Schriftelijke vragen : De opgelopen inflatie en de gevolgen voor de koopkracht in 2022
Vragen van het lid Omtzigt (Omtzigt) aan de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over de opgelopen inflatie en de gevolgen voor de koopkracht in 2022 (ingezonden 29 november 2021).
Vraag 1
Herinnert u zich dat het Centraal Planbureau (CPB) en de regering ervan uit gingen
dat de inflatie zou uitkomen op 1,9% in 2021 en 1,8% in 2022?
Vraag 2
Heeft u kennis genomen van het feit dat inflatie volgens de Nederlandse Centraal Bureau
voor de Statastiek (CBS-)definitie is opgelopen naar 3,4% en volgens de Europese definitie
naar 3,7%.1
Vraag 3
Herinnert u zich dat de inflatiecorrectie in de belastingen (de zogenaamde tabelcorrectiefactor)
slechts 1,3% bedroeg?
Vraag 4
Heeft u de recente uitspraken over langdurige hogere inflatie gehoord uit de hoek
van de Centrale Bankiers, zoals dhr. Knot?
Vraag 5
Kunt u aangeven wat de standaard koopkrachtplaatjes uit de begroting zijn indien de
inflatie dit jaar en volgende jaar 3,4% bedraagt?
Vraag 6
Kunt u deze vragen voor de SZW begroting beantwoorden?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
P.H. Omtzigt, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.