Schriftelijke vragen : De dreigende kaalslag in het openbaar vervoer
Vragen van het lid De Hoop (PvdA) aan de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat over de dreigende kaalslag in het openbaar vervoer (ingezonden 15 april 2022).
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van de oproep van lagere overheden om de beschikbaarheidsvergoeding
voor het openbaar vervoer (ov) niet stop te zetten?1
Vraag 2
Bent u bereid zo snel mogelijk duidelijkheid te geven over het al dan niet verlengen
van de beschikbaarheidsvergoeding? Waarom is dit niet in het eerste kwartaal gebeurd
zoals aangekondigd in de brief van uw voorganger van 16 december 2021?
Vraag 3
Hoe beoordeelt u de uitspraak dat het ov zonder goede afspraken onvermijdelijk in
een neerwaartse spiraal terechtkomt met 20 tot 30 procent minder trein, trams, metro’s
en bussen in 2023?
Vraag 4
Erkent u dat het openbaar vervoer ook bij een lagere bezetting een essentiële maatschappelijke
functie heeft, gezien er altijd mensen afhankelijk van zullen zijn?
Vraag 5
Vindt u ook dat forse bezuinigingen op het openbaar vervoer onmogelijk zijn om te
rijmen met de maatschappelijk rol van het openbaar vervoer?
Vraag 6
Vindt u het ook kwalijk als personeel ontslagen moet worden terwijl er weer nieuw
personeel aangetrokken moet worden zodra de vraag weer toeneemt?
Vraag 7
Hoe beoordeelt u het risico dat door een verschraling van het openbaar vervoer meer
mensen een auto zullen aanschaffen?
Vraag 8
Bent u het eens dat bezuinigingen op het openbaar vervoer in het bijzonder in landelijke
gebieden vervelende of zelfs schrijnende gevolgen hebben?
Vraag 9
Bent u bereid om specifiek beleid te voeren op het openbaar vervoer in landelijke
gebieden om de bereikbaarheid van voorzieningen in stand te houden?
Vraag 10
Heeft u een beeld van het niveau van het openbaar vervoer (hoeveel lijnen zijn geschrapt,
rijden minder frequent, etc) sinds het uitbreken van de coronacrisis?
Vraag 11
Bent u bereid om het niveau van openbaar vervoer de komende maanden goed te monitoren
en deze informatie te delen met de Kamer?
Vraag 12
Kunt u een beeld geven van de financiële mogelijkheden van provincies en de vervoerregio’s
om een acceptabel niveau van openbaar vervoer in stand te houden?
Vraag 13
Hoe beoordeelt u het feit dat de Brede Doeluitkering gecorrigeerd voor inflatie tussen
2008 en 2021 bijna 15% lager is, terwijl het volume fors is toegenomen?
Vraag 14
Kunt u een beeld geven van de middelen die provincies vanuit het Rijk hebben ontvangen
in de afgelopen tien jaar om het openbaar vervoer te regelen?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
Habtamu de Hoop, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.