Lijst van vragen : Lijst van vragen, gesteld aan de regering, over het rapport Resultaten verantwoordingsonderzoek 2021 bij het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (Kamerstuk 36100-VIII-2)
2022D21282 LIJST VAN VRAGEN
De vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap heeft een aantal vragen voorgelegd
                  aan de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over de brief d.d. 18 mei 2022
                  van de Algemene Rekenkamer inzake de aanbieding van het rapport Resultaten verantwoordingsonderzoek
                  2021 bij het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (Kamerstuk 36 100 VIII, nr. 2).
               
De voorzitter van de commissie, Michon-Derkzen
De griffier van de commissie, De Kler
Nr.
Vraag
                         
                         
1
De Algemene Rekenkamer concludeert dat de Minister de doelen van het Nationaal Programma
                              Onderwijs (NP Onderwijs) onvoldoende duidelijk heeft gemaakt. In hoeverre zijn deze
                              doelen aangescherpt door u?
                           
2
De Algemene Rekenkamer concludeert dat van 691 miljoen euro van subsidieregelingen
                              van het NP Onderwijs onzeker is of de scholen dit volgens de regels hebben uitgegeven.
                              Kunt u dit verklaren?
                           
3
Het aantal fte’s bij het Ministerie van OCW is toegenomen van 4.765 (2020) naar 4.973
                              (2021). Wat is volgens u de reden voor de ruim 200 extra fte’s? Op welke thema’s zijn
                              deze mensen met name ingezet?
                           
4
De rekenkamer beschrijft dat € 22,8 miljoen uit de begroting van het Nationaal Archief
                              nog niet besteed is. Kunt u verder toelichten waarom deze bevoorschotting niet op
                              tijd besteed is en waarom dit niet van te voren kon worden voorzien?
                           
5
Waarom is de overmatige bevoorschotting van het Nationaal Archief niet op tijd teruggeboekt?
6
Hoe wordt de aanbeveling van de ARK betreffende het toezien op vooruitgang bij autorisatiebeheer
                              van DUO uitgevoerd?
                           
7
Wat doet u om de effectiviteit van de NP Onderwijs-middelen beter inzichtelijk te
                              maken?
                           
8
Had de keuze voor onderwijssubsidie in plaats van aanvullende bekostiging ervoor gezorgd
                              dat sturing beter had kunnen plaatsvinden?
                           
9
Klopt het dat scholen volgens de wet zelf mogen beslissen hoe en wanneer ze geld van
                              aanvullende bekostiging uitgeven? Zo ja, geldt dit ook voor de middelen uit het NP
                              Onderwijs? Zo nee, waar is deze bewering van de Algemene Rekenkamer dan op gebaseerd?
                           
10
Bij hoeveel scholen heeft de onduidelijkheid rond het uitgeven van het NP Onderwijs
                              geld binnen 2 jaar geleid tot onduidelijkheid en een minder effectieve besteding van
                              het geld? Is daar een absoluut aantal van te geven alsmede een percentage van het
                              aantal scholen?
                           
11
Wat heeft u destijds gedaan met de brief die de Algemene Rekenkamer in maart 2021
                              al stuurde met daarin aandachtspunten bij het NP Onderwijs?
                           
12
Hoe definieert u vertraging en wanneer is dit voldoende weggewerkt?
13
Wat verstaat u onder onderwijskwaliteit en wanneer is het verbeteren van deze onderwijskwaliteit
                              gelukt?
                           
14
Aan welke maatstaven meet u of het NP Onderwijs als programma succesvol is geweest
                              of niet? Op welke manier houden ze dat bij? En hoeveel jaren wordt dit gemeten?
                           
15
Waarom is er niet gekozen voor een gestandaardiseerd arrangement?
16
Waarom heeft de (voormalige) regering ervoor gekozen het te doen voorkomen dat het
                              geld van het NP Onderwijs binnen 2 jaar moest worden uitgegeven, terwijl de regering
                              dit niet kan afdwingen of het geld kan terugvorderen na 2 jaar? Wist de regering dat
                              dit niet kon? Zo ja, waarom is het dan wel zo gecommuniceerd?
                           
17
Welke (harde) voorwaarden zijn er wel bij de besteding van het NP Onderwijs geld?
18
Hoeveel scholen hebben het NP Onderwijs geld overhaast uitgegeven omdat zij bang waren
                              het geld kwijt te raken na 2 jaar? Is daar een absoluut aantal van te geven alsmede
                              een percentage van het aantal scholen?
                           
19
Waarom is ervoor gekozen om het NP Onderwijs geld via de lumpsumbekostiging aan scholen
                              te geven?
                           
20
Hoeveel scholen met grotere risico's op achterstanden zijn leraren kwijtgeraakt door
                              het NP Onderwijs, omdat leraren naar andere scholen of bureaus vertrokken zijn? Zijn
                              hier cijfers of percentages over? Is hier in het algemeen iets over te zeggen?
                           
21
Hoeveel scholen hebben het NP Onderwijs geld al uitgegeven?
Ondertekenaars
- 
              
                  Eerste ondertekenaar
I.J.M. Michon-Derkzen, voorzitter van de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap - 
              
                  Mede ondertekenaar
E.C.E. de Kler, griffier 
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.