Memorie van toelichting : Memorie van toelichting
Tweede Kamer der Staten-Generaal
InhoudsopgaveA. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL B. BEGROTINGSTOELICHTING1 Leeswijzer2 Beleid2.1 Overzicht belangrijkste uitgaven- en ontvangstenmutaties IXB2.2 Overzicht belangrijkste uitgaven- en ontvangstenmutaties IXA2.3 Overzicht Coronamaatregelen3 Beleidsartikelen Ministerie van Financiën (IXB)3.1 Artikel 1 Belastingen3.2 Artikel 2 Financiële markten3.3 Artikel 3 Financieringsactiviteiten publiek-private sector3.4 Artikel 4 Internationale financiële betrekkingen3.5 Artikel 5 Exportkredietverzekeringen, -garanties en investeringsverzekeringen 3.6 Artikel 6 Btw-compensatiefonds 3.7 Artikel 9 Douane3.8 Artikel 13 Toeslagen4 Beleidsartikelen Nationale Schuld (IXA) 4.1 Artikel 11 Financiering staatsschuld4.2 Artikel 12 Kasbeheer5 Niet-beleidsartikelen5.1 Artikel 8 Apparaat Kerndepartement5.2 Artikel 10 Nog onverdeeld
36 120 IX Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Financiën (IXB) en de begrotingsstaat van Nationale Schuld (IXA) voor het jaar 2022 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota)
Nr. 2 MEMORIE VAN TOELICHTING
Vergaderjaar 2021‒2022
A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL
Wetsartikelen 1 en 2
De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2022 wijzigingen aan te brengen in:
1. de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Financiën (IXB);
2. de begrotingsstaat inzake de Nationale Schuld (IXA).
De in de begrotingsstaten opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).
Vanwege de spoedeisende maatregelen zijn op respectievelijk 1 maart 2022 en 26 april 2022 de eerste en tweede incidentele suppletoire begroting (ISB) naar de Tweede Kamer verzonden. De behandeling van de ISB's in de Eerste Kamer heeft nog niet plaatsgevonden. Om deze reden is de in de begrotingsstaat opgenomen stand nog niet door de beide Kamers bekrachtigd. Vanwege de snelle opeenvolging van begrotingswetsvoorstellen, om het budgetrecht van de Staten Generaal te waarborgen, bevat de kolom ‘vastgestelde begroting’ zowel de vastgestelde stand bij ontwerpbegroting (inclusief nota's van wijziging) als de mutaties die bij ISB's zijn opgenomen.
De Minister van Financiën,S.A.M. Kaag
B. BEGROTINGSTOELICHTING
1 Leeswijzer
De voorliggende suppletoire begroting bevat de voorgestelde wijzigingen ten opzichte van de ontwerpbegroting IX 2022 inclusief de nota's van wijziging en ISB's van het ministerie van Financiën (IXB) en Nationale schuld (IXA).
In hoofdstuk 2 zijn de overzichten opgenomen met de belangrijkste mutaties: in paragraaf 2.1 voor artikel 1 t/m 13 van IXB en in paragraaf 2.2 voor artikel 11 en 12 van IXA.
Hoofdstuk 3 en hoofdstuk 4 bevatten per beleidsartikel een budgettaire tabel. Conform de Rijksbegrotingsvoorschriften (RBV) worden per artikel de mutaties die groter of gelijk zijn aan de ondergrenzen in de onderstaande staffel (tabel 1) toegelicht. Vanwege de staffel kan de som van de toegelichte mutaties afwijken van de totale mutatie op het artikel.
Tabel 1 Ondergrenzen conform RBV
Omvang begrotingsartikel (stand ontwerpbegroting) in € miljoen
Beleidsmatige mutaties (ondergrens in € miljoen)
Technische mutaties (ondergrens in € miljoen)
< 50
1
2
=> 50 en < 200
2
4
=> 200 < 1000
5
10
=> 1000
10
20
Beleidsmatige mutaties zijn het gevolg van nieuw beleid. Technische mutaties zijn het gevolg van bestaand beleid (bijvoorbeeld overboekingen en ramingsbijstellingen).
De toelichting op de mutatie van de belastingontvangsten is in de Voorjaarsnota opgenomen.
2 Beleid
2.1 Overzicht belangrijkste uitgaven- en ontvangstenmutaties IXB
In onderstaande tabellen worden de belangrijkste suppletoire uitgaven- (tabel 2) en ontvangstenmutaties (tabel 3) weergegeven.
Tabel 2 Overzicht belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties 2022 (Eerste suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
Art.
Uitgaven 2022
Vastgestelde begroting 2022 na NvW en ISB's
11.183.192
Belangrijkste suppletoire mutaties
1) Aanpassing BIR-verdeelsleutelsystematiek
1
‒ 20.000
2) Tegemoetkoming MSNP (saldopost)
1
4.873
3) Convertibiliteit Oekraïense hryvnia
2
23.700
4) Lening KLM
3
722.917
5) Btw-compensatiefonds
6
14.757
6) Eindejaarsmarge
10
44.524
7) Loon- en prijsbijstelling
10
194.646
8) Coalitieakkoord - Uitvoeringskosten Belastingdienst
10
14.000
9) Coalitieakkoord - Toeslagen
13
150.000
10) Toeslagenherstel
13
137.900
11) Kasschuif Toeslagenherstel
13
‒ 324.900
12) Overige kasschuiven
div
‒ 79.839
13) Knelpunten Financiën (saldopost)
div
‒ 38.500
14) Desalderingen
div
18.341
15) Overige mutaties
16.773
Stand 1e suppletoire begroting 2022
12.062.384
Toelichting
1. Aanpassing BIR-verdeelsleutelsystematiek: De raming van de renteuitgaven, de renteontvangsten en de boeteontvangsten wordt verlaagd met respectievelijk € 20 mln., € 236 mln. en € 36 mln. vanwege een aangepaste verdeelsleutelsystematiek per 1 januari 2022 (zie voor de rente- en de boeteontvangsten ook de toelichting onder ontvangstenmutaties 2. Aanpassing verdeelsystematiek op pagina 8). Deze aanpassing is aangekondigd bij de startnota1 en is budgetneutraal aangezien er een verhoging van de raming plaatsvindt bij de Sociale Fondsen met dezelfde bedragen. De uitgaven en ontvangsten van de belasting- en invorderingsrente en de boeteontvangsten hangen samen met de heffing van diverse belastingen. Voor de loon- en inkomstenheffing geldt dat deze gecombineerd wordt geheven met premies volksverzekeringen (AOW, Anw en Wlz). Dat betekent dat het totaal van de ontvangsten en uitgaven van de belasting- en invorderingsrente en de boeteontvangsten verdeeld worden tussen de begroting van het ministerie van Financiën en die van de Sociale Fondsen.
2. Tegemoetkoming MSNP (saldopost): De Belastingdienst heeft onterecht verzoeken tot minnelijke schuldsanering natuurlijke personen (MSNP) afgewezen op grond van alleen een registratie in de Fraudesignaleringsvoorziening (FSV), de kwalificatie Opzet/Grove Schuld of de hoogte van iemands schulden. Mensen die in grote financiële problemen zaten, zijn hierdoor ten onrechte niet geholpen en kunnen zelfs in grotere (financiële) problemen zijn geraakt. De Tweede Kamer is eind maart reeds geïnformeerd over de vormgeving en opties voor uitvoering van de tegemoetkoming2. In juni 2022 wordt uw Kamer per brief nader geïnformeerd over de verdere contouren van een tegemoetkomingsregeling. De € 4,8 mln. in bovenstaande tabel betreft extra verwachte uitgaven op artikel 1 Belastingen in 2022. De overige verwachte uitgaven in 2022 (€ 25 mln.) worden binnen artikel 1 Belastingen opgevangen.
3. Convertibiliteit Oekraïense hryvnia: Conform de raadsaanbeveling van de Europese Commissie wordt er een regeling opgezet voor Oekraïense ontheemden om contante Oekraïense valuta (hryvnia's) om te kunnen wisselen voor euro's3. Om de regeling in Nederland in werking te kunnen laten treden is naar verwachting een bedrag oplopend tot maximaal € 23,3 mln. nodig om de valuta te kunnen opkopen. Hier staat tegenover dat deze valuta verkocht zullen worden (zie de toelichting onder ontvangstenmutaties 7. Convertibiliteit Oekraïense hryvnia op pagina 8). Volgens de raadsaanbeveling dienen geen transactiekosten in rekening te worden gebracht. De uitvoeringskosten, onder andere transactiekosten en verwerkingskosten, worden geschat op € 0,4 mln. De uitgaven worden generaal gedekt.
4. Lening KLM: Als onderdeel van het pakket aan steunmaatregelen van de Nederlandse Staat aan KLM in 2020, is een directe lening verstrekt met een omvang van maximaal € 1 mld. KLM heeft in 2020 € 277,1 mln. getrokken op deze lening. In 2021 heeft KLM niet getrokken op de lening. Het resterende bedrag op de lening (€ 722,9 mln.) wordt overgeheveld naar 2022.
5. Btw-compensatiefonds: Als gevolg van een overheveling van budget van ministeries naar decentrale overheden, wordt een bedrag zonder btw toegevoegd aan het Gemeente- of Provinciefonds. Het geraamde btw-deel (€ 14,8 mln.) wordt in het Btw-compensatiefonds (BCF) gestort. Gemeenten en provincies kunnen de betaalde btw terugvragen uit het Btw-compensatiefonds.
6. Eindejaarsmarge: De eindejaarsmarge van € 44,5 mln. wordt toegevoegd aan de begroting van het ministerie van Financiën.
7. Loon- en prijsbijstelling: De loon- en prijsbijstelling wordt voor het jaar 2022 toegevoegd aan de begroting van het ministerie van Financiën.
8. Coalitieakkoord - Uitvoeringskosten Belastingdienst: In 2022-2025 is er € 290 mln. op de Aanvullende Post (AP) gereserveerd voor de uitvoering van het coalitieakkoord, Europese wetgeving en nieuwe fiscale maatregelen door de Belastingdienst. Op basis van de op dit moment vastgestelde uitvoeringstoetsen, wordt € 14 mln. in 2022 en € 85,8 mln. cumulatief in 2023-2025 overgeheveld van de AP naar de begroting van het ministerie van Financiën.
9. Coalitieakkoord - Toeslagen: Zoals gemeld in de startnota van kabinet-Rutte IV, worden de programmamiddelen voor Toeslagenherstel voor € 150 mln. doorgeschoven van 2021 naar 2022. Hiervan komt € 120 mln. toe aan de forfaitaire compensatie en de integrale beoordeling en € 30 mln. aan de private schuldenoplossing.
10. Toeslagenherstel: Ten behoeve van onder andere extra uitvoeringskosten van de uitvoeringsorganisatie Herstel Toeslagen (UHT) doet het ministerie van Financiën voor € 409,3 mln. (waarvan € 87,8 mln. in 2022) een beroep op de reservering op de AP. Daarnaast leiden verschillende begrotingsmutaties de komende jaren naar verwachting tot een budgettair tekort. Financiën kan dit grotendeels inpassen binnen reeds toegekende middelen en met de inzet van bestaande AP-reserveringen voor Toeslagenherstel. Voor het resterende tekort wordt € 218 mln. (waarvan € 50,1 mln. in 2022) aan generale middelen beschikbaar gesteld. Dit totaal aan extra middelen (€ 137,9 mln. in 2022; € 627,3 cumulatief) komt ten goede aan het apparaatsbudget voor het programma-DG Herstel, de uitwerking van de herijking van de aanpak van het Toeslagenherstel, uitgaven aan toegezegd beleid voor emotioneel herstel (o.a. leven op de rit en niet-financiële hulp aan kinderen) en apparaatskosten.
11. Kasschuif Toeslagenherstel: Om het geheel van meerjarige budgetten voor het herstel van Toeslagen aan te laten sluiten op het ritme van uitbetaling, is een kasschuif nodig.
