antwoord van Staatssecretaris Van der Burg (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 2 juni
2022). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2021–2022, nr. 2419.
Vraag 1 en 2
Bent u op de hoogte dat een aantal derdelanders met tijdelijke en permanente verblijfsstatus
in Oekraïne zich in Ter Apel hebben gemeld, waar hen het recht werd ontzegd om asiel
in Nederland aan te vragen? Zo nee, bent u bereid om dit met spoed te onderzoeken
en hierover de Kamer te informeren? Zo ja, kunt u uitleggen waarom hen niet de mogelijkheid
is geboden om asiel aan te vragen op het moment dat zij daarvoor kozen?
Is het ontzeggen van een asielaanvraag niet in strijd met Europees asielrecht? Bent
u bereid om er met spoed voor te zorgen dat de Immigratie- en Naturalisatiedienst
(IND) alsnog asielaanvragen van derdelanders uit Oekraïne aanneemt? Zo ja, hoe? Zo
nee, waarom niet?
Antwoord 1 en 2
In mijn brief aan uw Kamer van 17 maart 20221 heb ik uiteengezet welk proces wordt gevolgd bij het opvangen en registreren van
personen die in aanmerking komen voor tijdelijke bescherming onder de richtlijn. Deze
procedure is ook van toepassing op derdelanders met een verblijfstatus in Oekraïne
die voor tijdelijke bescherming in aanmerking komen. Zij moeten, net als de ontheemden
met de Oekraïense nationaliteit, formeel een asielaanvraag indienen om aanspraak te
kunnen maken op tijdelijke bescherming. Zij worden derhalve in de gelegenheid gebracht
om asiel aan te vragen, zonder dat de bijbehorende procedurestappen op dit moment
al worden doorlopen. Feitelijk wordt de beslistermijn op de asielaanvraag opgeschort
voor de duur van de tijdelijke bescherming. De ontheemde heeft gedurende die periode
rechtmatig verblijf, hij ontvangt een bewijs waaruit zijn status blijkt en maakt aanspraak
op alle voorzieningen en verstrekkingen waar asielzoekers recht op hebben, waaronder
opvang, leefgeld, onderwijs en medische hulp.
Vraag 3
Wat is de rechtspositie van derdelanders wiens Oekraïense verblijfsvergunning dreigt
te verlopen? Vallen zij na het verlopen van hun tijdelijke verblijfsvergunning nog
onder de tijdelijke beschermingsrichtlijn van de EU met dezelfde rechten als Oekraïense
staatsburgers en mensen met een permanente Oekraïense verblijfsvergunning? Zo nee,
wat zijn hun rechten en mogelijkheden in Nederland op het moment dat hun Oekraïense
verblijfsvergunning verlopen is in de toekomst? Bent u bereid om deze groep derdelanders
op dat moment een Nederlands verblijfsvergunning te bieden en de eisen voor de bewijslast
te versoepelen gezien de oorlogssituatie en onveilige omstandigheden waar deze groep
mensen haastig vandaan moest vluchten?
Antwoord 3
Bij de beoordeling of een derdelander in aanmerking komt voor tijdelijke bescherming
wordt gekeken of de vreemdeling op 23 februari 2022 een geldige Oekraïense verblijfsvergunning
had. Het latere verlopen van de Oekraïense verblijfsvergunning is hierop niet van
invloed. Uw Kamer is per brief van 30 maart jl.2 nader geïnformeerd over de reikwijdte van personen die in Nederland onder de bescherming
van de richtlijn worden gebracht.
Vraag 4
Bent u op de hoogte dat de gemeente Rotterdam derdelanders uit Oekraïne met een tijdelijke
Oekraïense verblijfsstatus onterecht heeft verteld dat zij geen recht hebben op de
regelingen die wel van toepassing zijn op Oekraïense staatsburgers en mensen met een
permanente verblijfsvergunning in Oekraïne? Bent u bereid dit verder te onderzoeken
bij de gemeente Rotterdam en andere gemeentes in Nederland? Op welke termijn gaat
u hier de Kamer over informeren?
Antwoord 4
Navraag bij de gemeente Rotterdam leert dat het proces, zoals uiteengezet in mijn
brief van 17 maart 20223, is gevolgd bij het opvangen en registreren van personen die aangaven in aanmerking
te komen voor tijdelijke bescherming onder de Richtlijn.
Vraag 5
Bent u bereid om gemeenten met spoed duidelijk te informeren en te wijzen op hun plicht
om allen die uit Oekraïne komen te registreren en te ondersteunen in basisvoorzieningen
zoals het recht op werk, gezondheidszorg, educatie en hun toelage?
