Memorie van toelichting : Memorie van toelichting
35 967 Samenvoeging van de gemeenten Brielle, Hellevoetsluis en Westvoorne
Nr. 3 MEMORIE VAN TOELICHTING
Algemeen deel
1. Inleiding
Dit wetsvoorstel regelt de samenvoeging van de gemeenten Brielle, Hellevoetsluis en
Westvoorne, gelegen in de provincie Zuid-Holland, tot de nieuwe gemeente Voorne aan
Zee. Deze samenvoeging vindt plaats op initiatief van de betrokken gemeenten. De nieuwe
gemeente die door deze samenvoeging ontstaat heeft circa 72.000 inwoners, 10 kernen
en een oppervlakte van 190 km2. De beoogde datum van herindeling is 1 januari 2023.
Aanleiding voor het wetsvoorstel is het herindelingsadvies van de betrokken gemeenten
(vastgesteld op 23 maart 2021) en de positieve zienswijze daarop van gedeputeerde
staten van de provincie Zuid-Holland van 25 mei 2021.1 Vanaf 2013 zijn Brielle, Hellevoetsluis en Westvoorne bezig met het verkennen van
samenwerkingsmogelijkheden. Inwoners, ondernemers en bestuurders zijn ervan overtuigd
geraakt dat samenvoeging van de drie gemeenten meerwaarde heeft. Door de herindeling
ontstaat een krachtige gemeente die haar inwoners goed kan bedienen, maatschappelijke
opgaven met vertrouwen tegemoet kan treden en een sterke partner is in de regio.
In het volgende hoofdstuk worden de voorgeschiedenis en totstandkoming van het herindelingsadvies
beschreven. Hoofdstuk 3 bevat de uitkomsten van de toets van het herindelingsadvies
aan het Beleidskader gemeentelijke herindeling 20182. De financiële consequenties van de herindeling komen in hoofdstuk 4 aan bod. In
hoofdstuk 5 wordt ingegaan op de herindelingsverkiezingen en de naam van de nieuwe
gemeente.
2. Voorgeschiedenis en totstandkoming herindelingsadvies
Brielle, Hellevoetsluis en Westvoorne liggen op het Zuid-Hollandse eiland Voorne.
De gemeente Brielle heeft 17.271 inwoners en bestaat uit de kernen Brielle, Vierpolders
en Zwartewaal. Hellevoetsluis heeft 40.142 inwoners en vier kernen: Hellevoetsluis,
Nieuwenhoorn, Nieuw-Helvoet en Oudenhoorn. Westvoorne heeft 14.731 inwoners en drie
kernen: Oostvoorne, Rockanje en Tinte.
De drie gemeenten werken al langere tijd samen op meerdere terreinen. Na bestuurskrachtonderzoek
in 2013 en 2014 groeit het besef dat de samenwerking tussen de gemeenten meer structuur
moet krijgen. De drie gemeenten hebben weliswaar geen acute bestuurskrachtproblematiek,
maar zijn kwetsbaar als het gaat om de uitvoering van grote en complexe taken. Het
gaat dan met name om gedecentraliseerde taken in het sociaal domein, maar ook om taken
op het gebied van ruimte en economie. Om deze taken goed uit te kunnen voeren moeten
de gemeenten op regionaal niveau samenwerken. Het vermogen van de drie gemeenten om
deze samenwerking vorm te geven wordt echter als onvoldoende beoordeeld in het bestuurskrachtonderzoek.
