Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Nijboer en Gijs van Dijk over de schrijnende huisvesting van arbeidsmigranten
Vragen van de leden Nijboer en Gijs van Dijk (beiden PvdA) aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over de schrijnende huisvesting van arbeidsmigranten (ingezonden 19 november 2021).
Antwoord van Minister Ollongren (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties), mede
namens de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (ontvangen 3 januari
2022).
Vraag 1
Bent u bekend met de reportage van RTL nieuws d.d. 18 november over de huisvesting
van arbeidsmigranten?1
Antwoord 1
Ja, daar ben ik mee bekend.
Vraag 2
Wat vindt u ervan dat arbeidsmigranten in vaak erbarmelijke omstandigheden moeten
wonen terwijl ze de hoofdprijs betalen aan huur?
Antwoord 2
Ik vind dat iedereen recht heeft op goede huisvesting tegen een redelijke prijs. Dat
is niet anders wanneer het gaat om tijdelijk verblijf in Nederland voor het werk.
Ik ben het met u eens dat de omstandigheden zoals de reportage van RTL nieuws laat
zien onwenselijk en ook niet toegestaan zijn. Gemeenten hebben mogelijkheden om hiertegen
op te treden (zie ook het antwoord op vraag 5). Maar die zijn nog niet toereikend.
De afgelopen tijd hebben we stappen gezet in de uitvoering van het advies van het
Aanjaagteam bescherming arbeidsmigranten (zie het antwoord op vraag 11). Belangrijke
mijlpaal daarin is het wetsvoorstel Goed Verhuurderschap. Met dit wetsvoorstel krijgen
gemeenten straks een instrument in handen waarmee ze beter kunnen optreden tegen misstanden.
Verhuurders moeten dan voldoen aan een aantal algemene regels. Daarnaast kunnen gemeenten
een verhuurdervergunning instellen. Dit kan voor zowel reguliere verhuur als specifiek
voor de verhuur aan arbeidsmigranten. Bij de vergunningsplicht voor verhuur aan arbeidsmigranten
kunnen gemeenten een aantal voorwaarden stellen. Zo kunnen zij eisen dat per huishouden
een eigen af te sluiten verblijfsruimte beschikbaar wordt gesteld en kunnen zij een
aantal kwaliteitseisen stellen gerelateerd aan voorzieningen die redelijkerwijs nodig
zijn voor hygiëne en het bewaren en bereiden van voedsel.
Door het instellen van een verhuurdervergunning hebben gemeenten straks ook beter
zicht op waar verhuurd wordt, waardoor zij gerichter kunnen controleren op bijvoorbeeld
overbewoning.
Vraag 3
Onderschrijft u de observaties van de Haagse Pandjesbrigade dat door de hoge huurprijzen
er steeds meer mensen in een woning verblijven om de huur te kunnen blijven betalen?
Antwoord 3
Ik kan mij goed voorstellen dat steeds meer personen een woning delen een gevolg is
van de hoge huurprijzen. In het Bouwbesluit staan regels over overbewoning. Een overschrijding
van het maximale aantal personen per woning is dan ook niet toegestaan. Gemeenten
kunnen hier al tegen optreden op grond van het Bouwbesluit.
Vraag 4
Vindt u, net als de PvdA, dat dit niet alleen zorgt voor slechte en ontoelaatbare
woonomstandigheden voor de bewoners, maar dat dit ook de leefbaarheid van de wijken
onder druk zet? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 4
Dit ben ik met u eens. Wanneer een woning door meer personen wordt bewoond dan de
bedoeling is, zijn de voorzieningen in de woning hier vaak niet op gemaakt. Ook de
ruimte in de woning is daar dan niet voldoende voor, waardoor de kwaliteit voor de
bewoners afneemt. Hetzelfde geldt voor de voorzieningen in de omgeving. Zoals ik al
aangaf, kunnen gemeenten al tegen overbewoning optreden en doen zij dit ook.