12. Overige kasschuiven: Dit betreft een aantal kasschuiven, waaronder voor de Belastingdienst, het Ultimate Beneficial Owners (UBO) Register en het programma Informatiehuishouding op Orde.
13. Knelpunten Financiën (saldopost): Binnen de Financiënbegroting worden diverse budgetten herschikt en doorgeschoven naar latere jaren om problematiek binnen de begroting op te lossen en de beleidsplannen van het nieuwe kabinet uit te voeren. Zo worden onder meer middelen overgeheveld van artikel 10 Nog Onverdeeld voor diverse bedrijfsvoeringsknelpunten en organisatorische veranderingen bij het beleidsdepartement van Financiën. Ook worden middelen overgeheveld vanuit de voorziening voor de uitvoeringskosten van fiscale wet- en regelgeving door de Belastingdienst naar artikel 1 Belastingen. Het saldo van de uitgaven en inkomsten op deze reeks is over de jaren heen sluitend.
14. Desalderingen: De mutaties betreffen voornamelijk de desalderingen van uitgaven voor diensten door de Belastingdienst aan andere (overheids)partijen op basis van afgesloten contracten.
Tabel 3 Overzicht belangrijkste suppletoire ontvangstenmutaties 2022 (Eerste suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
Art.
Ontvangsten 2022
Vastgestelde begroting 2022 na NvW en ISB's
187.834.085
Belangrijkste suppletoire mutaties
1) Belastingontvangsten
1
‒ 4.619.977
2) Aanpassing BIR-verdeelsleutelsystematiek
1
‒ 272.000
3) Belasting- en invorderingsrente (BIR)
1
‒ 36.000
4) Boetes en schikkingen
1
‒ 70.000
5) Doorbelasten kosten vervolging
1
‒ 65.000
6) Tegemoetkoming MSNP (saldopost)
1
17.500
7) Convertibiliteit Oekraïense hryvnia
2
23.250
8) Verkoop vermogenstitels: ABN Amro aandeleninkoop
3
281.300
9) Dividenden staatsdeelnemingen
3
32.358
10) Vervroegde aflossing lening Griekenland
4
159.919
11) Btw-compensatiefonds
6
14.757
12) Knelpunten Financiën (saldopost)
div
‒ 2.353
13) Desalderingen
div
18.341
14) Overige mutaties
792
Stand 1e suppletoire begroting 2022
183.316.972
Toelichting
1. Belastingontvangsten: In de Voorjaarsnota 2022 worden de mutaties van de Belastingontvangsten toegelicht.
2. Aanpassing BIR-verdeelsleutelsystematiek: Naar aanleiding van een aangepaste verdeelsleutelsystematiek worden de ontvangsten met € 272 mln. verlaagd. Het betreft € 236 mln. minder ontvangsten belasting- en invorderingsrente en € 36 mln. minder boeteontvangsten. Zie ook de toelichting onder uitgavenmutaties 1. Aanpassing verdeelsleutelsystematiek op pagina 5.
3. Belasting- en invorderingsrente (BIR): De coronamaatregel4 over het verlaagde invorderingsrentepercentage van 0,01% is verlengd van 1 januari 2022 tot en met 30 juni 2022. Daarna wordt het percentage per half jaar stapsgewijs teruggebracht naar het oude niveau van 4% voor belastingen. Dit resulteert in een verlaging van geraamde renteontvangsten van € 36 mln.
4. Boetes en schikkingen: Betreft € 70 mln. lagere verwachte ontvangsten van verzuimboetes in 2022 naar aanleiding van de aanvullende coronamaatregelen56. Om de liquiditeitsproblemen van ondernemers te verlichten heeft het kabinet het uitstel van betaling van belastingen verlengd tot en met 31 maart 2022. Dit geldt voor de ondernemers die nog openstaande belastingschulden hebben onder het bijzonder uitstel van betaling vanwege de coronacrisis.
5. Doorbelasten kosten vervolging: Betreft € 65 mln. lagere verwachte ontvangsten in 2022 naar aanleiding van de aanvullende coronamaatregelen. Zie de toelichting onder 4. Boetes en schikkingen.
6. Tegemoetkoming MSNP (saldopost): De € 17,5 mln. in bovenstaande tabel betreft de extra niet-belastingontvangsten op artikel 1 Belastingen in 2022 die ten goede komen aan het budget voor de tegemoetkoming MSNP. Zie ook de toelichting onder uitgavenmutaties 2. Tegemoetkoming MSNP (saldopost) op pagina 5.
7. Convertibiliteit Oekraïense hryvnia: Er wordt een regeling opgezet voor Oekraïense ontheemden om Oekraïense bankbiljetten (hryvnia's) om te kunnen wisselen voor euro's. Na omwisseling van de hryvnia's zal, zodra de situatie dit toelaat, de valuta worden omgewisseld door DNB bij de nationale centrale bank van Oekraïne. Naar verwachting vloeit dan een bedrag oplopend tot maximaal € 23,3 mln. terug naar de Staat, afhankelijk van de afspraken die worden gemaakt met de Oekraïense centrale bank.
8. Verkoop vermogenstitels: ABN Amro aandeleninkoop: ABN Amro voert in 2022 een inkoopprogramma uit. De staat ontvangt op basis van het huidige aandelenbelang naar verwachting € 281,3 mln 7.
9. Dividenden staatsdeelnemingen: De dividendontvangsten in 2022 vallen € 32,4 mln. hoger uit. Met name door een dividendbelastingteruggave die eerder was begroot in 2021, maar in 2022 zal worden ontvangen.
10. Vervroegde aflossing lening Griekenland: De ontvangsten voor de aflossing van de lening aan Griekenland zijn met circa € 160 mln. naar boven bijgesteld. Griekenland heeft een aanvraag gedaan om een deel van de lening onder de Greek Loan Facility (GLF) vervroegd af te lossen. Hierdoor verschuift de aflossing die voor 2023 was voorzien naar 2022.
11. Btw-compensatiefonds: Zie de toelichting onder uitgavenmutaties 5. Btw-compensatiefonds op pagina 6.
12. Knelpunten Financiën: Zie de toelichting onder uitgavenmutaties 13. Knelpunten Financiën op pagina 7.
13. Desalderingen: Zie de toelichting onder uitgavenmutaties 14. Desalderingen op pagina 7.
2.2 Overzicht belangrijkste uitgaven- en ontvangstenmutaties IXA
In onderstaande tabellen worden de belangrijkste suppletoire uitgaven- (tabel 4) en ontvangstenmutaties (tabel 5) weergegeven.
Tabel 4 Overzicht belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties 2022 (Eerste suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
Art.
Uitgaven 2022
Vastgestelde begroting 2022 na NvW en ISB's
36.145.806
Belangrijkste suppletoire mutaties
1) Rente vaste schuld
11
194.000
2) Verstrekte leningen
12
300.000
3) Overige mutaties
6.679
Stand 1e suppletoire begroting 2022
36.646.485
Toelichting
1. Rente vaste schuld: De rentelasten vaste schuld vallen in 2022 naar verwachting hoger uit. Bij de uitgifte van nieuwe schuld worden de rentetarieven vastgelegd tegen het dan geldende rentetarief. De rentetarieven zijn nu hoger dan geraamd in de ontwerpbegroting 2022. Hierdoor ontstaat een tegenvaller van € 194 mln.2. Verstrekte leningen: Naar verwachting worden er meer leningen verstrekt aan de deelnemers van het schatkistbankieren dan eerder geraamd. De raming wordt daardoor met € 300 mln. naar boven bijgesteld.
Tabel 5 Overzicht belangrijkste suppletoire ontvangstenmutaties 2022 (Eerste suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
Art.
Ontvangsten 2022
Vastgestelde begroting 2022 na NvW en ISB's
62.666.360
Belangrijkste suppletoire mutaties
1) Rente vlottende schuld
11
‒ 235.000
2) Rente derivaten
11
‒ 294.000
3) Uitgifte vaste schuld
11
‒ 9.016.000
4) Mutatie vlottende schuld
11
22.744.000
5) Mutatie in rekening courant en deposito
12
2.961.720
6) Aflossingen op leningen
12
‒ 87.504
7) Overige mutaties
5.642
Stand 1e suppletoire begroting 2022
78.745.218
Toelichting
1. Rente vlottende schuld: De raming van de rentebaten op de vlottende schuld valt € 235 mln. lager uit als gevolg van wijzigingen in de omvang van de kortlopende schuld en de hoogte van de korte rente. De korte rente is minder negatief dan de rente waarmee in de ontwerpbegroting 2022 rekening is gehouden. De lagere rentebaten zijn het saldo van meerdere mutaties die uit deze wijzigingen volgen.
2. Rente derivaten: Er worden in 2022 € 294 mln. minder rentebaten op derivaten verwacht dan eerder geraamd. Dit komt met name door de voortijdige beëindiging van rentederivaten waardoor meerjarig geraamde rentebaten al in 2021 zijn ontvangen.
3. Uitgifte vaste schuld: De raming voor de uitgifte van de vaste schuld is met € 9,0 mld. naar beneden bijgesteld als gevolg van het financieringsplan 20228. Het financieringsplan geeft een beschrijving van de geschatte omvang en de totstandkoming van de financieringsbehoefte van de Nederlandse Staat voor 2022 en een overzicht van de manier waarop het Agentschap van plan is deze in te vullen.
4. Mutatie vlottende schuld: De vlottende schuld stijgt met € 22,7 mld. Dit is het gevolg van een hogere financieringsbehoefte doordat de raming van het kastekort voor het lopende begrotingsjaar sterk is toegenomen. Schommelingen in de financieringsbehoefte in een lopend begrotingsjaar worden zo veel mogelijk opgevangen op de geldmarkt.
5. Mutatie in rekening courant en deposito: Uit een actualisatie van de raming van uitgaven en inkomsten van Sociale Fondsen blijkt dat deze fondsen naar verwachting meer geld gaan storten in de schatkist (€ 3,0 mld.). Dit betekent dat de geraamde mutatie in het saldo op de rekeningen-courant en deposito’s stijgt. De mutaties worden veroorzaakt door de uitgaven en ontvangsten van de deelnemers van het schatkistbankieren. Als een deelnemer een uitgave doet zal het aangehouden saldo op de rekening-courant dalen en dit betekent een uitgave op artikel 12 Kasbeheer. Een ontvangst van een deelnemer wordt gestort op de rekening-courant en dit zorgt voor een ontvangst op artikel 12 Kasbeheer.
6. Aflossingen op leningen: Op basis van de actuele inzichten wordt verwacht dat de aflossingen op de leningen die door de Agentschappen, rechtspersonen met een wettelijke taak (RWT's) en derden in het kader van schatkistbankieren zijn afgesloten € 87,5 mln. lager zullen uitvallen dan geraamd in de ontwerpbegroting 2022.
2.3 Overzicht Coronamaatregelen
In onderstaande tabel worden de coronagerelateerde uitgaven- en ontvangsten weergegeven per begrotingsartikel. In onderstaande tabel zijn bijbehorende kamerstukken opgenomen voor verdere toelichting. Ook is een uitgebreid overzicht terug te vinden op de pagina «Overheidsfinanciën in coronatijd» op www.Rijksfinanciën.nl.
Tabel 6 Overzicht coronamaatregelen (bedragen x € 1 mln.)
Art.