Een bestuurlijke fusie is op dat moment nog een brug te ver en daarom wordt eind 2014
besloten om onderzoek te doen naar vergaande ambtelijke samenwerking. Dat leidt in
2016 tot het besluit van de drie gemeenten om toe te werken naar een ambtelijke fusie
per 1 januari 2019. Tijdens de voorbereidingen van deze ambtelijke fusie concluderen
de gemeenten echter dat een ambtelijke fusie onvoldoende zal opleveren. In november
2018 worden de voorbereidingen stopgezet en doen de drie gemeenten een stapje terug
om zich te beraden op hun toekomst. Inwoners worden hierbij actief betrokken door
middel van huis-aan-huis verspreidde vragenlijsten, inspraakavonden, debatten en het
raadplegen van burgerpanels. In dit proces wordt ook rekening gehouden met het veranderende
bestuurlijke landschap door de totstandkoming van de Metropoolregio Rotterdam-Den
Haag (MRDH) en de vorming van de fusiegemeenten Nissewaard en Hoeksche Waard. Hierdoor
is de positie van Brielle, Hellevoetsluis en Westvoorne in de regio veranderd. Daarnaast
vormen de decentralisaties een belangrijke factor waardoor de noodzaak voor opschaling
sterker wordt gevoeld. Begin 2020 komen de drie gemeenten ieder voor zich tot de conclusie
dat bestuurlijke zelfstandigheid voor hen geen toekomstbestendig scenario is. Dit
leidt op 15 april 2020 in de drie gemeenteraden tot een unaniem principebesluit tot
herindeling. Op 16 december 2020 wordt vervolgens het herindelingsontwerp unaniem
vastgesteld in de raden en ter inzage gelegd (conform artikel 5, tweede lid, Wet Algemene
regels herindeling (hierna: Wet arhi)). Nadat de inbreng uit de zienswijzen is verwerkt
in het herindelingsadvies wordt dit op 23 maart 2021 vastgesteld, wederom unaniem.
3. Toets aan het Beleidskader gemeentelijke herindeling
Het kabinet spreekt in het Beleidskader gemeentelijke herindeling 20183 de voorkeur uit voor herindelingen «van onderop», dat wil zeggen op initiatief van
de betrokken gemeenten. Het is primair aan gemeenten zelf om te werken aan versterking
van hun bestuurskracht, zo nodig via een herindeling. Een gemeentelijk herindelingsadvies
wordt door gedeputeerde staten aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
gezonden, voorzien van hun zienswijze (artikel 5, derde lid, van de Wet arhi). De
Minister beoordeelt vervolgens of het herindelingsproces op de door de wetgever beoogde
zorgvuldige wijze heeft plaatsgevonden.
Daarnaast hanteert het kabinet in het beleidskader de volgende inhoudelijke beoordelingscriteria:
(1) draagvlak, (2) bestuurskracht, (3) interne samenhang en nabijheid van bestuur
en (4) regionale samenhang. Uit het herindelingsadvies moet blijken dat er voldoende
steun is voor het voornemen bij inwoners, bestuurlijke partners en maatschappelijke
partijen. Ook moet duidelijk worden dat de nieuwe gemeente beter in staat is de taken
uit te voeren dan de individuele gemeenten die worden samengevoegd. De nieuwe gemeente
moet een logische samenhang kennen en voldoende waarborgen kunnen bieden dat het gemeentebestuur
voor inwoners nog steeds bereikbaar en nabij is. Tot slot moet de herindeling ook
bijdragen aan evenwichtige regionale verhoudingen.
Het herindelingsadvies is getoetst aan het beleidskader. De gemeenten Brielle, Hellevoetsluis
en Westvoorne hebben zelf het initiatief genomen om samen een nieuwe gemeente te vormen.
Er is dus sprake van een herindeling «van onderop». De regering concludeert op basis
van het herindelingsadvies dat er een zorgvuldige herindelingsprocedure is doorlopen
en de samenvoeging voldoet aan de hierboven genoemde inhoudelijke criteria uit het
beleidskader. Deze conclusie wordt in het vervolg van dit hoofdstuk toegelicht.
3.1. Draagvlak
Binnen het criterium «draagvlak» worden drie typen draagvlak onderscheiden: bestuurlijk
draagvlak op lokaal niveau, maatschappelijk draagvlak en bestuurlijk draagvlak in
de regio.
Lokaal bestuurlijk draagvlak
Er is sprake van een breed lokaal politiek-bestuurlijk draagvlak voor de voorgenomen
herindeling. In 2019 voerden de gemeenten ieder voor zich een verkenning uit naar
hun bestuurlijke toekomst. Dit leidde in de drie raden uiteindelijk tot een unaniem
principebesluit voor herindeling. Sindsdien trekken de gemeentebesturen gezamenlijk
op. Er is een Bestuurlijk Regieteam (BRT) ingesteld waarin de leden van de drie colleges
zitting hebben en een Fusiecommissie bestaande uit een onafhankelijk voorzitter en
vertegenwoordigers uit de drie raden. Het gezamenlijke proces leidde er uiteindelijk
toe dat de raden van de drie gemeenten unaniem hebben ingestemd met zowel het herindelingsontwerp
als het herindelingsadvies.