Vraag 5
Is het niet belachelijk dat mensen in een beschaafd land als Nederland in schuurtjes
moeten slapen en hun behoefte moeten doen in emmers? Welke stappen gaat u ondernemen
om deze problematiek snel en voortvarend aan te pakken?
Antwoord 5
De situaties die u beschrijft zijn niet toegestaan en vind ik bovendien, net als u,
niet acceptabel. Gemeenten hebben instrumenten in handen om tegen dit soort situaties
op te treden. Zij hebben de bevoegdheid om te controleren op naleving van het Bouwbesluit
en verschillende andere wetten en regelgeving. Daarnaast zetten we met het wetsvoorstel
Goed Verhuurderschap een goede stap. Gemeenten krijgen straks een extra instrument
in handen waarmee ze beter kunnen optreden tegen misstanden.
Vraag 6
De hoge huren worden aangedragen als een reden om steeds meer mensen in een woning
te huisvesten. Ziet u daarin een reden om slagvaardiger de hoge huurprijzen aan te
pakken, bijvoorbeeld door het doortrekken van het woningwaarderingsstelsel (WWS)?
En het beboeten van foute pandjesbazen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 6
Op Prinsjesdag heb ik in de brief «Uitkomsten onderzoeken naar huurprijsregulering»2 aangegeven te gaan testen hoe de uitvoering van een regulerende maatregel in de vrije
huursector eruit kan komen te zien. In de reeds gedane onderzoeken is het reguleren
van de aanvangshuurprijs door het WWS door te trekken als een van de mogelijke reguleringsvarianten
uitgewerkt. Uit de onderzoeken blijkt verder dat er een complexe afruil plaatsvindt
tussen betaalbaarheid en beschikbaarheid bij regulering. Daarom ga ik met partijen
nu «botsproeven» doen om te zien hoe een regulerende maatregel in de praktijk zou
uitwerken en wat daar verder voor nodig zou zijn.
Het wetsvoorstel Goed Verhuurderschap introduceert verder de bevoegdheid voor gemeenten
om een gebiedsgerichte verhuurvergunning in te stellen. Hiermee kunnen naast de landelijke
algemene regels aanvullende voorwaarden gesteld worden aan verhuurders in dergelijke
gebieden, ook inzake de maximale huurprijs van gereguleerde huurwoningen (gekoppeld
aan het WWS). Bij overtreding van de vergunningsvoorwaarden krijgen gemeenten de bevoegdheid
om handhavend op te treden, ook in de vorm van bestuurlijke boetes.
Vraag 7
Het blijkt nog steeds aantrekkelijk voor verhuurders om regels over fatsoenlijke huisvesting
en eerlijke huurprijzen aan hun laars te lappen. Wanneer krijgen gemeenten meer mogelijkheden
om malafide verhuurders te kunnen aanpakken?
Antwoord 7
Zoals ik al aangaf in de beantwoording op vraag 2, vraag 5 en vraag 6, werk ik aan
een wetsvoorstel Goed Verhuurderschap. Dit wetsvoorstel biedt gemeenten een instrumentarium
om malafide verhuurders aan te pakken. Op dit moment ligt het wetsvoorstel bij de
Raad van State voor advies en naar verwachting wordt het voorstel in het voorjaar
van 2022 bij het parlement aangeboden ter behandeling. Ik hoop snel tot invoering
van deze wet te kunnen komen, zodat we misstanden beter kunnen tegengaan.
Vraag 8
Hoe beziet u de rol van de uitzendbranche bij het huisvesten van arbeidsmigranten?
Vindt u ook niet dat zij allereerst voldoende en kwalitatief goede huisvesting moeten
garanderen voordat zij arbeidsmigranten laten werken in Nederland?
