Schriftelijke vragen : Het bericht ‘Ondernemers sneller in problemen door uitzondering in faillissementswet’
Vragen van de leden Ellian en Rahimi (beiden VVD) aan de Ministers voor Rechtsbescherming en van Economische Zaken en Klimaat over het bericht «Ondernemers sneller in problemen door uitzondering in faillissementswet» (ingezonden 7 maart 2022).
Vraag 1
Bent u bekend met bovenstaand bericht?1
Vraag 2
Hoe beoordeelt u tot nu toe de uitwerking in de praktijk van de Wet homologatie onderhands
akkoord (WHOA)? Hoeveel akkoorden zijn er reeds gesloten op basis van de WHOA?
Vraag 3
Sluit het aantal akkoorden dat tot nu toe is bereikt aan bij het aantal akkoorden
dat van tevoren werd verwacht in de rechtspraktijk?
Vraag 4
Welke gevolgen heeft dit arrest voor ondernemers die een doorstart proberen te maken?
Vraag 5
Bent u het eens met de stelling dat de WHOA het juist makkelijker moet maken voor
ondernemers om een doorstart te maken? Zo ja, bent u het ook eens met de stelling
dat het arrest van de Hoge Raad potentieel zeer zorgelijke gevolgen kan hebben voor
een grote groep ondernemers, aangezien het arrest ertoe leidt dat de WHOA in de praktijk
minder effectief kan worden ingezet? Zo nee, waarom niet?
Vraag 6
Kan in overleg met betrokken stakeholders een inschatting worden gemaakt hoeveel noodlijdende
bedrijven tot nu toe zijn geraakt en zullen worden geraakt door deze uitspraak? Kunt
u in dat kader een inschatting maken van het aantal ondernemingen dat faillissement
heeft moeten aanvragen doordat de WHOA in het geheel niet van toepassing is op vorderingen
van bedrijfstakpensioenfondsen voor achterstallige pensioenpremies?
Vraag 7
Bent u het eens met de stelling dat voorkomen moet worden dat noodlijdende bedrijven
die door corona al flinke klappen hebben gehad nu moeten overgaan tot het aanvragen
van faillissement in plaats van het succesvol doorlopen van een WHOA-traject? Zo ja,
welke stappen bent u bereid te zetten om dit te voorkomen en om noodlijdende ondernemers
hier meer perspectief te bieden? Zo nee, waarom niet?
Vraag 8
Bent u bereid, vooruitlopend op de evaluatie van de WHOA, de gevolgen van het arrest
van de Hoge Raad voor de effectiviteit van de WHOA nader in kaart te brengen en de
Kamer over de uitkomsten te informeren voor het zomerreces?
Indieners
-
Gericht aan
F.M. Weerwind, minister voor Rechtsbescherming -
Gericht aan
M.A.M. Adriaansens, minister van Economische Zaken en Klimaat -
Indiener
Ulysse Ellian, Kamerlid -
Medeindiener
H. Rahimi, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.