Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Westerveld en Ellemeet over het afnemen van het aantal restitutiepolissen
Vragen van de leden Westerveld en Ellemeet (beiden GroenLinks) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het afnemen van het aantal restitutiepolissen (ingezonden 25 november 2021).
Antwoord van Minister De Jonge (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 20 december
2021).
Vraag 1
Hoeveel verzekeraars bieden in 2022 een restitutiepolis aan? Hoeveel restitutiepolissen
zijn er beschikbaar in 2022? Klopt het dat het aantal restitutiepolissen daalt?
Antwoord 1
In 2022 bieden 11 verzekeraars een restitutiepolis aan en zijn 11 restitutiepolissen
beschikbaar.
Het klopt dat het aantal restitutiepolissen daalt. In 2020 waren er 17 restitutiepolissen,
in 2021 waren dat er 14.
Vraag 2
Wat is het aantal beschikbare natura- en combinatiepolissen in 2022?
Antwoord 2
In 2022 zijn er 37 naturapolissen beschikbaar en 12 combinatiepolissen.
Vraag 3
Wat is de gemiddelde premie van de restitutie-, combinatie- en naturapolis?
Antwoord 3
De gemiddelde premie voor een restitutiepolis is in 2022 per jaar € 1.648,–, voor
een combinatiepolis is dat € 1.533,– en voor een naturapolis € 1.503,–.
Deze gemiddelde premies zijn inschattingen op basis van het aantal verzekerden dat
op dit moment een restitutie-, combinatie- of naturapolis heeft. In het voorjaar kan
ik uw Kamer informeren over de definitieve cijfers voor 2022.
Vraag 4
Hoeveel restitutiepolissen zijn er voor 2022 omgezet in een natura- of combinatiepolis?
Om hoeveel verzekerden gaat het hier?
Antwoord 4
In 2022 zijn 3 restitutiepolissen omgezet in combinatiepolissen. In totaal hadden
785.000 verzekerden in 2021 een restitutiepolis die per 2022 wordt omgezet naar een
combinatiepolis.
Bij twee van de drie omgezette polissen heeft de betreffende verzekeraar haar verzekerden
medio september over deze wijziging geïnformeerd door middel van een (digitale) brief.
Verzekerden die voor digitale communicatie hebben gekozen en waarbij de omzetting
vermoedelijk daadwerkelijk een verandering betekent omdat zij gebruik maken van zorg
bij een niet-gecontracteerde zorgverlener, hebben tevens een fysieke brief ontvangen.
Bij de derde omgezette polis heeft de verzekeraar op 12 november alle verzekerden
met een brief en een wijzigingsfolder geïnformeerd.
Vraag 5
Hoeveel mensen sloten geen zorgverzekering af in de afgelopen jaren? Kunt u de ontwikkeling
vanaf de invoering van de zorgverzekering schetsen, uitgesplist in verschillende type
verzekeringen?
Antwoord 5
Ik ga ervan uit dat u met type zorgverzekering bedoelt de «basiszorgverzekering» en
«aanvullende zorgverzekering». Voor wat betreft de basiszorgverzekering is er onderscheid
te maken tussen de periode voor en na 2011. In het jaar 2011 is de wet onverzekerden
zorgverzekering (Wet Ovoz) in werking getreden. De Wet Ovoz heeft tot doel om mensen
die verzekeringsplichtig zijn, maar zich niet verzekerd hebben, op te sporen en met
behulp van vervolgacties het aantal onverzekerden terug te dringen.
Aantal onverzekerden tot 2011
Jaar
2006
2007
2008
2009
2010
Aantal onverzekerden
172.800
150.710
152.810
152.240
136.450
Bron: StatLine – Onverzekerden tegen ziektekosten; provincie, 2006–2010 (cbs.nl)
Aantal onverzekerden vanaf 2011
In de Verzekerdenmonitor wordt jaarlijks in beeld gebracht hoeveel verzekeringsplichtigen
zijn opgespoord die geen zorgverzekering hebben gesloten en ambtshalve in verzekering
zijn gebracht. Dit betreft alleen mensen die ingeschreven zijn in administratieve
systemen, zoals de Basisregistratie Personen en de polis administratie van het UWV.
Onbekend is om hoeveel mensen het gaat die zijn uitgeschreven, zoals dak- en thuisloze
mensen.
In de onderstaande tabel staan de aantallen per jaar van verzekeringsplichtigen die
zijn opgespoord die geen zorgverzekering hadden gesloten en van de aantallen die niet
meer onverzekerd zijn.
Aantal onverzekerden per jaar per 31 december (bron: CAK)
2011
2012
2013
2014
2015
Aangeschreven
164.388
69.744
69.382
71.726
47.458
Einde onverzekerd
106.423
96.028
72.323
71.012
54.480
2017
2018
2019
2020
Aangeschreven
58.914
67.444
84.992
62.553
Einde onverzekerd
64.450
60.663
84.327
67.163
Het aantal verzekerden dat een aanvullende verzekering afsluit is al jaren vrij stabiel.
