Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Koekkoek over de te verwachten asielstroom uit Afghanistan en Litouwen en het huidige structurele tekort aan faciliteiten in de opvang
Vragen van het lid Koekkoek (Volt) aan de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid over de te verwachten asielstroom uit Afghanistan en Litouwen en het huidige structurele tekort aan faciliteiten in de opvang (ingezonden 25 augustus 2021).
Antwoord van Staatssecretaris Broekers-Knol (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 11 oktober
2021). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2020–2021, nr. 4061.
Vraag 1 en 3
Welke stappen zult u ondernemen om de tekorten op te vangen in het kader van de te
verwachten asielstroom uit Afghanistan en Litouwen en het huidige structurele tekort
aan faciliteiten in de opvang, inclusief bedden?
Welke structurele oplossingen zullen er worden geboden om de te verwachten verhoogde
asielstroom, zowel uit Afghanistan als Litouwen, opvang te bieden in Nederland?
Antwoord 1 en 3
In verschillende brieven die ik recent naar uw Kamer heb gestuurd staat beschreven
welke stappen worden ondernomen.1 Ik kan u melden dat het COA, gemeenten, provincies, BZK en het Rijksvastgoedbedrijf
met elkaar in gesprek zijn hoe vergunninghouders zo snel mogelijk naar gemeenten kunnen
uitstromen en waar extra (tijdelijke) COA-opvanglocaties kunnen worden gerealiseerd.
Deze gesprekken hebben al tot het openen van enkele tijdelijke nieuwe locaties geleid.
Daarnaast is er in Goes een noodopvanglocatie gerealiseerd en worden de defensielocatie
legerplaats Harskamp en het defensieterrein op het Marine Etablissement in Amsterdam
weer ingezet. De hoop en noodzaak is dat er op korte termijn ook in andere gemeenten
(tijdelijke) locaties worden gerealiseerd.
Gezien de constructieve gesprekken die nu worden gevoerd met provincies, gemeenten
en andere betrokken partijen, verwacht ik het laatste kwartaal van 2021 meer zicht
te hebben op acties die kunnen worden genomen om vergunninghouders in gemeenten te
huisvesten en de realisatie van nieuwe tijdelijke en reguliere opvanglocaties. In
de loop van oktober zal ik uw Kamer, samen met de Minister van Binnenlandse Zaken
en Koninkrijksrelaties, informeren over de voortgang. Alle inzet is en blijft erop
gericht om iedereen met recht op opvang ook opvang te kunnen blijven bieden.
Vraag 2
Zult u stappen ondernemen om de wachttijden in Ter Apel en de andere AZC’s te verkorten?
Zo ja, welke stappen? Zo nee, hoe verwacht u de verhoogde asielstroom adequaat en
menswaardig op te vangen?
Antwoord 2
Ik ben doorlopend met de verschillende organisaties in de migratieketen in gesprek
om het asielproces zo snel als mogelijk te laten plaatsvinden. Als blijkt dat er knelpunten
ontstaan, handel ik naar bevind van zaken.
Voor wat betreft de opvang verwijs ik graag naar het antwoord op vraag 1.
Vraag 4
Erkent u dat er door bezuinigen en ten gevolge van de coronapandemie de «rek» uit
de opvang is, waardoor het systeem niet kan voorzien in verhoogde vluchtelingenstromen,
zoals deze nu te verwachten zijn? Zo ja, overweegt u te pleiten voor een ofwel eenmalig,
ofwel structurele verhoging van het budget voor de opvang van vluchtelingen en asielzoekers
in het kader van de huidige ontwikkelingen in Afghanistan?
Antwoord 4
Het beschikbare budget voor de asielopvang is gebaseerd op de verwachte bezetting
bij het COA. De verwachting en de daarbij behorende middelen voor 2021 zijn gebaseerd
op de meerjarenproductie prognose van februari 2021. De prognose ging toen uit van
een dalende bezetting in de asielopvang met name veroorzaakt door het uitstromen van
een groot aantal vergunninghouders naar gemeenten. In de praktijk blijft deze uitstroom
echter sterk achter bij de prognoses. Daarnaast is het aantal eerste asielaanvragen
hoger dan eerder verwacht, net als het aantal nareizigers dat in het kader van gezinshereniging
naar Nederland komt. Gezien het hogere aantal bewoners in de COA-opvang dan verwacht,
wordt bekeken of de beschikbare middelen toereikend zijn. Dit gaat via de reguliere
begrotingsmomenten.
