Schriftelijke vragen : De gevolgen van het Energy Charter Treaty (ECT)
Vragen van het lid Van Raan (PvdD) aan de Minister voor Klimaat en Energie over de gevolgen van het Energy Charter Treaty (ECT) (ingezonden 20 mei 2022).
Vraag 1
            
Bent u bekend met het bericht «Europe edging closer to withdrawal from Energy Charter
               Treaty» van Euractiv?1
            
Vraag 2
            
Kunt u bevestigen dat Nederland bij de Europese Commissie heeft aangedrongen op scenario’s
               voor uittreding uit het Energy Charter Treaty? Kunt dat toelichten? Kunt u in uw antwoord
               betrekken waarom u vindt dat het moderniseren van het verdrag geen acceptabele optie
               is?
            
Vraag 3
            
Wat is het standpunt van het kabinet over al dan niet moderniseren of uittreden uit
               het Energy Charter Treaty precies?
            
Vraag 4
            
Deelt u de mening dat, eventueel samen met zoveel mogelijk (EU-)landen, uittreden
               de beste optie is om te voorkomen dat klimaatactie duurder, trager en moeilijker wordt?
               Zo nee, kunt u dan toelichten hoe het in stand houden van het mechanisme waardoor
               vervuilende bedrijven in staat worden gesteld om miljarden van de staat te claimen,
               bijdraagt aan betaalbaar en effectief klimaatbeleid?
            
Vraag 5
            
Bent u bekend met de publicatie in Science met de titel «Investor-state disputes threaten
               the global green energy transition» van K. Tienhaara et al.2, waarin de auteurs het volgende hebben berekend: als overheden wereldwijd het advies
               van het Internationaal Energie Agentschap willen volgen en geen winningsvergunningen
               meer verstrekken, ook als er al een exploratievergunning is afgegeven, dan kunnen
               bedrijven via buitenrechtelijke claimsystemen (ISDS) 60 tot 234 miljard dollar aan
               schade verhalen bij die overheden voor upstream olie- en gasprojecten (midstream,
               downstream, het intrekken van winningsvergunningen, steenkool en andere fossiele investeringen
               zijn in dit onderzoek dus niet meegenomen)? Wat is uw reactie op dit artikel?
            
Vraag 6
            
Bent u het met de auteurs eens dat wanneer bedrijven ISDS-claims indienen of daarmee
               dreigen het resultaat kan zijn dat beleid wordt vertraagd, deadlines voor moratoria
               op olie- en gaswinning verschuiven, of veel ruimere compensatie wordt toegekend aan
               investeerders dan met de nationale rechter mogelijk zou zijn? Kunt u aan de hand van
               concrete voorbeelden in uw eigen woorden toelichten hoe deze risico’s zich kunnen
               manifesteren in Nederland?
            
Vraag 7
            
Bent u het ermee eens dat het verstrekken van nieuwe vergunningen voor olie- en gaswinning
               op de Noordzee, in de Waddenzee en in de rest van Nederland ons kwetsbaar maakt voor
               claims zodra we besluiten met die winning te stoppen? Bent u het ermee eens dat dit
               een onvermijdelijkheid is gezien de klimaatcrisis? Houdt u hier rekening mee bij de
               reikwijdte en duur van nieuwe vergunningen? Zo ja, op welke manier verwerkt u de klimaatdoelen
               en de daarmee samenhangende onvermijdelijke maatregelen in het vergunningsproces?
               Zo nee, bent u bereid om dit alsnog te doen?
            
Vraag 8
            
Kunt u toelichten waar de risico’s voor toekomstige claims op basis van het ECT of
               andere investeringsverdragen zitten? Heeft u dat in kaart gebracht? Zo nee, bent u
               bereid een inventarisatie te maken van de buitenlandse investeringen in fossiele activiteiten
               in Nederland (inclusief winning, transport, handel & verwerking en gebruik in energiecentrales,
               industrie & vervoer) die onder de bescherming van handels- en investeringsverdragen
               vallen en de mogelijke waarde van die investeringen?
            
Vraag 9
            
Wat is het kabinet van plan te doen aan de meer dan 70 bilaterale investeringsverdragen
               van Nederland die mogelijke investeerders uit meer dan 70 landen bescherming geven
               tegen voor hun nadelige gevolgen van Nederlandse klimaatactie en vice versa Nederlandse
               investeerders beschermt tegen klimaatactie in die meer dan 70 landen? Hoeveel verdragen
               zijn er aangepast sinds het vaststellen van de nieuwe modeltekst voor investeringsverdragen
               uit 2018?
            
Vraag 10
            
Kunt u zich voorstellen dat doorgaan met controversieel beleid, waar de inzet op biomassa,
               CCS en kernenergie onder vallen, een risico op nieuwe claims in de toekomst met zich
               meebrengt? Zo ja, kunt u dit risico toelichten? Zo nee, welke waarborgen heeft u ingebouwd?
            
Vraag 11
            
Deelt u de mening dat wispelturig klimaat- en energiebeleid in elk geval het risico
               op nieuwe claims in de toekomst niet mitigeert en mogelijk zelfs vergroot?
            
Vraag 12
            
Kunt u deze vragen – of in elk geval de eerste vier vragen – beantwoorden voor het
               rondetafelgesprek over het Energy Charter Treaty op 2 juni?
            
Indieners
- 
              
                  Gericht aan
R.A.A. Jetten, minister voor Klimaat en Energie - 
              
                  Indiener
L. van Raan, Tweede Kamerlid 
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.