Maatschappelijk draagvlak
Conform het beleidskader hebben de betrokken gemeenten in een logboek bijgehouden
op welke wijze inwoners en maatschappelijke organisaties betrokken zijn bij het herindelingsproces
en op welke wijze het maatschappelijk draagvlak is vastgesteld. In 2019 doorlopen
de drie gemeenten ieder voor zich een participatief traject om hun bestuurlijke toekomst
te verkennen.
Brielle stelt de werkgroep «Verkenning bestuurlijke toekomst Brielle» samen uit leden van
de raad en het college. De werkgroep krijgt de opdracht om een eerste verkenning uit
te voeren naar intergemeentelijke samenwerkingsmogelijkheden. In mei 2019 wordt de
rapportage van de werkgroep «Open blik op de toekomst» vastgesteld en besloten tot
verdiepend onderzoek naar de meest kansrijke opties voor de bestuurlijke toekomst
van de gemeente. Deze opties zijn «zelfstandigheid met (meer) gemeentelijke samenwerking»,
«herindeling met de gemeenten op het eiland Voorne» en «herindeling met de gemeenten
op het dubbeleiland Voorne-Putten». Ook wordt er een vragenformulier huis-aan-huis
verspreid met daarin vijf open vragen over wat inwoners verwachten van het bestuur,
de dienstverlening en het voorzieningenniveau in hun gemeente. De antwoorden kunnen
digitaal worden aangeleverd of ingeleverd tijdens één van de 14 wijkavonden die de
gemeente organiseert om in gesprek te gaan met inwoners. Voor ondernemers en maatschappelijke
organisaties worden aparte bijeenkomsten georganiseerd om de bestuurlijke toekomst
van Brielle te bespreken. De opbrengst van dit traject wordt samengebracht in het
rapport «Op weg naar onze bestuurlijke toekomst». Daarnaast worden inwoners in een
nieuwsbrief geïnformeerd over de uitkomsten van het traject en uitgenodigd voor twee
afsluitende stadsdebatten. Het rapport van de werkgroep geeft een genuanceerd beeld
van wat inwoners belangrijke kernwaarden van de gemeente vinden en welke argumenten
zij hebben voor en tegen herindeling. Vanuit het perspectief van «behoud van identiteit»
zien inwoners, ondernemers en maatschappelijke organisaties de (mogelijke) nadelen
van herindeling. Tegelijkertijd zien zij in dat voor de grotere opgaven (woningbouw
en duurzaamheid bijvoorbeeld) een herindeling meerwaarde kan hebben.
Hellevoetsluis peilt in oktober 2019 de mening van een burgerpanel, het «Hellevoetsluis panel»,
gevolgd door een serie inwonersbijeenkomsten. In de peiling wordt aan de 2.700 panelleden
een aantal open vragen gesteld over wat zij belangrijk vinden aan de dienstverlening
van de gemeente, het bestuur en het voorzieningenniveau. De uitkomsten zijn vervat
in het rapport «Bestuurlijke toekomst Hellevoetsluis» en meegenomen in het verdere
fusietraject. In het rapport wordt geconcludeerd dat er draagvlak is voor de vorming
van een nieuwe gemeente die een sterkere positie in de regio inneemt, professioneler
optreedt en responsief is richting inwoners.
De gemeenteraad van Westvoorne stelt de commissie «Bestuurlijke Toekomst Westvoorne» in, bestaande uit alle fractievoorzitters.