Naam maatregel/regeling
Bedrag verplichtingen 2022
Bedrag uitgaven 2022
Bedrag ontvangsten 2022
Relevante Kamerstukken
1
Belasting- en invorderingsrente
‒ 16,0
‒ 16,0
‒ 229,0
Kamerstukken II 2019-2020, 35 412, nr. 1, 35 466, nr. 1 en 35 540, nr. 1Kamerstukken II 2020-2021, 35 850 nr. 1 en 35 420, nr. 348
1
Boetes en schikkingen
0,0
0,0
‒ 90,0
Kamerstukken II 2019-2020, 35 412, nr. 1, 35 466, nr. 1 en 35 540, nr. 1Kamerstukken II 2020-2021, 35 850 nr. 1 en 35 420, nr. 348
1
Kosten vervolging
0,0
0,0
‒ 85,0
Kamerstukken II 2019-2020, 35 412, nr. 1, 35 466, nr. 1 en 35 540, nr. 1Kamerstukken II 2020-2021, 35 850 nr. 1 en 35 420, nr. 348
3
Steunmaatregelen KLM
0,0
722,9
65,5
Kamerstukken II 2019-2020, 35 505, nr. 1Kamerstukken II 2020-2021, 29 232, nr. 41
4
EIB pan-Europees Garantiefonds
0,0
96,4
0,0
Kamerstukken II 2019-2020, 35 492, nr. 1 en 35 492, nr. 2
5
Herverzekering leverancierskredieten
0,7
20,7
20,0
Kamerstukken II 2019-2020, 35 433, nr. 1Kamerstukken II 2020-2021, 35 420, nr. 314
3 Beleidsartikelen Ministerie van Financiën (IXB)
3.1 Artikel 1 Belastingen
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 7 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 1 Belastingen (bedragen x € 1.000)
Omschrijving
Ontwerpbegroting 2022 (1)
Mutaties via NvW, ISB, moties en amendementen (2)
Vastgestelde begroting 2022 (3)=(1)+(2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5)=(3)+(4)
Mutatie 2023
Mutatie 2024
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Verplichtingen
3.288.160
0
3.288.160
‒ 13.629
3.274.531
76.349
101.018
37.564
1.491
Uitgaven (1) + (2)
3.098.706
0
3.098.706
‒ 13.629
3.085.077
76.349
101.018
37.564
1.491
(1) Apparaatsuitgaven
2.850.155
0
2.850.155
8.363
2.858.518
69.992
70.516
24.141
‒ 475
Personele uitgaven
2.392.398
0
2.392.398
51.002
2.443.400
87.409
74.939
57.183
27.250
Eigen personeel
2.010.149
0
2.010.149
342
2.010.491
53.293
45.073
46.221
18.963
Inhuur externen
374.109
0
374.109
51.240
425.349
34.546
30.296
11.392
8.717
Overig personeel
8.140
0
8.140
‒ 580
7.560
‒ 430
‒ 430
‒ 430
‒ 430
Materiële uitgaven
457.757
0
457.757
‒ 42.639
415.118
‒ 17.417
‒ 4.423
‒ 33.042
‒ 27.725
ICT
31.591
0
31.591
‒ 6.000
25.591
‒ 6.000
‒ 6.000
‒ 6.000
‒ 6.000
Bijdrage aan SSO's
322.432
0
322.432
‒ 25.609
296.823
10.325
19.195
‒ 9.452
‒ 14.598
Overig materieel
103.734
0
103.734
‒ 11.030
92.704
‒ 21.742
‒ 17.618
‒ 17.590
‒ 7.127
(2) Programma-uitgaven
248.551
0
248.551
‒ 21.992
226.559
6.357
30.502
13.423
1.966
Bekostiging
1.250
0
1.250
1.950
3.200
1.950
1.950
1.950
1.950
Vergoeding proceskosten
1.250
0
1.250
1.950
3.200
1.950
1.950
1.950
1.950
Garanties
250
0
250
‒ 89
161
‒ 89
‒ 89
‒ 89
‒ 89
Garantie procesrisico's
250
0
250
‒ 89
161
‒ 89
‒ 89
‒ 89
‒ 89
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
12.089
0
12.089
2.387
14.476
2.407
2.407
2.407
2.407
Waarderingskamer
2.381
0
2.381
‒ 32
2.349
‒ 32
‒ 32
‒ 32
‒ 32
Kadaster
2.045
0
2.045
720
2.765
720
720
720
720
Kamer van Koophandel
430
0
430
‒ 109
321
‒ 109
‒ 109
‒ 109
‒ 109
Overige bijdrage ZBO's/RWT's
7.233
0
7.233
1.808
9.041
1.828
1.828
1.828
1.828
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties
453
0
453
7
460
7
7
7
7
Internationale Douaneraad
178
0
178
0
178
0
0
0
0
Overige internationale organisaties
275
0
275
7
282
7
7
7
7
Opdrachten
374.126
0
374.126
‒ 22.066
352.060
1.895
20.241
22.658
14.376
ICT opdrachten
318.910
0
318.910
‒ 24.883
294.027
‒ 4.653
13.693
16.110
7.828
Overige opdrachten
55.216
0
55.216
2.817
58.033
6.548
6.548
6.548
6.548
Bijdrage aan agentschappen
77.667
0
77.667
2.012
79.679
‒ 1.060
‒ 910
‒ 910
‒ 1.110
Bijdrage Logius
75.257
0
75.257
3.122
78.379
50
200
200
0
Bijdrage overige agentschappen
2.410
0
2.410
‒ 1.110
1.300
‒ 1.110
‒ 1.110
‒ 1.110
‒ 1.110
(Schade)vergoeding
5.163
0
5.163
13.538
18.701
23.525
23.525
‒ 2.413
‒ 2.413
(Schade)vergoedingen
5.163
0
5.163
13.538
18.701
23.525
23.525
‒ 2.413
‒ 2.413
Rente
141.000
0
141.000
‒ 19.731
121.269
‒ 22.278
‒ 16.629
‒ 10.187
‒ 13.162
Belasting- en invorderingsrente
141.000
0
141.000
‒ 19.731
121.269
‒ 22.278
‒ 16.629
‒ 10.187
‒ 13.162
Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken
‒ 363.447
0
‒ 363.447
0
‒ 363.447
0
0
0
0
Toerekening uitgaven aan Douane
‒ 171.745
0
‒ 171.745
0
‒ 171.745
0
0
0
0
Toerekening uitgaven aan Toeslagen
‒ 191.702
0
‒ 191.702
0
‒ 191.702
0
0
0
0
Ontvangsten (3) + (4)
182.389.112
‒ 80.000
182.309.112
‒ 5.029.198
177.279.914
17.444.306
18.109.328
22.594.637
26.009.771
Programma-ontvangsten (3)
182.296.879
‒ 80.000
182.216.879
‒ 5.052.708
177.164.171
17.428.130
18.094.645
22.579.930
26.000.064
waarvan: Belastingontvangsten
181.282.055
‒ 80.000
181.202.055
‒ 4.619.977
176.582.078
17.688.408
18.215.274
22.631.117
26.079.226
Bekostiging
135.644
0
135.644
‒ 128.644
7.000
‒ 75.051
‒ 46.310
‒ 17.335
‒ 17.335
Doorbelasten kosten vervolging
135.644
0
135.644
‒ 128.644
7.000
‒ 75.051
‒ 46.310
‒ 17.335
‒ 17.335
Rente
665.616
0
665.616
‒ 242.545
423.071
‒ 121.642
‒ 25.000
‒ 1.421
‒ 29.422
Belasting- en invorderingsrente
665.616
0
665.616
‒ 242.545
423.071
‒ 121.642
‒ 25.000
‒ 1.421
‒ 29.422
Boetes en schikkingen
213.564
0
213.564
‒ 61.542
152.022
‒ 63.585
‒ 49.319
‒ 32.431
‒ 32.405
Ontvangsten boetes en schikkingen
213.564
0
213.564
‒ 61.542
152.022
‒ 63.585
‒ 49.319
‒ 32.431
‒ 32.405
Apparaatsontvangsten (4)
92.233
0
92.233
23.510
115.743
16.176
14.683
14.707
9.707
Tabel 8 Uitsplitsing verplichtingen (bedragen x € 1.000)
Omschrijving
Ontwerpbegroting 2022 (1)
Mutaties via NvW, ISB, moties en amendementen (2)
Vastgestelde begroting 2022 (3)=(1)+(2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5)=(3)+(4)
Mutatie 2023
Mutatie 2024
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Verplichtingen
3.288.160
0
3.288.160
‒ 13.629
3.274.531
76.349
101.018
37.564
1.491
waarvan garantieverplichtingen
405
0
405
‒ 89
316
‒ 89
‒ 89
‒ 89
‒ 89
waarvan overige verplichtingen
3.287.755
0
3.287.755
‒ 13.540
3.274.215
76.438
101.107
37.653
1.580
Toelichting
Verplichtingen en uitgaven
Personele uitgaven
De raming voor de personele uitgaven wordt met € 51 mln. verhoogd. De belangrijkste oorzaken hiervan zijn:
– € 13 mln. hogere verwachte uitgaven aan externe inhuur in verband met de later dit jaar uit te voeren tegemoetkomingsregeling MSNP. De Tweede Kamer is in maart geïnformeerd over de vormgeving en opties voor uitvoering van de tegemoetkoming9. In juni wordt de Kamer per brief nader geïnformeerd over de verdere contouren van een tegemoetkomingsregeling.
– € 23 mln. hogere personele uitgaven als gevolg van een verschuiving van materieel budget naar personeel budget. Dit betreft kosten voor personele ondersteuning op het domein van de bedrijfsvoering om de sturing en beheersing van de Belastingdienst te verbeteren en voor de wervingscapaciteit en dienstverlening door SSO O&P.
– € 22 mln. hogere personele uitgaven ten behoeve van de uitvoering van fiscale wet- en regelgeving door de Belastingdienst. Hiervoor staan middelen gereserveerd op artikel 10 Nog Onverdeeld, die nu worden overgeheveld naar artikel 1 Belastingen.
– Daarnaast worden een aantal overboekingen gedaan tussen andere artikelen en begrotingen voor de diensten die de Belastingdienst levert en worden enkele herschikkingen gedaan om de uitvoeringskosten MSNP in te kunnen passen.
Materiële uitgaven
De raming voor materiële uitgaven wordt met € 43 mln. verlaagd, met name als gevolg van:
– Een verschuiving van € 23 mln. van materieel naar personeel budget. Dit betreft bedrijfsvoeringskosten die niet onder materiële maar onder personele uitgaven vallen.
– Een verschuiving van € 10 mln. van materieel budget naar personeel budget voor de benodigde extra capaciteit om adequate dienstverlening te kunnen bieden aan ondernemers met betalingsproblemen nadat de invordering na corona weer wordt opgestart.
– Een aantal technische verschuivingen van materieel budget naar andere budgetten op artikel 1 Belastingen naar aanleiding van een herijking.
Opdrachten
De lagere uitgaven van € 22 mln. aan ICT- en overige opdrachten worden met name verklaard door:
– Een kasschuif van € 27 mln. naar latere jaren op ICT-opdrachten naar aanleiding van een herijking van de verwachten uitgaven.
– € 6,5 mln. in te zetten voor het verhogen van de cyberweerbaarheid, dat deels op andere budgetten op artikel 1 Belastingen landt. Het kabinet heeft in het coalitieakkoord doelen gesteld op het terrein van cybersecurity. De Belastingdienst geeft - in lijn met het coalitieakkoord - de noodzakelijke uitwerking om de cyberweerbaarheid te versterken.
– Een aantal technische verschuivingen van budget dat eerder verantwoord werd onder materiële uitgaven.
(Schade)vergoeding
Dit budget wordt met € 14 mln. verhoogd in verband met de verwachte uitgaven in 2022 voor de tegemoetkomingsrgeling MSNP.
Rente
De raming van de renteuitgaven, de renteontvangsten en de boeteontvangsten wordt verlaagd met respectievelijk € 20 mln., € 236 mln. en € 36 mln. vanwege een aangepaste verdeelsleutelsystematiek per 1 januari 2022. Deze aanpassing is aangekondigd bij de startnota10 en is budgetneutraal aangezien er een verhoging van de raming plaatsvindt bij de Sociale Fondsen met dezelfde bedragen. De uitgaven en ontvangsten van de belasting- en invorderingsrente en de boeteontvangsten hangen samen met de heffing van diverse belastingen. Voor de loon- en inkomstenheffing geldt dat deze gecombineerd wordt geheven met premies volksverzekeringen (AOW, Anw en Wlz). Dat betekent dat het totaal van de ontvangsten en uitgaven van de belasting- en invorderingsrente en de boeteontvangsten verdeeld worden tussen de begroting van het ministerie van Financiën en die van de Sociale Fondsen.
