Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Nijboer over het in Singaporese handen vallen van de High Tech Campus Eindhoven
Vragen van het lid Nijboer (PvdA) aan de Ministers van Economische Zaken en Klimaat en van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over het in Singaporese handen vallen van de High Tech Campus Eindhoven (ingezonden 13 oktober 2021).
Antwoord van Minister Blok (Economische Zaken en Klimaat) (ontvangen 2 november 2021).
Vraag 1
Heeft u kennis genomen van het bericht «High Tech Campus niet naar Amerikanen, maar
in handen van Singaporese staat»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Wat vindt u van het feit dat deze vitale kennisinfrastructuur in de handen komt van
een buitenlandse eigenaar?
Antwoord 2
Ik hecht er waarde aan een duidelijk onderscheid te maken tussen de verkoop van het
vastgoed en de bijbehorende vastgoedmanagementdiensten enerzijds en het kennisecosysteem
op en rondom de High Tech Campus waar veel hoogwaardig technologisch en innovatieve
bedrijven gevestigd zijn anderzijds. Het gaat hier om een vastgoedtransactie tussen
twee marktpartijen, waarbij de koper een Amerikaanse asset manager is die onder andere
fondsen van GIC beheert. Beide partijen zijn al langer in Nederland actief op het
gebied van investeringen in commercieel vastgoed, waaronder zorgvastgoed en hotels.
Vraag 3
Hoe beoordeelt u het grote belang van de Singaporese staat in het beleggingsfonds
van Oaktree?
Antwoord 3
GIC is een beleggingsfonds dat in eigendom is van de Singaporese Staat. GIC belegt
de deviezenreserves van de Singaporese Staat en hanteert een beleggingsbeleid gericht
op langetermijninvesteringen met een stabiel rendement.2 Het betreft hier een commercieel gedreven fonds. Het is niet aan de Nederlandse overheid
om in te gaan op welke commerciële belangen ten grondslag liggen aan de investering.
Wel heeft de Nederlandse overheid zich een beeld gevormd van eventuele risico’s voor
de nationale veiligheid verbonden aan een dergelijke transactie. Deze acht ik afwezig,
gelet op de aard en inhoud van de transactie en de betrokken partijen.
Vraag 4
Wat is het gevoerde beleid van dit demissionaire kabinet ten aanzien van onze kennisinfrastructuur?
Acht u het van belang dat dit soort infrastructuur in Nederlandse dan wel Europese
handen blijft? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 4
Zoals ik in het antwoord op vraag 1 aangeef is het van belang onderscheid te maken
tussen het vastgoed enerzijds en het kennisecosysteem, of kennisinfrastructuur anderzijds.
Het Nederlandse beleid ten aanzien van onze kennisinfrastructuur richt zich op het
realiseren van de groeistrategie voor Nederland, door het duurzame verdienvermogen
op de lange termijn te versterken. Dat vergt onderwijs, onderzoek, innovatie, inzet
op sleuteltechnologieën met bedrijvigheid daar weer omheen. Het verbinden van bedrijven,
kennisinstellingen, overheid – zoals rond de High Tech Campus – is daarbij van groot
belang. Hier ontstaan bij gevestigde bedrijven en innovatieve startups en scale-ups
de technologische oplossingen die we nodig hebben om groeistrategie te realiseren.
Samen met Brainport Eindhoven en alle verbonden publieke en private partijen zullen
wij ons hiervoor blijven inzetten, zodat deze regio zijn internationale koploperspositie
behoudt. De wijziging van het eigendom van het vastgoed van de campus verandert daar
niets aan.
Naast de inzet op de groeistrategie, kijkt de rijksoverheid in den brede ook naar
waarborgen om de risico’s op ongewenste overdracht van sensitieve kennis en technologie
binnen de Nederlandse kennisinfrastructuur te verkleinen. De bescherming van intellectueel
eigendom en bedrijfsgevoelige informatie is hierbij primair de verantwoordelijkheid
van het bedrijfsleven, waarbij het National Cyber Security Center en het Digital Trust
Center een adviserende en informerende rol spelen. Het is aan HTCE Site Management
B.V. en de huurders van de campus om de (digitale) informatiebeveiliging op orde te
hebben. Ik zie – op basis van de thans beschikbare informatie – geen aanleiding om
hierin anders op te treden. Enkel als mogelijk sprake is van risico’s voor de nationale
veiligheid door ongewenste overdracht van bepaalde sensitieve kennis en technologie,
is het aan de overheid om proportionele en passende maatregelen te treffen om deze
risico’s te verkleinen. Over de informatiebeveiliging en risico's voor de nationale
veiligheid bij directe toegang tot de locaties waar sensitieve technologie gebruikt
of ontwikkeld wordt, verkent mijn ministerie of aanvullende maatregelen noodzakelijk
zijn.
Vraag 5
In hoeverre denkt u dat de overname van de High Tech Campus Eindhoven door een buitenlandse
partij een nadeel vorm voor het Nederlandse belang?
Antwoord 5
In de regel zijn investeringen en overnames een private aangelegenheid, waarbij de
overheid slechts een rol heeft wanneer mogelijk zwaarwegende publieke belangen, zoals
de nationale veiligheid, in het geding komen.
In het kader van economische veiligheid heeft het Ministerie van EZK gekeken naar
de aard van de transactie en of deze gevolgen kan hebben voor de nationale veiligheid.
Het betreft hier een wijziging in zeggenschap over het vastgoed en het vastgoedmanagement
van de HTCE. Vanwege deze aard valt de transactie buiten het bereik van bestaande
investeringstoetsen zoals opgenomen in de energiewetgeving en de Telecommunicatiewet.
Ook het wetsvoorstel Veiligheidstoets investeringen, fusies en overnames biedt geen
aanknopingspunten. Ramphastos Investments en de beheer- en exploitatiemaatschappijen
HTCE Development B.V. en HTCE Site Management B.V. zijn geen van allen aanbieders
van een vitaal proces in de zin van het wetsvoorstel. Ook zijn zij geen eigenaar noch
hebben zij controle over of directe toegang tot sensitieve technologie.
Vraag 6
Wat vindt u ervan dat er ook in Eindhoven bedenkingen zijn bij deze participatie?
Weegt dat op enigerlei wijze mee in uw opstelling of beleid in dezen?
Antwoord 6
Bij mijn ministerie zijn geen signalen binnengekomen van bedrijven uit Eindhoven die
bedenkingen hebben bij deze participatie. Zoals bekend was Philips tot 2012 zelf eigenaar
van de High Tech Campus en heeft indertijd ervoor gekozen het vastgoed en het beheer
hiervan te verkopen. Voor wat betreft het gemeentebestuur hebben wij in ons contact
met hen gewezen op de rolverdeling zoals die ook in deze en eerdere Kamervragen is
toegelicht.
Toelichting:
Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van de leden Inge van
Dijk en Amhaouch (beiden CDA), ingezonden 7 oktober 2021 (vraagnummer 2021Z17403).
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S.A. Blok, minister van Economische Zaken en Klimaat
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.