Verslag van een wetgevingsoverleg : Verslag van een wetgevingsoverleg, gehouden op 28 juni 2021, over Wijziging van de Tabaks- en rookwarenwet ter regeling van elektronische verhittingsapparaten voor tabaksproducten en in verband met de invoering van eisen aan het uiterlijk van sigaretten
35 665 Wijziging van de Tabaks- en rookwarenwet ter regeling van elektronische verhittingsapparaten voor tabaksproducten en in verband met de invoering van eisen aan het uiterlijk van sigaretten
Nr. 11
VERSLAG VAN EEN WETGEVINGSOVERLEG
Vastgesteld 2 september 2021
De vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport heeft op 28 juni 2021 overleg
gevoerd met de heer Blokhuis, Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
over:
– Wijziging van de Tabaks- en rookwarenwet ter regeling van elektronische verhittingsapparaten
voor tabaksproducten en in verband met de invoering van eisen aan het uiterlijk van
sigaretten (Kamerstuk 35 665).
Van dit overleg brengt de commissie bijgaand geredigeerd woordelijk verslag uit.
De fungerend voorzitter van de commissie, Agema
De griffier van de commissie, Esmeijer
Voorzitter: Agema
Griffier: Esmeijer
Aanwezig zijn zeven leden der Kamer, te weten: Agema, Bikker, Van Campen, Gündoğan,
Kuik, Van der Laan en Maeijer,
en de heer Blokhuis, Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.
Aanvang 13.17 uur.
De voorzitter:
Goedemiddag. Ik open dit wetgevingsoverleg, dat wordt georganiseerd door de vaste
Kamercommissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Dit wetgevingsoverleg gaat
over de Wijziging van de Tabaks- en rookwarenwet ter regeling van elektronische verhittingsapparaten
voor tabaksproducten en in verband met de invoering van eisen aan het uiterlijk van
sigaretten. Ik heet de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van
harte welkom. Ik heet welkom mijn collega's mevrouw Gündoğan namens Volt, mevrouw
Kuik namens het CDA, mevrouw Maeijer namens de PVV, mevrouw Bikker namens de ChristenUnie,
mevrouw Van der Laan namens D66 en de heer Van Campen namens de VVD. Mijn naam is
Fleur Agema. Ik ben de fungerend voorzitter van deze commissie. We zijn een kwartiertje
eerder begonnen. Ik hoop dat iedereen ingeschakeld is die dit wetgevingsoverleg op
afstand wil volgen. Ik stel voor dat we van start gaan en geef als eerste het woord
aan mijn collega, mevrouw Gündoğan namens Volt.
Mevrouw Gündoğan (Volt):
Dank u wel, voorzitter. E-sigaretten zijn een opstapje voor jongeren om tabak te gaan
roken, geeft ook het Trimbos-instituut aan. E-sigaretten worden aantrekkelijker gemaakt
voor jongeren door het uiterlijk van e-sigaretten en de verschillende smaakjes. Daarnaast
zijn veel van de e-sigaretgebruikers dual users, wat inhoudt dat ze beide producten
gebruiken. Dat is mogelijk nog schadelijker dan het alleen roken van een e-sigaret
of een gewone sigaret. Verder zijn e-sigaretten onveiliger dan in eerste instantie
werd gedacht en is het wachten op onderzoek naar de gevolgen van het roken van e-sigaretten
op de langere termijn.
Overheidsmaatregelen gericht op het ontmoedigen van roken leiden tot nettobaten voor
de samenleving. Die nettobaten komen voort uit de verbetering van de kwaliteit van
leven van consumenten, uit de hogere arbeidsproductiviteit, uit minder brandschade
en uit stijgende accijnsinkomsten voor de overheid. Bij een combinatie van maatregelen
zoals aanbevolen door de WHO, zoals rookverboden, hulp bij stoppen met roken, massamediacampagnes,
marketingbeperkingen en jaarlijkse accijnsverhogingen zullen de totale maatschappelijke
baten tot 2050 71,4 miljard bedragen. Ik heb hier een vraag over aan de Staatssecretaris.
Ik begrijp dat hij bezig is met een belastingplan voor accijnzen tot 2023. Zou hij
eventueel de stand van zaken daarvan kunnen geven? Zou hij eventueel ook kunnen zeggen
hoe we het kunnen continueren, met het oog op in 2030 hopelijk al een rookvrije generatie
te hebben? Want zoals ik eerder al zei, laten Australië en Californië zien dat accijnzen
echt helpen om een rookvrije generatie te realiseren. Waar zouden de ambities dus
naartoe moeten strekken? Volt wil dus zo snel mogelijk naar een rookvrije generatie,
zoals ik al eerder heb gezegd. Wij zien graag dat daarvoor grof geschut wordt ingezet.
Wij zien dus het liefst dat een pakje sigaretten van standaardformaat in 2025 € 15
gaat kosten. Dat zou onze ambitie bijvoorbeeld zijn. Prijsverhogingen zijn voor preventie
het meest effectief. Voorkomen is beter dan genezen, zo zullen we maar zeggen. Voor
nu zouden we bijvoorbeeld graag zien dat de verhoging van de accijnzen in het Belastingplan
wordt opgenomen.
Dan de wet die hier ter bespreking voorligt. Volt is het grotendeels eens met de strekking
van de wet, maar Volt zou ook graag van de Staatssecretaris horen in hoeverre hij
het mogelijk acht om naast e-sigaretten andere tabaksproducten en aanverwante producten
te includeren in de wet, zoals cigarillo's en heatsticks.
Dank u wel, voorzitter.
De voorzitter:
Dank u wel. Mevrouw Kuik.
Mevrouw Kuik (CDA):
Dank, voorzitter. Dit is deel twee voor een rookvrije generatie. Ook dit wetsvoorstel
steunt het CDA van harte.
Uit onderzoek blijkt dat emissies van verhitte tabak onder meer nicotine, kankerverwekkende
stoffen en andere schadelijke stoffen bevatten die luchtwegproblemen veroorzaken.
Het CDA gaat niet mee met het argument dat elektronische verhittingsapparaten ervoor
zorgen dat mensen makkelijker van hun rookverslaving afkomen. Inmiddels is al enkele
keren onderzocht wat er feitelijk gebeurt als rokers de traditionele sigaret verruilen
voor de e-sigaret. Uit dat onderzoek blijkt dat ex-rokers die gebruikmaken van de
e-sigaret, een twee keer zo grote kans hebben terug te vallen op het gebruik van de
klassieke sigaret. Tegelijkertijd kunnen e-sigaretten voor de jeugd een opstapje zijn
naar verslaving aan nicotine, waardoor zij op termijn overstappen op het roken van
tabakssigaretten. Al met al steunt het CDA dus dat ook strenge eisen worden gesteld
aan de elektronische verhittingsapparaten, zodat deze niet aangeprezen kunnen worden.
