Schriftelijke vragen : Het bericht ‘Schapenhouders Drenthe zijn klaar met de wolf’
Vragen van het lid Eppink (JA21) aan de Minister voor Natuur en Stikstof over het bericht «Schapenhouders Drenthe zijn klaar met de wolf» (ingezonden 18 februari 2022).
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van het bericht «Schapenhouders Drenthe zijn klaar met de wolf»?1
Vraag 2
Kunt u aangeven hoeveel schade-uitkering er per jaar tussen 2015 en 2021 is uitgekeerd,
gelet op uw eerdere antwoord dat er in de periode 2015–2021 «ongeveer 164.000 euro»
voor wolvenschade is uitgekeerd door provincies als tegemoetkoming?2
Vraag 3
Is er volgens u sprake van een groeiende trend tussen 2015 en nu wat betreft wolvenschade
en de kosten daarvan?
Vraag 4
Bent u van mening dat de schade door wolven in 2022 en komende jaren hoger zal zijn
dan in 2021? Kunt u uitleggen waarom wel of niet?
Vraag 5
Bent u van mening dat het eerlijk is dat, zoals een burger aangeeft, «20.000 euro
voor een hek» niet genoeg blijkt om de kosten te drukken omdat arbeidsuren niet vergoed
worden, ook gelet op uw eerdere antwoord dat er in de periode 2015–2021 «ongeveer
533.000 euro voor wolfwerende materialen in bruikleen is uitgegeven»?3
Vraag 6
Bent u van mening dat ook arbeidsuren hetzij installatiekosten door een extern bedrijf
vergoed moeten worden?
Vraag 7
Bent u van mening dat wachten op een schadevergoeding sinds oktober 2021, zoals bij
sommige gedupeerden het geval is, correct is, waarbij gedupeerden van wolvenschade
ook aangeven dat zij vaak langer dan de zes weken wachttermijn moeten wachten?
Vraag 8
Bent u voornemens om met Bij12 in gesprek te gaan over het sneller oplossen van de
lopende schadeclaims?
Vraag 9
Bent u van mening dat er in de provincie Drenthe, die een wolvenconsulent heeft aangenomen,
en in Nederland sprake is van een wolvenprobleem?
Vraag 10
Bent u van mening dat wolven thuishoren in de Nederlandse natuur?
Vraag 11
Bent u van mening dat wolven actief geweerd moeten worden uit Nederland?
Vraag 12
Bent u van mening dat wolven de biodiversiteit in Nederland aan kunnen tasten, bijvoorbeeld
door het doodbijten van wilde dieren zoals zwijnen, zwijnen, reeën, edelherten, ganzen,
eenden, fazanten, korhoenders en andere vogels?
Vraag 13
Wat is er volgens u mogelijk binnen de huidige wetgeving om wolven actief buiten Nederland
te houden?
Vraag 14
Is het volgens u aannemelijk dat wolven in de toekomst overlast zullen veroorzaken
in dorpen en stedelijke gebieden in Nederland?
Vraag 15
Kan Nederland volgens u leren van Duitsland, waar wolven jaarlijks circa drieduizend
boerderijdieren doden, in het bijzonder van de milieuminister van Noordrijn-Westfalen,
die wolven wil afschieten die te dicht bij mensen zijn geweest?4 5
Vraag 16
Kunt u aangeven of en hoe Nederlandse burgers zich fysiek mogen verdedigen op het
moment dat een wolf/meerdere wolven een mens bedreigt/bedreigen, bijvoorbeeld op een
moment wanneer «voorzichtig zijn» of wegrennen niet meer mogelijk is, gelet op uw
eerdere antwoord dat «extra bescherming van mensen [tegen wolven] niet nodig is» vanwege
«het kleine risico om als mens gebeten te worden door een wolf»?6
Vraag 17
Wat kunnen Nederlandse burgers in een stedelijk gebied en dorpen – waar niet altijd
ruimte is om (stroom)hekken neer te zetten – volgens u doen om zich te beschermen
tegen overlast of aanvallen van wolven?
Vraag 18
Is het volgens u strafbaar om als Nederlands burger jezelf te verdedigen tegen een
wolvenaanval?
Vraag 19
Bent u voornemens of staat u open om middels een wetswijziging Nederlandse burgers
die zich willen weren tegen wolven meer juridische bescherming te bieden?
Vraag 20
Kunt u elke vraag afzonderlijk beantwoorden en binnen de gebruikelijke beantwoordingstermijn
van drie weken?
Indieners
-
Gericht aan
Ch. van der Wal-Zeggelink, minister voor Natuur en Stikstof -
Indiener
D.J. Eppink, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.