Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Edgar Mulder over het artikel 'Zelfs betrokkenen ‘Bulgarenfraude’ krijgen tienduizenden euro’s compensatie'
Vragen van het lid Edgar Mulder (PVV) aan de Staatssecretaris van Financiën over het artikel «Zelfs betrokkenen «Bulgarenfraude» krijgen tienduizenden euro’s compensatie» (ingezonden 22 december 2021).
Antwoord van Staatssecretaris De Vries (Financiën – Toeslagen en Douane) (ontvangen
20 januari 2022). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2021–2022, nr. 1257.
Vraag 1
Bent u bekend met het artikel «Zelfs betrokkenen «Bulgarenfraude» krijgen tienduizenden
euro’s compensatie»1?
Antwoord 1
Ja, mijn ambtsvoorganger heeft uw Kamer hierover op 21 december jl. een brief gestuurd
met nadere duiding.2
Vraag 2
Is het artikel inhoudelijk en feitelijk correct?
Antwoord 2
Zoals mijn ambtsvoorganger in de brief van 21 december aan de Kamer heeft medegedeeld,
is aan 14 personen die in het verleden betrokken zijn geweest bij de fraudeonderzoeken
«Alabama» en «Florida» het forfaitaire bedrag van € 30.000 toegekend. Het fraudeonderzoek
«Alabama» stond ook wel bekend als de «Bulgarenfraude». Het fraudeonderzoek «Florida»
is een vergelijkbaar onderzoek dat, net als Alabama, heeft geleid tot een strafrechtelijke
veroordeling van bepaalde betrokkenen.
Het staat nog niet vast of uitbetaalde herstelbedragen aan deze personen onterecht
zijn geweest. Voor ouders die zich aanmelden voor herstel, geldt dat via een eerste
toets wordt bepaald of zij recht hebben op het forfaitaire bedrag van € 30.000. Als
sprake is van een OG/S kwalificatie en een terugvordering van ten minste € 1.500 in
enig toeslagjaar dan wordt compensatie toegekend. Er wordt in de eerste toets niet
gekeken of de O/GS-kwalificatie ook met de kennis van nu terecht was. Indien aan een
persoon echter een vergrijpboete is opgelegd of diegene strafrechtelijk is veroordeeld
in verband met de kinderopvangtoeslag, krijgt deze persoon geen beoordeling bij de
eerste toets maar bij de integrale beoordeling. Bij de integrale beoordeling wordt
er meer nauwkeurig bekeken of terugvorderingen terecht waren naar de huidige criteria
en of iemand in aanmerking komt voor de herstelregelingen. Ook de 14 personen die
bij de eerste toets de forfaitaire vergoeding hebben ontvangen, krijgen nog een integrale
beoordeling.
Vraag 3
Waarom heeft De Correspondent de beschikking over een intern onderzoek van het Ministerie
van Financiën en weet de Kamer nog van niets?
Antwoord 3
Uit de berichtgeving van de Correspondent blijkt dat zij op de hoogte is van de resultaten
van een inventarisatie die is gedaan binnen UHT. Ik weet niet op welke wijze de Correspondent
inzicht heeft gekregen in die resultaten. Mijn ambtsvoorganger was, zoals opgenomen
in de brief van 21 december, voornemens uw Kamer hier zo snel mogelijk te informeren
in het debat van 16 december over te informeren. Wegens het verplaatsen van het debat
is dat niet gelukt, en heeft zij u per brief geïnformeerd.
Vraag 4
Klopt het dat exact dezelfde IP-adressen die betrokken waren bij de Bulgarenfraude,
nu worden gebruikt om onterecht compensatie inzake de Toeslagenaffaire aan te vragen?
Zo ja, waarom zijn die IP adressen nog steeds in gebruik?
Antwoord 4
Het is niet onderzocht of dezelfde IP-adressen worden gebruikt die destijds betrokken
waren. Een IP-adres is een unieke code die wordt gekoppeld aan een apparaat dat verbinding
maakt met het internet en Toeslagen kan dus niet voorkomen of dit apparaat wordt gebruikt.
Voor de herstelregeling is er geen wettelijke basis om aanvragen voor compensatie
via bepaalde IP-adressen te weigeren.
Vraag 5
Zijn de daders van deze fraude opnieuw Bulgaren? Zo niet, welke nationaliteit hebben
de daders?
Antwoord 5
Er is geen onderzoek gedaan dat gericht is op burgers uit specifieke landen of met
een bepaalde nationaliteit. Bij de vervolganalyse van de fraudeonderzoeken «Alabama»
en «Florida», waarover mijn ambtsvoorganger u heeft geïnformeerd in de brief van 21 december
jl., is alleen bekeken waar de 83 personen die zich gemeld hebben voor herstel staan
in het beoordelingsproces.
Ik wil benadrukken dat op dit moment nog niet duidelijk is of bij één van de 14 betrokkenen
het toekennen van het forfaitaire bedrag achteraf bezien onterecht was. Dit zal blijken
bij de integrale beoordeling. Ook als dit in een enkele situatie het geval zou zijn,
staat niet vast dat deze persoon ook daadwerkelijk gefraudeerd heeft bij de aanvraag
en/of toekenning van compensatie.
Vraag 6
Waarom kwam bij de lichte, zogenaamd zorgvuldige, toets niet naar voren dat de aanvragers
geen recht hadden op compensatie?
