Verslag van een schriftelijk overleg : Verslag van een schriftelijk overleg over het Ontwerp koninklijk besluit Verlenging Tijdelijke wet verkiezingen covid-19 (Kamerstuk 35590-28)
35 590 Tijdelijke regels omtrent verkiezingen in verband met covid-19 (Tijdelijke wet verkiezingen covid-19)
Nr. 29 VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
Vastgesteld 24 november 2021
De vaste commissie voor Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft een aantal
vragen en opmerkingen voorgelegd aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
over de brief van 29 oktober 2021 over het Ontwerp koninklijk besluit Verlenging Tijdelijke
wet verkiezingen covid-19 (Kamerstuk 35 590, nr. 28).
De vragen en opmerkingen zijn op 17 november 2021 aan de Minister van Binnenlandse
Zaken en Koninkrijksrelaties voorgelegd. Bij brief van 23 november 2021 zijn de vragen
beantwoord.
De fungerend voorzitter van de commissie, Martin Bosma
De griffier van de commissie, Vos
Inleiding
Met veel belangstelling heb ik kennisgenomen van de vragen en opmerkingen van de leden
van de fracties van de VVD, SP, GroenLinks, FvD en BBB in het verslag van het schriftelijk
overleg over het ontwerp van het koninklijk besluit houdende verlenging van de geldingsduur
van de Tijdelijke wet verkiezingen covid-191 (hierna: Twv). Graag beantwoord ik de gestelde vragen. Ik houd daarbij de indeling
en volgorde van het verslag aan.
Vragen en opmerkingen vanuit de fracties en reactie van de bewindspersonen
VVD-fractie
De leden van de VVD-fractie lezen dat de regering het voornemen heeft om de Twv «zo
spoedig mogelijk» te laten vervallen, zodra de epidemiologische omstandigheden dat
toelaten en dus zo mogelijk ruim vóór 1 juli 2022. Deze leden menen dat de wens om
deze wet zo spoedig mogelijk te willen laten vervallen aan de ene kant te begrijpen
is, maar dat het aan de andere kant onzeker is hoe het met corona zal gaan en of er
nog beperkende maatregelen nodig zullen zijn. Zij vragen mij daarop in te gaan.
Inderdaad is onzeker hoe de epidemiologische omstandigheden op de langere termijn
zullen zijn. Als na de vaststelling van de uitslag van de gemeenteraadsverkiezingen
blijkt dat de pandemie nog steeds een zodanig risico vormt dat ook bij de eerstvolgende
verkiezingen maatregelen nodig kunnen zijn om die verkiezingen veilig te laten verlopen,
dan zal tegen 1 juli 2022 het besluit moeten worden genomen of de Twv opnieuw moet
worden verlengd. Maar als dat niet het geval is, kan de Twv komen te vervallen en
kunnen verkiezingen weer worden georganiseerd op basis van de Kieswet. Steeds zal
dus in aanloop naar de vervaldatum van de Twv moeten worden bepaald of er een noodzaak
is om de mogelijkheid tot het nemen van maatregelen bij de eerstvolgende verkiezingen
in stand te laten.
Ook vragen deze leden om toe te lichten of de Twv voldoende mogelijkheden bevat om
in de huidige pandemische situatie de verkiezingen veilig te laten verlopen. Zij vragen
hoe ik het wetgevingstraject voor mij zie indien toch meer maatregelen nodig zijn.
De Twv maakt het mogelijk om vervroegd te stemmen, wat de spreiding van de kiezers
bevordert. Voorts kunnen op grond van de Twv bij ministeriële regeling maatregelen
worden voorgeschreven met betrekking tot de hygiëne en persoonlijke beschermingsmiddelen,
zoals de verplichting tot het dragen van mondkapjes of mondneusmaskers, tot het plaatsen
van kuchschermen in de stemlokalen, tot het desinfecteren van de handen bij binnenkomst
in het stemlokaal en tot het periodiek schoonmaken van stemhokjes en handcontactpunten
in het stemlokaal. Ook kan op grond van de Tijdelijke wet maatregelen covid-192 worden voorgeschreven om in de stemlokalen een veilige afstand aan te houden. Naar
mijn overtuiging biedt de bestaande regelgeving daarmee voldoende mogelijkheden tot
het nemen van maatregelen die nodig zijn om de verkiezingen veilig te organiseren.
