Schriftelijke vragen : Mondkapjes in de buitenlucht
Vragen van het lid Agema (PVV) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over mondkapjes in de buitenlucht (ingezonden 2 februari 2022).
Vraag 1
Bent u bekend met uw antwoorden op Kamervragen over het dragen van mondkapjes in de
buitenlucht?1
Vraag 2
Bent u bekend met vraag 7, waarin wordt gevraagd naar de wetenschappelijke onderbouwing
van het Outbreak Management Team (OMT) voor mondkapjes in de buitenlucht en waarin
wordt gevraagd de rapporten die ten grondslag liggen aan dit OMT-advies mee te zenden
met de antwoorden?
Vraag 3
Bent u bekend met uw antwoord op vraag 7 waarin u schrijft dat het OMT zich heeft
gebaseerd op internationale adviezen van onder andere de Wereldgezondheidsorganisatie
(WHO) en European Centre for Desease Prevention and Control en dat die adviezen online
zijn te raadplegen?
Vraag 4
Wilt u alstublieft vraag 7 wel beantwoorden en de overtuigende wetenschappelijke onderbouwing
voor het dragen van mondkapjes in de buitenlucht naar de Kamer zenden, aangezien deze
namelijk niet zijn aangetroffen?
Vraag 5
Bent u bekend met uw antwoord op vraag 4, waarin u stelt dat het niet mogelijk is
te zeggen hoeveel mensen in ons land besmet raakten met corona in de buitenlucht?
Vraag 6
Als het niet mogelijk is te zeggen hoeveel mensen in ons land besmet raakten met corona
in de buitenlucht, waarom maakt u dan beleid in de buitenlucht zoals het dragen van
mondkapjes en afstandsregels?
Vraag 7
Hoeveel besmettingen voorkomt uw maatregel voor het dragen van mondkapjes in de buitenlucht?
Als u dit niet kunt aangeven, wat is dan de proportionaliteit van de maatregel tot
het dragen van mondkapjes in de buitenlucht?
Vraag 8
Met welk percentage op het verminderen van de R wordt gerekend bij het dragen van
mondkapjes in de buitenlucht? Waar is dit op gebaseerd?
Vraag 9
Bent u bekend met uw antwoord op vraag 6? Wat is de wetenschappelijke onderbouwing
voor uw bewering dat in het geval van het corona wildtype er geen sprake was van besmetting
in de buitenlucht en met de omikronvariant wel? Wilt u de rapporten die uw bewering
ondersteunen gaarne meezenden met de antwoorden op deze vragen?
Vraag 10
Bent u bekend met «Patiënt 31», een mevrouw die in Zuid-Korea in haar uppie eind februari
2020, met het wildtype verantwoordelijk was voor 300 besmettingen bij een kerkgenoodschap?
Vraag 11
Bent u bekend met ons eigen Amsterdams Gemengd Koor waar begin maart 2020 het corona
wildtype toesloeg, 102 van de 130 koorleden besmet raakten en een koorlid en drie
partners van koorleden aan corona zijn overleden?
Vraag 12
Vindt u het niet een klap in het gezicht van de nabestaanden dat onze overheid en
de heer Van Dissel beweren dat tijdens de eerste golf geen sprake van was aerogene
transmissie, besmetting met corona via het inademen van elkaars adem, maar dat dat
bij de omikronvariant ineens wel het geval is en dat dat dan ineens ook geldt voor
de buitenlucht, terwijl geen gevallen van besmetting in de buitenlucht bekend zijn
en het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) onlangs een rapport uitbracht
over het gunstige effect van ventilatie op minder besmettingen en de ventilatie nou
net in de buitenlucht piekfijn geregeld is?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M. Agema, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.