Ontvangsten
Bekostiging
De ontvangsten uit het doorbelasten van vervolgingskosten worden € 129 mln. lager geraamd. De belangrijkste oorzaken:
– € 65 mln. lagere verwachte ontvangsten in 2022 naar aanleiding van de aanvullende coronamaatregelen. Om de liquiditeitsproblemen van ondernemers te verlichten, heeft het kabinet het uitstel van betaling van belastingen verlengd tot en met maart 202211. Dit geldt voor de ondernemers die nog openstaande belastingschulden hebben onder het bijzonder uitstel van betaling vanwege de coronacrisis.
– € 86 mln. lagere ontvangsten in verband met het project Vervolgingskosten12. Dit project is opgestart omdat belastingplichtigen mogelijk teveel vervolgingskosten hebben betaald, doordat na vermindering van een aanslag de daarbij behorende vervolgingskosten niet altijd zijn verminderd. Om vast te stellen of er sprake is van onterechte vervolgingskosten en om welke bedragen het gaat, moeten de aanslagen opnieuw worden beoordeeld.
Rente
De ontvangstenraming van de belasting- en invorderingsrente is € 243 mln. lager. Dit heeft de volgende oorzaken:
– Een verlaging van € 236 mln. in 2022 vanwege een aangepaste verdeelsleutelsystematiek: zie de toelichting onder 'Verplichtingen en uitgaven'.
– De coronamaatregel13over het verlaagde invorderingsrentepercentage van 0,01% is verlengd van 1 januari 2022 tot en met 30 juni 2022. Daarna wordt het percentage per half jaar stapsgewijs teruggebracht naar het oude niveau van 4% voor belastingen. Dit resulteert in een verlaging van geraamde renteontvangsten van € 36 mln.
– Een positieve ramingsbijstelling van € 29 mln. op basis van de realisatiecijfers.
Boetes en schikkingen
De raming van de boeteontvangsten is € 62 mln. lager. Dit heeft de volgende oorzaken:
– Een verlaging van € 36 mln. in 2022 vanwege een aangepaste verdeelsleutelsystematiek: zie de toelichting onder 'Verplichtingen en uitgaven'.
– € 70 mln. lagere verwachte ontvangsten van verzuimboetes in 2022 naar aanleiding van de aanvullende coronamaatregelen. Om de liquiditeitsproblemen van ondernemers te verlichten, heeft het kabinet het uitstel van betaling van belastingen verlengd tot en met 31 maart 2022. Dit geldt voor de ondernemers die nog openstaande belastingschulden hebben onder het bijzonder uitstel van betaling vanwege de coronacrisis.
– Een positieve ramingsbijstelling van € 44 mln. op basis van de realisatiecijfers.
Apparaatsontvangsten
De raming van de apparaatsontvangsten is € 24 mln. hoger. als gevolg van aanvullende diensten die de Belastingdienst levert aan andere overheidspartijen waarbij zij de kosten doorberekent. Het gaat met name om diensten op het gebied van huisvesting (zoals voor Domeinen Roerende Zaken) en ICT (zoals videoconferencing en Logius).
Belastingontvangsten
In de Voorjaarsnota 2022 worden de mutaties van de Belastingontvangsten toegelicht. De aansluiting met de Voorjaarsnota en de bedragen in de begrotingstoelichting (artikel 1 Belastingen, tabel budgettaire gevolgen van beleid) ziet er als volgt uit:
Tabel 9 Belastingontvangsten (Bedragen x € 1.000)
Ontwerpbegroting 2022
Nvw en ISB's
Vastgestelde begroting 2022 na NvW en ISB's (1)
Mutatie 1e suppletoire begroting (2)
Stand 1e suppletoire begroting 2022 (3) = (1+2)
Totaal belastingontvangsten
223.125.918
0
223.125.918
‒ 1.384.261
221.741.657
– /– Afdracht Gemeentefonds
35.597.115
80.000
35.677.115
2.959.036
38.636.151
– /– Afdracht Provinciefonds
2.540.680
0
2.540.680
256.295
2.796.975
– /– Afdracht BES-fonds
42.390
0
42.390
4.926
47.316
– /– Belastingontvangsten artikel 6 Btw-compensatiefonds
3.663.678
0
3.663.678
15.459
3.679.137
Belastingontvangsten artikel 1 Belastingen
181.282.055
‒ 80.000
181.202.055
‒ 4.619.977
176.582.078
3.2 Artikel 2 Financiële markten
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 10 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 2 Financiële markten (bedragen x € 1.000)
Omschrijving
Ontwerpbegroting 2022 (1)
Mutaties via NvW, ISB, moties en amendementen (2)
Vastgestelde begroting 2022 (3)=(1)+(2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5)=(3)+(4)
Mutatie 2023
Mutatie 2024
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Verplichtingen
‒ 540.904
0
‒ 540.904
25.351
‒ 515.553
7.646
2.916
2.285
830
Uitgaven
27.997
0
27.997
25.551
53.548
7.646
2.916
2.285
830
Bekostiging
5.462
0
5.462
2.746
8.208
1.440
1.560
1.230
1.230
Accountantskamer
1.376
0
1.376
0
1.376
0
0
0
0
Muntcirculatie
3.787
0
3.787
746
4.533
0
0
0
0
IMVO convenanten
57
0
57
0
57
0
0
0
0
Overig
242
0
242
2.000
2.242
1.440
1.560
1.230
1.230
Opdrachten
9.421
0
9.421
25.780
35.201
3.336
1.586
1.285
‒ 170
Wijzer in geldzaken
1.698
0
1.698
0
1.698
1.455
1.455
1.455
0
Vakbekwaamheid
4.600
0
4.600
400
5.000
301
301
0
0
Uitvoeringskosten SRH
1.500
0
1.500
‒ 500
1.000
1.000
0
0
0
Schadeloosstelling SRH
0
0
0
650
650
750
0
0
0
Convertibiliteit Oekraïense hryvnia
0
0
0
23.250
23.250
0
0
0
0
Uitvoeringskosten omwisselen Oekraïense hryvnia
0
0
0
450
450
0
0
0
0
Overig
1.623
0
1.623
1.530
3.153
‒ 170
‒ 170
‒ 170
‒ 170
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
10.935
0
10.935
‒ 2.975
7.960
3.870
770
770
770
Bijdrage AFM BES-toezicht
705
0
705
0
705
0
0
0
0
Bijdrage DNB toezicht en DGS BES
2.003
0
2.003
0
2.003
0
0
0
0
Bijdrage toezicht en handhaving MIF
460
0
460
‒ 450
10
0
0
0
0
Bijdrage PSD II
558
0
558
‒ 195
363
0
0
0
0
Bijdrage FEC
2.954
0
2.954
770
3.724
770
770
770
770
Overig
4.255
0
4.255
‒ 3.100
1.155
3.100
0
0
0
Storting/onttrekking begrotingsreserve
1.625
0
1.625
0
1.625
‒ 1.000
‒ 1.000
‒ 1.000
‒ 1.000
Dotatie begrotingsreserve DGS BES
1.000
0
1.000
0
1.000
‒ 1.000
‒ 1.000
‒ 1.000
‒ 1.000
Dotatie begrotingsreserve NHT
625
0
625
0
625
0
0
0
0
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties
554
0
554
0
554
0
0
0
0
IASB
420
0
420
0
420
0
0
0
0
(Caribean) Financial Action Task Force
134
0
134
0
134
0
0
0
0
Ontvangsten
9.705
0
9.705
24.440
34.145
1.009
2.759
1.455
0
Bekostiging
2.000
0
2.000
746
2.746
0
0
0
0
Ontvangsten muntwezen
2.000
0
2.000
746
2.746
0
0
0
0
Opdrachten
1.455
0
1.455
23.250
24.705
1.455
1.455
1.455
0
Wijzer in geldzaken
1.455
0
1.455
0
1.455
1.455
1.455
1.455
0
Convertibiliteit Oekraïense hryvnia
0
0
0
23.250
23.250
0
0
0
0
Ontvangsten
6.250
0
6.250
444
6.694
‒ 446
1.304
0
0
Overig
6.250
0
6.250
444
6.694
‒ 446
1304
0
0
Tabel 11 Uitsplitsing verplichtingen (bedragen x € 1.000)
Omschrijving
Ontwerpbegroting 2022 (1)
Mutaties via NvW, ISB, moties en amendementen (2)
Vastgestelde begroting 2022 (3)=(1)+(2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5)=(3)+(4)
Mutatie 2023
Mutatie 2024
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Verplichtingen
‒ 540.904
0
‒ 540.904
25.351
‒ 515.553
7.646
2.916
2.285
830
waarvan garantieverplichtingen
‒ 568.901
0
‒ 568.901
‒ 200
‒ 569.101
0
0
0
0
Garantie WAKO (kernongevallen)
‒ 568.901
0
‒ 568.901
0
‒ 568.901
0
0
0
0
Garantie DGS BES
0
0
0
‒ 200
‒ 200
0
0
0
0
waarvan overige verplichtingen
27.997
0
27.997
25.551
53.548
7.646
2.916
2.285
830
Muntcirculatie
3.787
0
3.787
746
4.533
0
0
0
0
Vakbekwaamheid
4.600
0
4.600
400
5.000
301
301
0
0
Bijdrage DNB toezicht en DGS BES
2.003
0
2.003
0
2.003
0
0
0
0
Bijdrage FEC
2.954
0
2.954
770
3.724
770
770
770
770
Convertibiliteit Oekraïense hryvnia
0
0
0
23.250
23.250
0
0
0
0
Uitvoeringskosten omwisselen Oekraïense hryvnia
0
0
0
450
450
0
0
0
0
Overige betalingsverplichtingen
14.653
0
14.653
‒ 65
14.588
6.575
1.845
1.515
60
Toelichting
Verplichtingen
Overige verplichtingen
Conform de raadsaanbeveling van de Europese Commissie wordt er een regeling opgezet voor Oekraïense ontheemden om contante Oekraïense valuta (hryvnia's) om te kunnen wisselen voor euro's. Om de regeling in Nederland in werking te kunnen laten treden is naar verwachting een bedrag oplopend tot maximaal € 23,3 mln. nodig om de valuta te kunnen opkopen. Hier staat tegenover dat deze valuta verkocht zullen worden (zie 'Ontvangsten').
Volgens de raadsaanbeveling dienen geen transactiekosten in rekening te worden gebracht. De uitvoeringskosten, onder andere transactiekosten en verwerkingskosten, worden geschat op € 0,4 mln. De uitgaven worden generaal gedekt.
Uitgaven
Bekostiging
De raming van de uitgaven stijgt in 2022 met € 2 mln., met name vanwege een herijking van de uitvoeringstoets 'verbod op cashbetalingen boven € 3.000'. Uit de herijking blijkt dat er extra toezichtscapaciteit en daarmee extra budget nodig is om het huidige rakingspercentage van het toezicht (0,93%) te realiseren. Het verbod op contante betalingen vloeit voort uit het plan van aanpak witwassen dat het kabinet op 30 juni 2019 aan de Tweede Kamer heeft gezonden14. Deze middelen worden beschikbaar gesteld aan de Belastingdienst, die het toezicht uitvoert.
Opdrachten
De raming van de uitgaven voor opdrachten stijgt, met name door de oprichting van een projectteam in het kader van mogelijke kandidatuur voor de Anti-Money Laundering Authority (AMLA, € 1,7 mln.). Op 20 juli 2021 heeft de Europese Commissie een wetgevingspakket met anti-witwasmaatregelen gepubliceerd, onderdeel hiervan is de oprichting van AMLA. De helft van de uitgaven worden gedekt vanuit de Financiënbegroting, de andere helft vanuit de HGIS-middelen (Homogene Groep Internationale Samenwerking).