SP-fractie
De leden van de SP-fractie vragen of het klopt dat briefstemmen bij de aankomende
gemeenteraadsverkiezingen niet mogelijk zal zijn. Gezien de nadelen die aan het briefstemmen
kleven steunen zij dit besluit. Tegelijkertijd voorzag het briefstemmen in een behoefte
voor mensen die niet naar een stemlokaal durfden of wilden in verband met de pandemie,
aldus de leden van de SP-fractie.
Het klopt inderdaad dat het bij de aankomende gemeenteraadsverkiezingen voor kiezers
niet mogelijk is om te stemmen per brief. Bij de wijziging van de Tijdelijke wet verkiezingen
covid-19, die op 7 september door uw Kamer is aanvaard, is het briefstemmen voor kiezers
van 70 jaar en ouder uit die wet geschrapt.3
De leden van de SP-fractie constateren dat gemeenten niet meer stembureaus hebben
ingericht op de belangrijkste verkiezingsdag zelf, ondanks de aangenomen motie van
het lid Van Raak (Kamerstuk 35 590, nr. 15). Ook zijn er veel gemeenten die geen gebruik hebben gemaakt van alternatieve mogelijkheden
als mobiele stembureaus, stemmen in tenten en drive-through stembureaus. Twaalf procent
van de niet-stemmers gaf in een peiling van onderzoeksbureau Ipsos aan niet te hebben
gestemd vanwege corona. Dat aantal is te hoog, vinden deze leden. Zij vragen of ik
bereid ben een minimumnorm op te leggen voor het aantal stembureaus per gemeente,
waarbij er bijvoorbeeld een afstandscriterium en/of inwonersnorm wordt gehanteerd.
Kunnen gemeenten stemmen aan huis mogelijk maken, waarbij stembureauleden bij mensen
langs gaan? Is er een mogelijkheid tijdens de gemeenteraadsverkiezingen, anders dan
een machtiging, voor mensen die niet naar een stembureau willen of durven, om zelf
te kunnen stemmen?
Bij de afgelopen Tweede Kamerverkiezing hebben gemeenten alles op alles gezet om voldoende
stemlokalen in te zetten, en zij zijn daarin naar mijn overtuiging geslaagd. Er waren
totaal zo’n 12.000 beschikbare stemlokalen, waarin ca. 13.000 stembureaus waren ingesteld.
Dat was ruimschoots meer dan de ca. 9.000 stembureaus die bij een reguliere Tweede
Kamerverkiezing worden ingesteld. Ik zie dan ook, los van de verplichte minimumaantallen
stembureaus voor vervroegd stemmen (art. 2g, tweede lid, van de Twv), geen noodzaak
om gemeenten een norm op te leggen. Het is aan gemeenten om, aan de hand van de lokale
omstandigheden, te bepalen of en zo ja hoeveel mobiele stembureaus en drive-through
stembureaus zij inzetten. De wet kent niet de mogelijkheid dat stembureauleden bij
mensen thuis langsgaan om te stemmen. Het stemmen vindt plaats in een publiek toegankelijk
stemlokaal, onder toezicht van de leden van het stembureau. Mensen die niet naar een
stemlokaal willen of durven, zijn aangewezen op het verlenen van een volmacht. Ik
wijs er daarbij op dat stemmen aan huis voor gemeenten, los van het ontbreken van
een wettelijke grondslag, een zeer moeilijk uitvoerbare optie is. Om aan huis te kunnen
komen zullen kiezers een aanvraag moeten doen bij de gemeente. Dat betekent een nieuw
aanvraagproces voor de gemeenten, die in potentie kort voor de verkiezing duizenden
aanvragen zullen moeten afhandelen. Het wordt voor gemeenten schier onbeheersbaar
om bovenop het inrichten van alle stemlokalen en het bemensen van alle stembureaus
ook nog een in potentie groot aantal mobiele stembureaus in te richten die langsgaan
bij kiezers die zich daarvoor hebben aangemeld.