Voorzitter. Ik heb nog een aantal vragen. Wanneer ontvangt de Kamer het toegezegde
onderzoek naar scenario's waaruit blijkt hoe de blootstelling aan schadelijke stoffen
in shishalounges kan worden verminderd? Inmiddels weten we dat de regering van plan
is om per 1 juli 2022 smaakjes in e-sigaretten te verbieden. Gaat dat ook gelden voor
smaakjes in waterpijpen?
Voorzitter. De Staatssecretaris schrijft in zijn schriftelijke beantwoording dat bij
de verpakkingseisen voor de verhittingsapparaten, die per AMvB gesteld gaan worden,
vooralsnog niet wordt gekozen voor het verplichten van een neutrale verpakking. Ik
vraag de Staatssecretaris waarom daar niet voor is gekozen. Is het niet beter en helderder
om die regels direct voor alle tabaksproducten gelijk te stellen?
De Staatssecretaris geeft aan nog niet te kunnen zeggen hoeveel verkooppunten er zullen
verdwijnen als gevolg van de strengere eisen in dit wetsvoorstel. Wordt in de bestaande
monitors ook meegenomen hoeveel verkooppunten van elektronische sigaretten en aanverwante
producten er zijn en wat de ontwikkeling hierbij is?
Tot slot, voorzitter. Eerder wilde ik al een keer mondelinge vragen stellen over iets
wat wel lijkt op snus – is een nicotineproduct dat wordt gebruikt in Zweden – maar
geen snus is. Het zijn zakjes nicotine die mensen tussen de lip en hun tand stoppen.
Daar zit dus veel nicotine in. Ik vraag de Staatssecretaris of dit nu al verboden
is. Zo nee, kan en wil de Staatssecretaris hier dan wat aan doen? Verslavingsexperts
zien dit opkomen en maken zich daar zorgen over.
Tot zover.
De voorzitter:
Dank u wel. Mevrouw Maeijer.
Mevrouw Maeijer (PVV):
Dank, voorzitter. Ik heb enigszins geprobeerd om herhalingen uit mijn twee teksten
te schrappen, gelet op het debat van vanochtend.
Ik wil toch nog even duidelijk maken dat het voor iedereen, jong en oud, natuurlijk
het beste is om niet te roken, welk product dan ook, en dat voor mensen die toch nog
roken, stoppen met roken altijd de beste en gezondste optie is. Ik denk alleen dat,
als dat echt zo simpel zou zijn, waarschijnlijk veel mensen nog zouden roken. Een
grote groep wil wel stoppen, maar lukt dat simpelweg niet. Zij hebben daarom bijvoorbeeld
gekozen voor de e-sigaret. Deze groep, die ons de afgelopen weken massaal heeft gemaild,
loopt nu tegen het smaakjesverbod aan. Zij waarschuwen voor onbedoelde effecten zoals
het terugvallen op de tabakssigaret, het over de grens halen van producten en het
zelf gaan mengen van producten. Ik zou toch graag van de Staatssecretaris willen weten:
hoe kijkt hij aan tegen deze waarschuwingen? Deelt hij die zorgen? Is er onderzoek
gedaan naar die – ik neem aan onbedoelde – mogelijke neveneffecten van het smaakjesverbod?
Heeft de Staatssecretaris zicht op de grootte van deze groep? Klopt het dat meer dan
90%, volgens mij iets van 98%, van de groep die overgestapt is op de e-sigaret ex-roker
is? En is er bijvoorbeeld zicht op hoeveel mensen met andere middelen geprobeerd hebben
te stoppen met roken en nu uiteindelijk zijn uitgekomen bij de e-sigaret? Bent u met
deze mensen in gesprek geweest?
Ik heb nog een aantal andere vragen. Ik geloof dat ik het ook in de schriftelijke
ronde heb gevraagd, maar ik vraag toch nog even iets meer door. Ik zou graag willen
weten of er ook is gekeken naar andere opties dan een totaal verbod op smaakjes. Is
er ook gekeken naar bijvoorbeeld een optie om een bepaald aantal smaken beschikbaar
te houden voor mensen die toch de e-sigaret roken? Is er gekeken naar het beschikbaar
houden van bijvoorbeeld smaakjes zonder nicotine? Is er gekeken naar andere mogelijkheden
dan het nu gelijk overstappen op een totaalverbod op smaakjes?
Ik las ook ergens dat er nu onderzoek wordt gedaan of zal worden gedaan naar een smaakjesverbod
bij de waterpijp. Mevrouw Kuik vroeg daar ook naar. Mogelijk kunt u daar ook even
iets meer op ingaan.
Dank je wel.
De voorzitter:
Dank u wel. Mevrouw Bikker.
Mevrouw Bikker (ChristenUnie):
Voorzitter, dank u wel. Mochten er mensen thuis nieuw ingeschakeld zijn: ik noem heel
kort mijn hoofdlijn bij het tegengaan van tabak. Ook nu nog overlijdt in Nederland
elk halfuur iemand aan het gebruik van tabak. Als we daarover nadenken, moet het ons
allemaal wel de ernst inscherpen van het voorkomen dat jongeren gaan roken en ook
dat risico lopen, want niemand wil dat volgens mij voor al die jongeren die we allemaal
zo graag ontmoeten en bezig zien. Dus dat stimuleert de ChristenUnie-fractie om met
alles wat ze in zich heeft mee te werken aan die rookvrije generatie, in ieder geval
in 2040. Als het eerder gerealiseerd is, is dat geen enkel probleem.
Voorzitter. Dat vind ik dus eigenlijk ook gelden voor alle vrouwen die in verwachting
zijn en hun partners. Alsjeblieft, laten we daar nu al op inzetten. Zorg goed voor
het kindje dat je verwacht. Als je daar hulp bij nodig hebt, zoek die dan ook.
Juist in die lijn en ook in lijn met wat het RIVM heeft aangedragen om de doelen in
het Nationaal Preventieakkoord te halen, kunnen wij dit wetsvoorstel steunen. Die
verrassing breng ik dan nu maar alvast. Enerzijds ziet het natuurlijk op de nieuwe
apparaten die zijn ontwikkeld om tabak te verhitten. Ik weet niet eens goed hoe ik
«IQOS» uit moet spreken, voorzitter, dus dat zegt dan wel weer iets over mijn bekendheid
met de apparaten. Ik gok zo, maar als de voorzitter het beter weet, word ik vast vermaand.
Die elektronische verhittingsapparaten zoals de IQOS, dat staat voor «I quit ordinary
smoking», zijn nieuwe vormen die roken voor jongeren toch weer makkelijker en toegankelijker
maken. Juist dat willen wij graag tegengaan. Daarom steunen wij het onder de Tabaks-
en rookwarenwet brengen van deze apparaten.
Mijn vraag is wel: lopen we zo niet telkens achter de feiten aan? Nu is dit weer ontwikkeld.
