Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Valstar, Brekelmans en El Yassini over het bericht 'FBI raids ZPMC delivery vessel'
Vragen van de leden Valstar, Brekelmans en El Yassini (allen VVD) aan de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid en de Ministers van Buitenlandse Zaken en van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over het bericht «FBI raids ZPMC delivery vessel» (ingezonden 30 september 2021).
Antwoord van Staatssecretaris Broekers-Knol (Justitie en Veiligheid), mede namens
            de Ministers van Justitie en Veiligheid, van Buitenlandse Zaken en de Staatssecretaris
            van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (ontvangen 12 november 2021). Zie ook Aanhangsel
            Handelingen, vergaderjaar 2021–2022, nr. 395.
         
Vraag 1
            
Bent u bekend met het bericht «FBI raids ZPMC delivery vessel»?1
Antwoord 1
            
Ja.
Vraag 2 en 3
            
Bent u bekend met de verdenkingen van spionage door het Chinese staatsbedrijf Shanghai
               Zhenhua Heavy Industries Company Limited (ZPMC)? Hoe beoordeelt u deze? Heeft u hierover
               contact gehad met de Amerikaanse autoriteiten? Zo ja, wat was de uitkomst hiervan?
               Zo nee, bent u bereid alsnog navraag te doen?
            
Zijn er aanwijzingen dat ZPMC ook in Nederland inlichtingen verzamelt?
Antwoord 2 en 3
            
Over het kennisniveau van de inlichtingen- en veiligheidsdiensten worden in het openbaar
               geen uitspraken gedaan. In algemene zin kan wel worden gesteld – zoals ook naar voren
               komt uit de jaarverslagen van de AIVD en de MIVD – dat Nederland over een hoogwaardige
               (defensie-)industrie beschikt waarbinnen zich het soort kennis bevindt waar China
               naar op zoek is.
            
Veel prioritaire technologieën, van belang voor zowel de economische als de nationale
               veiligheid, worden mede binnen de Nederlandse (defensie-)industrie ontwikkeld.
            
In het algemeen geldt dat er met regelmaat overleg wordt gevoerd met gelijkgezinde
               landen, inclusief de Amerikaanse autoriteiten, over veiligheidskwesties. Over de inhoud
               van deze overleggen wordt wegens vertrouwelijkheid geen uitspraken gedaan.
            
Vraag 4
            
Heeft u diplomatiek contact gehad met China over de verdenking van spionage door het
               Chinese staatsbedrijf ZPMC? Zo ja, wat was hiervan de uitkomst?
            
Antwoord 4
            
Nederland spreekt met China in diplomatieke contacten met regelmaat over Nederlandse
               zorgen met betrekking tot veiligheidskwesties, maar doet wegens de vertrouwelijkheid
               hiervan geen uitspraken over individuele gevallen.
            
Vraag 5
            
Hoeveel medewerkers van ZPMC hebben in Nederland sinds 2015 een verblijfsvergunning
               voor werk ontvangen, waarbij ZPMC optrad als erkend referent?
            
Antwoord 5
            
Sinds 2015 hebben minder dan 5 vreemdelingen een verblijfsvergunning regulier voor
               bepaalde tijd ontvangen voor het verrichten van arbeid bij ZPMC Netherlands BV, het
               bedrijf dat bij de IND bekend is als erkend referent.2
Vraag 6
            
Zijn er sinds 2015 verblijfsvergunningen bij ZPMC-medewerkers ingetrokken? Zo ja,
               hoeveel en om welke reden?
            
Antwoord 6
            
Nee.
Vraag 7 en 14
            
Waarin verschillen de vergunningprocedures en veiligheidchecks voor individuen die
               hun verblijfsvergunning via de route van een erkend referent ontvangen van individuen
               die hun verblijfsvergunning voor werk via een andere procedure ontvangen?
            
Welke veiligheidscontroles worden uitgevoerd op vergunningontvangers van door de IND
               erkende referenten uit de drie landen, China, Rusland en Iran, die in het Dreigingsbeeld
               Statelijke Actoren van februari 2021 worden genoemd als dreigingen tegen de economische
               veiligheid van Nederland?
            