Naar verwachting is een bedrag oplopend tot maximaal € 23,7 mln. nodig om een regeling op te zetten voor Oekraïense ontheemden om contante Oekraïense valuta (hryvnia's) om te kunnen wisselen voor euro's. Zie ook de toelichting onder 'Verplichtingen'.
Bijdragen aan ZBO's/RWT's
De initiële vulling van het Ultimate Beneficial Owners (UBO) register kost meer tijd dan aanvankelijk verwacht. Hierdoor vallen kosten later en worden middelen vanuit 2022 via een kasschuif (€ 3,1 mln.) doorgeschoven naar 2023.
Ontvangsten
Opdrachten
Na omwisseling van de contante Oekraïense valuta (hryvnia's) zal, zodra de situatie dit toelaat, de valuta worden omgewisseld door DNB bij de nationale centrale bank van Oekraïne. Naar verwachting vloeit een bedrag oplopend tot maximaal € 23,3 mln. terug naar de Staat, afhankelijk van de afspraken die worden gemaakt met de Oekraïense centrale bank.
3.3 Artikel 3 Financieringsactiviteiten publiek-private sector
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 12 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 3 Financieringsactiviteiten publiek-private sector (bedragen x € 1.000)
Omschrijving
Ontwerpbegroting 2022 (1)
Mutaties via NvW, ISB, moties en amendementen (2)
Vastgestelde begroting 2022 (3)=(1)+(2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5)=(3)+(4)
Mutatie 2023
Mutatie 2024
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Verplichtingen
4.868.425
160.000
5.028.425
‒ 974
5.027.451
0
0
33.000
232.837
Uitgaven
618.425
0
618.425
721.943
1.340.368
0
0
33.000
232.837
Garanties
20
0
20
0
20
0
0
0
0
Regeling Bijzondere Financieringen
20
0
20
0
20
0
0
0
0
Leningen
0
0
0
722.917
722.917
0
0
0
0
Lening KLM
0
0
0
722.917
722.917
0
0
0
0
Opdrachten
6.309
0
6.309
0
6.309
0
0
0
0
Uitvoeringskosten staatsdeelnemingen
3.678
0
3.678
0
3.678
0
0
0
0
Opstart Invest International
2.631
0
2.631
0
2.631
0
0
0
0
Vermogensverschaffing/-onttrekking
607.000
0
607.000
0
607.000
0
0
33.000
232.837
Afdrachten Staatsloterij
100.000
0
100.000
0
100.000
0
0
0
0
Kapitaalinjectie Invest-NL
330.000
0
330.000
0
330.000
0
0
33.000
172.000
Kapitaalinjectie Invest International
177.000
0
177.000
0
177.000
0
0
0
60.837
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
5.096
0
5.096
‒ 974
4.122
0
0
0
0
NLFI
5.096
0
5.096
‒ 974
4.122
0
0
0
0
Ontvangsten
1.499.963
0
1.499.963
313.220
1.813.183
‒ 416.000
‒ 503.000
‒ 376.000
‒ 357.000
Garanties
24.000
0
24.000
0
24.000
0
0
0
0
Premieontvangsten garantie KLM
24.000
0
24.000
0
24.000
0
0
0
0
Leningen
41.463
0
41.463
0
41.463
0
0
0
0
Renteontvangsten lening KLM
41.463
0
41.463
0
41.463
0
0
0
0
Vermogensverschaffing/-onttrekking
1.430.000
0
1.430.000
313.658
1.743.658
‒ 416.000
‒ 503.000
‒ 376.000
‒ 357.000
Aan-/verkoop vermogenstitels
0
0
0
281.300
281.300
0
0
0
0
Afdrachten Staatsloterij
100.000
0
100.000
0
100.000
0
0
0
0
Dividenden staatsdeelnemingen
1.315.000
0
1.315.000
32.358
1.347.358
‒ 415.000
‒ 490.000
‒ 365.000
‒ 350.000
Winstafdracht DNB
15.000
0
15.000
0
15.000
0
0
0
0
waarvan: Griekse inkomsten SMP
0
0
0
0
0
0
0
0
0
waarvan: rente-inkomsten ESM
15.000
0
15.000
0
15.000
‒ 1.000
‒ 13.000
‒ 11.000
‒ 7.000
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
4.500
0
4.500
‒ 438
4.062
0
0
0
0
NLFI
4.500
0
4.500
‒ 438
4.062
0
0
0
0
Tabel 13 Uitsplitsing verplichtingen (bedragen x € 1.000)
Omschrijving
Ontwerpbegroting 2022 (1)
Mutaties via NvW, ISB, moties en amendementen (2)
Vastgestelde begroting 2022 (3)=(1)+(2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5)=(3)+(4)
Mutatie 2023
Mutatie 2024
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Verplichtingen
4.868.425
160.000
5.028.425
‒ 974
5.027.451
0
0
33.000
232.837
waarvan garantieverplichtingen
0
160.000
160.000
0
160.000
0
0
0
0
Garanties en vrijwaringen staatsdeelnemingen
0
160.000
160.000
0
160.000
0
0
0
0
waarvan overige verplichtingen
4.868.425
0
4.868.425
‒ 974
4.867.451
0
0
33.000
232.837
Kapitaalinjectie Invest-NL
330.000
0
330.000
0
330.000
0
0
33.000
172.000
Kapitaalinjectie Invest International
177.000
0
177.000
0
177.000
0
0
0
60.837
Afdrachten Staatsloterij
100.000
0
100.000
0
100.000
0
0
0
0
Kapitaalinjectie TenneT
4.250.000
0
4.250.000
0
4.250.000
0
0
0
0
Overige betalingsverplichtingen
11.425
0
11.425
‒ 974
10.451
0
0
0
0
Toelichting
Uitgaven
Leningen
Als onderdeel van het pakket aan steunmaatregelen van de Nederlandse Staat aan KLM in 2020, is een directe lening verstrekt met een omvang van maximaal € 1 mld. KLM heeft in 2020 € 277,1 mln. getrokken op deze lening. In 2021 heeft KLM niet getrokken op de lening. Het resterende bedrag op de lening (€ 722,9 mln.) wordt overgeheveld naar 2022.
Ontvangsten
Vermogensverschaffing /- onttrekking
De verwachte ontvangsten nemen in 2022 met € 313,7 mln. toe. Dit komt met name doordat ABN Amro in 2022 een inkoopprogramma uitvoert. De staat ontvangt op basis van het huidige aandelenbelang naar verwachting € 281,3 mln.
Daarnaast vallen de dividendontvangsten in 2022 € 32,4 mln. hoger uit, met name door een dividendbelastingteruggave die eerder was begroot in 2021, maar in 2022 zal worden ontvangen. De meest recente informatie over het verwachte dividend van de staatsdeelnemingen laat een structurele tegenvaller zien als gevolg van de huidige marktomstandigheden. Enkele deelnemingen hebben te leiden onder de coronacrisis, waardoor hier voorlopig nog geen dividendafdracht verwacht kan worden en de raming naar beneden moet worden bijgesteld.
3.4 Artikel 4 Internationale financiële betrekkingen
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 14 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 4 Internationale financiële betrekkingen (bedragen x € 1.000)
Omschrijving
Ontwerpbegroting 2022 (1)
Mutaties via NvW, ISB, moties en amendementen (2)
Vastgestelde begroting 2022 (3)=(1)+(2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5)=(3)+(4)
Mutatie 2023
Mutatie 2024
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Verplichtingen
943.419
100.000
1.043.419
502.724
1.546.143
‒ 1.000
‒ 13.000
‒ 11.000
‒ 7.000
Uitgaven
402.972
0
402.972
‒ 129
402.843
‒ 1.129
‒ 22.224
‒ 26.606
‒ 24.248
Garanties
96.352
0
96.352
0
96.352
0
0
0
0
EIB pan-Europees garantiefonds
96.352
0
96.352
0
96.352
0
0
0
0
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties
276.883
0
276.883
‒ 129
276.754
‒ 1.129
‒ 22.224
‒ 26.606
‒ 24.248
Rentecompensatie ESM
15.000
0
15.000
0
15.000
‒ 1.000
‒ 13.000
‒ 11.000
‒ 7.000
Wereldbank
261.883
0
261.883
‒ 129
261.754
‒ 129
‒ 9.224
‒ 15.606
‒ 17.248
Leningen
27.920
0
27.920
0
27.920
0
0
0
0
Teruggave winsten
27.920
0
27.920
0
27.920
0
0
0
0
Opdrachten
1.817
0
1.817
0
1.817
0
0
0
0
Technische assistentie
1.817
0
1.817
0
1.817
0
0
0
0
Ontvangsten
165.107
0
165.107
159.919
325.026
‒ 150.343
13.977
11.919
11.112
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties
5.188
0
5.188
0
5.188
0
0
0
0
Ontvangsten IFI's
1.998
0
1.998
0
1.998
0
0
0
0
Ontvangsten ESM Kapitaal
3.190
0
3.190
0
3.190
0
0
0
0
Leningen
159.919
0
159.919
159.919
319.838
‒ 150.343
13.977
11.919
11.112
Aflossing lening Griekenland
159.919
0
159.919
159.919
319.838
‒ 159.919
0
0
0
Renteontvangsten lening Griekenland
0
0
0
0
0
9.576
13.977
11.919
11.112
Tabel 15 Uitsplitsing verplichtingen (bedragen x € 1.000)
Omschrijving
Ontwerpbegroting 2022 (1)
Mutaties via NvW, ISB, moties en amendementen (2)
Vastgestelde begroting 2022 (3)=(1)+(2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5)=(3)+(4)
Mutatie 2023
Mutatie 2024
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Verplichtingen
943.419
100.000
1.043.419
502.724
1.546.143
‒ 1.000
‒ 13.000
‒ 11.000
‒ 7.000
waarvan garantieverplichtingen
‒ 24.710
100.000
75.290
596.852
672.142
0
0
0
0
Garantie aan DNB inzake IMF
0
0
0
614.568
614.568
0
0
0
0
AIIB
0
0
0
‒ 2.226
‒ 2.226
0
0
0
0
Wereldbank
0
100.000
100.000
‒ 15.490
84.510
0
0
0
0
ESM
‒ 24.710
0
‒ 24.710
0
‒ 24.710
0
0
0
0
waarvan overige verplichtingen
968.129
0
968.129
‒ 94.128
874.001
‒ 1.000
‒ 13.000
‒ 11.000
‒ 7.000
Rentecompensatie ESM
15.000
0
15.000
0
15.000
‒ 1.000
‒ 13.000
‒ 11.000
‒ 7.000
Wereldbank
923.392
0
923.392
‒ 94.128
829.264
0
0
0
0
Teruggave winsten SMP/ANFA
27.920
0
27.920
0
27.920
0
0
0
0
Technische assistentie kiesgroeplanden
1.817
0
1.817
0
1.817
0
0
0
0
Toelichting
Verplichtingen
Garanties
De garantie aan DNB inzake IMF wordt met circa € 615 mln. opwaarts bijgesteld. Deze mutatie bestaat uit een ophoging van de IMF garantie als gevolg van het doorlenen van 300 mln. SDR's aan de PRGT-faciliteit door DNB15 en een wisselkoerscorrectie op de SDR-onderdelen van de totale garantie aan de hand van de EUR-SDR wisselkoers van 1 maart. De waarde van de SDR is daarbij gestegen ten opzichte van de euro.
Ook de garanties van de AIIB en de Wereldbank worden bijgesteld aan de hand van de meest recente wisselkoers van de euro ten opzichte van de dollar. De dollarkoers is daarbij gedaald ten opzichte van de euro. Deze garanties worden naar beneden bijgesteld met respectievelijk € 2,2 mln. en € 15,5 mln.
