Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van Meenen over de voorbereidingen in het funderend onderwijs op de komst van Oekraïense vluchtelingen
Vragen van het lid Van Meenen (D66) aan de ministers van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en voor Primair en Voortgezet Onderwijs over de voorbereidingen in het funderend onderwijs op de komst van Oekraïense vluchtelingen (ingezonden 9 maart 2022).
Antwoord van Minister Wiersma (Primair en Voortgezet Onderwijs), mede namens de Minister
            van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (ontvangen 13 april 2022).
         
Vraag 1
            
Op welke wijze bereidt u zich voor op de komst van Oekraïense vluchtelingenkinderen
               en jongvolwassenen in het funderend onderwijs en mbo, zodat alle leerplichtige kinderen
               en jongeren onderwijs krijgen?
            
Antwoord 1
            
Op verschillende locaties in het land zijn tijdelijke onderwijsvoorzieningen gestart
               voor kinderen uit Oekraïne. Na hun vlucht voor de oorlog krijgen enkele honderden
               leerlingen weer voor het eerst les in onder meer Arnhem en Ederveen.
            
Het is belangrijk dat Oekraïense vluchtelingenkinderen en jongvolwassenen snel een
               plek in het onderwijs krijgen. Voor minderjarige vluchtelingen uit Oekraïne in Nederland
               wordt het noodzakelijke onderwijs primair in het gangbare nieuwkomersonderwijs aangeboden,
               in de vorm van nieuwkomersscholen (po) en internationale schakelklassen (vo). Scholen
               en gemeenten die vragen hebben over het onderwijs aan Oekraïense leerlingen kunnen
               voortaan terecht op de website www.onderwijsvooroekraine.nl. Daar kunnen zij veel informatie vinden over bijvoorbeeld het organiseren van lessen,
               het inzetten van leraren uit Oekraïne, en over lesmateriaal. Scholen kunnen daarnaast
               ondersteuning krijgen van LOWAN. LOWAN ondersteunt de scholen die het onderwijs aan
               nieuwkomers verzorgen in zowel het Primair Onderwijs als het Voortgezet Onderwijs.
               In regio’s waar de bestaande nieuwkomersvoorzieningen, ook in een opgeschaalde variant,
               onvoldoende zijn, zet het Ministerie van OCW in op het opzetten van extra, tijdelijke
               centrale onderwijsvoorzieningen. Het Ministerie van OCW werkt nu samen met verschillende
               betrokken partijen uit hoe op korte termijn grote aantallen Oekraïense kinderen en
               jongvolwassenen een veilige en goede plek in het onderwijs kan worden geboden.
            
Vraag 2
            
Welke lessen zijn er geleerd uit de periode instroom van Syrische vluchtelingen naar
               aanleiding van de oorlog in Syrië, waardoor we nu beter kunnen inspelen op de huidige
               situatie?
            
Antwoord 2
            
De periode van de verhoogde instroom naar aanleiding van de oorlog in Syrië stelde
               het Nederlands onderwijs net als nu voor een grote uitdaging. Het is belangrijk om
               de gevolgen van de extra toename van vluchtelingen in goede banen te leiden. Onderwijs
               en het leren van de Nederlandse taal zijn belangrijk om zoveel mogelijk een normaal
               leven op te kunnen pakken in Nederland. Voor het primair en het voortgezet onderwijs
               zijn naar aanleiding van de situatie rondom de vorige periode van hoge instroom structureel
               bekostigingsregelingen ingesteld voor het onderwijs aan nieuwkomers. Deze hoeven nu
               niet opnieuw te worden opgezet, maar kunnen met een kleine wijziging ook direct voor
               deze groep worden ingezet. Daarnaast is de afgelopen jaren de beschikbare ondersteuning
               voor nieuwkomersonderwijs door LOWAN nader geprofessionaliseerd. Een voorbeeld hierbij
               zijn leerlijnen voor nieuwkomersleerlingen die met ondersteuning van OCW zijn doorontwikkeld.
            
