Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van Houwelingen over antibody-dependent enhancement (ADE)
Vragen van het lid Van Houwelingen (FvD) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over antibody-dependent enhancement (ADE) (ingezonden 22 september 2021).
Antwoord van Minister De Jonge (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 16 november
2021). Zie Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2021–2022, nr. 281.
Vraag 1
Bent u bekend met het fenomeen antibody-dependent enhancement (ADE)? Wat is uw visie
op dit fenomeen? Hoe reëel acht u de kans dat ADE zal optreden bij COVID-gevaccineerden?1
Antwoord 1
Ja, ik ben bekend met dit fenomeen. Het komt voor bij een aantal ziekmakende virussen,
waaronder RSV en denguevirus. De antilichamen die bij ADE betrokken zijn maken dat,
wanneer het immuunsysteem een volgende keer aan de betreffende ziekte wordt blootgesteld,
een overreactie optreedt. Daarmee is de kans groter dat een persoon ernstige symptomen
krijgt als deze is besmet.
Dit fenomeen is in de afgelopen 1,5 jaar niet gezien bij voor mensen die een COVID-19-vaccinatie
hebben ontvangen of mensen die besmet zijn geweest met het coronavirus. Het RIVM acht
de kans klein dat ADE voor SARS-CoV-2 optreedt na vaccinatie.
Vraag 2
Bent u en is het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) op de hoogte
dat gevaccineerden vanwege ADE mogelijk ziek zouden kunnen worden en in dat geval
bovendien meer infectieus kunnen zijn?
Antwoord 2
Wij zijn ervan op de hoogte dat het theoretisch mogelijk is dat ADE optreedt na COVID-19-vaccinatie.
Er zijn in verschillende studies echter geen aanwijzingen gevonden voor verhoogde
long-pathologie na COVID-19-vaccinatie, en evenmin in de gevaccineerde populatie tot
op heden.
Vraag 3
Is dit risico, gezien de ernst van de waarschuwing van experts, geïnventariseerd,
meegenomen of besproken tijdens Outbreak Management Team (OMT)-vergaderingen?2
Antwoord 3
De Gezondheidsraad adviseert over de COVID-19-vaccinaties. Dat doet zij op basis van
wetenschappelijke inzichten, waaronder de rapportages van het EMA over de werkzaamheid,
kwaliteit én veiligheid van de COVID-19-vaccins.
Vraag 4
Kunt u de Kamer alle documenten (mails, notities, notulen, et cetera) verschaffen
waarin door het OMT is gesproken over ADE?
Antwoord 4
Het OMT heeft niet gesproken over ADE. Zoals in het antwoord op vraag 3 aangegeven
adviseert de Gezondheidsraad over COVID-19-vaccinaties.
Vraag 5
Kunt u het RIVM vragen hoe reëel het risico is dat wordt beschreven in het artikel
«Infection-enhancing anti-SARS-CoV-2 antibodies recognize both the original Wuhan/D614G
strain and Delta variants. A potential risk for mass vaccination?», waarin gesteld
wordt dat neutraliserende antilichamen goed werken als men kijkt naar het originele
virus, maar dat dit mogelijk anders is voor de nieuwe varianten met als (lange termijn)
risico ADE bij gevaccineerden?3
Antwoord 5
Tot op heden is het risico op ADE alleen voor het denguevirus bij mensen aangetoond.
Voor andere virussen, waaronder SARS-CoV-2, is ADE in laboratorium setting gezien,
maar dit wordt in de praktijk niet waargenomen bij mensen. Resultaten in het genoemde
artikel komen uit een computersimulatie, en zijn dus slechts theoretisch en niet daadwerkelijk
waargenomen.3)
Vraag 6
Bent u bekend met het artikel «Antibody-dependent enhancement and SARS-CoV-2 vaccines
and therapies» in Nature?4
Antwoord 6
Ja.
Vraag 7
Kunt u het RIVM vragen om een inhoudelijke reactie op dit artikel waarin gesteld wordt
dat ADE tot gevolg kan hebben dat men op termijn niet alleen zieker wordt, maar ook
dat nieuwe varianten van het coronavirus besmettelijker worden?5
Antwoord 7
Er zijn inderdaad voorbeelden dat ADE respiratoire ziekte kan verergeren. Dit is aangetoond
in andere vaccinstudies, welke dan ook niet op de markt zijn verschenen. Dit is echter
niet aangetoond voor SARS-CoV-2. Het EMA ziet streng toe op de veiligheid, werkzaamheid
en kwaliteit van de vaccins. Wanneer vaccins niet aan deze strenge criteria voldoen,
worden deze ook niet toegelaten.