Ik heb niet de vindingrijkheid om dan meteen weer iets anders te verzinnen, maar zijn
we nu genoeg techniekonafhankelijk in de formulering? Of is het wachten tot er weer
iets nieuws komt, dat je voor mijn part in de magnetron doet en opsnuift, of verzin
het maar? Zou er nog een iets verdergaande maatregel gevonden kunnen worden, zo vraag
ik de Staatssecretaris. Heeft hij daar ook overleg over met zijn collega's over de
grens? Want we horen van goede voorbeelden uit andere landen. Daar verwijst hij ook
volop naar in de memorie van toelichting.
Voorzitter. Ik heb nog twee punten. Wat betreft die verhittingsapparaten: we zien
nu ook al wel weer dat de tabaksindustrie eigenlijk een soort kanteling probeert te
simuleren, alsof ze toch bezig gaat met gezondheid en met plantaardige geneesmiddelen
via inhalatieapparaatjes. Het doel is uiteindelijk toch weer het aan de man brengen
van hun eigen troep. Ik word daar een beetje cynisch van. Ziet het kabinet nog mogelijkheden
om al die zogenaamde «vernieuwingen» in de tabakswaren nog strenger aan te pakken,
zoals ook bepleit is door longartsen als mevrouw De Kanter in Het Financieele Dagblad
van 4 mei?
Voorzitter. Het tweede ding dat dit wetsvoorstel regelt, is het neutraal maken van
sigaretten zelf, dus niet alleen de verpakking, maar ook de sigaretten zelf. Dat is
een mooie stap. Ik vind dat ook wel logisch, maar dan zou het toch ook in de lijn
der verwachting liggen om dat te doen bij de andere tabaksproducten? Daarom heb ik
een amendement gemaakt dat die mogelijkheid schept. Het is een kan-bepaling, dus het
hoeft niet direct. Je kunt, onderbouwd, kijken naar wat jongeren aantrekt. Misschien
valt een bepaalde dikke sigaar, die ik een oudere man nog weleens zie roken, maar
die verder wat minder gerookt wordt, daar wat minder snel onder, maar zodra dat hip
wordt, kan het juist weer de wens zijn om daar eisen aan te stellen. Ik krijg graag
een positieve reactie van de Staatssecretaris hierop. Het doel is echt, opnieuw, om
te voorkomen dat meer jongeren gaan roken, want wij weten wat voor ernstige gevolgen
dat heeft.
Ten slotte, voorzitter, want dat mag ook weleens: complimenten aan de Staatssecretaris
dat hij onvervaard doorgaat met het uitvoeren van het Preventieakkoord, juist op dit
punt, want dat is hard nodig.
De voorzitter:
Dank u wel. Dan is het woord aan mevrouw Van der Laan van D66. O, sorry, er is nog
een vraag van mevrouw Maeijer.
Mevrouw Maeijer (PVV):
De ChristenUnie wil ver gaan om tot een rookvrije generatie te komen. Ik zou toch
wat willen vragen over het smaakjesverbod voor de e-sigaretten. Een grote groep mensen
geeft aan dat ze overgestapt zijn op de e-sigaret omdat het hun simpelweg niet lukt
om te stoppen met roken. Daarom kiezen zij voor een minder schadelijk alternatief.
Zij hebben ons, en waarschijnlijk ook u, de afgelopen weken massaal benaderd. Zij
waarschuwen voor onbedoelde effecten. Zij maken zich er zorgen over dat ze terugvallen
op de tabakssigaret, dat ze producten over de grens gaan halen of dat er zelf gemengd
gaat worden. Hoe kijkt de ChristenUnie hiertegen aan? Want het kan natuurlijk niet
de bedoeling zijn van een smaakjesverbod dat u mensen straks weer massaal aan de tabakssigaret
helpt.
Mevrouw Bikker (ChristenUnie):
Ik heb dat ook gelezen. Dank voor die vraag. Ik heb me ook verwonderd over die smaakjes.
Ik wist tot voor kort niet dat appeltaartsmaak bestond. Meerdere mensen die mij mailden,
vonden die het allerlekkerst. Dan denk je: wat betekent dat? Ik ben er dus verder
naar gaan kijken en ontdekte dat er zelfs een unicornsmaak bestond. Toen werd ik eerlijk
gezegd al wat ongeruster. Voor deze groep is het wellicht inderdaad zo dat al die
smaakjes hen helpen, maar ik zie toch ook wel de aantrekkende werking die dit allermeest
op jongeren heeft, zoals van unicorn. Ik heb kinderen en ik weet dat het op een gegeven
moment gewoon hip is. Ik kan me nog meer verrassende smaakjes voorstellen. Als mevrouw
Maeijer naar het RIVM gaat, zal ze ontdekken dat er vele smaken zijn die mensen er
toch toe verleiden om te gaan roken. Ik denk dat de Staatssecretaris best nog eens
zijn inschatting uiteen kan zetten van wat het betekent voor de groep mensen die al
rookt, maar waarvan we absoluut hopen dat ze stoppen met roken. Juist het proeven
van tabak en hoe vies dat is, is dan misschien wel een aanleiding om te stoppen. Laten
we alles in het werk stellen om die mensen te helpen. Maar het veel grotere gevaar
is dat we met allerlei verblindende smaakjes mensen soort van helpen om te blijven
roken. Dat steun ik niet, dus vandaar dat ik het wetsvoorstel wel snap.
Mevrouw Maeijer (PVV):
Er is inderdaad een veelheid aan smaken. Ik heb mij daar ook over verwonderd als niet-roker,
niet-damper of hoe het ook heet. Volgens mij is er ook RIVM-onderzoek waaruit blijkt
dat de populairste smaken menthol en fruit zijn. Zou het niet beter zijn om te onderzoeken
of er niet een andere mogelijkheid is dan een totaalverbod? Want je weet dat je een
bepaalde groep mensen mogelijk terugdrijft naar de tabakssigaret, omdat zij nu eenmaal
gekozen hebben voor banaan of appel of ik-weet-niet-welke smaak. Het zou toch heel
erg zonde zijn als dat het gevolg is van het wetsvoorstel of het besluit dat hier
nu voorligt? Dat kan toch niet de bedoeling zijn? Dat zijn mensen die veelal hebben
geprobeerd te stoppen met roken, maar bij wie het niet is gelukt. Zij hebben nu een
alternatief.
Mevrouw Bikker (ChristenUnie):
Dit is duidelijk een weging. Je ziet dat er beide kanten op gevolgen zijn. Ik zou
het ook andersom tegen mevrouw Maeijer kunnen zeggen. Van zo'n IQOS of andere e-smoker
teruggaan naar tabak roken is een kleinere stap dan wanneer je helemaal gestopt bent.
Dat is één. Daarmee maken we het mensen dus ook moeilijker om te stoppen. Zo zou je
ook kunnen redeneren.