In opdracht van deze commissie wordt door I&O Research het «Burgerpanel Westvoorne»
(bestaande uit 802 inwoners die zich eerder hebben aangemeld voor deelname aan online-onderzoeken
van de gemeente) bevraagd om een beter beeld te krijgen van wat inwoners belangrijk
vinden als het gaat om de toekomst van hun gemeente. De input uit dit onderzoek wordt
vervolgens gebruikt voor verdiepende gesprekken met verenigingen, bedrijven en maatschappelijke
instellingen tijdens een aantal inspraakavonden. Uit de eindrapportage van de commissie
blijkt dat veel inwoners inzien dat er voor- en nadelen zitten aan een gemeentelijke
herindeling. Het (mogelijke) verlies van autonomie en korte lijnen worden bijvoorbeeld
genoemd als nadelen. Inwoners zien echter ook dat de gemeente met name op gedecentraliseerde
taken in het sociale en fysieke domein is aangewezen op samenwerking met andere gemeenten
en dat opschaling voordelen biedt in de uitvoering van deze taken. Een fusie met Brielle
en Hellevoetsluis wordt door inwoners gezien als een toekomstbestendige oplossing.
Naast de bovengenoemde individuele trajecten hebben de drie gemeenten gezamenlijk
een digitale «toekomstwijzer» laten ontwikkelen door I&O research. In deze toekomstwijzer
zijn vragen gesteld over hoe inwoners de nieuwe gemeente vorm willen geven en op welke
thema’s ingezet moet worden. 1520 inwoners hebben de toekomstwijzer ingevuld. De resultaten
zijn gebruikt als input voor het herindelingsadvies, maar worden ook als richtinggevende
kaders gebruikt in het verdere fusietraject.
Nadat op 16 december 2020 het herindelingsontwerp is vastgesteld door de drie gemeenteraden
wordt dit ter inzage gelegd. 23 omliggende gemeenten en 65 maatschappelijke organisaties
worden aangeschreven om hun zienswijze op het herindelingsontwerp te geven. Ook worden
met de omliggende gemeenten en bestuurlijke partners aparte gesprekken gevoerd. Via
de gemeentelijke websites, sociale media en huis-aan-huisbladen worden inwoners meerdere
malen geattendeerd op het herindelingsontwerp en de mogelijkheid om hier een zienswijze
op te geven.
In totaal zijn er 33 zienswijzen binnengekomen. Vijf zienswijzen zijn ingediend door
omliggende gemeenten, 14 door maatschappelijke organisaties en andere partners van
de gemeente en 14 door inwoners, waarvan vier uit Brielle, twee uit Hellevoetsluis,
zes uit Westvoorne en één uit de gemeente Rotterdam. De zienswijzen van de maatschappelijke
organisaties zijn positief ten aanzien van de voorgenomen herindeling en geven een
aantal adviezen en aandachtspunten mee aan de nieuwe gemeente. Ook de zienswijzen
van inwoners zijn positief en gaan voor het overgrote deel in op de naam van de nieuwe
gemeente (zie de paragraaf 5.2). Uit de nota van antwoord blijkt dat de gemeenten
serieus naar alle adviezen en suggesties hebben gekeken en waar mogelijk het herindelingsadvies
hierop hebben aangepast.
Ook na de vaststelling van het herindelingsadvies zijn de drie gemeenten blijven investeren
in draagvlak voor de herindeling. Samen met inwoners, ondernemers en maatschappelijke
partners werken zij momenteel aan een toekomstvisie voor de nieuwe gemeente. Concluderend
is de regering van mening dat de betrokken gemeenten inwoners, ondernemers en maatschappelijke
organisaties goed hebben betrokken bij het herindelingsproces. Ook zijn de ingekomen
zienswijzen adequaat behandeld. Uit het participatieve proces dat de gemeenten hebben
doorlopen en de zienswijzeprocedure blijkt dat er voldoende maatschappelijk draagvlak
is voor deze herindeling.
Regionaal bestuurlijk draagvlak
De drie gemeenten hebben gezamenlijk een bestuurlijke consultatieronde gehouden in
de regio. Hierbij zijn zij in gesprek gegaan met de colleges van buurgemeenten en
hebben zij omliggende gemeenten en andere bestuurlijke partners in de regio uitgenodigd
te reageren op het herindelingsontwerp. Vijf omliggende gemeenten, de Metropoolregio
Rotterdam-Den Haag (MRDH) en de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond hebben een zienswijze
ingediend waaruit blijkt dat zij positief staan tegenover deze herindeling. Ook de
provincie Zuid-Holland heeft in haar zienswijze op het herindelingsadvies aangegeven
positief tegenover deze herindeling te staan.