Overige verplichtingen
Nederland heeft in 2021 ingestemd om de twintigste middelenaanvulling van de International Development Association (IDA20) een jaar naar voren te halen om het financieringstekort van IDA als gevolg van de COVID-19 respons op te vangen. Inmiddels zijn de onderhandelingen over het IDA20 pakket afgerond door donoren en is de financieringshoogte en daarmee de bijdrage van Nederland aan IDA20 bepaald. De opgenomen stelpost in de begroting voor de betalingsverplichtingen dient op basis van het voorgaande met € 94 mln. naar beneden te worden bijgesteld.
Ontvangsten
Leningen
De ontvangsten voor de aflossing van de lening aan Griekenland is met circa € 160 mln. naar boven bijgesteld. Griekenland heeft een aanvraag gedaan om een deel van de lening onder de Greek Loan Facility (GLF) vervroegd af te lossen. Hierdoor verschuift de aflossing die voor 2023 was voorzien naar 2022.
3.5 Artikel 5 Exportkredietverzekeringen, -garanties en investeringsverzekeringen
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 16 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 5 Exportkredietverzekeringen, -garanties en investeringsverzekeringen (bedragen x € 1.000)
Omschrijving
Ontwerpbegroting 2022 (1)
Mutaties via NvW, ISB, moties en amendementen (2)
Vastgestelde begroting 2022 (3)=(1)+(2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5)=(3)+(4)
Mutatie 2023
Mutatie 2024
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Verplichtingen
10.089.941
0
10.089.941
‒ 15
10.089.926
75
75
75
75
Uitgaven
221.941
0
221.941
‒ 15
221.926
75
75
75
75
Opdrachten
19.697
0
19.697
‒ 15
19.682
75
75
75
75
Kostenvergoeding Atradius DSB
18.900
0
18.900
0
18.900
0
0
0
0
Uitvoeringskosten herverzekering leverancierskredieten
650
0
650
0
650
0
0
0
0
Overige uitgaven
147
0
147
‒ 15
132
75
75
75
75
Garanties
132.000
0
132.000
0
132.000
0
0
0
0
Schade-uitkering EKV
112.000
0
112.000
0
112.000
0
0
0
0
Schade-uitkering herverzekering leverancierskredieten
20.000
0
20.000
0
20.000
0
0
0
0
Storting/onttrekking begrotingsreserve
70.244
0
70.244
0
70.244
0
0
0
0
Mutatie begrotingsreserve EKV
70.244
0
70.244
0
70.244
0
0
0
0
Ontvangsten
131.076
0
131.076
‒ 1.685
129.391
‒ 1.993
‒ 3.157
‒ 3.156
‒ 3.139
Garanties
107.119
0
107.119
‒ 1.760
105.359
‒ 2.068
‒ 3.232
‒ 3.231
‒ 3.214
Premies EKV
70.244
0
70.244
0
70.244
0
0
0
0
Schaderestituties EKV
16.875
0
16.875
‒ 1.760
15.115
‒ 2.068
‒ 3.232
‒ 3.231
‒ 3.214
Schaderestituties herverzekering leverancierskredieten
20.000
0
20.000
0
20.000
0
0
0
0
Storting/onttrekking begrotingsreserve
23.957
0
23.957
75
24.032
75
75
75
75
Mutatie begrotingsreserve EKV
23.957
0
23.957
75
24.032
75
75
75
75
Tabel 17 Uitsplitsing verplichtingen (bedragen x € 1.000)
Omschrijving
Ontwerpbegroting 2022 (1)
Mutaties via NvW, ISB, moties en amendementen (2)
Vastgestelde begroting 2022 (3)=(1)+(2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5)=(3)+(4)
Mutatie 2023
Mutatie 2024
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Verplichtingen
10.089.941
0
10.089.941
‒ 15
10.089.926
75
75
75
75
waarvan garantieverplichtingen
10.000.000
0
10.000.000
0
10.000.000
0
0
0
0
Exportkredietverzekeringen
10.000.000
0
10.000.000
0
10.000.000
0
0
0
0
waarvan: aangegane garantieverplichtingen
10.000.000
0
10.000.000
0
10.000.000
0
0
0
0
waarvan: vervallen garantieverplichtingen
0
0
0
0
0
0
0
0
0
waarvan overige verplichtingen
89.941
0
89.941
‒ 15
89.926
75
75
75
75
Kostenvergoeding Atradius DSB
18.900
0
18.900
0
18.900
0
0
0
0
Uitvoeringskosten herverzekering leverancierskredieten
650
0
650
0
650
0
0
0
0
Storting begrotingsreserve EKV
70.244
0
70.244
0
70.244
0
0
0
0
Overige betalingsverplichtingen
147
0
147
‒ 15
132
75
75
75
75
Toelichting
De mutaties op het niveau van de financiële instrumenten komen niet boven de ondergrenzen uit binnen de staffel (conform de RBV, zie ook de Leeswijzer op pagina 4). Toelichting van deze mutaties blijft derhalve achterwege.
3.6 Artikel 6 Btw-compensatiefonds
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 18 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 6 Btw-compensatiefonds (bedragen x € 1.000)
Omschrijving
Ontwerpbegroting 2022 (1)
Mutaties via NvW, ISB, moties en amendementen (2)
Vastgestelde begroting 2022 (3)=(1)+(2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5)=(3)+(4)
Mutatie 2023
Mutatie 2024
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Verplichtingen
3.663.678
702
3.664.380
14.757
3.679.137
1.491
‒ 1.612
‒ 1.623
‒ 1.897
Uitgaven
3.663.678
702
3.664.380
14.757
3.679.137
1.491
‒ 1.612
‒ 1.623
‒ 1.897
Bijdrage aan medeoverheden
3.663.678
702
3.664.380
14.757
3.679.137
1.491
‒ 1.612
‒ 1.623
‒ 1.897
Bijdragen aan gemeenten
3.253.916
702
3.254.618
9.386
3.264.004
‒ 1.692
‒ 1.886
‒ 1.897
‒ 1.897
Bijdragen aan provincies
409.762
0
409.762
5.371
415.133
3.183
274
274
0
Ontvangsten
3.663.678
702
3.664.380
14.757
3.679.137
1.491
‒ 1.612
‒ 1.623
‒ 1.897
Toelichting
Verplichtingen, uitgaven en ontvangsten
Bijdrage aan medeoverheden
Als gevolg van een overheveling van budget van ministeries naar decentrale overheden, wordt een bedrag zonder btw toegevoegd aan het Gemeente- of Provinciefonds. Het geraamde btw-deel (€ 14,8 mln.) wordt in het Btw-compensatiefonds (BCF) gestort. Gemeenten en provincies kunnen de betaalde btw terugvragen uit het Btw-compensatiefonds.
3.7 Artikel 9 Douane
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 19 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 9 Douane (bedragen x € 1.000)
Omschrijving
Ontwerpbegroting 2022 (1)
Mutaties via NvW, ISB, moties en amendementen (2)
Vastgestelde begroting 2022 (3)=(1)+(2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5)=(3)+(4)
Mutatie 2023
Mutatie 2024
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Verplichtingen
670.411
0
670.411
4.701
675.112
7.939
7.939
7.974
8.093
Uitgaven (1) + (2)
670.411
0
670.411
4.701
675.112
7.939
7.939
7.974
8.093
(1) Apparaatsuitgaven
466.201
0
466.201
7.169
473.370
8.163
8.163
8.163
8.163
Personele uitgaven
443.947
0
443.947
4.074
448.021
8.163
8.163
8.163
8.163
Eigen personeel
430.136
0
430.136
‒ 1.845
428.291
5.008
5.008
5.008
5.008
Inhuur externen
13.599
0
13.599
5.869
19.468
3.155
3.155
3.155
3.155
Overig personeel
212
0
212
50
262
0
0
0
0
Materiële uitgaven
22.254
0
22.254
3.095
25.349
0
0
0
0
ICT
1.510
0
1.510
0
1.510
0
0
0
0
Bijdrage aan SSO's
150
0
150
0
150
0
0
0
0
Overig materieel
20.594
0
20.594
3.095
23.689
0
0
0
0
(2) Programma-uitgaven
204.210
0
204.210
‒ 2.468
201.742
‒ 224
‒ 224
‒ 189
‒ 70
Bekostiging
50
0
50
0
50
0
0
0
0
Overige bekostiging
50
0
50
0
50
0
0
0
0
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
1.350
0
1.350
0
1.350
0
0
0
0
Overige bijdrage ZBO's/RWT's
1.350
0
1.350
0
1.350
0
0
0
0
Opdrachten
27.878
0
27.878
‒ 2.468
25.410
‒ 224
‒ 224
‒ 189
‒ 70
ICT opdrachten
6.035
0
6.035
‒ 1.014
5.021
‒ 119
‒ 119
‒ 119
‒ 90
Overige opdrachten
21.843
0
21.843
‒ 1.454
20.389
‒ 105
‒ 105
‒ 70
20
Bijdrage aan agentschappen
3.187
0
3.187
0
3.187
0
0
0
0
Bijdrage overige agentschappen
3.187
0
3.187
0
3.187
0
0
0
0
Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken
171.745
0
171.745
0
171.745
0
0
0
0
Toegerekende uitgaven van Belastingen
171.745
0
171.745
0
171.745
0
0
0
0
Ontvangsten
605
0
605
0
605
0
0
0
0
Apparaatontvangsten
605
0
605
0
605
0
0
0
0
Toelichting
De mutaties op het niveau van de financiële instrumenten komen niet boven de ondergrenzen uit binnen de staffel (conform de RBV, zie ook de Leeswijzer op pagina 4). Toelichting van deze mutaties blijft derhalve achterwege.