Een tweede punt is dat jongeren hierdoor nog steeds makkelijker de stap maken. Het
is inderdaad minder schadelijk; dat blijkt uit onderzoek. Tegelijkertijd maakt het
de stap naar verdergaan met roken makkelijker. Het vergroot dus toch de kloof met
helemaal niet beginnen. Ik wil die kloof groter hebben en wil dat mensen er gewoon
niet aan beginnen. Als je begint met lekker appeltaart opzuigen, kun je er misschien
maar beter een bakken. Dan ben je er toch een hele dag mee bezig. Dat is ook niet
zo gezond, maar toch van een andere omvang en ernst dan dat je aan zo'n inhalator
zit.
Mevrouw Maeijer (PVV):
Tot slot, voorzitter. Ik hoor heel graag ook van de Staatssecretaris hoe het precies
zit met die groep mensen die nu gebruikmaakt van de e-sigaret. Voor het merendeel
zijn dat ex-rokers. Het zijn dus geen mensen die denken: goh, ik rook niet, maar laat
ik eens unicorn gaan roken. Het zijn mensen die hebben gerookt, die daarvan af willen,
die het hebben geprobeerd en die nu daarbij zijn uitgekomen. Dat is een andere groep,
lijkt mij.
De voorzitter:
Ten slotte, mevrouw Bikker.
Mevrouw Bikker (ChristenUnie):
Daar zit precies het lastige, want ook qua handhaving en uitvoerbaarheid zijn die
groepen niet uit elkaar te trekken bij het verkopen van deze apparaten en bij het
verkopen van deze smaakjes. Hoezeer ik de afweging van mevrouw Maeijer begrijp tussen
mensen die gebruiken en mensen die liever appeltaart roken dan pure tabak: er zit
wel een afweging in qua uitvoerbaarheid en handhaafbaarheid. Ik snap dan de afweging
van de regering, maar het is natuurlijk prima als dat nog eens verder wordt uitgelegd.
Als er ook nog wegen zijn om mensen die op weg naar het stoppen hier halt gehouden
hebben, verder te helpen om te stoppen, dan heb ik alle bereidheid om mee te denken
met goede voorstellen van de PVV-fractie.
De voorzitter:
Dank u zeer. Dan is nu het woord aan mevrouw Van der Laan namens D66.
Mevrouw Van der Laan (D66):
Dank u wel. Wij zijn voor een rookvrije generatie. Dat willen we graag versnellen
en versterken. Het is fijn dat we vandaag achterelkaar over twee wetswijzigingen kunnen
spreken. Ik heb ook mailtjes gekregen, mevrouw Maeijer. Daar zullen vast mailtjes
tussen hebben gezeten van mensen die gestopt zijn met roken en dan vapors en dampers
gebruiken. Heel veel van die mailtjes noem ik ook gewoon bots; geautomatiseerde mailtjes
die ik heb gekregen. Wekenlang was dit het kenmerk van een wereldwijde agressieve
marketing van de tabakslobby. Dat gaat mij heel ver. Ik noem de drempel die net ook
is aangehaald. Het gebruik van e-cigarettes met lekkere smaakjes wordt geromantiseerd.
Mij gaat het erom dat mensen niet beginnen. Het zijn veelal jongeren die beginnen.
Als die drempel lager is door het gebruik van e-cigarettes, dan is de kans drie tot
vijf keer groter dat ze daadwerkelijk gaan roken. Dat gaat mij te ver; dat willen
we niet. Vandaar dat wij achter de maatregelen staan die hier vandaag voorliggen.
Dit wetsvoorstel regelt dat naast de verpakkingen ook de sigaretten een neutraal uiterlijk
krijgen. Er is bij de verpakkingen gekozen voor een groen-bruine kleur. Deze zou het
meest onaantrekkelijk zijn. Deze wet gaat erover dat ook de sigaretten zelf neutraal
moeten zijn, maar welke kleur moeten deze krijgen? Ook bruin, of blijft het bij wit?
Ik snap dat we niet willen dat sigaretten glitters of leuke kleurtjes bevatten, maar
het is mij nog niet helemaal duidelijk welke kleur en formaat het kabinet dan gaat
voorstellen.
Omdat deze wet ook eisen gaat stellen aan de kenmerken van een sigaret, vraag ik me
af wat de stand van zaken is rond de zogenoemde «sjoemelsigaret» en de Europese regelgeving
ten aanzien van de meetinstrumenten. Er wordt gemeten of sigaretten niet te veel schadelijke
stoffen bevatten, maar door kleine gaatjes in de sigaretten kunnen tabaksproducenten
deze meetmethode omzeilen, zo bevestigde ook het RIVM. Nu wil de Europese Commissie
nog steeds niet de eisen voor een goede meetmethode aanpassen. Dat was recentelijk
in het nieuws, in mei 2021. Wat zijn de ontwikkelingen op dit punt of wat kan de Staatssecretaris
hier verder aan doen?
Naast sigaretten zijn er andere tabaksproducten die schadelijk zijn voor de volksgezondheid,
zoals de e-cigarette. Daar heb ik net al wat over gezegd. Wij vinden dat voor e-cigarettes
dezelfde regels moeten gaan gelden als voor gewone sigaretten. Wij steunen dan ook
het voorstel om deze producten onder de tabakswet te laten vallen. Wel is voor mij
nog onduidelijk wat de plannen zijn voor het uiterlijk van tabaksproducten als sigaren,
cigarillo's, tabaksticks en e-sigaretten. In het Preventieakkoord is gesteld dat wordt
overwogen om de verpakkingen in 2022 gelijk te trekken. Wat is daarvan de stand van
zaken en hoe zit het met het uiterlijk van deze producten zelf? Sigaren en cigarillo's
zijn gewikkeld in een blad, dus die zijn al vrij neutraal, zou je kunnen zeggen. Ik
ben benieuwd naar de reactie. Is dan ook bekend hoeveel effect dit zou hebben?
Dank u wel.
De voorzitter:
Dank u wel. Dan ten slotte van de zijde van de Kamer de heer Van Campen van de VVD.
De heer Van Campen (VVD):
Voorzitter. Dank u wel. In het hiervoor gevoerde debat hebben we met elkaar uitvoerig
stilgestaan bij de schadelijke effecten van roken. De cijfers zijn ons inmiddels wel
helder: 20.000 doden per jaar als gevolg van tabaksgebruik. 75 startende jongeren
per dag. Het is onacceptabel en moet worden teruggebracht. Voor de VVD geldt bij de
weging van dit voorstel eigenlijk maar één ding: de gezondheidsconsequenties voor
de gebruiker. Langs die lijn hebben wij het voorliggende voorstel beoordeeld.
