Schriftelijke vragen : De gebrekkige verduurzaming van de Nederlandse financiële sector
Vragen van het lid Van der Lee (GroenLinks) aan de Minister van Financiën over de gebrekkige verduurzaming van de Nederlandse financiële sector (ingezonden 13 december 2021).
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van het onderzoeksrapport «Op weg naar een duurzame balans»
van 7 december 2021 van De Nederlandsche Bank (DNB)?
Vraag 2
Onderschrijft u de in het onderzoek gedane conclusies dat de Nederlandse financiële
sector zowel vanuit impact- als risicoperspectief te langzaam verduurzaamt, dat de
transitierisico’s de aankomende jaren zullen toenemen, dat expliciete integratie van
duurzaamheidsrisico’s in het risicobeheer tekortschiet en dat er beter moet worden
gerapporteerd over duurzaamheidsrisico’s?
Vraag 3
Bent u het met de leden van de GroenLinks-fractie eens dat het zeer zorgelijk is dat
duurzaamheidsrisico’s zullen toenemen, terwijl nu slechts één op de vijf instellingen
deze expliciet in het risicobeheer meeneemt? En bent u het met deze leden eens dat
de sector harder moet verduurzamen dan ze op dit moment doet? Waarom wel, dan wel
waarom niet?
Vraag 4
Vindt u dat financiële instellingen in gebreke zijn ten opzichte van hun zorgplicht,
bijvoorbeeld als zij geen onderscheid maken tussen fysieke en transitierisico’s, terwijl
tussen de aard van deze risico’s en de materiële betekenis ervan voor de portefeuille
wezenlijke verschillen zitten?
Vraag 5
Hoe verklaart u dat 80 procent van de pensioenfondsen en 75 procent van de banken
aangeeft te rapporteren over hoe zij duurzaamheidsrisico’s beheersen, terwijl slechts
20 procent van de financiële instellingen deze beheersing in de risico-afwegingen
expliciet maakt? Is hier volgens u sprake van groenwassen over de beheersing van duurzaamheidsrisico’s?
Waarom wel, dan wel waarom niet?
Vraag 6
Hoe beziet u het argument van de financiële sector over gebrekkige data als één van
de redenen voor de gebrekkige verduurzaming, in het licht van de positie van De Nederlandsche
Bank (DNB) dat databeperkingen geen belemmering zouden moeten zijn voor financiële
instellingen om duurzaamheidsrisico’s te meten?
Vraag 7
Kunt u bevestigen dat de constatering van DNB dat duurzaamheidsrisico’s in de Nederlandse
financiële sector de komende jaren zullen toenemen, het belang van adequate beheersing
van duurzaamheidsrisico’s in pijler 1 van het kapitaalraamwerk alleen maar verder
vergroot?
Vraag 8
Ziet u de opmerking van DNB dat databeperking geen belemmering mag zijn voor het meten
van duurzaamheidsrisico’s als verdere aanmoediging om ervoor te pleiten dat deze risico’s
adequaat gekapitaliseerd worden in pijler 1? Hoe gaat u daar in uw (internationale)
inzet vorm en invulling aan geven?
Vraag 9
Bent u voornemens de resultaten van het genoemde DNB-onderzoek met de DNB-president
te bespreken? Zo nee, waarom niet?
Vraag 10
Is het kabinet er voorstander van om regulering te ontwikkelen op ESG Rating Agencies,zoals onder andere ook bepleit door de Autoriteit Financiële Markten (AFM)? Waarom
wel. dan wel waarom niet?
Vraag 11
Bent u het met de leden van de GroenLinks-fractie eens dat er een belangrijke relatie
zit tussen de door DNB geconstateerde toename aan transitierisico’s enerzijds en de
gebrekkige voortgang van het klimaatakkoordcommitment anderzijds, omdat beiden over
impact gaan?
Vraag 12
Bent u het met de leden van de GroenLinks-fractie eens dat de constatering van DNB
dat transitierisico’s zullen toenemen impliciet betekent dat op dit moment de voortgang
van het klimaatakkoordcommitment te gebrekkig is?
Vraag 13
Hoe kan het dat de financiële sector heeft beloofd bij te dragen aan het Parijsakkoord,
maar uit de cijfers van het DNB-onderzoek blijkt (in annex 6) dat de aandelenbeleggingen
van pensioenfondsen en verzekeraars in haast alle sectoren niet in lijn zijn met het
transitiescenario?
Vraag 14
Bent u het met de leden van de GroenLinks-fractie eens dat het onwenselijk is dat
binnen het klimaatakkoordcommitment financiële instellingen inzicht kunnen verschaffen
in duurzaamheidsimpact op een manier die hen het best passend is, terwijl één van
de grote uitdagingen, zoals ook door DNB gesignaleerd, juist is om tot harmonisatie
van meet- en rapportagemethoden te komen?
Vraag 15
Deelt u de feitelijke constatering dat de financiële sector zich op dit moment niet
aan het eigen klimaatakkoordcommitment houdt, omdat zij afgesproken heeft over boekjaar
2020 over de impact van alle relevante financieringen te rapporteren, maar slechts
17 procent dit doet?
Vraag 16
Wie is responsible en accountable voor de voortgang van het klimaatakkoordcommitment?
Waarop kan de Kamer u in het kader van de voortgang op dit commitment precies op aanspreken?
En waarop enkel de sector? Voelt u zich (mede) verantwoordelijk voor de (gebrekkige)
voortgang?
Vraag 17
Bent u bereid met de financiële sector in gesprek te gaan over de zorgen die de leden
van de GroenLinks-fractie hebben, maar die u terecht ook zelf in uw reactie op de
voortgang van het commitment uit? Wat beoogt u dat er uit deze gesprekken komt?
Vraag 18
Overweegt u aanvullende instrumenten naast een vrijwillig sectorakkoord om ervoor
te zorgen dat financiële instellingen snel genoeg verduurzamen, zowel aan de impact-
als risicozijde? Wat zijn hierbij uw overwegingen?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
Tom van der Lee, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.