Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Inge van Dijk en Knops over het bericht 'FIOD-speurders thuis na vergoedingenruzie'
Vragen van de leden Inge van Dijk en Knops (beiden CDA) aan de Minister van Justitie en Veiligheid en de Staatssecretaris van Financiën over het bericht «FIOD-speurders thuis na vergoedingenruzie» (ingezonden 18 februari 2022).
Antwoord van Staatssecretaris Van Rij (Financiën – Fiscaliteit en Belastingdienst)
(ontvangen 8 maart 2022).
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van bovenstaand bericht?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Was u op de hoogte van het geschil tussen de FIOD en het Team Specialistische Operaties
(TSO), als gevolg waarvan het TSO al zo’n vier maanden geleden naar huis is gestuurd
en hun werkzaamheden dus sindsdien stilliggen?
Antwoord 2
Ik ben op de dag voor het verschijnen van het artikel in de Telegraaf over dit geschil
binnen de FIOD geïnformeerd.
Vraag 3
Waarom heeft u het niet nodig gevonden de Kamer hierover te informeren?
Antwoord 3
Er is hier sprake van een arbeidsrechtelijk geschil tussen werknemers en hun werkgever.
Ik kan hierover in het openbaar geen mededelingen doen.
Vraag 4
Klopt het dat de toelagen voor het TSO voor het werken op onregelmatige tijden, dat
wil zeggen over- en nachtelijke uren, door de FIOD zijn stopgezet? Zo ja, waarom zijn
deze toelagen stopgezet?
Antwoord 4
De zaak is onder de rechter en om die reden worden over de specifieke inhoud geen
mededelingen gedaan. In zijn algemeenheid geldt voor het toekennen van toelagen de
CAO Rijk.
Vraag 5
Hoe beoordeelt u de uitspraken van het TSO dat de schorsing het gevolg is van de binnen
de FIOD heersende angst- en afrekencultuur en dat in hun ogen een sociaal onveilige
werksfeer bestaat, waarbij kritische vragen (over arbeidsvoorwaarden) niet op prijs
worden gesteld en dreigementen worden geuit?
Antwoord 5
Door de raadsman wordt in het artikel aangegeven dat de schorsing wordt ervaren als
een gevolg van de binnen de FIOD heersende angst- en afrekencultuur. Daarnaast wordt
door de raadsman aangegeven dat cliënten zich zorgen maken over de in hun ogen sociaal
onveilige werksfeer.
Over de specifieke inhoud wordt geen mededeling gedaan. De zaak is onder de rechter.
Vraag 6
Bent u op de hoogte van het bestaan van zo’n cultuur? Zo nee, hoe wilt u dit verder
gaan onderzoeken? Zo ja, wat wilt u hiermee gaan doen?
Antwoord 6
Tweejaarlijks vindt er een medewerkersonderzoek plaats. Er hebben mij geen signalen
bereikt dat er binnen de FIOD sprake is van zo’n cultuur. Ik ben daarom niet voornemens
een onderzoek uit te laten voeren. Er is binnen de organisatie aandacht voor cultuur
en leiderschap via het Belastingdienst brede programma dat op dit moment in uitvoering
is.
Vraag 7
Kunt u aangeven waarom er maanden tijd overheen moeten gaan om een dergelijk geschil
op te lossen?
Antwoord 7
De medewerkers van het TSO zijn op non-actief gesteld. De werkzaamheden zijn doorgegaan
en tijdelijk door ketenpartners overgenomen.
Vraag 8
Vindt u het verantwoord dat de werkzaamheden van het team al maanden stilliggen en
wat zijn daarvan de gevolgen voor lopende zaken met betrekking tot het opsporen van
financiële en belastingfraude?
Antwoord 8
Vanuit het directieteam FIOD wordt gezocht naar een spoedige oplossing.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M.L.A. van Rij, staatssecretaris van Financiën
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.