Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Sjoerdsma over de intimidatie van MH-17-advocaten
Vragen van het lid Sjoerdsma (D66) aan de ministers van Buitenlandse Zaken, van Justitie en Veiligheid, en van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over de intimidatie van MH-17-advocaten (ingezonden 3 november 2021).
Antwoord van Minister Grapperhaus (Justitie en Veiligheid), mede namens de Minister
van Buitenlandse Zaken (ontvangen 29 november 2021).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht over advocaten in de MH17-zaak die hoogstwaarschijnlijk
geïntimideerd werden door Rusland?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Hoe oordeelt u over de schrijnende situatie waarbij de advocaten die de nabestaanden
bijstaan in de nationale tragedie van MH17, worden geïntimideerd, achtervolgd en zelfs
beschermd moeten worden door de Nederlandse veiligheidsdiensten?
Antwoord 2
Het kabinet vindt, zoals reeds eerder aan de Kamer gemeld2, elke vorm van inmenging volstrekt onacceptabel. Het is van groot belang dat de rechtsgang
in Nederland veilig en ongestoord kan verlopen. Door de rijksoverheid wordt de veiligheidssituatie
van betrokkenen in het MH17 proces nauwlettend in de gaten gehouden. Indien de dreiging
en het risico daar aanleiding toe geven worden er passende maatregelen getroffen.
Vraag 3
Zijn deze Russische agenten reeds in zicht, opgepakt en uitgezet? Zo nee, welke juridische
stappen worden er dan ondernomen tegen deze personen? Hoe kunnen deze- en andere vormen
van mogelijke buitenlandse intimidatie in de toekomst worden voorkomen?
Antwoord 3
Uit veiligheidsoverwegingen kan ik niet ingaan op individuele casuïstiek en kan ik
geen uitspraken doen over al dan niet lopende onderzoeken.
In het Dreigingsbeeld Statelijke Actoren3 is inzicht geboden in welke nationale veiligheidsbelangen geschaad (kunnen) worden
door statelijke actoren en op welke wijze dat gebeurt of kan gebeuren. In 2019 en
2021 heb ik uw Kamer geïnformeerd over de aanpak statelijke dreigingen, waarbij een
werkwijze is ontstaan waarbij alle relevante partijen op een blijvende en continue
basis bijdragen aan de weerbaarheid tegen statelijke actoren.4
Zie ook het antwoord op vraag 9.
Vraag 4
Wat zijn de diplomatieke consequenties die hierop zullen volgen? Is de Russische ambassadeur
ter verantwoording geroepen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 4
Indien informatie daar aanleiding toe geeft onderneemt het Kabinet gepaste diplomatieke
actie. Nu is er geen informatie die daartoe aanleiding geeft.
Vraag 5
Hoe schat u de veiligheidsrisico’s voor de advocaten in? Zijn er inderdaad advocaten
die gebruik hebben gemaakt van het aanbod voor een veiligheidsprogramma?
Antwoord 5
Vanuit veiligheidsoverwegingen kan ik geen uitspraken doen over individuele casuïstiek
en eventuele beveiligingsmaatregelen. Door de rijksoverheid wordt de veiligheidssituatie
van betrokkenen in het MH17 proces nauwlettend in de gaten gehouden. Daarnaast kan
ik in zijn algemeenheid zeggen dat de NCTV, gezamenlijk met andere relevante ministeries,
de betrokken partijen bewust maakt van de (digitale) risico’s en mogelijke dreigingen
en dat waar nodig passende maatregelen worden getroffen om de weerbaarheid te verhogen.
Vraag 6
Welke rol heeft spionage gespeeld in de bedreiging van deze advocaten? Waarom is dit
nu niet strafbaar? Hoe staat het met het door de Minister van Binnenlandse Zaken en
Koninkrijksrelaties toegezegde onderzoek naar strafbaarstelling van spionage?
Antwoord 6
Ik kan geen uitspraken doen over individuele casuïstiek en of spionage in dit geval
een rol heeft gespeeld.
