Schriftelijke vragen : De export van vervuilende brandstoffen naar Afrika
Vragen van de leden Bontenbal en Geurts (beiden CDA) aan de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat over de export van vervuilende brandstoffen naar Afrika (ingezonden 27 december 2021).
Vraag 1
Bent u bekend met het artikel «Toezichthouder poldert over export vieze brandstof,
geduld is op bij Greenpeace»?1
Vraag 2
Klopt het dat de inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) in gesprek is met een aantal
Nederlandse raffinaderijen en inzet op het vrijwillig verlagen van het zwavelgehalte
in brandstoffen bestemd voor de export naar West-Afrika? Zo ja, waarom is een beperkt
aantal partijen geselecteerd en waarom alleen West-Afrika?
Vraag 3
Wat is het doel van deze gesprekken? Deelt u de mening dat het doel moet zijn om daadwerkelijk
de emissies van voertuigen in West-Afrika te reduceren en een transitie op gang te
brengen naar het gebruik van schonere brandstoffen?
Vraag 4
Kunt u onderbouwen dat de gekozen aanpak daadwerkelijk leidt tot emissiereductie in
West-Afrika? Klopt het dat de landen in West-Afrika deze brandstoffen kopen omdat
deze veel goedkoper zijn dan laagzwavelige brandstoffen? Deelt u de zorg dat wanneer
raffinaderijen in Nederland abrupt gedwongen worden de export van de meer vervuilende
brandstoffen te staken, dit zal betekenen dat deze landen dezelfde brandstoffen zullen
betrekken uit andere landen (China, etc.)?
Vraag 5
Bent u bereid nader extern onderzoek te laten doen naar de meest effectieve aanpak
om de toepassing van laagzwavelige brandstoffen in arme landen te stimuleren en hierover
met de Kamer in gesprek te gaan?
Vraag 6
Wat zouden voor Nederland de gevolgen zijn voor het energieverbruik en uitstoot van
broeikasgassen als Nederlandse raffinaderijen op korte termijn gedwongen worden de
brandstoffen te ontzwavelen?
Vraag 7
Zijn de gesprekken en eventueel daaruit volgende afspraken die het ILT heeft en maakt
met deze raffinaderijen in lijn met de Mededingingswet of wetgeving in andere landen?
Met andere woorden: mogen deze bedrijven onder leiding en druk van het ILT wel onderlinge
afspraken maken?
Vraag 8
Klopt het dat ILT voornemens is een beleidsregel te publiceren om verdere ontzwaveling
juridisch af te dwingen? Welke juridische grondslag bestaat daarvoor?
Vraag 9
Is een internationale aanpak, binnen Europa en samen met landen in Afrika, niet veel
effectiever dan een solitaire aanpak door het ILT? Met welke landen spreekt u hierover?
Bent u bereid dit gesprek, als dat niet gevoerd wordt, alsnog te gaan voeren?
Indieners
-
Gericht aan
S.P.R.A. van Weyenberg, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat -
Indiener
Henri Bontenbal, Kamerlid -
Medeindiener
J.L. Geurts, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.