Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Valstar, Grinwis en Boswijk over het bericht 'Hoge gasprijzen dwingen vier van de tien glastuinders definitief of tijdelijk te stoppen'
Vragen van de leden Valstar (VVD), Grinwis (ChristenUnie) en Boswijk (CDA) aan de Ministers voor Klimaat en Energie en van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over het bericht «Hoge gasprijzen dwingen vier van de tien glastuinders definitief of tijdelijk te stoppen» (ingezonden 24 maart 2022).
Antwoord van Minister Jetten (Klimaat en Energie) en van Minister Staghouwer (Landbouw,
Natuur en Voedselkwaliteit) (ontvangen 28 april 2022).
Vraag 1
Bent u bekend met het artikel «Hoge gasprijzen dwingen bijna helft van glastuinders
definitief of tijdelijk te stoppen»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Herkent u het genoemde aantal en daarmee het beeld dat de glastuinbouw in ernstige
problemen verkeert? Zo nee, bent u bereid op korte termijn in kaart te brengen hoeveel
glastuinbouwbedrijven in acute nood verkeren?
Antwoord 2
Het beeld dat uit de berichtgeving bevestigt de informatie die bij het kabinet bekend
is, dit heeft onze zorg. Wij hebben in maart inderdaad een inventarisatie van de sector
ontvangen, waaruit blijkt dat binnen een half jaar 40% van de tuinbouwondernemers
mogelijk in financiële problemen komt door de hoge gasprijzen.
Vraag 3
Klopt het dat de tuinbouwsector zorgt voor circa 30.000 directe banen en circa 300.000
indirecte banen in bijvoorbeeld de logistiek, veredeling en kassenbouw?2
Antwoord 3
Het CBS artikel waar naar verwezen wordt, geeft aan dat de hoeveelheid arbeid die
in 2019 is ingezet in de landbouw te vergelijken is met de inzet van ruim 156 duizend
voltijdbanen (vte). Daaronder zijn bijna 30 duizend vte van mensen die werken op basis
van losse contracten voor bepaalde tijd, voor specifiek werk of voor gelegenheidswerk.
Van deze 30 duizend vte werken er circa 26 duizend in de tuinbouw. Deze cijfers komen
uit de landbouwtelling van het CBS.
Specifiek voor de tuinbouwsector geeft het CBS in haar rapportage Tuinbouwcijfers
aan dat er in de gehele Tuinbouw en Uitgangsmaterialen keten zo’n 124.000 vte werkzaam
waren in 2018.3
Vraag 4
Voorziet u eveneens dat het op grote schaal failliet gaan van glastuinbouwbedrijven
ook directe gevolgen heeft voor andere sectoren?
Antwoord 4
Ja, binnen het tuinbouwcluster wordt nauw samengewerkt tussen tuinders, toeleveranciers
en handel en techniek. Als tuinders op grote schaal failliet gaan, heeft dat effect
op het hele tuinbouwcluster in Nederland.
Vraag 5
Klopt het dat overschakelen naar duurzame alternatieven als aardwarmte voor glastuinbouwbedrijven
vele jaren in beslag neemt wegens onderzoek, vergunningsaanvragen en de uiteindelijke
realisatie?
Antwoord 5
De planvorming tot en met uitvoering van projecten voor aardwarmte en infrastructuur
kosten tijd om zorgvuldig te doorlopen en is vaak niet binnen een jaar geregeld. Andere
alternatieven, zoals bijvoorbeeld zonnewarmte zijn mogelijk op kortere termijn dan
aardwarmte te realiseren. Dat betekent niet dat er nu pas begonnen wordt met de transitie
en dat er geen handelingsopties zijn. Een aantal projecten is al in een vergevorderd
stadium en ondernemers zijn bezig met energiebesparing en teeltaanpassingen, waarbij
minder gas voor verwarming en elektriciteit voor verlichting worden gebruikt. Momenteel
zien wij bijvoorbeeld veel aanvragen voor de subsidieregeling Energie efficiëntie glastuinbouw (EG). De huidige situatie maakt nogmaals de urgentie en noodzaak duidelijk
van het versnellen van de klimaat- en energietransitie. Eind april informeren wij
uw Kamer over de uitwerking van het coalitieakkoord en de klimaat- en energietransitie
in de glastuinbouw.