Verzekerden met een aanvullende verzekering (bron: NZa)
2018
2019
2020
2021
Aanvullende verzekeringen
83,7%
83,8%
83,3%
83,9%
Vraag 6
Op welke gebieden wordt er zorg in natura geleverd door verzekeraars als wordt gekozen
voor een combinatiepolis?
Antwoord 6
Vier combinatiepolissen leveren geen zorg in natura maar alleen restitutie, waarbij
wel een beperking geldt bij de vergoeding voor bepaalde vormen van niet-gecontracteerde
zorg. Drie combinatiepolissen leveren voor maar een paar zorgvormen de zorg in natura;
bij een polis gaat het om fysiotherapie, geestelijke gezondheidszorg (ggz) en wijkverpleging
en bij de andere twee om ggz en wijkverpleging. Vijf combinatiepolissen leveren bijna
alle zorgvormen in natura, met uitzondering van een paar vormen van zorg: bij een
polis niet voor ggz, wijkverpleging en mondzorg, bij een polis niet voor ggz en mondzorg,
bij een polis niet voor huisartsenzorg, geneesmiddelen en mondzorg, bij een polis
niet voor fysiotherapie, ergotherapie en logopedie en bij een polis niet voor mondzorg
en paramedie.
Vraag 7
Mag een verzekeraar binnen een restitutiepolis in de wijkverpleging of GGZ alsnog
minder dan het NZa-tarief vergoeden?
Antwoord 7
Op basis van het Besluit Zvw dient de zorgverzekeraar aan de verzekerde de kosten
te vergoeden die gemaakt zijn uit hoofde van een restitutieverzekering, maar niet
de kosten die hoger zijn dan in de Nederlandse marktomstandigheden in redelijkheid
passend zijn te achten. Als er een maximumtarief is vastgesteld, geldt dat maximumtarief
als invulling van het begrip marktconform en dient de restitutieverzekeraar het maximumtarief
te vergoeden bij niet-gecontracteerde zorg.
Vraag 8
Mag een verzekeraar een restitutiepolis eigenstandig omzetten in een natura- of combinatiepolis?
Zo ja, hoe dient de verzekeraar de verzekerde daarover te informeren? Welke consequenties
zijn er voor een verzekeraar als de verzekerden niet goed worden geïnformeerd?
Antwoord 8
Een verzekeraar bepaalt welke polissen hij aanbiedt. Als de inhoud van een polis verandert,
dat moet de zorgverzekeraar de verzekerden daarover goed informeren, zoals ook bepaald
is in de Nederlandse Zorgautoriteit Regeling informatieverstrekking ziektekostenverzekeraars
aan consumenten – TH/NR-017.
Vraag 9
Welke stappen neemt u om te garanderen dat de restitutiepolis voor iedereen beschikbaar
blijft, onafhankelijk van de financiële positie van de verzekerde?
Antwoord 9
Een restitutiepolis is gemiddeld duurder dan een naturapolis. Verzekerden kunnen zelf
een keuze maken welke polis het beste bij hen past. De betaalbaarheid van de premie
en het verplichte eigen risico is voor lagere inkomens geborgd via de zorgtoeslag.
Vraag 10
Klopt het dat er verschil in voorwaarden zit tussen hulp bij fysieke klachten en hulp
bij mentale klachten?Klopt het dat de verzekeraar met name de voorwaarden wijzigen
voor hulpverleners die mentale hulp aanbieden? Zo ja, waarom is dit zo? Bent u bereid
hier heldere afspraken over te maken?
Antwoord 10
Deze vraag is zo geïnterpreteerd dat gedoeld wordt op combinatiepolissen. Bij combinatiepolissen
zit het verschil zowel bij voorwaarden voor de ggz als bij de somatische zorg (bijvoorbeeld
wijkverpleging, paramedie en mondzorg). Het is aan de zorgverzekeraar om te bepalen
welke polissen met welke voorwaarden hij aanbiedt.
Vraag 11
Bent u het eens dat het pijnlijk is en schadelijk kan zijn als mensen hun vaste hulpverlener
– die ze soms al jaren hebben en dus vertrouwen – kwijtraken doordat verzekeraars
de voorwaarden veranderen? Zo ja, wat gaat u doen om te zorgen dat mensen hun vaste
behandelaar kunnen behouden?
Antwoord 11
Zorgverzekeraars moeten transparant zijn over welke zorgverleners gecontracteerd zijn
en welke (nog) niet. Zorgverzekeraars moeten ook transparant zijn over hoe zij omgaan
met het vergoeden van zorg door (nog) niet gecontracteerde zorgaanbieders. Verzekerden
kunnen ieder jaar overstappen van verzekering en verzekeraar als de huidige verzekering
een gewenste zorgverlener niet contracteert en een andere wel. Ook kan een verzekerde
kiezen voor een restitutiepolis.
Het is van belang dat verzekeraars selectief kunnen contracteren omdat zij zo in het
belang van hun verzekerden kunnen sturen op passendere zorg; daardoor kunnen zij er
ook voor te kiezen om bepaalde zorgaanbieders niet te contracteren als deze zorg leveren
die van relatief mindere kwaliteit is en/of relatief duur is.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
H.M. de Jonge, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.