Antwoord 5
De veiligheidsregio’s hebben de opdracht gekregen om samen met gemeenten opvangplekken
voor ontheemden uit Oekraïne te coördineren en te realiseren. In de regeling opvang
ontheemden uit Oekraïne4, wordt het belang van tijdige registratie onderstreept. Gemeenten hebben de regeling
per brief ontvangen bij het verstrekken van de opdracht. Ter ondersteuning is door
het Rijk ook de Handreiking Gemeentelijke Opvang Oekraïners opgesteld. De tweede versie
van deze Handreiking is gepubliceerd op 4 april jl. en biedt de gemeenten handvatten
om de opvang en daar bijhorende aspecten als zorg en onderwijs vorm te geven. Gemeenten
nemen daarnaast deel aan diverse bestuurlijke overleggen waar over de opvang van ontheemden
uit Oekraïne wordt gesproken. Op dit moment zijn dat het Veiligheidsberaad en het
directeurenoverleg opvang Oekraïne. Daarnaast kan de Vereniging van Nederlandse Gemeenten
als adviseur deelnemen aan de ministeriele commissie migratie en samenleving.
Vraag 6
Welke andere stappen onderneemt u om de informatievoorziening voor gemeenten, de asielketen,
maatschappelijke organisaties en vluchtelingen te verbeteren, met name de informatievoorziening
omtrent derdelanders uit Oekraïne?
Antwoord 6
Er is nauw contact met gemeenten, de asielketen en maatschappelijke organisaties om
te zorgen dat allen tijdig en volledig op de hoogte zijn van de laatste ontwikkelingen
van de aanpak inzake de opvang van ontheemden uit Oekraïne. Daarnaast is, ter ondersteuning
van de particuliere initiatieven, door het Rijk in samenwerking met de VNG en maatschappelijke
organisaties de Handreiking Particuliere Opvang Oekraïners opgesteld en gepubliceerd
op 25 maart jl. Hierin vinden particulieren informatie over hoe zij een opvangplek
aan kunnen bieden, waar ze op moeten letten en welke voorzieningen voor de ontheemden
beschikbaar zijn. Gemeenten nemen daarnaast deel aan diverse bestuurlijke overleggen
(zie antwoord 5).
Vraag 7
Bent u het eens dat het noodzakelijk en urgent is om met een eenduidig en helder beleid
te komen voor alle vluchtelingen uit Oekraïne, om op deze wijze de druk op de asielketen
te verlichten, situaties zoals hierboven beschreven te voorkomen en trauma, onzekerheid
en stress bij vluchtelingen zo veel mogelijk weg te nemen?
Antwoord 7
Het is inderdaad van belang om snel een duidelijk eenduidig beleid voorhanden te hebben.
Tegelijkertijd constateer ik dat er onverwacht een zeer grote hoeveelheid werk in
zeer korte tijd moest worden verricht, waardoor noodzakelijkerwijs de beleidsontwikkeling
en de uitvoering parallel moesten worden opgestart.
Vraag 8
Bent u het daarbij eens dat een tijdelijke verblijfsvergunning op basis van humanitaire
gronden voor alle vluchtelingen uit Oekraïne de beste oplossing hiervoor is, zoals
ook is aanbevolen door de Europese Commissie? Zo ja, welke stappen onderneemt u om
dit mogelijke te maken en op welke termijn? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 8
De bestaande procedure in de Vreemdelingenwet 2000 biedt de ontheemde het onder de
richtlijn vereiste niveau van opvang en hulp. Er is dan ook geen aanleiding om het
beleid of de wet nu te wijzigen. U bent per brief van 30 maart jl.5 geïnformeerd over de reikwijdte en implementatie van de Richtlijn. Hierin is uitgebreid
toegelicht waarom wordt vastgehouden aan de procedure zoals die bij de implementatie
van de Richtlijn is vastgesteld.
Vraag 9
Welke studiemogelijkheden binnen beroepsonderwijs of universitair onderwijs biedt
Nederland aan derdelanders die met een studievisum in Oekraïne verbleven en welke
(financiële) ondersteuning krijgen zij daarbij? Op welke wijze worden zij hierover
geïnformeerd?
Antwoord 9
Bij de nieuwe instroom uit Oekraïne aankomend studiejaar zal – zoals gebruikelijk
– beoordeeld moeten worden in hoeverre de vooropleiding aansluit bij het niveau van
de gewenste ho-opleiding in Nederland. De instellingen voor hoger onderwijs zijn hier
zelf verantwoordelijk voor.
Vraag 10
Kunt u, gezien de urgentie van de situatie, zo spoedig mogelijk antwoord leveren op
bovenstaande vragen?
Antwoord 10
Ja.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E. van der Burg, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.