Vraag 6
Deelt u de observatie dat het gros van de gasgestookte glastuinbouwbedrijven daarom
niet in de gelegenheid is om binnen afzienbare tijd over te schakelen op duurzame
alternatieven?
Antwoord 6
Zie ook het antwoord op vraag 5. Er moet nu versneld worden doorgepakt op de energie-
en klimaattransitie, ook om minder afhankelijk te worden van gas. Duurzame alternatieven
als aardwarmte en restwarmte vergen aanzienlijke investeringen in bronnen en soms
ook infrastructuur. Dat kan niet van het ene op het andere moment. Dat betekent echter
niet dat er niet nu al stappen gezet kunnen en moeten worden. Wij zien dat tuinders
dat ook al doen, onder andere door de grote interesse in subsidies voor hernieuwbare
opwekking, CO2-reductie en energiebesparende maatregelen.
Vraag 7
Hoeveel glastuinbouwbedrijven zullen er bij onveranderde omstandigheden en energiekosten
naar schatting failliet gaan of leegstaan de komende winter? Welke gevolgen heeft
dat voor de werkgelegenheid?
Antwoord 7
Dit is niet aan te geven. De gasprijzen fluctueren en de situatie op de gasmarkt is
zeer onzeker. De signalen vanuit de sector zijn ook divers, waarbij tuinders creatief
zijn in oplossingen waardoor in de winterperiode minder intensief is geteeld. Uiteraard
delen wij de zorgen en urgentie, de huidige hoge energieprijzen zorgen voor problemen
en wij zijn hierover met de sector en banken in gesprek. Tegelijk kunnen wij niet
uitsluiten dat er bedrijven failliet zullen gaan. Wij roepen de sector daarbij op
om ook het goede pad in te slaan door te investeren in duurzaamheid en de afhankelijkheid
van fossiele brandstoffen te verminderen. Dit is nodig vanuit de klimaatdoelen, maar
ook om als Nederland minder afhankelijk te zijn van fossiele brandstoffen en om de
sector bestendiger te maken tegen hoge en volatiele energieprijzen. Daar zal de hele
maatschappij een bijdrage aan moeten leveren. Tegelijk is het nodig voor een sector
met bedrijfseconomisch perspectief.
Vraag 8
Op welke wijze gaat u de betreffende glastuinbouwbedrijven helpen zodat zij, bij aanhoudende
hoge energieprijzen, de komende winter en jaren zullen overleven?
Antwoord 8
Eind april informeren wij u over onze inzet voor de glastuinbouw. Daarbij gaan wij
met name in op de uitwerking van het coalitieakkoord, het belang van energiebesparing
en een versnelling in de energie- en klimaattransitie. Wij blijven met de sector en
banken in gesprek wat nodig is om de klimaat- en energietransitie te versnellen en
ook wat daar op korte termijn voor nodig is. Daarbij bespreken we tevens het handelingsperspectief
voor de individuele ondernemer op de korte termijn. De huidige situatie maakt nog
urgenter dat de sector snel minder afhankelijk wordt van fossiele brandstoffen en
snel moet omschakelen naar meer energiebesparing en het gebruik van andere energiebronnen.
Daarvoor moet de sector ook echt stappen zetten. Wij kijken wat wij voor bedrijven
kunnen betekenen, maar gaan de hoge gasprijzen niet compenseren. De hoge energieprijzen
baren ons allemaal zorgen en dat geldt voor heel Nederland. Het versterkt de noodzaak
om snel door te pakken op energiebesparing en de klimaattransitie.
Daarbij wil ik ook wijzen op het plan van de Europese Commissie om snel minder afhankelijk
te worden van Russisch gas en tegelijk de energietransitie te versnellen (REPowerEU).
Vraag 9
Kunt u deze vragen, gezien de acute problematiek in de glastuinbouw, met spoed beantwoorden?
Antwoord 9
Ja.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
R.A.A. Jetten, minister voor Klimaat en Energie -
Mede ondertekenaar
H. Staghouwer, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.