Het is logisch dat het decennialange beleid van rookontmoediging heeft geleid tot
het zoeken naar alternatieve wegen. Zo stelt de regering dat uit onderzoek blijkt
dat tabaksfabrikanten bij het invoeren van nieuwe regels de grenzen van de wet opzoeken
om het doel van de wet te omzeilen. Recent heeft de Staatssecretaris een voorstel
om smaakjes in elektronische sigaretten te verbieden, voorgelegd aan de Raad van State.
Net als een aantal collega's al zeiden: ook onze mailboxen stroomden vol met berichten
van mensen die ons opriepen om hier niet in mee te gaan. Juist omdat dit hen van het
nog ongezondere roken afbracht, zo lezen we veel.
Hetzelfde dilemma doemt op bij het voorliggende wetsvoorstel. Ik wil hier graag stilstaan
bij wat dit voor onze fractie betekent, want wij willen niet dat mensen van de regen
in de drup belanden. Wij zijn overtuigd door onderzoek dat stelt dat ook het gebruik
van elektronische sigaretten slecht is voor de gezondheid. Het dient als opmaat naar
het gebruik van de klassieke sigaret of de twee worden naast elkaar tegelijkertijd
gebruikt. Ook al zijn wij wars van het geheven vingertje en het betuttelende toontje:
wij willen gewoon dat mensen de kans krijgen om een leven lang gezond te zijn. Het
voorstel om in te kunnen grijpen op kleur- en uitstraling van sigaretten weegt de
VVD langs het uitgangspunt van beleidsconsistentie.
Voorzitter. Het is eigenlijk niet uit te leggen dat je enerzijds forse maatregelen
neemt om de sigarettenprijs te verhogen, speciaalzaken vraagt om hun reclame in te
binden en alleen onder de strengste voorwaarden in de speciaalzaak nog tabaksproducten
te mogen laten zien, en je anderzijds de tabaks- en rookwarenindustrie de volle gelegenheid
geeft om fancy, hippe sigaretten te maken, terwijl de afschrikwekkende foto's van
de gevolgen van het roken van de pakjes af springen.
Wat gaat de Staatssecretaris nu precies doen met de bevoegdheid die hij hier van de
Kamer vraagt? Het voorschrijven van neutrale sigaretten behoort niet tot de implementatie
van de Tabaksproductenrichtlijn, zegt hij. Maar wat regelt die nu concreet precies?
De ministeriële regeling moet, voor zover ik heb begrepen, nog worden opgesteld. Daarin
gaat de regering eisen stellen aan het uiterlijk van sigaretten, maar welke eisen
zijn dat? Daar zit ook een gevoeligheid voor de uitvoering volgens de NVWA, zo lezen
we. Zij kunnen eigenlijk pas echt beoordelen wat de impact is op het moment dat de
ministeriële regeling bekend is.
Kan de Staatssecretaris aangeven hoe dat vervolgtraject eruitziet, wanneer de ministeriële
regeling bekend wordt en of het de bedoeling is dat die gelijktijdig in werking treedt
met het wetsvoorstel? Ik hoor graag een reactie van de Staatssecretaris. Wel moet
worden opgemerkt dat het in ieder geval een hele opluchting is dat onder «verhittingsapparaten»
niet magnetrons en ovens worden verstaan. Dat stelt in ieder geval de lasagne voor
het komende weekend weer veilig, zou ik maar willen zeggen.
Voorzitter. Tot slot. Onder de streep zijn mensen zelf verantwoordelijk voor de keuzes
die ze maken in het leven. Het past een overheid niet daar een waardeoordeel aan te
verbinden, iets wat ik mij als liberaal nooit in het hoofd zou halen om te doen. Wel
vind ik dat de overheid de plicht heeft om alles in het werk te stellen om mensen
de kans te geven, hun leven gezond te kunnen leiden. In afwachting van de antwoorden
op onze vragen zien wij het voorliggende voorstel als ondersteuning van dat uitgangspunt.
Dank u wel.
De voorzitter:
Ik dank u zeer. Dan zijn wij heel vlot gekomen aan het einde van de eerste termijn
van de Kamer. Ik stel voor dat we gaan schorsen tot 14.00 uur en dan gaan we luisteren
naar de antwoorden van de Staatssecretaris.
De vergadering wordt van 13.43 uur tot 14.04 uur geschorst.
De voorzitter:
We gaan, als de ondersteuning haar plaats heeft ingenomen, het woord geven aan de
Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.
Staatssecretaris Blokhuis:
Dank, voorzitter. Dit is de behandeling van het tweede wetsvoorstel dat vandaag aan
de orde is. Ik wil beginnen door toch even met ere de namen te noemen van twee longartsen:
Wanda de Kanter en Pauline Dekker. Wanda de Kanter is gestopt als longarts; zij is
nu helemaal bezig met de strijd tegen het roken. Inmiddels zijn ze allebei officier
in de Orde van Oranje-Nassau vanwege hun verdiensten in de strijd tegen het roken.
Een van de woordvoerders noemde hun naam. Toen dacht ik: ik vind het ook wel gepast
om hun namen te noemen, omdat zij er heel consequent in zijn en ze volgens mij van
grote betekenis zijn voor het gezondheidsbelang van Nederland.
Dit tweede wetsvoorstel brengt elektronische verhittingsapparaten onder de Tabaks-
en rookwarenwet. Dat zijn apparaten die tabak niet verbranden, zoals bij een sigaret
gebeurt, maar die verhitten. Voor de goede orde: ik heb het hier dus niet over e-sigaretten,
omdat die vloeistof verhitten. E-sigaretten vallen al onder het rookverbod. Hier gaan
we dat regelen voor de elektronische verhittingsapparaten. Ik ga daar wel een stap
verder in. Verschillende woordvoerders hebben al gerefereerd aan het verbieden van
smaakjes. Daar kom ik straks apart op terug.
Maar voor de duidelijkheid: dit wetsvoorstel gaat over verhittingsapparaten en niet
over e-sigaretten. De IQOS – zo spreek je dat uit, zeg ik even tegen mevrouw Bikker
– van Philip Morris is een voorbeeld van een elektronisch verhittingsapparaat. Het
ziet eruit als een gadget en het is vernieuwend en slim ontworpen. Vooral voor jongeren
is dat aanlokkelijk. Het gebruiken van de IQOS is schadelijk voor de gezondheid. De
tabaksstick die met IQOS wordt verhit, bevat onder andere kankerverwekkende stoffen;
dat blijkt uit onderzoek van het RIVM.
De tabaksstick is als een tabaksproduct gedefinieerd, en valt daarom al onder de Tabaks-
en rookwarenwet, maar dat verhittingsapparaat zelf nog niet. Omdat elektronische verhittingsapparaten
noodzakelijk zijn voor het verhitten van tabakssticks, kunnen deze apparaten niet
los worden gezien van die tabaksproducten. Daarom wordt met deze wetswijziging ook
het apparaat zelf onder de Tabaks- en rookwarenwet gebracht. Dit naar analogie van
de e-sigaret, waarbij zowel het apparaat als de navulvloeistof onder de Tabaks- en
rookwarenwet valt.
