Schriftelijke vragen : Het Fiche 'Voorstel voor een Raadsbesluit betreffende voorlopige noodmaatregelen ten behoeve van Letland, Litouwen en Polen'
Vragen van de leden Podt (D66), Koekkoek (Volt), Jasper van Dijk (SP), Kröger (GroenLinks), Piri (PvdA) en Ceder (ChristenUnie) aan de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid over het Fiche «Voorstel voor een Raadsbesluit betreffende voorlopige noodmaatregelen ten behoeve van Letland, Litouwen en Polen» (ingezonden 24 december 2021).
Vraag 1
Hoe beziet u de noodzaak voor een tijdelijke, urgente set maatregelen op dit moment,
nu de druk op de grens door diplomatieke druk en samenwerking met derde landen juist
lijkt af te nemen?
Vraag 2
In hoeverre bent u het eens met de uitspraak van de Europese Commissie (EC) dat deze
maatregelen er moeten komen omdat er sprake is van een ongekende [«unprecedented»]
situatie, terwijl er aan andere Europese buitengrenzen meer migranten en vluchtelingen
wachten – en bovendien al veel langer?
Vraag 3
Is er volgens u nu sprake van een crisissituatie aan de grens met Belarus, zoals bedoeld
in artikel 78, lid 3, VWEU?1 Welke onderbouwing is daarvoor? Kunt u zo gedetailleerd mogelijk uitleggen in hoeverre
artikel 78, lid 3, VWEU waaraan de EC refereert voldoende juridische basis heeft voor
zulke verregaande maatregelen?
Vraag 4
Kunt u aangeven waarom het kabinet deze keer wel meedoet aan noodmaatregelen zonder
uitzicht op een structurele oplossing, terwijl in het verleden meermaals werd aangegeven
dat «Nederland pleit voor structurele oplossingen» en werd volgehouden dat «…zonder
perspectief op een [structurele] oplossing zal Nederland niet meer deelnemen aan ad
hoc maatregelen»?2
Vraag 5
Welke verwachtingen heeft u van de doeltreffendheid van de voorgestelde maatregelen,
nu Polen al heeft aangegeven hier eigenlijk niet op zitten te wachten? Wordt zo geen
tijd en energie verspild aan een voorstel dat geen oplossing biedt, terwijl ook gewerkt
kan worden aan structurele oplossingen?
Vraag 6
In hoeverre wordt de tijdelijkheid van het voorstel (zes maanden) geborgd als de EC
in haar voorstel al schrijft dat de maatregelen blijven gelden voor mensen uit derde
landen die na die zes maanden nog niet zijn teruggekeerd? Welke (juridische) consequenties
heeft dit?
Vraag 7
Hoe gaat u de EC houden aan de tijdelijkheid van deze noodmaatregelen? Kan de Kamer
erop rekenen dat een eventuele verlenging van deze maatregelen, of de inzet van deze
maatregelen op andere plaatsen, door het kabinet zal worden afgewezen?
Vraag 8
Hoe duidt u in dit verband het feit dat Oostenrijk nu ook «hybride aanvallen» aanvoert
als reden om detentie aan de grens verder uit te breiden?3
Vraag 9
Kunt u aangeven in welke mate de tijdelijke noodmaatregelen zijn overgenomen, dan
wel als basis zijn gebruikt voor de herziening van de Schengen Grenscode, specifiek
het voorstel voor een verordening ter adressering van de instrumentalisering van migratie
en asiel?4
Vraag 10
In hoeverre blijven de terugkeerrichtlijnen en de maximumtermijn voor detentie voor
minderjarigen onder deze noodmaatregelen van kracht? Bent u bereid u ervoor in te
zetten dat de richtlijnen voor minderjarigen onder deze noodmaatregelen onveranderd
blijven? Zo nee, waarom niet?
Vraag 11
Kunt u aangeven in hoeverre de beoogde registratiepunten voor het vragen van asiel
op Pools, Litouws of Lets grondgebied zijn gevestigd? Hoe wordt omgegaan met asielzoekers
die buiten deze registratiepunten om EU-grondgebied hebben weten te bereiken? Bent
u bereid te zorgen dat zij niet worden gedwongen om terug te keren naar het grondgebied
van Belarus om vandaaruit zich te melden bij deze punten?
Vraag 12
Hoe verhoudt deze inzet van de EC zich tot de rol die de EC heeft ten aanzien van
Polen, waar pushbacks en andere misstanden in het grensgebied maar door lijken te
gaan?5 Waarom leidt deze houding van Polen tot het afzwakken van het asielrecht, in plaats
van een duidelijker optreden tegen Polen?
Vraag 13
Wat is de stand van zaken van het overleg van de EC met Polen, Letland en Litouwen
over het intrekken van nationale wetgeving die pushbacks in strijd met het Unierecht
trachten te legaliseren? Gelden deze nationale wetten nog steeds? Zo ja, bent u bereid
om deze EU-lidstaten hierop aan te spreken en zo nodig aan bijstand de voorwaarde
te verbinden dat deze wetten moeten worden ingetrokken? Zo nee, waarom niet? Bent
u bereid om bij de EC aan te dringen op het starten van inbreukprocedures indien deze
landen blijven weigeren om hun nationale wettten die pushbacks legaliseren in te trekken?
Zo nee, waarom niet?
Vraag 14
Kunt u aangeven hoe u zich richting de EC gaat inzetten om te zorgen dat de humanitaire
waarborgen en waarborgen uit de opvang- en terugkeerrichtlijnen en het recht op asiel
worden nageleefd, met name gezien de gebrekkige track record van Polen op dit vlak?
Kan ervan uit worden gegaan dat Nederland deze voorstellen niet meer steunt als deze
waarborgen niet worden nageleefd?
Vraag 15
Kunt u bovenstaande vragen individueel te beantwoorden?
Vraag 16
Kunt u bovenstaande vragen (gezien het spoedeisende karakter van de behandeling) uiterlijk
binnen een week beantwoorden?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
Anne-Marijke Podt, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
Don Ceder, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
Kati Piri, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
J.J. (Jasper) van Dijk, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
Suzanne Kröger, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
Marieke Koekkoek, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.