Vraag 8
Hoe reëel is dit risico volgens u? Indien ADE geen serieus risico betreft, kunnen
we dan wellicht stellen dat «Nature» een bron is van «nepnieuws»? Zou u daar dan wellicht
niet tegen moeten optreden?
Antwoord 8
De Nature publicatie, van september 2020, beschrijft het theoretisch mogelijke werkingsmechanisme
van ADE bij SARS-CoV-2. Dit artikel is verschenen op het moment dat SARS-CoV-2-vaccins
nog in ontwikkeling waren en er nog geen gegevens met betrekking tot SARS-CoV-2 en
ADE waren. Het doel van de publicatie is mensen bewust te maken van een mogelijk risico
op ADE, een normale wetenschappelijke praktijk.
Tot op heden zijn er zelfs na 3,5 miljard vaccinaties geen aanwijzingen voor ADE gevonden.
Vraag 9
Bent u en is het RIVM bekend met dierenstudies (normaal te doorlopen fase van klinische
trials) voor ontwikkeling van vaccins tegen dengue en andere respiratoire virussen
(ook SARS-Cov) en de conclusies van deze onderzoeken?6, 7, 8 Bent u en is het RIVM bekend met het beschreven ADE-effect in deze studies dat is
opgetreden na her-blootstelling van de dieren aan virussen en dat heeft geleid tot
zeer ernstige problemen en dood van de dieren? Met als conclusie dat deze onderzoeken
aangemerkt zijn als «gefaalde» klinische trials?
Antwoord 9
Ja. Echter zijn in proefdieronderzoek met SARS-CoV-2-vaccins geen aanwijzingen gevonden
voor het optreden van ADE.
Vraag 10
Zo ja, hoe beoordeelt het RIVM dit effect en het risico ervan voor mensen?
Antwoord 10
Het risico op ADE na SARS-CoV-2-vaccinaties is theoretisch. In proefdieronderzoek
is gekeken naar long pathologie na vaccinatie en hieruit zijn geen aanwijzingen gevonden
voor het optreden van ADE. Er zijn inmiddels wereldwijd een zeer groot aantal mensen,
naar schatting ruim 45% van de wereldbevolking, gevaccineerd met een COVID-19-vaccin.
Van de mensen die daarna opnieuw blootgesteld zijn geweest aan het virus werden de
meesten niet ziek of hadden milde klachten. Van de kleine groep waar sprake is van
een «doorbraakinfectie» zijn geen aanwijzingen gevonden voor ADE.
Vraag 11
Kunt u, gezien dit risico, het RIVM vragen om toe te lichten waarom er geen recente
dierstudies gedaan zijn of nog worden ondernomen naar ADE?
Antwoord 11
De op dit moment beschikbare data geven geen aanleiding voor aanvullende dierstudies.
Vraag 12
Tot slot, kunt u uw claim onderbouwen dat 9 van de 10 mensen in het (Groene Hart ziekenhuis)
ziekenhuis ongevaccineerd zijn?9
Antwoord 12
Deze claim is gebaseerd op een steekproef onder longartsen, waarin bleek dat in de
week van 12 juli jl. 74% van de in het ziekenhuis opgenomen COVID-19-patiënten niet
of gedeeltelijk gevaccineerd was. Deze data is inmiddels verouderd. Op 14 oktober
jl. meldde het RIVM dat 4 op de 5 COVID-19-patiënten op de intensive care niet is
gevaccineerd. Ongeveer 3 op de 4 COVID-19-patiënten op de reguliere afdelingen is
niet gevaccineerd. Daarnaast geeft het RIVM aan dat de kans om als volledig gevaccineerde
door COVID-19 op de intensive care terecht te komen 33 kleiner is dan voor niet-gevaccineerde
personen.
Vraag 13
Kunnen de bovenstaande vragen afzonderlijk worden beantwoord?
Antwoord 13
Zie hierboven.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
H.M. de Jonge, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.