Mevrouw Bikker zei: de industrie is ons nog steeds te snel af en hoe kan je alles
onder één definitie vangen? Dat hebben we nu geprobeerd zo breed mogelijk te doen.
Het is mijn grootste ambitie om niet achter de feiten aan te hollen bij het tabaksbeleid.
Wij hebben geprobeerd dit zo breed te definiëren dat allerlei nieuwe gadgets er ook
onder zouden moeten vallen. De industrie is inventief, is vandaag meermalen gebleken.
Ik beloof dus niet dat ze ons niet op een andere manier gaan verrassen, maar dan gaan
we kijken of we daar dan ook weer zo snel mogelijk op kunnen reageren.
Voorzitter. We gaan het in het wetsvoorstel zo regelen dat verschillende wettelijke
verboden die nu al gelden voor tabaksproducten, zoals het rookverbod, het reclameverbod
en de leeftijdsgrens van 18 jaar, ook op deze apparaten worden toegepast. Onze kinderen
moeten kunnen opgroeien in een rook- en tabaksvrije omgeving. Dat betekent ook dat
kinderen beschermd moeten worden tegen de verleiding om elektronische verhittingsapparaten
te kopen en te gebruiken. Dat is het ene deel van het wetsvoorstel.
In het wetsvoorstel is nog een wijziging opgenomen. Daarmee wordt het mogelijk om
bij een ministeriële regeling eisen te stellen aan het uiterlijk van sigaretten. Deze
maatregel ligt in het verlengde van de eis die sinds 1 oktober 2020 geldt, namelijk
dat verpakkingen van sigaretten en shagtabak neutraal moeten zijn. Door nu ook een
standaarduiterlijk voor sigaretten zelf voor te schrijven, wordt voorkomen dat de
marketingactiviteiten worden verplaatst van de verpakking naar de sigaret zelf. Een
standaarduiterlijk voor een sigaret trekt minder de aandacht. Ik ga straks in op andere
producten.
Dat brengt me bij het eerste blokje met antwoorden, over de inhoud van het wetsvoorstel.
Het tweede blokje gaat over e-sigaretten. Dat gaat om vragen die niet rechtstreeks
betrekking hebben op dit wetsvoorstel, maar die wel gesteld zijn over de e-sigaret.
Tot slot is er een blokje overig. Ik heb dus drie blokjes, voorzitter.
Het eerste blokje is: de inhoud van het wetsvoorstel. Het tweede blokje gaat over
e-sigaretten. Dat zijn dus vragen die niet rechtstreeks betrekking hebben op dit wetsvoorstel,
maar wel zijn gesteld. Tot slot heb ik een blokje overig. Ik heb dus drie blokjes,
voorzitter.
Het wetsvoorstel zelf. CDA, ChristenUnie, Volt en D66 hebben vragen gesteld over het
neutrale uiterlijk van de tabaksproducten. Er wordt hier een mogelijkheid geboden
om een neutraal uiterlijk te ontwerpen voor de sigaret. Verschillende vraagstellers
vroegen: waarom doe je dat niet ook voor cigarillo's, sigaren, heatsticks of andere
dingen? Het simpele antwoord is: de huidige formulering van dit wetsvoorstel laat
dat niet toe. Dan moet de grondslag van dit wetsvoorstel worden uitgebreid. Die kan
natuurlijk wel worden uitgebreid en ik zie dat mevrouw Bikker daar een amendement
over heeft ingediend op stuk nr. 7. Ik weet niet of alle leden dat ook hebben gezien.
Maar in de toelichting wordt dus aangegeven dat er meer producten onder de werking
van dit wetsvoorstel moeten worden gesteld, zodat ook cigarillo's, sigaren en andere
rookproducten neutraal kunnen worden vormgegeven. Ikzelf zie dat als in lijn met de
afspraken die we hebben gemaakt in het Preventieakkoord. In dat licht bezien, wil
ik bij dit amendement de appreciatie geven: oordeel Kamer.
Mevrouw Kuik heeft gevraagd: hoeveel verkooppunten voor verhittingsapparaten gaan
er verdwijnen? Wordt in monitors meegenomen hoeveel verkooppunten van e-sigaretten
er zijn en wat de ontwikkelingen hierin zijn? De regelgeving over de vermindering
van de verkooppunten, zoals het verbod op verkoop via internet en in supermarkten,
waar we het het vorige uur ook over hadden, geldt ook voor e-sigaretten en verhittingsapparaten.
Het aantal verkooppunten zal de komende jaren naar alle waarschijnlijkheid wel gaan
afnemen. Wij monitoren het aantal verkooppunten van deze producten nu echter nog niet.
Het merendeel van de verkooppunten van tabak verkoopt echter ook e-sigaretten. De
verkooppunten hebben we wel in beeld bij de gecombineerde verkoop, dus e-sigaretten
en gewone sigaretten en sigaren. Op hoofdlijnen zullen we daarmee wel zicht gaan krijgen
op verkooppunten van e-sigaretten en dat is volgens mij precies de bedoeling van mevrouw
Kuik.
Voorzitter. Ik heb de vraag van mevrouw Bikker over IQOS eigenlijk al meegenomen in
mijn inleiding. We lopen achter de feiten aan en we moeten het niet in een bredere
verzamelnaam stoppen. Ik ben daarop ingegaan, dus die hoef ik niet apart te beantwoorden.
Verschillende fracties hebben gevraagd: hoe gaat zo'n sigaret er nou uitzien? In de
wet is een delegatiebepaling opgenomen, zodat de eisen aan de standaardsigaret, waaronder
de kleur, bij ministeriële regeling worden vastgesteld. De vormgeving wordt bij ministeriële
regeling vastgesteld. In Australië, Frankrijk, Hongarije, Nieuw-Zeeland, Noorwegen
en Ierland is dit al gerealiseerd. Er zijn dus nogal wat landen die hiermee bezig
zijn, dus we lopen hier echt niet in voorop. We horen wel bij de kopgroep, maar er
zijn landen die dit gewoon al hebben. Daar is gekozen voor een witte sigaret. Voor
de eisen aan een neutrale sigaret is gekozen om aan te sluiten bij regelgeving in
andere landen. Dat is ons uitgangspunt. Als er Kamerleden zijn die het stoer vinden
om in Nederland met olijfgroene sigaretten te gaan werken, dan onderscheiden we ons,
maar dit wordt bij ministeriële regeling vastgesteld, dus geeft u ons alstublieft
het vertrouwen dat wij dat goed gaan doen. Al die landen die ik net noemde, hebben
gekozen voor wit.