Het strafrecht biedt verschillende mogelijkheden om op te treden tegen gedragingen
die samenhangen met spionage. Hierbij kan onder andere gedacht worden aan misdrijven
die verband houden met de schending van (staats-, ambts- en bedrijfs-) geheimen en
computerdelicten, zoals hacken en het overnemen van gegevens. Dat neemt niet weg dat
het kabinet aanleiding heeft gezien bij brief van 16 december 20205 aan te kondigen om een wetsvoorstel voor te bereiden om de strafbaarheid voor spionage
uit te breiden. Op dit moment wordt door de Minister van Justitie en Veiligheid, in
afstemming met de betrokken organisaties en departementen, gewerkt aan het opstellen
van dat wetsvoorstel. Het streven is het wetsvoorstel begin 2022 in consultatie te
geven.
Vraag 7
Deelt u de mening dat een register voor buitenlandse agenten zou helpen bij het beter
in kaart brengen van deze dreigingen?
Antwoord 7
Het is de vraag of een verplichte registratie voor personen en organisaties met betrekking
tot belangenbehartiging van statelijke actoren een effectief en proportioneel additioneel
middel is. Het kabinet zet daarom op dit moment vooral in op het verhogen van het
bewustzijn bij personen en organisaties die ingezet kunnen worden voor belangenbehartiging
van statelijke actoren.
Vraag 8
Welke maatregelen neemt u om andere dreigingen op een ordentelijk verloop van het
MH17-proces, zoals desinformatie of cyberaanvallen, te voorkomen?
Antwoord 8
Door de rijksoverheid wordt de veiligheidssituatie van betrokkenen in het MH17 proces
nauwlettend in de gaten gehouden. Indien de dreiging en het risico daar aanleiding
toe geven worden er passende maatregelen getroffen.
Alle in Nederland betrokken autoriteiten zijn bovendien alert op de mogelijkheid dat
het MH17-proces doelwit kan zijn van cyberaanvallen en hebben gepaste maatregelen
getroffen.
De strategie van het kabinet om verspreiding van desinformatie tegen te gaan kent
drie actielijnen: preventie, de informatiepositie verstevigen en, zo nodig, reactie.
Het inhoudelijk adresseren van desinformatie is primair geen taak van overheden, maar
van journalistiek en wetenschap, al dan niet in samenwerking met internetdiensten.
Het kabinet zet zich er voor in dat fact-checkers onafhankelijk van overheden kunnen
functioneren. Het is dus aan de journalistiek en aan de internetdiensten om hier kritisch
naar te blijven kijken. Daar waar het gaat om een bedreiging van de nationale veiligheid
ligt er een rol voor de overheid.
Vraag 9
Welke maatregelen neemt u om buitenlandse beïnvloeding en spionage te voorkomen of
te verminderen?
Antwoord 9
De aanpak voor het tegengaan van statelijke dreigingen is uiteengezet in de Kamerbrief
Tegengaan statelijke dreigingen6. Hierin wordt het brede palet aan maatregelen geschetst voor het tegengaan van onder
andere ongewenste buitenlandse inmenging. Ten aanzien van inmengingsactiviteiten door
buitenlandse actoren staan de betrokken ministeries en inlichtingen- en veiligheidsdiensten
doorlopend in nauw contact om inmengingsactiviteiten te onderkennen en te duiden.
Als blijkt dat er sprake is van ondermijnende inmengingsactiviteiten die nationale
veiligheid, politieke, maatschappelijke en/of economische stabiliteit schaden, dan
treedt de overheid op.
Zoals bij het antwoord op vraag 6 aan de orde is gekomen, wordt op dit moment gewerkt
aan een wetsvoorstel tot uitbreiding van de strafbaarheid van spionage.
Vraag 10
Kunt u deze vragen afzonderlijk en voor het plenaire debat over de begroting van Buitenlandse
Zaken beantwoorden?
Antwoord 10
Vanwege de afstemming met meerdere partijen is het niet gelukt om de beantwoording
van de schriftelijke vragen voor de plenaire begrotingsbehandeling van Buitenlandse
Zaken beantwoorden. De vragen zijn in samenhang en zo snel als mogelijk beantwoord.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
F.B.J. Grapperhaus, minister van Justitie en Veiligheid -
Mede namens
H.P.M. Knapen, minister van Buitenlandse Zaken
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.