Verslag van een bijeenkomst : Verslag van de COSAC Voorzittersconferentie, gehouden in Parijs, Frankrijk van 13 januari tot en met 14 januari 2022
22 660 Conferentie van commissies voor Europese aangelegenheden uit de parlementen van de lidstaten van de EU en van een delegatie uit het Europees Parlement
BI/ Nr. 81
VERSLAG
Vastgesteld 28 april 2022
Van donderdag 13 tot en met vrijdag 14 januari 2022 vond te Parijs, Frankrijk, de
Voorzittersconferentie van commissies voor Europese aangelegenheden uit de nationale
parlementen van de lidstaten van de Europese Unie en van een delegatie uit het Europees
Parlement, hierna aangeduid als Voorzitters-COSAC, plaats. Naast de genoemde delegaties
namen ook delegaties van de nationale parlementen van de kandidaatlidstaten van de
Europese Unie deel als waarnemer, evenals delegaties van de Raad van de Europese Unie
en van de Europese Commissie. De conferentie vond plaats in hybride vorm waarbij deelnemers
zowel fysiek als digitaal konden deelnemen.
De Nederlandse delegatie naar deze conferentie bestond uit de voorzitter van de commissies
voor Europese Zaken in de Eerste Kamer, Oomen-Ruijten (CDA), via digitale weg, en
uit lid van de commissie Europese Zaken in de Tweede Kamer Kamminga (VVD) die fysiek
deel nam. De ambtelijke begeleiding bestond uit Van den Driessche (Eerste Kamer),
Buisman (Tweede Kamer).
De delegatie brengt als volgt verslag uit:
1. En marge van de conferentie
Op 13 januari 2022 ontving de delegatie een technische briefing van Pieter de Gooijer,
Nederlands Ambassadeur in Frankrijk. Naast een toelichting op de politieke, economische
en historische ontwikkelingen is eveneens gesproken over de prioriteiten van het Franse
EU-voorzitterschap alsmede over de actuele politieke situatie in Frankrijk gezien
de aankomende Presidentsverkiezingen.
2. COSAC-Voorzittersconferentie
De Voorzittersconferentie werd geopend door de heer Gérard Larcher, Voorzitter van
de Franse Senaat, die alle delegaties welkom heette in de Senaat. Hij stond stil bij
het overlijden van de Voorzitter van het Europees Parlement de heer David Sassoli
op 11 januari. Hierbij werd door alle aanwezigen een minuut stilte gehouden. Hierna
nam de voorzitter van de commissie Europese Zaken in de Senaat, de heer Jean-François
Rapin, het woord. Hij verwelkomde alle delegaties en benadrukte dat het de eerste
keer in twee jaar was dat er weer een interparlementaire conferentie fysiek georganiseerd
werd sinds het begin van de coronapandemie. Verder benadrukte de heer Rapin het belang
van COSAC en bedankte hij de troikaleden. De voorzitter van de commissie Europese
Zaken in de Assemblée nationale, mevrouw Sabine Thillaye, sprak in haar welkomstbijdrage over het belang van Europees
beleid en dat de meerwaarde niet altijd gezien wordt door de inwoners van de Unie.
Dit komt bijvoorbeeld tot uiting door het gebrek aan aandacht in de media of door
bijvoorbeeld de lage opkomst bij verkiezingen voor het Europees Parlement. Twee belangrijke
prioriteiten in het Franse EU-voorzitterschap waar mevrouw Thillaye in haar inleiding
speciale aandacht voor had waren de rol van nationale parlementen en de Europese waarden,
in relatie tot de rule of law.
3. Beleidsdebatten
Er waren drie beleidsdebatten voorzien door het Franse voorzitterschap:de Franse prioriteiten,
nieuwe werkmethodes binnen het COSAC-verband en de twintigste verjaardag van de euro.
Na de vaststelling van het procedurele gedeelte presenteerde de heer Clement Beaune,
Minister voor Europese Zaken van de Frankrijk, tijdens het eerste beleidsdebat de
prioriteiten van het Franse EU-voorzitterschap. Focus lag daarbij vooral op klimaat
(Fit-for 55), migratie en de digitale transformatie (Digital Services Act en de Digital Markets Act). Daarnaast was er aandacht voor de rule of law in de lidstaten en de belangrijke rol voor nationale parlementen in de Europese Unie.