3.8 Artikel 13 Toeslagen
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 20 Budgettaire gevolgen van beleid artikel13 Toeslagen (bedragen x € 1.000)
Omschrijving
Ontwerpbegroting 2022 (1)
Mutaties via NvW, ISB, moties en amendementen (2)
Vastgestelde begroting 2022 (3)=(1)+(2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5)=(3)+(4)
Mutatie 2023
Mutatie 2024
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Verplichtingen
1.142.099
147.140
1.289.239
533.534
1.822.773
140.862
344.283
61.068
6.013
Uitgaven (1) + (2)
1.149.099
857.445
2.006.544
‒ 44.359
1.962.185
360.135
352.483
61.568
6.013
(1) Apparaatsuitgaven
285.864
50.000
335.864
18.191
354.055
163.735
222.583
43.268
6.013
Personele uitgaven
276.123
50.000
326.123
17.053
343.176
162.618
222.070
43.118
5.988
Eigen personeel
148.438
15.000
163.438
6.307
169.745
44.548
71.255
16.691
4.877
Inhuur externen
126.685
35.000
161.685
10.696
172.381
118.070
150.815
26.427
1.111
Overig personeel
1.000
0
1.000
50
1.050
0
0
0
0
Materiële uitgaven
9.741
0
9.741
1.138
10.879
1.117
513
150
25
ICT
213
0
213
0
213
0
0
0
0
Bijdrage aan SSO's
0
0
0
628
628
231
25
25
25
Overige materiële uitgaven
9.528
0
9.528
510
10.038
886
488
125
0
(2) Programma-uitgaven
863.235
807.445
1.670.680
‒ 62.550
1.608.130
196.400
129.900
18.300
0
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
102
0
102
0
102
0
0
0
0
Bijdrage overige ZBO's/RWT's
102
0
102
0
102
0
0
0
0
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties
0
0
0
3.300
3.300
0
0
0
0
Bijdrage aan (inter)nationale organisaties
0
0
0
3.300
3.300
0
0
0
0
Opdrachten
19.526
20.000
39.526
5.500
45.026
10.600
2.200
0
0
ICT opdrachten
26
0
26
0
26
0
0
0
0
Overige opdrachten
19.500
20.000
39.500
5.500
45.000
10.600
2.200
0
0
Bijdrage aan medeoverheden
0
52.445
52.445
32.000
84.445
83.000
0
0
0
Bijdrage aan medeoverheden
0
52.445
52.445
32.000
84.445
83.000
0
0
0
(Schade)vergoeding
651.905
735.000
1.386.905
‒ 103.350
1.283.555
102.800
127.700
18.300
0
Compensatie toeslagengedupeerden
437.705
118.000
555.705
‒ 172.100
383.605
50.900
127.700
18.300
0
Kwijtschelden private schulden
214.200
90.000
304.200
4.500
308.700
48.900
0
0
0
Herstelprogramma voor kinderen
0
420.000
420.000
0
420.000
0
0
0
0
Herstelregeling voor ex-partners
0
60.000
60.000
0
60.000
0
0
0
0
Herstelregeling voor gedupeerden andere toeslagen
0
47.000
47.000
0
47.000
0
0
0
0
Overige (schade)vergoedingen
0
0
0
64.250
64.250
3.000
0
0
0
Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken
191.702
0
191.702
0
191.702
0
0
0
0
Toegerekende uitgaven van Belastingen
191.702
0
191.702
0
191.702
0
0
0
0
Ontvangsten
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Toelichting
Verplichtingen
Het verplichtingenbudget wordt in 2022 per saldo verhoogd met € 533,5 mln. Dit heeft verschillende redenen, de belangrijkste zijn:
– Naar aanleiding van de controles van de Auditdienst Rijk (ADR) op het jaarverslag 2021 worden er om twee redenen wijzigingen doorgevoerd. Ten eerste is gebleken dat, vanwege een vertraging in de benodigde wetgeving, naar verwachting pas in 2022 verplichtingen voor de kindregeling (€ 630 mln.), voor de forfaitaire compensatie voor ex-partners (€ 98 mln.) en voor de compensatie van Opzet/Grove Schuld-gedupeerden binnen de herstelregeling voor gedupeerden van andere toeslagen (€ 23,3 mln.) worden aangegaan. Ten tweede heeft de ADR geoordeeld dat de verplichting voor de kwijtschelding van private schulden (inclusief uitvoering) al in 2021 is aangegaan. Het oorspronkelijke verplichtingenbudget in 2022 wordt op basis van dat oordeel neerwaarts gecorrigeerd (€ 223,7 mln.)
– Kinderen van gedupeerden van de problemen met de kinderopvangtoeslag krijgen toegang tot niet-financiële hulp via gemeenten. De hiertoe behorende verwachte verplichting zal geheel in 2022 worden aangegaan. Hier is additioneel verplichtingenbudget voor nodig (€ 67 mln.). Omdat in 2022 ook verplichtingen worden aangegaan voor de uitgaven in de jaren na 2022, is de verplichting groter dan de uitgavenmutatie.
– Voor de herijking van de aanpak van het Toeslagenherstel is in 2022 additioneel verplichtingenbudget benodigd. De gemeenten zijn op verschillende stromen betrokken bij de herijking, waaronder de coördinatie van het eerste aanspreekpunt voor de gedupeerden. Dit verplichtingenbudget is groter dan de uitgavenmutatie (in 2022), omdat in 2022 ook verplichtingen worden aangegaan voor de uitgaven in de jaren na 2022 (€ 68,2 mln.).
– Voor de uitvoering van hulp aan ouders in het buitenland wordt het verplichtingenbudget middels een kasschuif in het juiste ritme geplaatst (in 2022 met € 6,6 mln. opwaarts bijgesteld).
– De overige verplichtingenmutaties (- € 135,9 mln.) zijn gelijk aan de uitgavenmutaties. Ter toelichting wordt derhalve verwezen naar de toelichting onder 'uitgaven', uitgezonderd de kasschuiven voor de forfaitaire compensatie waarvoor in 2022 geen additioneel verplichtingenbudget nodig is.
Uitgaven
Personele uitgaven
Dit budget wordt in 2022 verhoogd met € 17,1 mln. Dit heeft verschillende redenen, de belangrijkste zijn:
– Op 1 januari 2022 is het programma directoraat-generaal Herstel Toeslagen formeel gestart16. Dit programma directoraat-generaal stuurt vanuit een coördinerende rol de opgavegerichte en domeinoverstijgende aanpak van de hersteloperatie aan. Hiervoor zullen personele uitgaven gedaan moeten worden (circa € 11 mln.).
– Voor voortzetting van de werkzaamheden (ketenpartners) die de Belastingdienst uitvoert voor de Uitvoeringsorganisatie Herstel Toeslagen (UHT) wordt budget overgeheveld van artikel 13 Toeslagen naar artikel 1 Belastingen (circa € 12 mln.).
– Om gedupeerden zo snel mogelijk te kunnen helpen wordt het apparaat van UHT versterkt. Dit wordt gefinancierd uit een reeds bestaande reservering op de aanvullende post voor Toeslagenherstel (€ 82 mln., waarvan circa € 4 mln. t.b.v. overheadkosten wordt overgeheveld naar artikel 1 Belastingen). Daarnaast wordt het benodigde budget middels een kasschuif in het juiste ritme geplaatst (- € 52,2 mln. in 2022).
– Ook de uitvoeringskosten van de kindregeling en herstelregeling voor andere toeslagen dan de kinderopvangtoeslag worden middels een kasschuif in het juiste ritme geplaatst (- € 30 mln.).
– Tot slot wordt € 5,1 mln. herschikt uit (schade)vergoeding en is er € 4,5 mln. nodig voor de herstart van de (dwang)invordering van toeslagschulden. De overige mutaties betreffen kleinere mutaties (cumulatief € 12,6 mln.).
Opdrachten
Voor uitvoering van hulp aan ouders in het buitenland door een nog te bepalen derde partij (n.a.v. een aanbestedingstraject) wordt € 4,5 mln. herschikt van compensatie toeslagengedupeerden. Daarnaast wordt er ten behoeve van opdrachten gerelateerd aan de herijking van de aanpak van het Toeslagenherstel € 1 mln. beschikbaar gesteld.
Bijdrage aan medeoverheden
Kinderen van gedupeerden van de problemen met de kinderopvangtoeslag krijgen toegang tot niet-financiële hulp via gemeenten. Hiervoor wordt in 2022 € 17 mln. beschikbaar gesteld. Daarnaast wordt er € 15 mln. beschikbaar gesteld voor de verwachte kosten van medeoverheden t.b.v. de herijking van de aanpak van het Toeslagenherstel.
(Schade)vergoeding
Dit budget wordt in 2022 met circa € 103,4 mln. naar beneden bijgesteld. Dit heeft verschillende redenen, de belangrijkste zijn:
– Zoals gemeld in de startnota van kabinet-Rutte IV17, worden de beschikbare programmamiddelen voor Toeslagenherstel middels een kasschuif uit 2021 opgehoogd met € 150 mln. in 2022. Hiervan komt € 120 mln. toe aan de forfaitaire compensatie en de integrale beoordeling en € 30 mln. aan de private schuldenoplossing.
– Uit de nieuwe ramingen voor de forfaitaire compensatie en de integrale beoordeling blijkt dat er kasschuiven nodig zijn om de budgetten in het juiste ritme te zetten (- € 221,5 mln.).
– Om het budget voor de private schuldenoplossing aan te laten sluiten op de raming is tevens een kasschuif nodig (- € 24,5 mln.).
– Van het bestaande compensatiebudget wordt € 8,5 mln. beschikbaar gesteld voor hulp aan ouders in het buitenland. Hiervan gaat € 4,5 mln. naar overige opdrachten (uitvoering). De resterende € 4 mln. blijft beschikbaar onder (schade)vergoeding (programma).
4 Beleidsartikelen Nationale Schuld (IXA)
4.1 Artikel 11 Financiering staatsschuld
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 21 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 11 Financiering staatsschuld (bedragen x € 1 mln.)
Omschrijving
Ontwerpbegroting 2022 (1)
Mutaties via NvW, ISB, moties en amendementen (2)
Vastgestelde begroting 2022 (3)=(1)+(2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5)=(3)+(4)
Mutatie 2023
Mutatie 2024
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Verplichtingen
34.615
0
34.615
198
34.812
515
2.981
3.226
6.840
Uitgaven
34.615
0
34.615
198
34.812
515
2.981
3.226
6.840
Opdrachten
17
0
17
5
21
1
1
1
1
Overige kosten
17
0
17
5
21
1
1
1
1
Rente
3.887
0
3.887
194
4.081
514
878
1.223
1.427
Rente vaste schuld
3.887
0
3.887
194
4.081
514
800
1.080
1.245
Rente vlottende schuld
0
0
0
0
0
0
78
143
182
Leningen
30.711
0
30.711
‒ 1
30.710
0
2.102
2.002
5.412
Aflossing vaste schuld
30.711
0
30.711
‒ 1
30.710
0
2.102
2.002
5.412
Ontvangsten
55.418
0
55.418
13.199
68.617
16.150
23.986
29.379
30.987
Rente
1.402
0
1.402
‒ 529
873
‒ 492
‒ 444
‒ 319
‒ 314
Rente vlottende schuld
481
0
481
‒ 235
246
‒ 312
‒ 316
‒ 223
‒ 222
Rente derivaten lang
921
0
921
‒ 294
627
‒ 180
‒ 128
‒ 96
‒ 92
Leningen
54.016
0
54.016
13.728
67.744
16.642
24.430
29.698
31.301
Uitgifte vaste schuld
54.016
0
54.016
‒ 9.016
45.000
16.642
24.430
29.698
31.301
Mutatie vlottende schuld
0
0
0
22.744
22.744
0
0
0
0
Toelichting
Verplichtingen en uitgaven
Rente
De rentelasten vaste schuld vallen in 2022 naar verwachting hoger uit. Bij de uitgifte van nieuwe schuld worden de rentetarieven vastgelegd tegen het dan geldende rentetarief. De rentetarieven zijn nu hoger dan geraamd bij de ontwerpbegroting 2022. Hierdoor ontstaat een tegenvaller van € 194 mln.
Ontvangsten
Rente
De raming van de rentebaten op de vlottende schuld valt € 235 mln. lager uit als gevolg van wijzigingen in de omvang van de kortlopende schuld en de hoogte van de korte rente. De korte rente is minder negatief dan de rente waarmee in de ontwerpbegroting 2022 rekening is gehouden. De lagere rentebaten zijn het saldo van meerdere mutaties die uit deze wijzigingen volgen.
Er worden in 2022 € 294 mln. minder rentebaten op derivaten verwacht dan eerder geraamd. Dit komt met name door de voortijdige beëindiging van rentederivaten waardoor meerjarig geraamde rentebaten al in 2021 zijn ontvangen.
Leningen
De raming voor de uitgifte van de vaste schuld is met € 9,0 mld. naar beneden bijgesteld als gevolg van het financieringsplan 2022. Het financieringsplan geeft een beschrijving van de geschatte omvang en de totstandkoming van de financieringsbehoefte van de Nederlandse Staat voor 2022 en een overzicht van de manier waarop het Agentschap van plan is deze in te vullen.
De vlottende schuld stijgt met € 22,7 mld. Dit is het gevolg van een hogere financieringsbehoefte doordat de raming van het kastekort voor het lopende begrotingsjaar sterk is toegenomen. Schommelingen in de financieringsbehoefte in een lopend begrotingsjaar worden zo veel mogelijk opgevangen op de geldmarkt.
4.2 Artikel 12 Kasbeheer
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 22 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 12 Kasbeheer (bedragen x € 1 mln.)