GroenLinks-fractie
De leden van de GroenLinks-fractie vragen hoe ik er, in overleg met gemeenten, voor
ga zorgen dat ook bij de komende gemeenteraadsverkiezingen het aantal stembureaus
op peil blijft.
Gemeenten zijn op dit moment bezig met het zoeken van de locaties waar tijdens de
komende verkiezingen stembureaus kunnen worden gevestigd. Bij het besluit tot verlenging
van de Twv zal ik hen mededelen hoe rekening moet worden gehouden met de 1,5 meterregel.
Voor gemeenten zal het weer een grote opgave worden om genoeg geschikte locaties te
vinden. Zo is het gegeven dat bij de Tweede Kamerverkiezing gebouwen vanwege de lockdown
gesloten waren maar wel beschikbaar als stemlokaal, nu niet aan de orde. Gelet op
dergelijke omstandigheden zal weer een forse inspanning van gemeenten nodig zijn om
voldoende stemlocaties te vinden. Gemeenten zullen echter weer alles op alles zetten
om voor voldoende stemlocaties te zorgen, zodat alle kiezers die dat willen op een
veilige manier hun stem kunnen uitbrengen.
Verder vragen deze leden of gemeenten voldoende worden gecompenseerd voor het feit
dat vervroegd stemmen extra geld gaat kosten. Zij vragen om een overzicht van de te
verwachten extra kosten.
Het kabinet besluit op korte termijn over financiële compensatie van de gemeenten,
in lijn met de compensatie die zij hebben gekregen voor het covid-proof organiseren
van de Tweede Kamerverkiezing van maart jl. Ik kan op dit moment nog geen concreet
bedrag noemen.
Tot slot vragen de leden van de GroenLinks-fractie er aandacht voor dat diverse gemeenten
bij de afgelopen Tweede Kamerverkiezing de processen-verbaal met de uitslag per gemeente
op kandidaatsniveau niet tijdig bekend hebben gemaakt. Sommige gemeenten publiceren
na het tellen van de stemmen alleen de uitslagen per partij, andere gemeenten alleen
de uitslagen per stembureau. Sommige gemeenten stellen wel het proces-verbaal in een
digitale bijeenkomst van het hoofdstembureau vast, maar laten dan niet duidelijk het
aantal stemmen op kandidaatsniveau zien. Juist in tijden van corona waarin kiezers
niet altijd fysiek naar het gemeentehuis kunnen komen is het naar het oordeel van
deze leden nog meer van belang dat gemeenten tijdig en op de juiste wijze processen-verbaal
op hun website publiceren. Zij vragen of ik het daarmee eens ben, en zo ja, wat ik
eraan ga doen om ervoor te zorgen dat gemeenten dit doen zoals afgesproken.
Ik ben het zeer met deze leden eens dat gemeenten moeten voldoen aan de wettelijke
verplichting om, onverwijld na vaststelling van de uitkomsten op gemeenteniveau, een
afschrift van de processen-verbaal van de stembureaus en het digitale bestand met
uitkomsten op stembureau- en kandidaatsniveau integraal te publiceren op de gemeentelijke
website. Het is met het oog op de transparantie en controleerbaarheid van de totstandkoming
van de uitslag van groot belang dat gemeenten hun wettelijke verplichtingen op dit
punt nakomen. Ik ga, samen met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) en de
Kiesraad, bezien hoe ik de instructies aan gemeenten op dit punt verder kan verbeteren.
De Kiesraad zal voor elke gemeente monitoren of de verplichte bestanden inderdaad
(tijdig) zijn gepubliceerd, en contact zoeken met de desbetreffende gemeenten zodra
er nalatigheden worden geconstateerd.
