Schriftelijke vragen : Lozing NAM-afvalwater Dinkelland
Vragen van het lid Van der Plas (BBB) aan de Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat over lozing NAM-afvalwater Dinkelland (ingezonden 21 januari 2022).
Vraag 1
            
Waarom moet het minstens drie jaar duren voordat de afvalwaterlozing door de Nederlandse
               Aardolie Maatschappij (NAM) in de gemeente Dinkelland wordt gestopt?1
            
Vraag 2
            
Klopt het dat door toenemend volume van de voortdurende afvalwaterlozing de druk op
               de ondergrond toe zal nemen door het gewicht van het afvalwater en de dampdruk in
               de resterende lege holtes?
            
Vraag 3
            
Kunt u vertellen wanneer bij de afvalwaterlozing in de gemeente Dinkelland de kritische
               grens bereikt wordt, waarop bodembeweging, sink holes en aardbevingen verwacht kunnen
               worden?
            
Vraag 4
            
Welke kracht zullen deze aardbevingen naar verwachting maximaal kunnen hebben?
Vraag 5
            
Als op grond van artikel 28 van de Mijnbouwwet in een opslagvergunning wordt bepaald
               voor welk gebied en welk tijdvak de opslag geldt, voor wanneer moet het in de gemeente
               Dinkelland geloosde afval volgens de verleende opslagvergunningen dan uiterlijk worden
               teruggehaald? Wat komt daarvoor in de plaats? Hoeveel tijd zal ermee gemoeid zijn,
               voordat er weer rust in de ondergrond zal zijn?
            
Vraag 6
            
Als op grond van artikel 3 van de Mijnbouwwet de eigendom van stoffen pas door terughalen
               daarvan weer terugkomt bij degene die eigenaar was van de stoffen, direct voorafgaand
               aan het in de ondergrond brengen daarvan (in tegenstelling tot het eerste antwoord
               op eerdere schriftelijke vragen2 ), klopt het dan dat de NAM dus de eigendom van het geloosde afvalwater verliest,
               zodra de lozing in de ondergrond heeft plaats gevonden?
            
Vraag 7
            
Is de Staat in dat geval aansprakelijk voor schade gedurende de periode dat die afvalstoffen
               zich in de ondergrond bevinden? Zo nee, waarom niet?
            
Vraag 8
            
Klopt het dat, zonder een bijzondere regeling of overeenkomst met de NAM, de Staat
               van rechtswege eigenaar van de ondergrondse opslag van proceswater (op een diepte
               van meer dan 100 meter) is?
            
Vraag 9
            
Bestaat er een dergelijke regeling? Zo ja, hoe luidt die? Zo nee, waarom niet?
Vraag 10
            
Waar kunnen schadelijdende partijen terecht met schadeclaims, veroorzaakt door ondergrondse
               opslag, als de Commissie Mijnbouwschade zich mogelijk niet bevoegd acht voor het behandelen
               van dergelijke schades, aangezien de website vermeldt dat zij alleen schades door
               gas- of oliewinning uit kleine velden en schades door zoutwinning behandelt.
            
Vraag 11
            
Hoe zijn de taken afgebakend met betrekking tot ondergrondse opslag van stoffen tussen
               het Staatstoezicht op de Mijnen, de Mijnraad, de Commissie Mijnbouwschade, het Instituut
               Mijnbouwschade Groningen, de Technische commissie bodembeweging, de milieu-inspectie
               en de Ongevallenraad?
            
Vraag 12
            
Wanneer gaat de NAM het opgeslagen proceswater in de gemeente Dinkelland uiterlijk
               terugwinnen en zuiveren en kan zij deze taak ook uitbesteden aan partijen met meer
               expertise om dat veiliger, effectiever en efficiënter te doen? Kan de uiterlijke datum
               voor terugwinning vervroegd worden, zo nee, waarom niet?
            
Vraag 13
            
Waarom is het niet gelukt om een pilotproject te realiseren met industriële partijen
               die beschikken over waterzuiveringstechnologieën?3
            
Vraag 14
            
Welke maatregelen kunnen bedrijven en burgers zelf nemen om schade door bodembeweging
               of aardbevingen te voorkomen of te beperken?
            
Vraag 15
            
Welke kennisinstellingen in Nederland bezitten en ontwikkelen expertise over lozing,
               duurzame terugwinning en verwerking van afvalwater van mijnbouw, met name wat betreft
               de economische, juridische, sociale, bestuurlijke en veiligheidsaspecten daarbij?
            
Vraag 16
            
Welke buitenlandse bedrijven beschikken over expertise om ondergronds opgesloten afvalwater
               verantwoord en vooral veilig terug te winnen en te recycleren zonder verdere schade
               toe te brengen aan ondergrond, bovengrondse bebouwing, infrastructuur, bedrijvigheid,
               recreatie, huisvesting en milieu, inclusief drinkwatervoorraden?
            
Vraag 17
            
Zijn er tests of kunnen deze worden ontwikkeld, waarmee particulieren de veiligheid
               van het drinkwater voor hun gezondheid vanaf tappunten thuis kunnen controleren? Zo
               nee, waarom niet?
            
Vraag 18
            
Welke innovaties kunnen er voor Nederland ontwikkeld worden, om bijvoorbeeld diergedrag
               te gebruiken bij het voorspellen van bodembewegingen?
            
Ondertekenaars
- 
              
                  Eerste ondertekenaar
Caroline van der Plas, Tweede Kamerlid 
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.