In de zienswijzen geeft een aantal omliggende gemeenten tips en adviezen mee aan de
nieuwe gemeente. Daarnaast spreken meerdere gemeenten zich uit over het belang van
de fusie voor een krachtige aanpak van een aantal regionale vraagstukken op het gebied
van duurzaamheid, veiligheid, economie en de samenwerking die hiervoor nodig is binnen
de bestaande regionale samenwerkingsverbanden. Een aantal gemeenten in de regio maakt
opmerkingen over de naam van de nieuwe gemeente. In paragraaf (5.2) wordt hier nader
op ingegaan. Uit het voorgaande concludeert de regering dat de herindeling van Brielle,
Hellevoetsluis en Westvoorne op een breed bestuurlijk draagvlak in de regio kan rekenen.
3.2. Bestuurskracht
Naar het oordeel van de regering zal de nieuwe gemeente Voorne aan Zee in staat zijn
om haar wettelijke en niet-wettelijke taken uit te voeren en hiervoor de benodigde
maatschappelijke en bestuurlijke relaties aan te gaan. Kortom: de nieuwe gemeente
heeft naar verwachting voldoende bestuurskracht. In het herindelingsadvies is beschreven
dat de drie gemeenten afzonderlijk op dit moment in staat zijn adequate dienstverlening
te bieden aan hun inwoners en goede relaties te onderhouden met maatschappelijke partners
binnen de gemeente en in de regio. Er zijn dus geen acute bestuurskrachtproblemen
bij één van de gemeenten die aanleiding vormen voor deze herindeling. Wel zien de
gemeenten een aantal grote ontwikkelingen en opgaven op zich afkomen die zij gezamenlijk
krachtiger tegemoet kunnen treden dan afzonderlijk. Het gaat hierbij met name om gedecentraliseerde
taken in het sociaal domein (jeugdzorg, maatschappelijke ondersteuning), maar bijvoorbeeld
ook om de problematiek van kustverzanding en de impact van de aanleg van de Blankenburgtunnel
op de bereikbaarheid van de gemeenten. In de toekomst zien de gemeenten nog meer taken
op zich afkomen, met name in het fysiek domein (klimaat, energie, Omgevingswet), die
vragen om een krachtig bestuur, robuuste organisatie en een sterkere positie in de
regio. Daarnaast kampen de drie gemeenten met vergrijzing en wegtrekkende bedrijvigheid.
Dit zijn opgaven die ook de grenzen van de nieuw te vormen gemeente zullen overstijgen.
Door opschaling is het evenwel mogelijk om een doelgerichter woningbouwbeleid en economisch
beleid te voeren, gericht op het behoud van de sociale en economische vitaliteit.
Daarnaast verwachten de drie gemeenten door de samenvoeging over meer strategisch
vermogen te beschikken om deze grensoverstijgende problematiek beter op te kunnen
pakken en hierin ook een sterkere samenwerkingspartner te zijn voor omliggende gemeenten
en binnen samenwerkingsverbanden.
3.3. Interne samenhang en nabijheid van bestuur
De tien kernen van de gemeenten Brielle, Hellevoetsluis en Westvoorne vormen een logische
geografische eenheid, met name gezien het feit dat ze op één eiland liggen. De nieuwe
gemeente kent een goede mix van stedelijke voorzieningen in de kernen Brielle en Hellevoetsluis
en rust en natuur die te vinden is in de kleinere kernen. De drie gemeenten willen
de verschillende kenmerken, culturen en identiteiten van de kernen behouden en in
samenhang ontwikkelen, ook vanuit het oogpunt van toeristische marketing en promotie.
De drie gemeenten hebben daarnaast veel oog voor het behoud van de nabijheid van bestuur.