FvD-fractie
De leden van de FvD-fractie vragen er aandacht voor dat de voorzitter van een stembureau,
na overleg en in overeenstemming met de burgemeester, de stemopneming kan schorsen
indien blijkt dat een behoorlijke afronding van de stemopneming niet langer van de
leden van het stembureau gevergd kan worden omdat zij vermoeid dreigen te raken. Zij
wijzen erop dat de opkomst bij gemeenteraadsverkiezingen gemiddeld 25% lager ligt
dan bij Tweede Kamerverkiezingen, en vragen mij of ik in dat licht de verlenging van
de bepalingen omtrent schorsing nog kan rechtvaardigen, en zo ja, hoe.
Het tellen van de stemmen kan lang duren, niet zelden tot ver na middernacht. Inderdaad
is die kans groter bij een Tweede Kamerverkiezing, met traditioneel een hogere opkomst
en grotere stembiljetten dan bij gemeenteraadsverkiezingen. Ik verwacht dan ook dat
de noodzaak om het tellen te schorsen zich bij de gemeenteraadsverkiezingen niet vaak
zal voordoen. Toch is er ook bij deze verkiezingen een risico, mede als gevolg van
de maatregelen in verband met corona, zoals het houden van 1,5 meter afstand, dat
het tellen zo lang duurt dat de tellers zo vermoeid dreigen te raken dat van een zorgvuldige
telling redelijkerwijs geen sprake meer kan zijn. Dat komt de betrouwbaarheid van
de telling natuurlijk niet ten goede. Dat is de reden dat ik de bevoegdheid voor stembureauvoorzitters
wil handhaven om, na afstemming met de burgemeester, de telling te schorsen. Uiteraard
gelden daarbij de nodige waarborgen. Zo kan er pas geschorst worden nadat eerst een
telling op lijstniveau is uitgevoerd, waarvan de resultaten moeten worden ingevuld
op het (openbaar te maken) proces-verbaal. Daarmee is dus na te gaan of het aantal
stemmen op lijstniveau overeenkomt met de definitieve telling op kandidaatsniveau.
Verder gelden strikte regels voor beveiligd vervoer en opslag van de stembescheiden
(zie §4 van de Tijdelijke regeling verkiezingen covid-19).
De leden van de FvD-fractie wijzen erop dat de stembescheiden na een schorsing worden
vervoerd en opgeslagen. De vraag is echter, zo stellen deze leden, in hoeverre deze
procedure waterdicht is, nu aanwezige belangstellenden en leden van het stembureau
de stembussen, met daarin nog ongetelde stembiljetten, uit het oog zullen verliezen.
Is met volledige zekerheid vast te stellen dat er geen risico is op fraude, nu de
stembussen vervoerd worden naar een andere locatie en daarmee uit het oog van de meeste
aanwezigen op een stembureau, waaronder belangstellenden, verdwijnen?
Het vervoer en de opslag van stemmen (wat in landen om ons heen overigens heel gebruikelijk
is) kent natuurlijk risico’s. Die heb ik ook aan de orde gesteld in de memorie van
toelichting bij het wetsvoorstel voor de Twv.4 Maar de regelgeving schrijft ook maatregelen voor die deze risico’s minimaliseren.
Zo moet de stembus op slot, en wordt deze separaat vervoerd van de enveloppe met daarin
de sleutel van de stembus. De burgemeester is ervoor verantwoordelijk dat de stembus
onder toezicht staat gedurende het vervoer. Dat toezicht houdt in dat er steeds twee
personen per vervoermiddel betrokken zijn bij het vervoer. Ook zijn er regels over
de opslag van alle stembescheiden. De stembus en de sleutel moeten separaat worden
opgeslagen, in een ruimte die ofwel bewaakt is, ofwel uitgerust met een alarminstallatie.
De stembus mag pas open op het moment dat de telling begint. En natuurlijk is de telling
toegankelijk voor iedereen die daarbij aanwezig wil zijn.