Antwoord 8
Werkgevers, dus ook uitzendbureaus, zijn niet verplicht om personen die via hen werkzaamheden
verrichten huisvesting te bieden. Wel vind ik het logisch dat werkgevers die actief
arbeidsmigranten naar Nederland halen zich ook inzetten om huisvesting voor deze mensen
te regelen. Dat is des te meer behulpzaam nu er een groot woningtekort bestaat. Zonder
de hulp van de werkgever is een arbeidsmigrant die hier voor het eerst en voor korte
termijn komt, aangewezen op die woningmarkt, waar hij of zij moet concurreren met
alle andere woningzoekenden.
Wanneer een uitzendbureau ervoor kiest om huisvesting aan te bieden aan een arbeidsmigrant
die hier op verzoek van de werkgever is, mag in elk geval verwacht worden dat zij
zorgt voor huisvesting die voldoet aan de geldende wet – en regelgeving voor woonruimte.
Verder ligt het in de rede voor gemeenten, uitzendbureaus en huisvesters om in den
brede zorg te dragen voor goede huisvesting en andere voorzieningen voorafgaand aan de komst van nieuwe werkgelegenheid waarbij naar verwachting veel arbeidsmigranten
gaan werken. De aanbevelingen uit het advies «Geen tweederangsburgers» van het Aanjaagteam
bescherming arbeidsmigranten over eisen aan huisvesting die door uitzendbureaus wordt
aangeboden, worden meegenomen in de uitwerking van het stelsel van verplichte certificering
van uitzendbureaus (zie vraag 9).
Vraag 9
Hoe zit het met een vergunningsstelsel voor uitzendbureaus om zo rotte appels die
stelselmatig arbeidsmigranten aan hun lot overlaten de vergunning ontnemen?
Antwoord 9
In de kabinetsreactie3 bij het advies «Geen tweederangsburgers» van het Aanjaagteam bescherming arbeidsmigranten
is ingegaan op het uitwerken van de aanbevelingen over verplichte certificering van
uitzendbureaus. Het kabinet werkt deze aanbevelingen nu uit in samenwerking met sociale
partners, zodat een nieuw stelsel van verplichte certificering zo spoedig mogelijk
kan worden ingevoerd. Het streven is om de uitwerking van een verplicht certificeringsstelsel
medio 2022 gereed te hebben.
Vraag 10
Wat vindt u van het feit dat omringende gemeenten van Den Haag weigeren voldoende
huisvesting te creëren voor arbeidsmigranten waardoor de problematiek in Den Haag
veel groter wordt? Bent u bereid gemeenten aan te spreken op hun plicht om voldoende
huisvesting te garanderen wanneer zij ook veel arbeidsmigranten aan het werk hebben
binnen hun gemeentegrens? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 10
Zoals ik bij de beantwoording van vraag 8 al aangaf, ligt het in de rede dat gemeenten,
werkgevers en huisvesters in den brede zorg dragen voor goede huisvestingen en andere
voorzieningen voorafgaand aan de komst van nieuwe werkgelegenheid waarbij de verwachting is dat daar veel arbeidsmigranten
gaan werken. Bovendien is het wenselijk dat arbeidsmigranten dicht bij het werk wonen.
Dit scheelt hen zelf niet alleen veel reistijd, maar vermindert ook de algehele verkeersbewegingen
door het land. Het verdient daarbij aanbeveling de huisvesting wel in regionaal verband
op te pakken.
Het is primair aan gemeenten om voldoende goede huisvesting voor arbeidsmigranten
en de locaties waar deze gerealiseerd worden, mogelijk te maken. Wel heb ik gemerkt
dat de huisvesting voor arbeidsmigranten en andere aandachtsgroepen vaak lastig van
de grond komt. Bovendien concurreren deze groepen met elkaar om dezelfde schaarse
ruimte en soms ook om dezelfde woningen. Om die reden is deze zomer een Interbestuurlijke
Werkgroep onder leiding van Bernard Ter Haar met een adviesrapport gekomen om de huisvesting
van aandachtsgroepen te verbeteren en meer integraal aan te pakken.
