Schriftelijke vragen : Het rapport van Reclaim Finance ‘Banks fuelling expansion of oil-and-gas Arctic extraction’
Vragen van de leden Van der Lee en Snels (beiden GroenLinks) aan de Ministers van Buitenlandse Zaken en van Financiën over het rapport van Reclaim Finance «Banks fuelling expansion of oil-and-gas Arctic extraction» (ingezonden 15 oktober 2021).
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van het rapport van Reclaim Finance «Banks fuelling expansion of oil-and-gas Arctic extraction»?1
Vraag 2
Deelt u de mening dat de forse toename van investeringen van financiële instellingen
in olie- en mijnbouwbedrijven die verantwoordelijk zijn voor risicovolle activiteiten
in het Noordpoolgebied, een zeer onwenselijke ontwikkeling is?2 Deelt u de mening dat het blijven investeren in olie- en mijnbouwbedrijven die verantwoordelijk
zijn voor risicovolle activiteiten in het Noordpoolgebied, af doet aan de geloofwaardigheid
van het klimaatakkoordcommitment, waarin financiële instellingen hebben aangegeven
hun bijdrage te leveren aan de doelstellingen van het Klimaatakkoord van Parijs?
Vraag 3
Bent u bekend met het feit dat diverse Nederlandse financiële instellingen ook anno
2021 nog altijd investeren in olie- en mijnbouwbedrijven die verantwoordelijk zijn
voor risicovolle activiteiten in het Noordpoolgebied? Heeft u een kwantitatief overzicht
van de totaalomvang van directe en indirecte investeringen in de olie- en mijnbouwbedrijven
actief in het Noordpoolgebied van Nederlandse banken, pensioenfondsen, verzekeraars
en vermogensbeheerders? Zo nee, waarom niet? Zo ja, kunt u deze aan de Kamer (geaggregeerde
cijfers) verstrekken?
Vraag 4
Kunt u een overzicht geven van het officiële beleid van Nederlandse financiële instellingen
ten aanzien van investeringen in de fossiele industrie actief in het Noordpoolgebied?
Hoeveel instellingen hebben wel beleid en hoeveel instellingen hebben geen beleid?
In welke mate is dit beleid principle-based of outcome-based? Zijn er instellingen
die officieel beleid op dit punt hebben maar wel blijven investeren in de fossiele
industrie die activiteiten in het Noordpoolgebied hebben? En zo ja, wat zegt dit over
de effectiviteit van hun beleid?
Vraag 5
Op welke manier zijn en worden financiële instellingen verplicht te rapporteren over
hun investeringen in olie- en mijnbouwbedrijven in het Noordpoolgebied, gegeven dat
hier duurzaamheidsrisico’s en reputatierisico’s aan verbonden zijn, onder de Non-Financial
Reporting Directive, de Pensioenwet, IORP II en de aankomende Corporate Sustainability
Reporting Directive zoals de Europese Commissie deze voorgesteld heeft? Deelt u de
mening dat de huidig geldende rapportagestandaarden op dit moment op dit punt onvoldoende
dwingend zijn?
Vraag 6
Bent u bereid in gesprek te gaan met Nederlandse financiële instellingen die investeren
in olie- en mijnbouwbedrijven die verantwoordelijk zijn voor risicovolle activiteiten
in het Noordpoolgebied en hen te wijzen op de onwenselijkheid hiervan, mede in het
licht van de nieuwe politieke strategie van de EU voor de Arctische regio die oproept
tot een moratorium van het boren naar olie, gas en kolen in het Noordpoolgebied3? Zo nee, waarom niet?
Vraag 7
Bent u bereid om zowel in EU-verband als in de Arctische Raad aandacht te vragen voor
de onwenselijkheid van de toegenomen investeringen van financiële instellingen in
olie- en mijnbouwbedrijven die verantwoordelijk zijn voor risicovolle activiteiten
in het Noordpoolgebied? Zo ja, hoe gaat u dit vormgeven? Zo nee, waarom niet?
Vraag 8
Bent u bekend met de jarenlange financiering van respectievelijk investeringen in
de Russische mijnbouwer Norilsk Nickel door ING en ABP, die herhaaldelijk, onder andere
in 2016, in mei 2020 en juli 2020 verantwoordelijk was voor milieurampen in Russisch
arctisch gebied?4 Wat is er uit de toegezegde geïntensiveerde dialoog van ING en ABP met Norilsk Nickel
gekomen? Waren de doelstellingen voor die dialoog SMART geformuleerd? Bent u op de
hoogte of Norilsk Nickel inmiddels afdoende maatregelen heeft genomen om schade aan
het milieu volledig te herstellen en voldoende preventiemaatregelen te nemen om nieuwe
schade te voorkomen?
Vraag 9
Kunt u toelichten op welke wijze u de motie-Van der Lee c.s.5 onder de aandacht heeft gebracht van Nederlandse banken, verzekeraars en pensioenfondsen,
en hen expliciet hebt gevraagd om zich hier aan te houden? Zo ja, hebben zij dit toegezegd?
Zo nee, waarom niet?
Vraag 10
Heeft u in uw gesprekken met De Nederlandsche Bank (DNB), zowel op politiek als ambtelijk
niveau, gesproken over investeringen in fossiele activiteiten in het Noordpoolgebied,
en welke duurzaamheidsrisico’s hiermee gepaard gaan? Wat zijn van deze gesprekken
de concrete uitkomsten?
Vraag 11
Deelt u de mening dat de transitierisico’s van het financieren van fossiele bedrijven
die actief zijn in het Noordpoolgebied, fors zijn toegenomen nu de Europese Commissie
heeft voorgesteld een moratorium in te stellen op het boren van olie, gas en kolen
in het Noordpoolgebied? Waarom wel of waarom niet? En bent u bereid met DNB het gesprek
aan te gaan over deze toegenomen transitierisico’s?
Indieners
-
Gericht aan
W.B. Hoekstra, minister van Financiën -
Gericht aan
H.P.M. Knapen, minister van Buitenlandse Zaken -
Indiener
Tom van der Lee, Kamerlid -
Medeindiener
B.A.W. Snels, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.