Voorts vragen de leden van de FvD-fractie aandacht voor het vervroegd stemmen. Zij
stellen dat de mogelijkheid om vervroegd te stemmen specifiek ten behoeve van de Tweede
Kamerverkiezing in de wet is opgenomen, en vragen waarom die mogelijkheid niet eerder
is komen te vervallen nu enkel de gemeenteraadsverkiezingen voor de boeg liggen. Welke
specifieke overwegingen liggen aan het in stand laten van de mogelijkheid om vervroegd
te stemmen ten grondslag, nu de te verwachten opkomst veel lager is dan ten tijde
van de Tweede Kamerverkiezing?
Zoals is opgemerkt in de toelichting op het concept van het koninklijk besluit tot
verlenging van de Twv, vindt de regering het, met het oog op de huidige epidemiologische
risico’s, van belang dat vervroegd stemmen als instrument kan worden ingezet tijdens
de komende gemeenteraadsverkiezingen. Van de maatregelen uit de Twv zorgt dit instrument
namelijk het meest voor spreiding van kiezers, die daarmee beter in staat worden gesteld
om hun eigen moment te kiezen waarop het rustiger is in het stemlokaal.
De leden van de FvD-fractie stellen dat, nu de Twv voor de tweede maal zal worden
verlengd, de vraag rijst in hoeverre de titel van deze wet niet misleidend is, nu
een jaar na inwerkingtreding van de wet van tijdelijkheid nog amper sprake kan zijn.
Zij vragen wat ik onder tijdelijkheid versta, en op welk moment er geen sprake meer
is van een tijdelijke maar een normale wet.
De Twv biedt de grondslag voor het nemen van maatregelen die het houden van veilige
verkiezingen mogelijk maken gedurende de coronapandemie. De tijdelijkheid van de Twv
komt tot uitdrukking in het feit dat de wet een vervaldatum kent en steeds met – maximaal –
een half jaar kan worden verlengd. Ik vind het belangrijk dat de Twv vervalt zodra
zij niet meer nodig is. Niet voor niets heeft de regering in de toelichting op het
ontwerp van het koninklijk besluit tot verlenging nadrukkelijk het voornemen uitgesproken
om de Twv te laten vervallen zodra de epidemiologische omstandigheden dat mogelijk
maken.
De leden van de FvD-fractie vragen mij om te bevestigen dat het kiesrecht nimmer en
onder geen beding zal worden beperkt door invoering van het coronatoegangsbewijs voor
stemgerechtigden, voordat zij een stembureau mogen betreden om hun stem uit te brengen.
Er kan inderdaad geen sprake zijn van het voorschrijven van een coronatoegangsbewijs
voor kiesgerechtigden die een stem willen uitbrengen. De Wet publieke gezondheid biedt
daarvoor ook geen grondslag. In de toelichting op de recente wijziging van de Tijdelijke
regeling maatregelen covid-19 van 2 november 2021 (Kamerstuk 25 295, nr. 1468) is dit daarom met het oog op de herindelingsverkiezingen van 24 november aanstaande
door het kabinet ook geëxpliciteerd: «Volledigheidshalve wordt benadrukt dat iedereen,
zonder coronatoegangsbewijs, aanwezig mag zijn op plaatsen waar activiteiten ten behoeve
van een verkiezing als bedoeld in de Kieswet dan wel de Tijdelijke wet verkiezingen
covid-19 worden uitgevoerd.»
BBB-fractie
Het lid van de BBB-fractie merkt op dat afgelopen jaar is gebleken dat het briefstemmen
te onduidelijk was voor veel ouderen. Zij vindt dat het briefstemmen nog steeds mogelijk
zou moeten zijn voor deze ouderen en andere kwetsbare doelgroepen, om zo elke burger
de mogelijkheid te geven om te kunnen stemmen. Zij vraagt mij om toe te lichten op
welke manier het briefstemmen wel toegepast kan worden, zodat dit ook duidelijk is
voor de burger.