Vraag 3
            
Beschikt het LOWAN over voldoende capaciteit en middelen om scholen te ondersteunen
               die het eerste opvangonderwijs bieden?
            
Antwoord 3
            
OCW subsidieert de ondersteuningsorganisaties LOWAN-po (via de PO-Raad) en LOWAN-vo
               (zelfstandig). Omdat er grote aantallen Oekraïense kinderen worden verwacht, en LOWAN
               een kleine organisatie is, wordt LOWAN versterkt met extra middelen van OCW. Zo krijgt
               LOWAN de mogelijkheid om zich op korte termijn uit te breiden, om zo veel mogelijk
               scholen te kunnen ondersteunen die het eerste opvangonderwijs aanbieden. Er is hier
               een speciale helpdeskfunctie voor ingericht. Daarnaast kunnen scholen en gemeenten
               ook terecht op de website www.onderwijsvooroekraine.nl. Op de website kunnen zij veel informatie vinden over bijvoorbeeld het organiseren
               van lessen, het inzetten van leraren uit Oekraïne en over lesmateriaal.
            
Vraag 4
            
Hoe worden de scholen en roc’s ondersteund in het ontvangen van Oekraïense vluchtelingenkinderen
               en jongeren? Kunnen deze scholen en roc’s naast onderwijs ook een vorm van traumaverwerking
               bieden in samenwerking met professionele jeugdhulpverleners?
            
Antwoord 4
            
Scholen die onderwijs bieden aan vluchtelingenkinderen kunnen hiervoor ondersteuning
               krijgen van LOWAN. Deze organisatie biedt handvatten aan scholen omtrent het lesgeven
               aan getraumatiseerde kinderen. In het mbo werkt OCW nauw samen met de MBO Raad en
               onderwijsinstellingen om de huidige capaciteit en de mogelijkheden om op te schalen
               in kaart te brengen. Mbo-scholen kunnen trauma’s signaleren en intensief samenwerken
               met professionele hulpverleners om deze vluchtelingen passende ondersteuning te bieden.
               Het uitgangspunt is om met deze ondersteuning vluchtelingen een goede en veilige plek
               in het onderwijs te geven.
            
Vraag 5
            
Zijn er al schoolbesturen bezig met het voorbereiden van taalklassen en internationale
               schakelklassen?
            
Antwoord 5
            
Op verschillende plekken zijn gemeenten en scholen samen met andere partners bezig
               dit onderwijs te organiseren en op een aantal plekken gaan gevluchte Oekraïense kinderen
               al naar school. Deze gemeenten en schoolbesturen proberen zo goed mogelijk de huidige
               nieuwkomersvoorzieningen op te schalen.
            
Vraag 6
            
Is al contact met Ingrado over de verwachte toename van minderjarige vluchtelingen?
Antwoord 6
            
Ja, OCW heeft contact met Ingrado over de rol van leerplichtambtenaren als gevolg
               van de Oekraïense vluchtelingenstroom. Deze kinderen zijn namelijk leerplichtig. Daarnaast
               maakt Ingrado deel uit van de klankbordgroep voor het funderend onderwijs aan Oekraïense
               kinderen die door OCW is ingesteld.
            
Vraag 7
            
Tijdens de instroom van Syrische vluchtelingen is er een maatwerkbekostiging gekomen
               met een vast bedrag per nieuwkomer en extra peilmomenten op scholen voor leerlingaantallen,
               zodat scholen die te maken kregen met een flinke leerlingstijging adequate bekostiging
               ontvingen, overweegt u om dit opnieuw in te stellen voor aankomend jaar? Zo ja, hoe
               wilt u dit inrichten?
            
