Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Bouchallikh over de berichten 'Grote zorgen kabinet over Schiphol, aantal vluchten mogelijk fors omlaag' en 'Laagvliegroute van Lelystad Airport over Vechtdal en Zwolle blijft bestaan, provincie: 'Dit is teleurstellend''
Vragen van het lid Bouchallikh(GroenLinks) aan de Minister van Infrastructuur en Waterstaat over de berichten «Grote zorgen kabinet over Schiphol, aantal vluchten mogelijk fors omlaag» en «Laagvliegroute van Lelystad Airport over Vechtdal en Zwolle blijft bestaan, provincie: «Dit is teleurstellend»» (ingezonden 10 december 2021).
Antwoord van Minister Harbers (Infrastructuur en Waterstaat) (ontvangen 17 februari
2022). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2021–2022, nr. 1298.
Vraag 1
Bent u bekend met de berichten «Grote zorgen kabinet over Schiphol, aantal vluchten
mogelijk fors omlaag»1 en «Laagvliegroute van Lelystad Airport over Vechtdal en Zwolle blijft bestaan, provincie:
«Dit is teleurstellend»»2?
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Bent u bereid om de juridische adviezen waarover wordt gesproken op de kortst mogelijke
termijn te openbaren en te sturen naar de Kamer?
Antwoord 2
Het antwoord op deze vraag wordt betrokken in een brief van het kabinet over Schiphol,
naar aanleiding van het verzoek tijdens de procedurevergadering van de vaste commissie
voor Infrastructuur en Waterstaat van 15 december 2021 waarin uw Kamer een brief gevraagd
heeft over de berichtgeving in de media over Schiphol.
Vraag 3
Welke gevolgen heeft de juridische situatie rondom Schiphol voor de opening van Lelystad
Airport? Deelt u de constatering dat deze juridische situatie de opening van Lelystad
Airport volstrekt onhaalbaar maakt?
Antwoord 3
Of en zo ja, welke consequenties de juridische situatie rondom Schiphol heeft voor
Lelystad Airport is nog niet duidelijk. Zoals aangegeven in het coalitieakkoord neemt
het kabinet in 2022 een besluit over de opening van de luchthaven.
Vraag 4, 8
Klopt het dat de toenmalige Minister eerder de belofte heeft gedaan de laagvliegroutes
omhoog te krijgen? Hoe kan het dat hoge aanvliegroutes eerder een voorwaarde waren
voor het openen van Lelystad Airport, en nu opeens niet?
Deelt u de constatering dat het openen van vliegveld Lelystad tevens onhoudbaarder
is geworden, gezien het niet nakomen van de eerdere toezeggingen die zijn gedaan rondom
het voorkomen van laagvliegroutes?
Antwoord 4, 8
In de Startbeslissing van het programma Luchtruimherziening van april 2019 en de Luchtvaartnota
van november 2020 is gemeld dat wat betreft Lelystad Airport, als eerste spoor van
het programma Luchtruimherziening, de ontwerpopgave geldt dat belemmeringen om ongehinderd
door te klimmen op de aansluitroutes zo veel mogelijk worden weggenomen en dat dit
plaatsvindt binnen de huidige luchtruimstructuur. Tevens is in de Startbeslissing
de ontwerp opgave opgenomen om voor het deel van het luchtruim waarin de zuidelijke
uit- en aanvliegrichting liggen (de zogeheten Sector 3) aanpassingen te ontwerpen
die het mogelijk maken om de daling later in te zetten zodat ook op de aansluitroute
uit het zuiden een continu dalend profiel wordt gerealiseerd. In de overige sectoren
was dit al mogelijk.
In de voortgangsrapportages van de luchtruimherziening bent u geïnformeerd over de
ontwikkeling van spoor 1. Daarin is onder meer gemeld dat versnelling heeft plaatsgevonden
waardoor de realisatie van het zoveel mogelijk ongehinderd doorklimmen gelijktijdig
met de voorziene opening van Lelystad Airport kan plaatsvinden. Voor het hoger naderen
op de zuidelijke aanvliegroute (sector 3) is de hiervoor genoemde ontwerpopgave deels
gelukt.
Net als voor vertrekkend verkeer vanaf luchthaven Lelystad naar het zuiden, komt voor
naderend verkeer hetzelfde stuk luchtruim dat primair is ingericht voor militair gebruik
(TMA-D en TRA12) standaard beschikbaar. De horizontale routedelen op 9.000 en 10.000
voet (circa 2.700 en 3.000 meter) tussen Gorinchem en Apeldoorn vervallen hiermee
als standaard. Verder richting de luchthaven Lelystad (vanaf Lemelerveld) is het niet
mogelijk gebleken hoger te vliegen, zonder consequenties voor de capaciteit in het
luchtruim of de vliegveiligheid. Dit deel van de route (ca. 30 km) zal dus op de oorspronkelijke
hoogte van 6.000 voet (circa 1.800 meter) gevlogen worden.
