Schriftelijke vragen : Het bericht ‘Veel laaggeletterden stopten met taal- of rekencursus tijdens corona’
Vragen van het lid Tielen (VVD) aan de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over het bericht «Veel laaggeletterden stopten met taal- of rekencursus tijdens corona» (ingezonden 9 september 2021).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Veel laaggeletterden stopten met taal- of rekencursus
tijdens corona» en het onderliggende onderzoeksrapport van de Stichting Lezen en Schrijven?1
Vraag 2
Deelt u de mening dat het niet verrassend is dat de coronacrisis het extra moeilijk
maakt voor laaggeletterden om een taal- of rekencursus te volgen, zeker als deze alleen
online wordt aangeboden? En heeft u daarom, net als de Stichting Lezen en Schrijven,
onderzoek gedaan naar het effect van de coronacrisis op de ontwikkeling van basisvaardigheden
bij volwassenen? Zo ja, op welke termijn kunt u de resultaten van dit onderzoek met
de Kamer delen? Zo nee, bent u bereid hier alsnog onderzoek naar te doen?
Vraag 3
Hoe kijkt u aan tegen de conclusie dat de afwezigheid van een laptop of computer ervoor
zorgden dat cursisten moesten stoppen? Waarom is het voor cursisten niet mogelijk
om gebruik te maken van de 24 miljoen euro die het kabinet heeft uitgetrokken om schoolbesturen,
in samenwerking met SIVON, in staat te stellen om laptops en tablets aan te schaffen,
aangezien deze eigendom blijven van schoolbesturen? Bent u bereid dit alsnog mogelijk
te maken?
Vraag 4
Deelt u de mening dat het voor laaggeletterden demotiverend is dat zij door de coronamaatregelen
een nog grotere achterstand oplopen als het gaat om de basisvaardigheden taal, rekenen
en digitale geletterdheid? Zo ja, wat gaat u daaraan doen?
Vraag 5
Hoe verklaart u dat bijna alle professionals uit de non-formele sector aangeven dat
er veel minder lessen en activiteiten rondom basisvaardigheden waren, maar dat er
tegelijkertijd ook aanzienlijk minder aanmeldingen waren tijdens de coronacrisis?
Is hier sprake van een mismatch? Bent u bereid om deelnemers (online) te begeleiden
naar passende lessen of activiteiten en de effectiviteit daarvan actief landelijk
te monitoren? Zo nee, waarom niet?
Vraag 6
Deelt u de mening dat iedereen in Nederland nodig is om mee te doen met onze samenleving
en arbeidsmarkt? En dat het dus van groot belang is dat álle Nederlanders die belemmerd
worden door laaggeletterdheid of laaggecijferdheid, zich uitgenodigd weten om hun
basisvaardigheden te ontwikkelen? Zo ja, wat gaat u daaraan doen?
Vraag 7
Herkent en erkent u de conclusie van de Stichting Lezen en Schrijven dat het van belang
is dat gemeenten en organisaties in het werkveld meer samenwerken? Zo ja, hoe gaat
u dat realiseren? Zo nee, wat is uw conclusie over die samenwerking? Bent u bereid
deze samenwerking te bevorderen en welke rollen zouden gemeenten en organisaties in
het werkveld hierin moeten vervullen?
Vraag 8
Bent u bereid om centrale regie te nemen en te zorgen dat laaggeletterden proactief
worden benaderd om hen te motiveren de basisvaardigheden op het gebied van taal, rekenen
en digitale geletterdheid te ontwikkelen? Zo ja, op welke manier, op welke termijn
en met welke instanties gaat u dat oppakken? Zo nee, hoe gaat u er dan voor zorgen
dat de opgelopen corona-achterstanden op korte termijn worden ingehaald?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
J.Z.C.M. Tielen, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.