Omschrijving
Ontwerpbegroting 2022 (1)
Mutaties via NvW, ISB, moties en amendementen (2)
Vastgestelde begroting 2022 (3)=(1)+(2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5)=(3)+(4)
Mutatie 2023
Mutatie 2024
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Verplichtingen
1.531
0
1.531
303
1.834
303
397
459
504
Uitgaven
1.531
0
1.531
303
1.834
303
397
459
504
Rente
31
0
31
3
34
3
97
159
204
Rente kasbeheer
31
0
31
3
34
3
97
159
204
Leningen
1.500
0
1.500
300
1.800
300
300
300
300
Verstrekte leningen
1.500
0
1.500
300
1.800
300
300
300
300
Ontvangsten
7.248
0
7.248
2.880
10.128
1.209
‒ 2.113
‒ 1.340
‒ 1.964
Rente
87
0
87
6
93
4
5
8
11
Rente kasbeheer
87
0
87
6
93
4
5
8
11
Leningen
1.206
0
1.206
‒ 88
1.119
‒ 4
11
14
18
Ontvangen aflossingen
1.206
0
1.206
‒ 88
1.119
‒ 4
11
14
18
Mutaties in rekening-courant en deposito's
5.955
0
5.955
2.962
8.916
1.209
‒ 2.130
‒ 1.362
‒ 1.993
Mutaties in rekening courant en deposito's
5.955
0
5.955
2.962
8.916
1.209
‒ 2.130
‒ 1.362
‒ 1.993
Toelichting
Uitgaven
Leningen
Naar verwachting worden er meer leningen verstrekt aan de deelnemers van het schatkistbankieren dan eerder geraamd. De raming wordt daardoor met € 300 mln. naar boven bijgesteld.
Ontvangsten
Leningen
Op basis van de actuele inzichten wordt verwacht dat de aflossingen op de leningen die door de Agentschappen, rechtspersonen met een wettelijke taak (RWT's) en derden in het kader van schatkistbankieren zijn afgesloten, € 88 mln. lager zullen uitvallen dan geraamd bij de ontwerpbegroting 2022.
Mutaties in rekening-courant en deposito's
Uit een actualisatie van de raming van uitgaven en inkomsten van Sociale Fondsen blijkt dat deze fondsen naar verwachting meer geld gaan storten in de schatkist (€ 3,0 mld.). Dit betekent dat de geraamde mutatie in het saldo op de rekeningen-courant en deposito’s stijgt. De mutaties worden veroorzaakt door de uitgaven en ontvangsten van de deelnemers van het schatkistbankieren. Als een deelnemer een uitgave doet zal het aangehouden saldo op de rekening-courant dalen en dit betekent een uitgave op artikel 12 Kasbeheer. Een ontvangst van een deelnemer wordt gestort op de rekening-courant en dit zorgt voor een ontvangst op artikel 12 Kasbeheer.
5 Niet-beleidsartikelen
5.1 Artikel 8 Apparaat Kerndepartement
Tabel 23 Apparaatsuitgaven Kerndepartement (bedragen x € 1.000)
Omschrijving
Ontwerpbegroting 2022 (1)
Mutaties via NvW, ISB, moties en amendementen (2)
Vastgestelde begroting 2022 (3)=(1)+(2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5)=(3)+(4)
Mutatie 2023
Mutatie 2024
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Verplichtingen
332.766
0
332.766
40.592
373.358
50.310
43.311
37.835
24.782
Uitgaven
332.766
0
332.766
40.592
373.358
50.310
43.311
37.835
24.782
Personele uitgaven
213.422
0
213.422
20.039
233.461
21.748
21.504
18.723
17.655
Eigen personeel
205.067
0
205.067
14.627
219.694
20.343
20.224
17.463
16.395
Inhuur externen
7.820
0
7.820
5.524
13.344
1.455
1.330
1.310
1.310
Overig personeel
535
0
535
‒ 112
423
‒ 50
‒ 50
‒ 50
‒ 50
Materiële uitgaven
119.344
0
119.344
20.553
139.897
28.562
21.807
19.112
7.127
ICT
16.688
0
16.688
29.749
46.437
22.833
20.510
19.620
18.515
Bijdrage aan SSO's
44.623
0
44.623
10.027
54.650
8.870
8.870
7.017
6.572
Overig materieel
58.033
0
58.033
‒ 19.223
38.810
‒ 3.141
‒ 7.573
‒ 7.525
‒ 17.960
Ontvangsten
54.137
0
54.137
1.434
55.571
577
874
2.324
1.524
Apparaatontvangsten
54.137
0
54.137
1.434
55.571
577
874
2.324
1.524
Toelichting
Verplichtingen en uitgaven
Personele uitgaven
Er vinden meerdere, vooral relatief kleine begrotingsmutaties plaats. De meest in het oog springende zijn:
– Vanwege een lagere reguliere bezetting bij diverse directies vindt er meer externe inhuur plaats (€ 5,5 mln.).
– Voor het programma Informatiehuishouding op Orde wordt er budget vrijgegeven aan het SG-cluster. De middelen worden gefinancierd uit de beschikbaar gestelde middelen (€ 4,9 mln.) van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties (BZK).
– Er wordt aanvullend budget beschikbaar gesteld ter dekking van de apparaatskosten samenhangend met de komst van de nieuwe bewindslieden (€ 3,6 mln.). Eerder waren deze uitgaven (met name de overgang van twee naar drie bewindspersonen) incidenteel gedekt tot en met 2021.
– Op 1 januari 2022 is het programma Directoraat-Generaal Herstel Toeslagen formeel gestart. De middelen ten behoeve van de overhead worden hiervoor overgeboekt naar het Kerndepartement (€ 1,3 mln.).
– Een programmadirectie is opgericht om het Nederlandse Recovery and Resilience Plan (RRP) te coördineren (€ 1,1 mln.). Het primaire doel van deze directie is het schrijven en uitwerken van het Nederlandse RRP om aanspraak te maken op middelen vanuit het EU-herstelfonds voor Nederland.
Materiële uitgaven
De raming voor de materiële uitgaven wordt per saldo met € 20,5 mln. verhoogd. De belangrijkste oorzaken hiervan zijn:
– Er is extra budget voor bijdrage aan de Shared Servics organisaties (SSO's) om de stijgende kosten bij SSO's op te vangen. Door de uitbreiding van capaciteit bij het Kerndepartement worden er meer producten en diensten afgenomen bij SSO's, zoals SSC-ICT en de HIS (€ 5,4 mln.).
– De stijgende kosten voor ICT (€ 2,3 mln.). Er wordt budget beschikbaar gesteld vanwege ICT-projecten. Ook zorgen zowel een aantal reguliere ICT-projecten als projecten op het gebied van informatiebeveiliging voor een toename in beheer- en exploitatiekosten.
– Overboekingen naar andere departementen van circa € 1 mln. voor onder andere bijdragen van het ministerie van Financiën aan de Shared Services Organisaties (SSO's) voor facturen en onderzoeken.
– Er wordt onderzoeksgeld beschikbaar gesteld aan DGFZ om de motorrijtuigenbelasting te kunnen invoeren18. Het onderzoeksgeld wordt in 2022 ingezet voor onderzoek naar de beleidseffecten en aanpassingen van de systemen van de Belastingdienst en RDW (€ 1,5 mln.).
– Er is extra budget voor het project digitalisering Schatkistbankieren. Door de ontstane vertraging van het project zijn de bouwkosten gestegen met € 2,3 mln.
5.2 Artikel 10 Nog onverdeeld
Tabel 24 Nog onverdeeld (bedragen x € 1.000)
Omschrijving
Ontwerpbegroting 2022 (1)
Mutaties via NvW, ISB, moties en amendementen (2)
Vastgestelde begroting 2022 (3)=(1)+(2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5)=(3)+(4)
Mutatie 2023
Mutatie 2024
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Verplichtingen
147.901
0
147.901
129.780
151.777
115.048
106.981
115.693
113.605
Uitgaven
375.197
‒ 236.147
139.050
129.780
268.830
115.048
106.981
115.693
113.605
Nog te verdelen
375.197
‒ 236.147
139.050
129.780
268.830
115.048
106.981
115.693
113.605
Loonbijstelling-programma
2.340
0
2.340
0
2.340
0
0
0
0
Loonbijstelling-apparaat
11.459
0
11.459
102.263
113.722
92.247
87.865
86.290
86.128
Prijsbijstelling-apparaat
11.383
0
11.383
92.383
103.766
50.903
47.143
46.461
46.079
Onvoorzien-programma
276.761
‒ 236.147
40.614
‒ 4.525
36.089
‒ 8.312
‒ 6.868
7.100
2.867
Onvoorzien-apparaat
73.254
0
73.254
‒ 60.341
12.913
‒ 19.790
‒ 21.159
‒ 24.158
‒ 21.469
Ontvangsten
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Toelichting
Verplichtingen en uitgaven
Loonbijstelling-apparaat
De loonbijstelling 2022 wordt toegevoegd aan de Financiënbegroting (€ 102,3 mln.).
Prijsbijstelling-apparaat
De prijsbijstelling 2022 wordt toegevoegd aan de Financiënbegroting (€ 92,4 mln.).
Onvoorzien programma
De raming voor het onvoorzien programma wordt per saldo met € 4,5 mln. verlaagd. De belangrijkste oorzaken hiervan zijn:
– De eindejaarsmarge 2021 van € 44,5 mln. wordt toegevoegd aan de Financiënbegroting.
– Er wordt € 35 mln. doorgeschoven naar latere jaren om beter aan te sluiten bij het ritme van de verwachte toekomstige uitgaven.
– Er wordt circa € 17 mln. overgeboekt naar artikel 1 Belastingen inzake uitvoeringskosten voor fiscale wet- en regelgeving. Voor de uitvoering van de wet DBA wordt er tevens 5 mln. overgeboekt naar artikel 1 Belastingen.
– Er is € 5,5 mln. structureel overgeboekt naar artikel 8 Apparaat Kerndepartement inzake SSO's. Door de uitbreiding van capaciteit bij het Kerndepartement worden er namelijk meer producten en diensten afgenomen bij de SSO's.
– De gereserveerde middelen voor Digitale Snelweg Douane voor 2022 (€ 0,6 mln.) worden overgeboekt van artikel 10 Nog onverdeeld naar artikel 9 Douane.
– Tot slot vinden enkele kleinere overboekingen plaats. Onder andere het overboeken van middelen naar artikel 8 Apparaat Kerndepartement inzake ICT-kosten. Bovendien zijn naar aanleiding van de kabinetsreactie POK, middelen beschikbaar gesteld voor de DNB voor het op orde brengen van de informatiehuishouding.
Onvoorzien apparaat
De raming voor het onvoorzien programma wordt per saldo met € 60,3 mln. verlaagd. De belangrijkste oorzaken hiervan zijn:
– Voor het programma Informatiehuishouding op Orde worden budgetten vrijgegeven aan Toeslagen (€ 3,0 mln.), Douane (€ 3,8 mln.), de Belastingdienst (€ 6,6 mln.) en het kerndepartement (€ 4,9 mln.). Deze middelen worden gefinancierd uit de door BZK beschikbaar gestelde basisreeks van € 4,5 mln. per jaar en de gereserveerde middelen hiervoor op artikel 10 Nog onverdeeld.
– Er is € 10,1 mln. overgeboekt naar artikel 13 Toeslagen (€ 4,5 mln.) en artikel 1 Belastingen (€ 5,6 mln.) voor uitvoeringskosten herstarten invorderingen toeslagenschulden19.
– Op basis van de uitkomsten van de besluitvorming in het ICBR van 19 april (2022) is een deel van de middelen voor informatiehuishouding op orde niet nodig in 2022, maar in 2023 en 2024. Dit naar aanleiding van de uitgewerkte plannen en besluitvorming vanuit BZK. Er is daarom € 14,7 mln. geschoven naar 2023 en 2024.
– Tot slot vinden enkele kleinere overboekingen plaats. Ondere andere middelen voor personeel voor de Inspectie der Rijksfinanciën en het opzetten van een programmadirectie voor de uitvoering van het Nederlandse Recovery and Resilience Plan (RRP).
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S.A.M. Kaag, minister van Financiën
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.