Inwoners vinden het belangrijk dat de gemeente beleid voert dat past bij de identiteit
van de verschillende kernen. Hier wil de nieuwe gemeente op inspringen door het opstellen
van burgerparticipatiebeleid, dat tot doel heeft om inwoners in de verschillende kernen
te betrekken bij de ontwikkeling en uitvoering van beleid en rekening houdt met de
diversiteit binnen de gemeente. Daartoe zijn de gemeenten gestart met het ontwikkelen
van een toekomstvisie. Dit doen zij samen met inwoners, ondernemers en maatschappelijke
partners. De gemeenten willen dat het nieuwe gemeentebestuur benaderbaar en betrokken
is en de interactie met inwoners, ondernemers en andere stakeholders op een vernieuwende
manier wordt vormgegeven. De regering heeft er dan ook vertrouwen in dat de nabijheid
van bestuur goed geborgd wordt in de nieuwe gemeente.
3.4. Regionale samenhang
In de regio waartoe de drie gemeenten behoren zijn in de afgelopen jaren meerdere
gemeenten samengevoegd: Rozenburg en Rotterdam (Rotterdam, 2010), Dirksland, Goedereede,
Middelharnis en Oostflakkee (Goeree Overflakkee, 2013), Bernisse en Spijkenisse (Nissewaard,
2015) en Binnenmaas, Cromstrijen, Korendijk, Oud-Beijerland en Strijen (Hoeksche Waard,
2019). Door de samenvoeging van Brielle, Hellevoetsluis en Westvoorne ontstaat een
nieuwe gemeente die qua schaalgrootte past in dit rijtje. Er is door de herindelingsgemeenten
gekeken naar andere potentiële herindelingspartners en herindelingsvarianten. Hierbij
lag ook de optie op tafel om de gemeente Nissewaard bij de herindeling te betrekken
en zo één gemeente op Voorne-Putten te vormen. Dit bleek echter niet wenselijk vanwege
de verschillen tussen de gemeenten en het feit dat het voor Nissewaard als jonge fusiegemeente
niet wenselijk is om opnieuw in een herindelingsprocedure betrokken te worden.
Brielle, Hellevoetsluis en Westvoorne participeren in grotendeels dezelfde samenwerkingsverbanden
en zijn hierbinnen vaak kleinere spelers. Door de fusie wordt hun positie versterkt
en verbetert de balans tussen de deelnemers in deze samenwerkingsverbanden. Dit betekent
dat de nieuwe gemeente goed in staat zal zijn om de belangen van haar inwoners in
regionale vraagstukken te behartigen zonder dat zij hiermee de positie van andere
gemeenten verzwakt. Dit is belangrijk, omdat de drie gemeenten constateren steeds
vaker voor complexe en grensoverstijgende opgaven te staan die alleen door samenwerking
met regionale stakeholders opgepakt kunnen worden. Door de herindeling is de nieuwe
gemeente in staat om binnen regionale samenwerkingsverbanden haar verantwoordelijkheid
te nemen en een goede partner te zijn voor andere gemeenten en maatschappelijke organisaties.
De kwaliteit van de regionale samenwerking wordt hiermee positief beïnvloed. De regering
concludeert dat het voorliggende herindelingswetsvoorstel leidt tot een verbetering
van de regionale samenhang en kan bijdragen aan een effectieve aanpak van regionale
vraagstukken.
4. Financiële aspecten
Op verzoek van de drie betrokken gemeenten heeft de provincie Zuid-Holland een financiële
herindelingsscan uitgevoerd. Uit de scan blijkt dat de meerjarenraming bij alle drie
de gemeenten niet structureel en reëel in evenwicht is. Dit komt enerzijds door beleidsmatige
keuzes van de gemeenten zelf op diverse terreinen. Anderzijds komt dit door de neergaande
lijn in de gemeentefinanciën die bij veel gemeenten is te zien en voor een belangrijk
deel wordt veroorzaakt door tekorten op taken in het sociaal domein die zijn gedecentraliseerd.
Uit de scan blijkt wel dat de gemeenten een goede weerstandspositie hebben. In aanvulling
op de herindelingsscan hebben de gemeenten een due diligence onderzoek uitgevoerd.
De uitkomsten van dit onderzoek zijn in lijn met de uitkomsten van de herindelingsscan.
De provincie concludeert in haar zienswijze op het herindelingsadvies dat de financiële
positie van de drie gemeenten een aandachtspunt is en doet een aantal aanbevelingen.