Antwoord 6
Het is op dit moment niet duidelijk of deze aanvragers wel of niet recht hebben op
compensatie. Zoals ook in het antwoord bij vraag 2 aangegeven, doet UHT voor ouders
die zich aanmelden een eerste toets tenzij aan de persoon een vergrijpboete is opgelegd
of diegene strafrechtelijk is veroordeeld in verband met de kinderopvangtoeslag. Bij
de eerste toets wordt mede aan de hand van data-analyse eerst bekeken of een ouder
onderdeel was van een CAF-11 vergelijkbaar onderzoek en/of een terugvordering met
O/GS kwalificatie. Als dit het geval is, wordt € 30.000 toegekend. In het inrichten
van de eerste toets is daarbij een afweging gemaakt tussen snelheid en zorgvuldigheid.
Uit eerdere steekproeven is gebleken dat 94% van de O/GS kwalificaties achteraf bezien
onterecht is. Zodoende is er rekening mee gehouden dat een klein percentage van de
toegekende compensatie achteraf onterecht blijkt. Op dit moment is ons beeld nog steeds
dat dit een klein percentage betreft.
Vraag 7
Hoeveel geld dat is bestemd voor echte slachtoffers van de Belastingdienst is er inmiddels
onterecht uitgekeerd?
Antwoord 7
Uw Kamer is eerder geïnformeerd over het risico van achteraf bezien onterechte uitkeringen
door die afweging. Zo is in de brief van 30 april 2021 het percentage van achteraf
onterechte uitbetalingen na de eerste toets geschat op 2–5%.3 Dat is op dit moment nog steeds ons beeld.
Vraag 8
Hoe gaat u de onterecht uitgekeerde compensatie terugvorderen?
Antwoord 8
Bij de brief over de Catshuisregeling van 8 februari 2021 en daarop volgende brieven
heeft mijn ambtsvoorganger aangegeven dat in het proces van data-analyse en handmatige
toets sprake zal zijn van betalingen aan personen die – indien onmiddellijk een integrale
beoordeling zou zijn uitgevoerd – geen recht op uitbetaling zouden hebben gehad.4 Dit is onvermijdelijk. Ik wil echter geen onzekerheid creëren bij ouders door in
deze situaties betalingen weer terug te vorderen. Alleen in geval van evident misbruik
van de herstelregelingen kan compensatie worden teruggevorderd. Ik beraad mij momenteel
om te kijken in welke gevallen een terugvordering op zijn plaats zou zijn. Dit vereist
echter zeer grote zorgvuldigheid. Voorop staat het vertrouwen dat de ouders kunnen
hebben en houden dat zij zorgvuldig behandeld zullen worden.
Vraag 9
In het artikel wordt verwezen naar een presentatie uit oktober 2020 die nooit is gedeeld
met de Kamer. Kunt u die alsnog aan de Kamer doen toekomen?
Antwoord 9
Ja, die presentatie over opzet/grove schuld is bijgesloten bij deze antwoorden.
Vraag 10
Waarom is die presentatie uit oktober 2020 nooit gedeeld met de Kamer?
Antwoord 10
Het is niet gebruikelijk om een presentatie te delen met de Kamer als daar geen besluitvorming
mee gemoeid is. Indien de presentatie bijdraagt aan bijvoorbeeld nieuw beleid, wordt
deze in het kader van actieve openbaarmaking sinds 1 juli 2021 meegestuurd met de
brief aan de Tweede Kamer waarin dit nieuwe beleid wordt voorgesteld.
Vraag 11
Welke brandbrieven omtrent «grove overcompensatie» doen de ronde binnen de Belastingdienst
en/of het Ministerie van Financien? Kunt u die aan de Kamer doen toekomen?
Antwoord 11
In de Eindrapportage Raadspersonen die op 12 oktober jl. naar uw Kamer gezonden is
wordt benoemd dat verschillende melders hun zorgen hebben geuit over de Uitvoeringorganisatie
Herstel Toeslagen (UHT).5 Veel van deze zorgen hebben betrekking op de zogenoemde Catshuisregeling. De meldingen
die zijn gedaan bij de raadspersonen zijn conform het Besluit Personeelsraadspersonen
Belastingdienst 2020 in vertrouwen gedaan.6 Over die meldingen beschik ik niet. Signalen in de organisatie over mogelijk oneigenlijk
en ongericht gebruik van de herstelregelingen bij mijn ambtsvoorganger of het hogere
management zijn van persoonlijke aard en zijn vaak herleidbaar tot individuele medewerkers.
Ik vind het belangrijk dat medewerkers zich voldoende veilig voelen om deze en andere
signalen te blijven delen. Het integraal delen met uw Kamer van deze signalen vind
ik daarom onwenselijk. Om uw Kamer desondanks wel een zo goed mogelijk beeld te geven,
zal ik, zoals ook toegezegd in de 9e Voortgangsrapportage Kinderopvangtoeslag7 en de brief van 21 december jl., de onderwerpen uit de interne signalen inventariseren
en uw Kamer hier in de brief die ik u volgende week stuur ten behoeve van het debat
op 2 februari nader over berichten. Tevens zal ik hier in de Voortgangsrapportages
kinderopvangtoeslag aandacht aan besteden. Hierbij wordt dan recht gedaan aan de vertrouwelijkheid
van deze signalen.
Vraag 12
Is er ook maar één aspect van de herstelorganisatie waarop u wel grip heeft?
Antwoord 12
De hersteloperatie is veelomvattend en complex. Voorop staat het belang dat ouders
en kinderen goed en snel geholpen worden. Uit de 9e Voortgangsrapportage kinderopvangtoeslag blijkt dat wij voortgang boeken in het realiseren
van deze missie.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A. de Vries, staatssecretaris van Financiën
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.