In de discussie die aansluitend aan de bijdrage van de heer Beaune volgde werd er
vooral gefocust op twee thema’s namelijk het belang van het klimaat en de wens om
tot een nieuw migratiepact te komen.
In het tweede beleidsdebat, over nieuwe werkmethodes binnen het COSAC-verband, presenteerde
co-voorzitter Thillaye het voorstel om twee COSAC-werkgroepen op te richten onder
verwijzing naar artikel 2.6 van de COSAC rules of procedures. De twee werkgroepen, een over de rol van nationale parlementen en een over the place of values at the heart of the sense of belonging to the European Union, zouden volgens het Franse voorzitterschap tot meer efficiëntie en zichtbaarheid
van het COSAC-werk kunnen leiden. Ook kunnen de werkgroepen de collectieve positie
van de nationale parlementen versterken volgens covoorzitter Thillaye. In februari
zou gestart worden met de werkgroepbijeenkomsten en op de plenaire COSAC van 3 tot
en met 5 maart wordt een tussenrapport gepresenteerd. Tegen het einde van het Franse
EU-voorzitterschap in juni 2022 wordt dan een eindrapport opgesteld, waarna de aanbevelingen
in dit eindrapport door COSAC kunnen worden geïmplementeerd. Covoorzitter Rapin ging
ook in op de relatie tussen de werkgroepen met de Conferentie over de Toekomst van
Europa. Hij benadrukte dat niet alle nationale parlementariërs die in de COSAC-delegatie
zitten, lid zijn van de delegatie naar de Conferentie. Daarom moet COSAC ook geëquipeerd
zijn om dit soort zaken ook los van de Conferentie te bespreken en daar niet afhankelijk
van zijn. In haar interventie maakte het lid Kamminga het belang van de rechtsstaat duidelijk en sprak daartoe ook haar steun uit voor
de werkgroep over the place of values at the heart of the sense of belonging to the European Union. Het lid Oomen-Ruijten merkte bij de discussie bij dit tweede beleidsdebat op dat het voordeel van de twee
werkgroepen is dat er meer specifiek gedebatteerd kan worden binnen. Zij sprak haar
steun uit voor de werkgroepen en voor beide onderwerpen, en hoopte dat deze onderwerpen
ook na het Franse Voorzitterschap zouden kunnen worden gecontinueerd. Na het gevoerde
beleidsdebat concludeerde covoorzitter Thillaye dat er consensus bestond voor het
oprichten van de twee COSAC-werkgroepen voor de duur van het Franse voorzitterschap.
In het laatste beleidsdebat keek de voorzitter van de Europese Centrale Bank, mevrouw
Christine Lagarde, terug op het twintigjarige bestaan van de euro. Allereerst stond
zij stil bij het overlijden van EP-voorzitter Sassoli. Zij ving haar inleiding aan
met een beschouwing over de crisis als gevolg van de COVID-19 pandemie. Naast een
terugblik op het succes van twintig jaar euro gaf mevrouw Lagarde drie aspecten waarvoor
de Europese Unie zou moeten zorgen als het een duurzame ontwikkeling wil doormaken:
ten eerste stabiliteit waarbij zij ook inging op de positieve rol van de Europese
Centrale Bank in de crisis die ontstond in het begin van de COVID-19 pandemie en andere
instrumenten zoals Next Generation EU, ten tweede het versterken van supply chains waarbij ook het versterken van de Kapitaalmarktunie en de voltooiing van de bankenunie
werden genoemd, en het verzekeren van strategische autonomie. Bij dit laatste punt
ging zij specifiek in op de rol die de Europese Unie kan spelen in de digitale sector,
bijvoorbeeld door de Digital Services Act en de Digital Markets Act.
Tot slot bedankten de twee covoorzitters Rapin en Thillaye, alle sprekers en aanwezigen,
zowel fysiek als digitaal aanwezig, en hoopten iedereen weer te zien in de werkgroepen
en tijdens de plenaire COSAC op 3 tot en met 5 maart 2022 in Parijs.
Namens de delegatie,
De voorzitter van de vaste commissie voor Europese Zaken in de Tweede Kamer, Bromet
Delegatieleider vanuit de commissie voor Europese Zaken van de Eerste Kamer, Backer
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
L. Bromet, voorzitter van de vaste commissie voor Europese Zaken