Deze aanbevelingen worden, samen met de aanbevelingen uit het due diligence onderzoek
door de gemeenten uitgewerkt in een plan voor «risicoreductie» ten behoeve van de
nieuwe gemeente. De provincie geeft aan dat de gemeenten de pijnpunten in de financiële
situatie goed hebben blootgelegd en actief sturen op risicoreductie waardoor de gemeente
bij de start in 2023 er al beter voor zal staan.
De algemene uitkering aan de nieuwe gemeente Voorne aan Zee valt naar verwachting
circa € 940.000,– lager uit dan de som van de algemene uitkeringen aan de drie huidige
gemeenten. Dit komt doordat de algemene uitkering een vaste component kent die voor
elke gemeente even hoog is en die de nieuwe gemeente na de herindeling slechts eenmaal
ontvangt in plaats van driemaal. Hiertegenover staat een afname van de kosten van
naar verwachting € 900.000,–. Die betreft onder meer besparingen op bestuurskosten
(raad, college, griffie, rekenkamer en gemeentesecretaris). Daarnaast biedt de grotere
schaal van de gemeente Voorne aan Zee mogelijkheden om kosten te besparen; daarmee
vormt de lagere algemene uitkering geen probleem voor de financiële positie van de
nieuwe gemeente. Op grond van de maatstaf herindeling krijgen de gemeenten voor de
tijdelijke kosten om de samenvoeging te realiseren (ook wel aangeduid als frictiekosten)
een uitkering uit het gemeentefonds van circa € 13.236.000,- verspreid over vijf jaar.
De eerste betaling vindt plaats in het jaar voorafgaande aan de herindeling.
5. Overige aspecten
5.1. Herindelingsverkiezingen en zittingsduur gemeenteraad
Bij een wijziging van de gemeentelijk indeling vinden tussentijdse raadsverkiezingen
plaats om te komen tot een gemeenteraad voor de nieuwe gemeente, waarvan de organisatie
berust bij de naar inwonertal grootste betrokken gemeente (artikel 52 Wet arhi). De
beoogde datum van herindeling is 1 januari 2023. De herindelingsverkiezingen zullen
daarom plaatsvinden op woensdag 23 november 2022, namelijk 44 dagen na de dag van
kandidaatstelling die voor deze verkiezingen is bepaald op maandag 10 oktober 2022
(artikel 55, tweede lid, Wet arhi).
De gemeente Voorne aan Zee neemt geen deel aan de reguliere gemeenteraadsverkiezingen
van 2022, aangezien de herindelingsverkiezingen in hetzelfde jaar plaatsvinden. Dat
betekent dat de zittingsduur van de zittende leden van de drie gemeenteraden wordt
verlengd tot 1 januari 2023 (artikel 56b Wet arhi). De nieuwe raad van de gemeente
Voorne aan Zee die bij de herindelingsverkiezingen wordt gekozen heeft zitting tot
aan de eerstvolgende reguliere gemeenteraadsverkiezingen van 2026 en heeft een zittingsduur
van drie jaar en drie maanden (artikel 56c Wet arhi).
5.2. Naamgeving
De drie gemeenten hebben in eerste instantie gekozen voor de naam «Voorne». Dit leek
een logische keuze vanuit historisch en geografisch perspectief. Voorne is het westelijke
eiland van het dubbeleiland Voorne-Putten. De naam Voorne is hiermee een streeknaam
die bekend is bij inwoners en maatschappelijke organisaties en is daarom opgenomen
in het herindelingsontwerp. In de zienswijzeprocedure kwamen echter meerdere reacties
binnen van omliggende gemeenten en inwoners die de naamkeuze niet helemaal passend
vonden. De grenzen van de nieuwe gemeente vallen namelijk niet samen met de grenzen
van het eiland Voorne. Er liggen ook kernen van de gemeente Nissewaard op het eiland
Voorne. Na een discussie in de Fusiecommissie is in de drie raden unaniem een amendement
aangenomen waarmee de naam van de nieuwe gemeente werd gewijzigd in «Voorne aan Zee»,
wat ook vanuit het oogpunt van toeristische marketing en promotie een begrijpelijke
keuze is.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, K.H. Ollongren
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
K.H. Ollongren, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.