Onderdeel van de aanbevelingen vormt ook het vraagstuk hoe meer regie kan worden gevoerd
op huisvesting, bijvoorbeeld door een ondergrens van 30% sociale huur te eisen per
gemeente. De komende maanden worden de aanbevelingen uitgewerkt. Daarbij is het ook
aan een nieuw kabinet hier een keuze in te maken en samen met provincies en gemeenten
afspraken te maken over het realiseren van voldoende woningen voor aandachtsgroepen
zoals arbeidsmigranten.
Ook stimuleer ik gemeenten om te voorzien in voldoende goede huisvesting voor arbeidsmigranten.
Afgelopen twee jaar heb ik daarom twee keer geld beschikbaar gesteld voor de huisvesting
van aandachtsgroepen via de Regeling specifieke uitkering voor huisvesting aandachtsgroepen.
Daaruit konden ook projecten voor de huisvesting van arbeidsmigranten worden gefinancierd.
In 2020 betrof het aanvragen voor 4.700 plekken voor arbeidsmigranten. De tweede tranche
van de Regeling is onlangs gesloten en op dit moment worden de aanvragen van gemeenten
beoordeeld. Ik informeer uw Kamer begin 2022 over de toekenningen.
Vraag 11
Kunt u aangeven wanneer u, zoals toegezegd aan de Kamer, de aanbevelingen van de commissie
Roemer versneld door gaat voeren om zulke schrijnende situaties volledig tot het verleden
te laten behoren? Kunnen we vanaf januari de eerste acties verwachten?
Antwoord 11
In december 2021 wordt uw Kamer de eerste Jaarrapportage Arbeidsmigranten van het
Interdepartementaal Projectteam Arbeidsmigranten (IPA) toegezonden. Deze rapportage
kent twee doelen: breed inzicht geven in de ontwikkelingen rondom arbeidsmigratie
en inzicht geven in de voortgang van de van de implementatie van de aanbevelingen
van het advies van het Aanjaagteam.
De uitwerking van de aanbevelingen bevindt zich in de verschillende fasen. Waar de
implementatie van aanbevelingen noodzaakt tot de aanpassing van wetgeving, worden
die wetswijzigingen technisch voorbereid. Maar er zijn ook voorstellen die mee konden
lopen op al reeds ingezette trajecten, waardoor wetgeving sneller gerealiseerd kon
worden. Dit geldt bijvoorbeeld voor de wijzigingen in relatie tot de Basisregistratie
Personen en het wetsvoorstel Goed Verhuurderschap, waarmee gemeenten onder andere
de mogelijkheid geboden wordt om een verhuurdersvergunning voor de verhuur aan arbeidsmigranten
in te voeren.
Andere aanbevelingen konden het afgelopen jaar direct in uitvoering worden gebracht.
Zo worden sinds het begin van 2021 op vrijwillige basis contactgegevens van personen
geregistreerd die zich in de Basisregistratie Personen als niet-ingezetene inschrijven.
Hierdoor is het onder meer mogelijk gebleken om een grote groep arbeidsmigranten een
oproep tot vaccinatie te sturen. Ook is het onderzoek naar gegevensuitwisseling tussen
publieke en private toezichthouders uitgevoerd, waarvan de resultaten door de verschillende
toezichthouders in de aankomende tijd geïmplementeerd zullen worden.4
Zoals eerder aangegeven is zowel in 2020 als in 2021 geld uitgetrokken (bij elkaar
ruim 80 miljoen euro) voor de huisvesting van kwetsbare groepen, waaronder arbeidsmigranten.
Tevens is een handreiking huisvesting van arbeidsmigranten opgesteld door het Ministerie
van BZK.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
K.H. Ollongren, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties -
Mede namens
A.D. Wiersma, staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.