Schriftelijke vragen : De toekomst van de sportsector
Vragen van het lid Rudmer Heerema (VVD) aan de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de toekomst van de sportsector (ingezonden 22 december 2021).
Vraag 1
Wat is de stand van zaken van de inventarisatie van wat nodig is om de sportsector
te helpen te overleven, aangezien u tijdens het Wetgevingsoverleg Onderdeel Sport
en Bewegen van de begroting VWS 2021 en aanverwante zaken (d.d. 2 december jl.) aangaf
nogmaals het gesprek met de sportsector hierover aan te gaan? Wanneer kan de Kamer
een actie van u verwachten?1
Vraag 2
Klopt het dat 42 procent van de 5- tot 11-jarige jongeren en 53 procent van de 12-
tot 18-jarige jongeren minder is gaan sporten of met sporten is gestopt? Wat is de
strategie om de sportsector te helpen om deze kinderen terug te krijgen naar de sportvereniging
en wat is hiervoor nodig?
Vraag 3
Is Nederland het enige land in Europa waar sport op deze wijze beperkt wordt? Zo nee,
voor welke andere landen geldt dit ook? Wat is het coronaregime met betrekking tot
sport in andere landen in Europa? Klopt het dat in andere landen het kunnen blijven
beoefenen van sport, wetenschappelijk onderbouwd, juist wel mogelijk wordt gemaakt?
Zo ja, hoe wordt deze wetenschappelijke informatie in Nederland meegewogen?
Vraag 4
Kunt u een overzicht geven wat er met betrekking tot sport mogelijk is in andere landen,
uitgesplitst in top- en amateursport, jeugd en volwassenen, en binnen- en buitensport?
Vraag 5
Heeft u een beeld van de gezondheidsschade als gevolg van een lagere sportdeelname
in de afgelopen anderhalf jaar? En heeft u een beeld van de langetermijneffecten van
een lagere sportdeelname voor de gezondheidszorg?
Vraag 6
Met hoeveel procent zijn de sportbestedingen in Nederland gedaald, aangezien in Engeland
de bestedingen aan sport en sportbenodigdheden met 32 procent zijn gedaald en dit
wordt gezien als voorbode voor een langetermijndaling van sportdeelname? Wat is de
strategie om te voorkomen dat dit in Nederland tot een langetermijndaling van sportdeelname
leidt?
Vraag 7
Op welke wijze zijn bij het nemen van maatregelen noodkreten uit de sportsector, van
bijvoorbeeld het NOC*NSF, de KNVB, de KNLTB, de POS en NLActief, betrokken bij de
besluitvorming over de positie van sport? Hoe vaak en met wie heeft het kabinet gesproken
met vertegenwoordigers uit deze sector? Kunt u een overzicht geven met welke vertegenwoordiger(s)
van de sportsector u, uw voorganger of andere leden van het kabinet vanaf 1 maart
2020 hebben gesproken?
Vraag 8
Wat doet het kabinet met signalen van diverse wetenschappers, zoals bijvoorbeeld hoogleraar
Neuropsychologie Scherder, die waarschuwen dat de coronacrisis een bewegings- en gezondheidscrisis
tot gevolg gaat hebben? Op welke wijze wordt gewerkt aan een strategie om te voorkomen
dat Nederlanders minder fit, gezond en weerbaar zijn geworden? Wanneer kan de Kamer
deze strategie verwachten?
Indieners
-
Gericht aan
P. Blokhuis, staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport -
Indiener
R.J. (Rudmer) Heerema, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.