De heer Van Campen heeft gevraagd: wat gaat de Staatssecretaris doen met de bevoegdheid
die hij hier van de Kamer vraagt? Hoe ga je dat vormgeven? Ik noemde al die landen
die als voorbeeld hebben gediend. In de ministeriële regeling worden de specifieke
eisen gesteld voor het uiterlijk van sigaretten. Ik herhaal eigenlijk weer het antwoord
dat ik net gaf: dat wordt in de ministeriële regeling vastgelegd. Dat is een bevoegdheid
van het kabinet, zoals u weet. Wij neigen ernaar om de lijn te volgen van landen die
hetzelfde hebben gedaan. Alle gadgets gaan dus afgehouden worden van het uiterlijk
van een sigaret en geen randjes en tierelantijntjes. Het wordt een plain witte sigaret,
tenzij er een filter aan zit. Ik weet niet of een filter ook wit moet. Daar kun je
nog over verschillen. Dit waren alle antwoorden over het wetsvoorstel zelf.
Dan ga ik over naar de antwoorden op de vragen over de e-sigaret. Er is veel gesproken
over het smaakjesverbod. Mevrouw Maeijer vroeg: ik heb daar kennis van genomen, maar
zijn er nou nog alternatieven overwogen, bijvoorbeeld om een paar smaakjes te houden?
In antwoord daarop het volgende. Wetenschappelijk onderzoek toont aan dat zoete smaken
de e-sigaret aantrekkelijk maken, met name voor jongeren. Ik ben ook bij het RIVM
geweest; misschien meer woordvoerders van de Kamer ook. Ik vond het ongelofelijk hoe
inventief dat is. Bij dozijnen staan daar de smaakjes. Die zijn echt niet bedoeld
voor 80-plussers, die zijn goeddeels gericht op jongeren. We willen een rookvrije
generatie. Dan moet je je ook richten op jongeren. Om deze jongeren te beschermen
en het gebruik van de e-sigaret te ontmoedigen, is daarom besloten om alle smaken
anders dan tabak te verbieden. Het kabinet is van mening dat het beschermen van jongeren
tegen de schadelijkheid en verslavendheid van het product zwaarder weegt dan de aantrekkelijkheid
van de e-sigaret als stoppen-met-rokenmiddel. Het gros van de smaakjes heeft ook niente,
nada, niks met tabak te maken, zoals mevrouw Bikker ook aangaf: appeltaart, blueberry
cheesecake et cetera. Daarom beperken we ons tot puur tabak. Ik zeg daarbij dan ook
gelijk, ook in de richting van mevrouw Maeijer, dat wat ons betreft de e-sigaret natuurlijk
een instrument blijft dat ingezet kan worden om mensen te laten afkicken van de verslaving.
Dat heb ik ook in eerdere debatten gezegd, ook tegen de fractie van de PVV. Dat vinden
wij een te verdedigen route, maar daar hebben we echt geen smaakjes voor nodig, want
mensen die verslaafd zijn aan tabak kun je ook via de e-sigaret, via de tabakssmaak,
laten afkicken. Daar hebben ze volgens mij geen appeltaart voor nodig.
Voorzitter. Mevrouw Maeijer vroeg: hoe kijkt de Staatssecretaris aan tegen de waarschuwingen
over onbedoelde mogelijke neveneffecten van het smaakjesverbod? Klopt het dat ongeveer
90% van de mensen die de e-sigaret roken, ex-rokers zijn? Veel e-sigaretgebruikers
roken ook nog tabakssigaretten. Dat blijkt uit onderzoek. Dat vind ik heel zorgelijk.
Misschien is de combinatie zelfs nog schadelijker dan het gebruik van een van beide
producten. Doordat beide producten gebruikt worden, bestaat er een kans dat mensen
door het smaakjesverbod gaan terugvallen naar de reguliere sigaret. Het kabinet is
dan ook van mening dat zowel roken als dampen schadelijk is en dat de grootste gezondheidswinst
wordt behaald wanneer rokers volledig stoppen met beide producten. Roken past daar
niet bij en een vervangend schadelijk product zoals het overstappen op de e-sigaret
is geen goede vervanging, tenzij het is om heel gericht onder begeleiding af te kicken.
Het beleid van de regering is er daarom op gericht de consument te wijzen op gezondheidsrisico's
van tabaksproducten en aanverwante producten, waaronder e-sigaretten. Wij zien ook
in andere landen dat de e-sigaret echt een opstapproduct is voor jonge mensen, voor
niet-rokers, naar roken. Zoals ik al aangaf: als je het gebruikt als afkickinstrument,
dan zijn we gelijk in gesprek.
Dat brengt me bij het kopje overig, voorzitter.
Mevrouw Maeijer (PVV):
Ik haak daar toch nog even op in. Van hoeveel mensen van de groep dampers die nu de
e-sigaret gebruiken, verwacht de Staatssecretaris dat ze zullen terugvallen op het
gebruik van de tabakssigaret door het verbod op de smaakjes?
Staatssecretaris Blokhuis:
Volgens mij is daar nog nooit onderzoek naar verricht. Ik hoop eerlijk gezegd: zo
weinig mogelijk. Ons streven is gewoon en-en. Wij willen én de e-sigaret terugdringen
én de gewone sigaret, want ook de e-sigaret, zo hebben verschillende onderzoeken laten
zien ... Er is ook internationaal onderzoek. Wij spannen ons ervoor in om zowel de
tabakssigaret zelf, dus de sigaret zonder vloeistof, als de e-sigaret terug te dringen.
Het is dus en-en. Wat mij betreft is de vraag of er terugval is minder interessant.
We willen allebei niet.
Mevrouw Maeijer (PVV):
Dat begrijp ik. Dat wil, denk ik, iedereen. Niemand hier pleit ervoor dat iedereen
massaal een e-sigaret gaat roken. Dat is ook niet mijn inbreng, integendeel. Alleen
is er nou eenmaal een groep mensen die hem gebruikt en die aangeeft: ik heb geprobeerd
te stoppen en het lukt me niet; ik ben nu uitgekomen bij de e-sigaret. Ik ben bang
voor het volgende. Schiet u zichzelf straks niet in de eigen voet als blijkt dat er
eigenlijk helemaal geen zicht is op hoeveel mensen dan zeggen terug te vallen op de
tabakssigaret?
Staatssecretaris Blokhuis:
Ik zou willen voorstellen om sowieso te monitoren wat de effecten daarvan zijn. Dat
sluit ook aan op de motie van mevrouw Maeijer uit het vorige debat. Ik bedoel dat
we in beeld brengen welk effect deze specifieke maatregel heeft, die overigens nog
van kracht moet worden. Ik heb eerlijk gezegd ook woordvoerders van de PVV-fractie
een pleidooi horen houden voor het roken van de e-sigaret. Het zijn niet mevrouw Maeijer
en mevrouw Agema, maar andere woordvoerders die daar een pleidooi voor hebben gehouden.
Ik zou het jammer vinden als de indruk gaat bestaan dat het een goed alternatief is.
