Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Van Nispen en Ellian over het artikel 'Hoe een verkrachter opnieuw kon toeslaan alle alarmsignalen ten spijt'
Vragen van de leden Van Nispen (SP) en Ellian (VVD) aan de Minister voor Rechtsbescherming over het artikel «Hoe een verkrachter opnieuw kon toeslaan alle alarmsignalen ten spijt» (ingezonden 29 oktober 2021).
Antwoord van Minister Dekker (Rechtsbescherming) (ontvangen 8 december 2021). Zie
ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2021–2022, nr. 783.
Vraag 1
Herinnert u zich uw antwoorden op de eerdere vragen over een zaak waarbij een verkrachter
opnieuw kon toeslaan terwijl er allerlei alarmsignalen waren dat het weer fout zou
gaan met deze man?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Klopt het dat de Inspectie Justitie en Veiligheid geen nader onderzoek gaat doen naar
een Bredase verkrachter die toesloeg terwijl hij onder verscherpt toezicht stond?
Zo ja, waarom gaat de Inspectie hiernaar geen nader onderzoek doen?2
Antwoord 2
De Inspectie Justitie en Veiligheid geeft desgevraagd aan dat zij naar aanleiding
van voor haar nieuwe informatie uit de krant (over het verkrachten van de vrouw in
het park), vragen heeft gesteld aan de politie en de reclassering. Op basis van de
antwoorden ziet de Inspectie Justitie en Veiligheid geen aanleiding om deze casus
nog nader te onderzoeken.
Vraag 3
Bent u bereid te delen welke nieuwe informatie de Inspectie heeft opgehaald, waarop
zij haar besluit heeft gebaseerd om geen nader onderzoek te doen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 3
Die informatie kan niet worden gedeeld. Deze informatie heeft de Inspectie Justitie
en Veiligheid van de politie en de reclassering gekregen in het kader van haar taakuitoefening
als toezichthouder. Die informatie is toezichtvertrouwelijk en kan zodoende niet gedeeld
worden.
Vraag 4
Waarom acht u een onderzoek, om te leren en te voorkomen dat zoiets weer gebeurt,
niet nodig?
Antwoord 4
Bij eerdere vragen over deze zeer ernstige delicten heb ik aangegeven dat er voorafgaand
aan de verkrachting op 7 september 2017 geen sprake was van het schenden van reclasseringsvoorwaarden
en betrokkene zich coöperatief toonde. Er was op dat moment geen aanleiding om (alsnog)
tenuitvoerlegging van het voorwaardelijk deel van de in 2012 opgelegde jeugddetentie
te vorderen. Er kwam na de verkrachting informatie uit de politie databank ViCLAS
beschikbaar, maar dit beoogt richting te geven aan opsporingsonderzoeken en geldt
niet zelfstandig als bewijs. In de periode tot het geweldsdelict en aanhouding op
13 september 2017 was er onvoldoende verdenking jegens betrokkene om de Reclassering
hiervan in kennis te stellen. Ik zag op basis van de mij bekende informatie over het
handelen van de reclassering en de andere betrokken instanties eerder geen aanleiding
om dit als onzorgvuldig te bestempelen en de zaak nader te (laten) onderzoeken. Er
is mij sindsdien geen nieuwe informatie bekend geworden die alsnog aanleiding geeft
om onderzoek te starten.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S. Dekker, minister voor Rechtsbescherming
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.