Antwoord 7
            
Ook voor Oekraïense kinderen ontvangen scholen nieuwkomersbekostiging via DUO. Voor
               leerlingen in het primair onderwijs moet hiervoor een aanvraag worden ingediend. OCW
               past de bekostigingsregeling aan om formeel vast te leggen dat ook Oekraïense kinderen
               binnen de doelgroep van de nieuwkomersbekostiging vallen. Naast deze bekostigingsregeling
               biedt OCW de mogelijkheid voor aanvullende maatwerkbekostiging onder bepaalde voorwaarden.
               De reguliere nieuwkomersbekostiging wordt vier keer per jaar uitgekeerd op basis van
               vier peildata. Omdat het aantal Oekraïense leerlingen op een school snel kan veranderen,
               kunnen scholen vanaf nu maandelijks bijhouden aan hoeveel nieuwkomers ze lesgeven.
               De bekostiging wordt daarop aangepast en is daarmee voor de scholen beter op maat.
            
Vraag 8
            
Zijn de gegevens van het COA en DUO of BRON gekoppeld, zodat er een beeld is van het
               aantal leerplichtige kinderen en de daadwerkelijke onderwijsdeelname?
            
Antwoord 8
            
Scholen worden opgeroepen om de Oekraïense leerlingen in te schrijven. Deze gegevens
               komen in ROD (voorheen BRON), het systeem bij DUO, terecht. Er zit een vertraging
               in het proces van inschrijving en de beschikbare gegevens uit ROD. Om die reden is
               er nog geen volledig beeld van het aantal Oekraïense leerlingen in Nederland en op
               welke scholen zij precies zijn ingeschreven. Het precieze aantal leerplichtige leerlingen
               is nog niet beschikbaar, maar op basis van gegevens over de instroom en inschattingen
               van J&V over het percentage minderjarige (37%) wordt uitgegaan van ongeveer 6.000–7.000
               leerlingen. De instroom wordt dagelijkse geüpdatet met een overzicht van de ontheemden
               per veiligheidsregio. De gegevens zullen ook op gemeentelijk niveau beschikbaar komen.
            
Het COA heeft een andere rol in de instroom van Oekraïense vluchtelingen, ten opzichte
               van andere vluchtelingenstromen. Oekraïners zijn Europeanen, zij kunnen met een biometrisch
               paspoort zonder visum vrij reizen naar de Europese Unie. Hierdoor is een asielaanvraag
               geen voorwaarde voor een legaal kortdurend verblijf in Nederland. Op dit moment is
               niet bekend hoeveel vluchtelingen er naar Nederland komen en dan een asielaanvraag
               zullen doen. Echter hebben alle kinderen in Nederland, ongeacht de verblijfsstatus,
               recht op onderwijs en zijn leerplichtig. De gemeenten hebben hier een belangrijke
               rol in. Vanuit de gemeentelijke opvanglocaties worden kinderen aangemeld op school.
               Daarnaast wordt het belang om kinderen aan te melden op school ook benadrukt in de
               communicatie richting gastgezinnen die Oekraïners opvangen.
            
Voor leerlingen in het primair onderwijs moet een aanvraag worden ingediend voor nieuwkomerbekostiging.
               Op die manier wordt per peildatum, waarbij de eerstvolgende 1 mei is in het po en
               1 juli is in het vo, duidelijk hoeveel nieuwkomerskinderen deelnemen aan het onderwijs.
               Voor het voortgezet onderwijs gebruikt het Register Onderwijsdeelnemers (ROD, voorheen
               BRON) de gegevens van de Basis Registratie Personen (BRP) om de aanvullende bekostiging
               voor nieuwkomers te bepalen. DUO stelt op basis daarvan per peildatum ambtshalve vast
               voor hoeveel nieuwkomers in het onderwijs bekostiging wordt ontvangen. Verder kunnen
               personen met de Oekraïense nationaliteit worden ingeschreven in de BRP op aangifte
               van verblijf en adres bij de gemeente waar zij (tijdelijk) verblijven. Op basis daarvan
               kan meer inzicht worden verkregen in het aantal leerplichtige kinderen in Nederland.
            
Ondertekenaars
- 
              
                  Eerste ondertekenaar
A.D. Wiersma, minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs - 
              
                  Mede namens
R.H. Dijkgraaf, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap 
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.