Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van lid Stoffer over de afhandeling van bezwaren tegen de spaartaks
Vragen van het lid Stoffer (SGP) aan de Staatssecretaris van Financiën over de afhandeling van bezwaren tegen de spaartaks (ingezonden 10 september 2021).
Antwoord van Staatssecretaris Vijlbrief (Financiën – Fiscaliteit en Belastingdienst)
(ontvangen 1 oktober 2021).
Vraag 1
Heeft u kennis genomen van het bericht «Een spaartaks, ook voor wie zijn geld niét
belegt? De belastingdienst zet mensen voor het blok»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Klopt het dat de Belastingdienst individuele bezwaren tegen de box-3 aanslag over
2020 van bezwaarmakers doorzet, terwijl de collectieve massaalbezwaarprocedure, waarbij
veel individuele bezwaarmakers zich bij hebben aangesloten, loopt?
Antwoord 2
Ja. Door middel van de massaalbezwaarprocedure kan een rechtsvraag aan de rechter
worden voorgelegd waarvan het antwoord voor een groot aantal belastingplichtigen van
belang is. De rechtsvraag waar het in genoemde massaalbezwaarprocedure over gaat is
of de box 3-heffing op stelselniveau strijdig is met het eigendomsrecht en het discriminatieverbod
van het EVRM.2 Totdat het antwoord op de rechtsvraag is gegeven, worden de bezwaarschriften voor
wat betreft de rechtsvraag op grond van de wettelijke massaalbezwaarprocedure aangehouden.
Veel belastingplichtigen hebben in hun bezwaarschrift naast de rechtsvraag de individuele
kwestie voorgelegd of de box 3-heffing voor hen een individuele en buitensporige last
vormt. De rechtsvraag in de massaalbezwaarprocedure en de individuele kwestie in bezwaar
zijn twee afzonderlijke kwesties die apart van elkaar moeten worden beoordeeld en
dus in twee (bezwaar)procedures apart van elkaar worden behandeld. De individuele
kwestie van de individuele en buitensporige last is gekoppeld aan de persoonlijke
(financiële) omstandigheden van de belastingplichtige. De feiten en omstandigheden
die relevant zijn voor de afdoening van de individuele kwestie wijzigen niet tijdens
de periode van aanhouden. De specifieke, individuele kwestie kan derhalve zorgvuldig
en correct afzonderlijk worden behandeld, voordat de rechtsvraag in de massaalbezwaarprocedure
definitief is beantwoord.
Vraag 3
Erkent u dat de rechtsbescherming van burgers wordt vergroot door eerst de massaalbezwaarprocedure
af te wachten en daarna pas de individuele bezwaren af te handelen?
Antwoord 3
Naar mijn oordeel wordt de rechtsbescherming van burgers niet vergroot door eerst
de massaalbezwaarprocedure af te wachten en daarna pas de individuele bezwaren af
te handelen. Als een belastingplichtige in zijn bezwaarschrift bezwaren aanvoert in
verband met de rechtsvraag die in massaal bezwaar voorligt én individuele bezwaren
(bezwaren die alleen hem aangaan) dan gaan er twee (bezwaar)procedures lopen. Voor
de rechtsvraag geldt dat deze wordt uitgeprocedeerd aan de hand van een aantal geselecteerde
zaken. Voor de massaalbezwaarprocedure box 3 over 2017 en 2018 zijn dat er zes. De
uitkomst van deze procedure is vervolgens van toepassing op álle bezwaren die onder
de desbetreffende massaalbezwaarprocedure vallen. De bezwaarschriften die niet tot
de zes geselecteerde zaken behoren, worden aangehouden totdat de beslissing op de
rechtsvraag definitief vaststaat en daarna wordt daarop beslist door middel van één
collectieve uitspraak op bezwaar. Voor de individuele bezwaren geldt de reguliere
behandeling, dat wil zeggen dat de inspecteur op grond van de Algemene wet bestuursrecht
(Awb) en de Algemene wet inzake rijksbelastingen (AWR) in beginsel binnen zes weken
na afloop van de bezwaartermijn moet beslissen op het bezwaar. Is de belastingplichtige
het niet eens met de beslissing, dan kan hij daartegen in beroep gaan bij de belastingrechter.
