Brief commissie : Brief van de vaste commissie voor Europese Zaken inzake de beëindiging van het parlementair behandelvoorbehoud bij het EU-voorstel: Richtlijn betreffende energieprestaties van gebouwen (herziening) COM (2021) 802
36 012 EU-voorstel: Richtlijn betreffende energieprestaties van gebouwen (herziening) COM (2021) 802
Nr. 4
BRIEF VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR EUROPESE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 9 maart 2022
Hierbij meld ik u dat de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken heeft geadviseerd
het parlementair behandelvoorbehoud zoals vastgesteld bij het EU-voorstel inzake een
richtlijn betreffende energieprestaties van gebouwen (herziening) (COM (2021) 802)
(Kamerstuk 36 012, nr. 1), met de volgende afspraken formeel te beëindigen:
De Minister voor Klimaat en Energie neemt in zijn zes-wekelijkse bericht over de stand
van zaken omtrent het Fit-for-55-pakket vallen, ook het EPBD-voorstel mee. De Kamer
wordt daarnaast op de gebruikelijke wijze geïnformeerd over de Raden. De Minister
voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening zorgt ervoor dat daarin de volgende
aspecten worden meegenomen:
– De voortgang van de onderhandelingen, het krachtenveld en eventuele aanpassingen van
de Nederlandse inzet naar aanleiding van het verloop van de onderhandelingen en het
standpunt van het Europees parlement.
– Als er in de Raad op ambtelijk niveau een akkoord is bereikt over de voorstellen,
wordt de Kamer daarover per brief geïnformeerd ruim voordat het akkoord politiek wordt
bekrachtigd.
– De Kamer wordt ruim voorafgaand aan de definitieve formele besluitvorming geïnformeerd
over de uitkomsten van de trilogen.
De vastgestelde afspraken zijn in bijgaande conceptbrief aan de Minister voor Volkshuisvesting
en Ruimtelijke Ordening vastgelegd1.
Namens de vaste commissie voor Europese Zaken verzoek ik u dit advies en de bijgaande
conceptbrief ter besluitvorming aan de Tweede Kamer voor te leggen.
De voorzitter van de vaste commissie voor Europese Zaken, Bromet
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
L. Bromet, voorzitter van de vaste commissie voor Europese Zaken