Daarnaast wil ik benadrukken dat het COA dit jaar geen locaties heeft hoeven sluiten
door een te beperkt budget om de locaties in de bestaande vorm open te houden. Dat
er locaties zijn dichtgegaan komt door het aflopen van bestuursovereenkomsten met
gemeenten. Dit laatste, gecombineerd met slechts een beperkt aantal nieuwe locaties
dat is geopend en een achterblijvende uitstroom van vergunninghouders naar gemeenten,
heeft er voor gezorgd dat de grenzen van de opvangcapaciteit in zicht komen en dat
als deze situatie doorzet, het COA naar verwachting binnen afzienbare tijd, en mogelijk
al binnen enkele weken, vol zit.
Vraag 5
Bent u van mening dat een gecoördineerde aanpak op Europees niveau, inclusief evenredige
herverdeling van vluchtelingen over de Europese lidstaten en betere coördinatie van
de ter beschikking zijnde middelen en expertise tussen lidstaten, de druk op de Nederlandse
asielopvang zou kunnen verlagen? Zo ja, welke stappen zult u ondernemen om hier gebruik
van te maken? Zo nee, welke alternatieven zijn er ter beschikking?
Antwoord 5
Zowel de crisis in Afghanistan als de ontwikkelingen aan de grens met Belarus vereisen
een gecoördineerde Europese aanpak. Zoals aan uw kamer gemeld, heb ik dit op Europees
niveau ook bij meerdere gelegenheden benadrukt.2 Ten aanzien van de coördinatie van middelen en expertise tussen lidstaten wijs ik
op de bijdrages die Nederland reeds heeft geleverd in het kader van de Europese steun
aan Litouwen om de situatie het hoofd te bieden. Dit betreft onder meer het leveren
van materiaal als stapelbedden, garderobekasten en dekens, en het inzetten van operationeel
materiaal en experts via Frontex en EASO.3 Ook andere lidstaten dragen hier op uiteenlopende wijze aan bij.
Ten aanzien van de herverdeling van vluchtelingen is het standpunt van het kabinet
u bekend.4 De Litouwse regering heeft overigens niet verzocht om een dergelijke herverdeling,
noch de regering van de andere EU lidstaten die direct te maken hebben met een toename
van irreguliere aankomsten via Belarus.
Vraag 6 en 7
Gezien we een groeiende stroom vluchtelingen kunnen verwachten vanuit Afghanistan,
hoe zult u samenwerken met de Minister van Buitenlandse Zaken en de Minister voor
Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking om de veilige opvang van vluchtelingen
te garanderen, gezien het gebrek aan opvangcapaciteit?
Hoe zal u samenwerken met de Minister van Buitenlandse Zaken om de opvang van vluchtelingen
op Europees niveau te stroomlijnen en coördineren in het kader van de motie van het
lid Dassen c.s. van 18 augustus 2021 over een Europees noodplan?5
Antwoord 6 en 7
De inzet van het kabinet komt in nauwe samenwerking tot stand en wordt door de verantwoordelijke
Ministers in de daarvoor geschikte gremia ingebracht. Het kabinet benadrukt in Europese
gremia het belang van een gezamenlijke Europese voorbereiding op de mogelijke gevolgen
van de situatie in Afghanistan op het terrein van migratie en asiel. Op dit moment
neemt vooral het aantal intern ontheemden toe. De situatie kan echter snel veranderen,
daarom is het van groot belang op alle scenario’s voorbereid te zijn. Tijdens de JBZ-Raad
van 31 augustus jl. heeft het kabinet samen met andere lidstaten onderstreept dat
opvang in eerste instantie in de regio dient plaats te vinden. Om dit te realiseren,
zal de EU de regio gezamenlijk met de internationale gemeenschap steunen. Nederland
riep, net als een aantal andere lidstaten, de Commissie op met een actieplan Afghanistan
te komen en hiervoor de nodige financiering vrij te maken. De Commissie zegde dit
toe. Nederland stelde voorts dat de EU als geheel zich – op de midden- en lange termijn
– ook dient voor te bereiden op een scenario waarbij irreguliere migratie naar de
EU wel zal toenemen. In dit verband werd het belang van crisisvoorbereiding, maar
ook het op orde hebben van de buitengrenzen, veiligheidsscreenings en registratie
van asielzoekers in EURODAC benadrukt.
Tijdens Gymnich van 2–3 september is tevens gesproken over de noodzaak om hulp te
blijven verlenen aan de Afghaanse bevolking en om de landen in de regio te ondersteunen
bij de omgang met de te verwachten instroom van Afghanen. De Hoge Vertegenwoordiger
en de lidstaten spraken de intentie uit om, samen met de buurlanden van Afghanistan,
een regionaal platform op te zetten met focus op migratie, terrorismebestrijding en
het bestrijden van drugshandel.
Ook verwijst het kabinet u graag naar het verslag van de JBZ-Raad van 7 en 8 oktober
dat uw Kamer spoedig toekomt.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A. Broekers-Knol, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.