Het aanhouden van het individuele deel van het bezwaar is weliswaar mogelijk, maar
dit vergroot naar mijn mening niet de rechtsbescherming van een belastingplichtige.
Allereerst ligt afdoening van het individuele deel van het bezwaar binnen de gebruikelijke
termijnen in de wet voor de hand omdat de feiten en omstandigheden die relevant zijn
voor de behandeling van de individuele kwestie tijdens de periode van aanhouden niet
wijzigen. De rechtsvraag en een individueel bezwaar laten zich goed onafhankelijk
van elkaar behandelen, ook als het individuele bezwaar is dat de box 3-heffing voor
de belastingplichtige zelf een individuele en buitensporige last vormt. Door de individuele
kwestie aan te houden, treedt slechts een verschuiving in de tijd op. Het aanhouden
van het individuele bezwaar heeft tot gevolg dat de belastingplichtige pas later duidelijkheid
heeft en pas later tegen de uitspraak op bezwaar in beroep kan gaan. Hij moet dus
langer wachten op een beslissing op zijn individuele bezwaar, zonder dat dat dit wachten
tot een andere uitkomst van het individuele deel van het bezwaar zou kunnen leiden.
Vraag 4 en 5
Klopt het dat het mogelijk is dat de Belastingdienst de individuele bezwaren aanhoudt
en welke mogelijkheden ziet u daartoe?
Bent u bereid om de individuele bezwaren aan te houden totdat een uitspraak in de
massaalbezwaarprocedure is gedaan, teneinde de rechtsbescherming van burgers voldoende
te waarborgen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 4 en 5
Ja (4) en nee (5). De Hoge Raad heeft in zijn arrest van 2 juli 20213 geoordeeld dat de inspecteur de bezwaren die zien op een individuele kwestie, gericht
op de specifieke situatie van de belastingplichtige die bezwaar maakt, op de reguliere
door de AWR en de Awb voorgeschreven wijze moet behandelen. Dat betekent in beginsel
een uitspraak op het bezwaar binnen zes weken. In datzelfde arrest overweegt de Hoge
Raad ook dat de beslissing op het individuele deel van het bezwaar kan worden aangehouden
door de rechter en overigens ook door de inspecteur (totdat de rechtsvraag in de massaalbezwaarprocedure
onherroepelijk is beantwoord), mits de belastingplichtige daarmee instemt.4 De Belastingdienst maakt geen gebruik van deze mogelijkheid. Tegenover het mogelijke
persoonlijke belang van de belastingplichtige bij het aanhouden van het individuele
bezwaar staat het belang van de Belastingdienst om bezwaren tijdig en correct te behandelen
en daarop uitspraak te doen. De massaalbezwaarprocedure is onder andere bedoeld om
een groot aantal bezwaarschriften op een zo efficiënt en effectief mogelijke wijze
te kunnen behandelen. Dit is in het voordeel van zowel de belastingplichtige als de
Belastingdienst. Als de Belastingdienst vanwege een lopende massaalbezwaarprocedure
het individuele deel van alle bezwaren zou aanhouden, dan wordt de Belastingdienst
alsnog geconfronteerd met een grote uitvoeringslast. Bij niet aanhouden van de individuele
bezwaren kan de Belastingdienst immers deze bezwaren, die niet alle tegelijk zijn
ingediend, in de tijd verspreid beoordelen en afdoen binnen de wettelijke termijn.
Dat lukt niet als de beoordeling en afdoening van alle individuele bezwaren zouden
worden aangehouden tot het moment waarop de collectieve uitspraak op de aangewezen
rechtsvraag onherroepelijk is gedaan. Zie verder het antwoord op vraag 2 en 3.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
J.A. Vijlbrief, staatssecretaris van Financiën
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.