Het gaat daarbij om gemiddeld 8 vliegtuigen per dag in de situatie met 10.000 vliegtuigbewegingen
per jaar. In totaal is 1.709 kilometer aan ongehinderd klimmen en dalen gerealiseerd.
Een uitgebreide toelichting op de uitkomsten en het proces is uw Kamer op 2 december
jl. (Kamerstuk 31 936, nr. 895) toegekomen als uitwerking van de motie Bontenbal (Kamerstuk 31 936, nr. 866).
Hoewel ik betreur dat de laatste 30 kilometer niet is gelukt, geeft het totaalresultaat
in hoge mate invulling aan de doelstelling van spoor 1 en de passages hierover uit
de Startbeslissing en Luchtvaartnota. Ik realiseer me dat dit tot vragen kan leiden
en teleurstelling voor met name omwonenden in deze specifieke regio. Het is immers
niet gelukt om volledig invulling te geven aan de uitgangspunten.
Vraag 5, 6, 7
Welke gevolgen hebben deze laagvliegroutes voor degenen die onder aanvliegroutes wonen,
bijvoorbeeld met betrekking tot geluidsoverlast?
Welke gevolgen heeft het lager vliegen voor de natuur? Worden er dieren verstoord
door deze routes?
Welke gevolgen heeft het lager vliegen voor de luchtkwaliteit van het gebied onder
de aanvliegroutes?
Antwoord 5, 6, 7
De milieu, veiligheid- en gezondheidseffecten van openstelling van Lelystad Airport
voor handelsverkeer zijn uitgebreid onderzocht in de verschillende MER-onderzoeken
die ter inzage zijn gelegd in het kader van de wijziging van het luchthavenbesluit
Lelystad (Kamerstuk 31 936, nr. 643). Voor de afbakening van het in beeld brengen van geluidsbelasting is uitgegaan van
de wettelijk vastgelegde drempelwaarden voor geluid. In het gebied waar de betreffende
aansluitroutes liggen, is de berekende geluidbelasting lager dan de vastgelegde drempelwaarde
voor het in beeld brengen van zowel wettelijke als informatieve Lden-geluidscontouren
(40dB(A)). Vliegverkeer op 6.000 voet levert geen verstoring (geluid of visueel) op
aan de natuur onder deze routes, aangezien significante effecten zijn uitgesloten
boven de 3.000 voet. Deze conclusies zijn beschreven in het geactualiseerde MER3 (pagina 130) en de Passende Beoordeling4 (pagina 20) welke ter visie zijn gelegd.
De luchtkwaliteit onder routes op 6.000 voet wordt beperkt beïnvloed, aangezien de
uitstoot boven de menglaag plaatsvindt en zich over een zeer grote oppervlakte verspreidt.
Vraag 9, 10
Deelt u de constatering dat wanneer vanwege Schiphol het niet lukt om de lage aanvliegroutes
omhoog te krijgen dat niet betekent dat men dan maar laag moet vliegen voor Lelystad
Airport, maar dat er geen ruimte is voor Lelystad Airport, zeker gezien de eerdere
toezeggingen op dit punt?
Wat is uw reactie op de oproep5 van de provincie Overijssel om Lelystad Airport niet te openen zolang de laagvliegroute
boven het Vechtdal niet verdwijnt?
Antwoord 9, 10
Ik begrijp de teleurstelling en vragen in deze regio. Er is en blijft contact tussen
het ministerie en de provincie Overijssel, de gemeenten Zwolle, Dalfsen, en Raalte.
Zo heeft het ministerie samen met LVNL een toelichting verzorgd aan de provinciale
staten Overijssel en de gemeenteraden uit de regio. Tevens biedt het programma ondersteuning
bij het beantwoorden van vragen uit de omgeving.
In de volgende fase van het programma Luchtruimherziening wordt de hoofdstructuur
van het luchtruim nader uitgewerkt. De huidige routes zijn daarbij geen uitgangspunt.
LVNL en CLSK blijven zich derhalve inspannen om ook voor het laatste deel van de aanvliegroute
een passende oplossing te realiseren.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M.G.J. Harbers, minister van Infrastructuur en Waterstaat
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.