Het is bij de aankomende gemeenteraadsverkiezingen niet mogelijk voor kiezers om per
brief te stemmen. Bij de wijziging van de Tijdelijke wet verkiezingen covid-19, die
op 7 september door uw Kamer is aanvaard, is het briefstemmen voor kiezers van 70
jaar en ouder uit die wet geschrapt.5 Naar mijn mening is er vanuit het oogpunt van de pandemie ook geen aanleiding om
het briefstemmen mogelijk te maken voor de gemeenteraadsverkiezingen. Dat zou daarnaast
een wetgevingstraject vereisen dat vlak voor de verkiezing pas wordt afgerond. Dat
zou betekenen dat gemeenten, net als bij de Tweede Kamerverkiezing, langere tijd in
onzekerheid zitten over de geldende maatregelen tijdens de verkiezing. Naar aanleiding
van de evaluatie van de Tweede Kamerverkiezing hebben gemeenten aandacht gevraagd
voor het tijdig (uiterlijk drie maanden voor de verkiezing) bekend zijn van het wettelijke
kader.6 Dat vind ik een redelijke eis, omdat de organisatie van de verkiezing voor gemeenten
een grote opgave is.
Het mogelijk maken om per brief te stemmen zou ook een aanvraagproces vereisen. Gemeenten
hebben eerder aangegeven dat voor het opzetten van een dergelijk proces ca. zes maanden
nodig is. Voorts is het wat betreft de productie van alle briefstembescheiden en de
daarbij behorende voorbereidingen niet meer mogelijk om dat voor de gemeenteraadsverkiezingen
te realiseren.
Ik ben ervan overtuigd dat kiezers ook met de huidige maatregelen genoeg gelegenheid
hebben om op een veilige manier hun stem uit te brengen.
Een besluit over de wenselijkheid van briefstemmen in de toekomst is aan het volgende
kabinet. Wel heb ik een discussienota aan de Kamer gestuurd waarin de voordelen en
risico’s van briefstemmen zijn neergelegd.7 In de discussienota is ook beschreven hoe het briefstemproces kan worden verbeterd,
ook ten aanzien van de begrijpelijkheid. Er kan bijvoorbeeld gedacht worden om kiezers
enkel een retourenvelop toe te sturen, zodat niet de fout kan worden gemaakt om de
briefstem te retourneren in de ongeadresseerde briefstembiljetenvelop.
Verder merkt het lid van de BBB-fractie op dat er met het meerdaags stemmen meer mankracht
en meer locaties worden gevraagd van gemeenten. In hoeverre heeft dit bij de afgelopen
verkiezingen tot problemen geleid, en kunnen die problemen bij de komende gemeenteraadsverkiezingen
worden voorkomen?
De afgelopen Tweede Kamerverkiezing is goed verlopen, hoewel de organisatie ervan
veel heeft gevergd van de gemeenten, met name vanwege het briefstemmen en het vroegstemmen.
Voor nieuwe wet- en regelgeving heb ik met de gemeenten een minimale invoeringstermijn
van drie maanden voorafgaand aan de desbetreffende verkiezing afgesproken. Daaraan
wordt voldaan, nu ik het voornemen om de Twv te verlengen begin november bekend heb
gemaakt, en nu de verlenging uiterlijk begin december definitief zal worden gemaakt.
Zoals ik hiervoor ook in antwoord op een vraag van de leden van de GroenLinks-fractie
heb laten weten, besluit het kabinet op korte termijn over financiële compensatie
van de gemeenten, in lijn met de compensatie die zij hebben gekregen voor het covid-proof
organiseren van de Tweede Kamerverkiezing van maart jl. Ik verwacht dan ook dat gemeenten
geen grote problemen zullen ondervinden bij de organisatie daarvan.
Ten slotte
Met deze beantwoording hoop ik naar tevredenheid op de gestelde vragen te zijn ingegaan.
Onder voorbehoud van een eventuele reactie van de Eerste Kamer, zal ik bevorderen
dat het koninklijk besluit tot verlenging zo spoedig mogelijk na afronding van de
voorhangtermijn in het Staatsblad wordt gepubliceerd.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
Martin Bosma, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
A.C.W. de Vos, griffier