Antwoord 7 en 14
            
Een erkend referent heeft toegang tot de versnelde procedure voor vergunningverlening,
               waarbij deze – in tegenstelling tot de niet-erkende referent – in beginsel controleert
               of een vreemdeling aan de toelatingsvoorwaarden voldoet. De IND handelt de aanvragen
               van een erkend referent af op basis van de eigen verklaring van de referent, met uitzondering
               van het paspoortvereiste en de toets op openbare orde en nationale veiligheid. Dat
               laat onverlet dat de IND alsnog alle bewijsstukken kan opvragen als dit nodig wordt
               geacht voor de behandeling van de aanvraag of ter controle nadat de aanvraag is afgehandeld.
               Een erkend referent heeft daarentegen een zorgplicht, informatieplicht en administratieplicht.
               Zo moet een erkend referent zorgdragen voor een zorgvuldige werving en selectie van
               de vreemdeling. Het is belangrijk dat een referent bij de werving en selectie ook
               aandacht heeft voor statelijke dreigingen tegen Nederlandse nationale veiligheidsbelangen.
               Hier heeft de IND dan ook aandacht voor gevraagd in de Nieuwsbrief Zakelijk, gericht
               aan alle erkend referenten arbeid, van 1 oktober 2021. Zoals nader toegelicht in de
               brief aan uw Kamer d.d. 24 september jl. verricht de IND bij alle vreemdelingen eenzelfde
               toets op openbare orde en nationale veiligheid.3
Vraag 8
            
Welke rol spelen informatie of analyses van de inlichtingendiensten, vervat in ambtsberichten
               of anderszins, bij het al dan niet toekennen van de status van erkend referent aan
               een buitenlands bedrijf of instelling?
            
Antwoord 8
            
In het algemeen geldt dat bij ontvangst van een ambtsbericht van de inlichtingen-
               en veiligheidsdiensten over een referent die een aanvraag om erkenning heeft ingediend
               of al erkend is, de IND de inhoud daarvan zal meewegen in de besluitvorming.
            
De IND dient dan te toetsen of de informatie in het ambtsbericht voldoende concreet,
               feitelijk en inzichtelijk is om op basis van het ambtsbericht de status van erkend
               referent te kunnen weigeren.
            
Vraag 9
            
Met welke andere departementen of overheidsorganisaties overlegt de Immigratie en
               Naturalisatie Dienst (IND) voordat een organisatie de status van erkend referent ontvangt?
               Worden de Nationaal Coordinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV) en de inlichtingendiensten
               hierbij betrokken?
            
Antwoord 9
            
De IND doet bij iedere aanvraag om erkenning navraag bij de Belastingdienst en de
               Inspectie SZW of er boetes aan de organisatie zijn opgelegd en of er een verplichting
               is opgelegd tot het doen van een eerstedagsmelding. Daarnaast worden alle rechtspersonen
               en natuurlijke personen die als bestuurder bij de organisatie zijn betrokken bij de
               Justitiële Informatiedienst bevraagd op justitiële antecedenten. Indien sprake is
               van een of meer strafrechtelijke antecedenten vraagt de IND om een Verklaring Omtrent
               Gedrag (VOG). Daarnaast vraagt de IND in voorkomende gevallen advies aan de Rijksdienst
               voor Ondernemend Nederland (RVO) of de continuïteit en solvabiliteit van de organisatie
               voldoende is gewaarborgd. De NCTV en de inlichtingendiensten worden niet standaard
               betrokken alvorens tot erkenning wordt overgegaan. Dit gebeurt enkel op basis van
               signalen.
            
Vraag 10
            
Welke rol spelen buitenlandse onderzoeken of veroordelingen wegens spionage bij het
               verstrekken van de status van erkend referent?
            
Antwoord 10
            
In algemene zin geldt dat informatie van buitenlandse inlichtingen- en veiligheidsdiensten
               onderdeel kán zijn van de onderbouwing van een ambtsbericht van de AIVD of MIVD (zie
               ook het antwoord op vraag 8). Hierbij gelden de kaders van de Wet op de Inlichtingen-
               en Veiligheidsdiensten.
            
Strafrechtelijke veroordelingen kunnen blijken uit (Europese) signaleringen of door
               een verklaring van de persoon zelf.
            
Vraag 11 en 12
            
Hebben andere landen een vergelijkbare procedure als de Nederlandse verstrekking van
               de status van erkend referent? Zo ja, hoe gaan landen als Duitsland, Frankrijk, het
               Verenigd Koninkrijk, de Verenigde Staten en Australië om met Chinese staatsbedrijven?
            
Is er uit de bovengenoemde vijf landen sprake van landen die een procedure vergelijkbaar
               met de status van erkend referent hebben, en die deze status in de afgelopen drie
               jaar hebben ingetrokken bij Chinese staatsbedrijven?
            
Antwoord 11 en 12
            
In Duitsland en Frankrijk kent men geen vergelijkbare systematiek (met erkend referenten)
               zoals Nederland deze kent. In deze landen wordt de aanvraag voor een kennismigrantenvergunning
               doorgaans ingediend door de kennismigrant zelf. Daarentegen bestaat er, evenals in
               Nederland, in Duitsland en Frankrijk de mogelijkheid tot een versnelde procedure voor
               vergunningverlening; in Duitsland dient de werkgever een voorafgaande goedkeuring
               aan te vragen en in Frankrijk kan de versnelde procedure plaatsvinden indien de werkgever
               bekend staat om het ontvangen van «high potentials». In de Verenigde Staten is eveneens
               geen sprake van een vergelijkbaar stelsel. Het VK stelt voor een aantal toelatingsprocedures
               voor arbeids-/kennismigranten ook een erkend referentschap (licensed sponsor) verplicht.
               De procedure om licensed sponsor te worden is vergelijkbaar met die in Nederland (o.a.
               test op betrouwbaarheid). Het is niet bekend of daarbij specifieke aandacht aan Chinese
               staatsbedrijven wordt gegeven en of het erkend referentschap van deze bedrijven is
               ingetrokken.
            
Over het Australische model is op dit moment geen informatie bekend.
Vraag 13, 16 en 17
            
Herinnert u zich de met algemene stemmen aangenomen motie Wiersma (nr. 35 680, nr. 17), waarin wordt verzocht misbruik van werkvergunningen en referentschap door statelijke
               actoren tegen te gaan? Welke acties heeft u sindsdien ondernomen om de motie uit te
               voeren?
            
Hoe rijmt u de mogelijkheid voor een Chinees staatsbedrijf om erkend referent te zijn
               met de analyse uit het Dreigingsbeeld dat China mede door het gebruik van spionage
               de grootste dreiging voor de economische veiligheid van Nederland vormt?
            
Bent u bereid de toekenning van de status als erkend referent opnieuw tegen het licht
               te houden voor staatsbedrijven uit China, Rusland en Iran?
            
Antwoord 13, 16 en 17
            
Zoals aangegeven in de brief aan uw Kamer naar aanleiding van deze motie d.d. 24 september
               jl., kijkt het Kabinet op basis van het inmiddels beschikbare vertrouwelijke dreigingsbeeld
               van verblijfsregelingen en het erkend referentschap kritisch naar de invulling en
               het gebruik van deze regelingen en zet het Kabinet in op verbetering.4 Hierbij wordt rekening gehouden met de verschillen tussen de IND en de inlichtingen-
               en veiligheidsdiensten als het gaat om expertise, informatiepositie, middelen en (juridische)
               bevoegdheden bij het onderkennen en vaststellen van een gevaar voor de nationale veiligheid.
               Over de voortgang wordt uw Kamer op een later tijdstip nader geïnformeerd.
            
Vraag 15
            
Vinden er additionele veiligheidscontroles plaats, voordat een organisatie uit China,
               Rusland of Iran aanspraak kan maken op de status van erkend referent?
            
Antwoord 15
            
Nee, op dit moment is dat niet het geval.
Ondertekenaars
- 
              
                  Eerste ondertekenaar
A. Broekers-Knol, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid - 
              
                  Mede namens
H.P.M. Knapen, minister van Buitenlandse Zaken - 
              
                  Mede namens
F.B.J. Grapperhaus, minister van Justitie en Veiligheid - 
              
                  Mede namens
A.D. Wiersma, staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid 
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.