Wat dit kabinet doet, is het volgende. Wij willen wel e-sigaretten die een tabakssmaak
hebben in de lucht houden, juist om mensen in staat te stellen om via de e-sigaret
af te kicken van de reguliere sigaret. Het is een hele gekke route als we van de reguliere
sigaret via appeltaart en strawberry naar nul gaan. We moeten daar ook de doortraptheid
van de tabaksindustrie in zien. Die producten zijn echt niet gericht op de oudere
generatie. Die zijn echt gericht op de jongere generatie. Die willen ze op die manier
in aanraking laten komen met tabaksverwante producten.
Voorzitter. Ik ga naar de overige vragen. Allereerst over de accijnsverhoging. Mevrouw
Gündoğan vroeg: hoe sta je tegenover een accijnsverhoging voor volgend jaar, maar
ook verder kijkend? Zoals mevrouw Gündoğan weet, hebben wij in het Preventieakkoord
afgesproken dat we mikken op een tientje in 2023. Ik heb weleens gezegd in een interview:
wat mij betreft mag het wel € 20 per pakje worden. Ik hoorde mevrouw Gündoğan zeggen:
van mij mag het € 15 worden. Dat zit er mooi tussenin. Maar feit is dat onomstreden
is dat het duurder maken van sigaretten een van de beste instrumenten is om roken
onaantrekkelijk te maken en terug te dringen.
Wij hebben onderzoek gedaan naar de effecten van de eerste accijnsverhoging. Dat moet
materiaal bieden om voor het Belastingplan van volgend jaar een weloverwogen besluit
te kunnen nemen om tot verdere verhoging over te gaan. Wat betreft de stappen daarna
kan ik zeggen dat wij eerder hebben aangegeven dat een besluit over een verdere verhoging
naar dat tientje na 2023 – dat moet een volgend kabinet doen, tenzij de formatie echt
heel lang duurt – in de zomer van volgend jaar genomen zou moeten kunnen worden. Dat
lijkt me een heel logisch moment om te zeggen: is volgend jaar de laatste verhoging
of gaan we daarmee verder?
Mevrouw Bikker (ChristenUnie):
Sorry, want ik stelde hier nu geen vragen over, maar ik probeer hier ook de erfenis
van mijn voorganger mevrouw Dik-Faber goed te beheren. Vandaar dat ik mij meld, want
juist van haar hand is bij het vorige overleg over preventie, in februari, een motie
aangenomen die erop ziet om bij het Belastingplan 2022 al voorstellen te doen om,
na ommekomst van het onderzoek waarover de Staatssecretaris net sprak, toch die accijnzen
te verhogen. Nu bespeur ik in het antwoord van de Staatssecretaris heel licht dat
het zou kunnen dat het toch een jaar verder geduwd wordt dan de motie uitspreekt.
Dat zou ik zeer betreuren, want er is Kamerbreed – volgens mij gaat het om meer dan
90 zetels, dus dat is toch wel een ruime steun in de rug van de Staatssecretaris –
gezegd: kijk hier alvast naar voor het Belastingplan 2022.
Staatssecretaris Blokhuis:
Dat laatste gaan we heel nadrukkelijk doen. We hebben dat onderzoek. We moeten op
basis daarvan gaan kijken of er voldoende reden is om de volgende accijnsverhoging
volgend jaar te effectueren. Het mag duidelijk zijn dat ik me ervoor in wil zetten
dat we die stap inderdaad gaan zetten. Als ik dat zeg, stel ik mij daarmee al best
wel kwetsbaar op, want dit is mijn inzet in het kabinet en als het niet lukt, weet
de Kamer dat ik niet mijn punt heb gehaald. Maar ik geef mijn inzet bloot. Dat is
in het kader van transparantie wel handig, denk ik. En ik voel mij breed gesteund
door 90 Kamerleden. Dat is wel een comfortabele gedachte.
Mevrouw Bikker (ChristenUnie):
Zelfs 91. Hoe fijn is dat?
Staatssecretaris Blokhuis:
Voorzitter. Ik kom bij het onderwerp shishalounges. Daar hebben verschillende fracties
vragen over gesteld: mevrouw Maeijer, mevrouw Kuik en ook anderen. Er werd gevraagd:
wanneer ontvangt de Kamer het toegezegde onderzoek naar scenario's om de blootstelling
aan schadelijke stoffen in shishalounges te verminderen? Inmiddels weten we dat de
regering van plan is om smaakjes te verbieden, zeggen de vraagstellers. Zij vragen:
gaat dit ook gelden voor smaakjes in waterpijpen en, zo ja, welk effecten heeft dat
dan op shishalounges? Het onderzoek waarnaar wordt gevraagd, is binnenkort gereed.
Ik verwacht het rapport na het zomerreces aan de Kamer te kunnen aanbieden.
Het verbieden van zoete smaakjes voor waterpijptabak is een van de scenario's. Maar
dan komt er een teleurstellende mededeling: juridisch gezien blijkt het niet mogelijk
te zijn om die nu te verbieden, omdat de Europese Tabaksproductenrichtlijn geen ruimte
aan de lidstaten biedt om zelf smaken van tabak te reguleren. Dat kan wel, maar dan
moet de betreffende richtlijn worden aangepast. Als de vragenstellers zeggen «doe
dat dan», dan neem ik die uitnodiging gelijk aan om daar onze invloed aan te wenden.
Het mag namelijk duidelijk zijn dat we geen objectieve verdediging hebben als we dat
onderscheid moeten uitleggen. In Europa moeten we daar dus het gesprek over aangaan
om dat ook te effectueren.
Voor vloeistoffen voor e-sigaretten hebben lidstaten wél de ruimte om smaken te verbieden.
Dat is best wel vreemd. We moeten daar dus het Europees gevecht over aangaan. Ik ben
de eerste die de vinger opsteekt om dat te doen.
Voorzitter. Mevrouw Kuik heeft gevraagd naar de nicotinezakjes; weer iets nieuws.
We kenden snus, maar dit is weer iets anders. Als we niet oppassen zijn die nicotinezakjes
opeens de gadget die je als jongere moet hebben. Deze producten vallen niet onder
de Tabaks- en rookwarenwet. Ik heb de Kamer begin dit jaar, op 4 maart, geïnformeerd
over mijn wens om deze producten onder de Tabaks- en rookwarenwet te reguleren. Intussen
worden we op dit punt ook haast weer ingehaald door de actualiteit. De populariteit
neemt namelijk wel met hele forse schreden toe. Ik bekijk nu samen met de toezichthouder
welke mogelijkheden er zijn om onder de Warenwet te handhaven, om zo met name jongeren
en mensen die geen tabak gebruiken te beschermen tegen gebruik van deze producten.
Dus de eerste lijn zou zijn om onder de Warenwet een verbod in te stellen. Ik wil
daarnaast, want dat is een steviger lijn om het goed te borgen, een wetswijziging
voorbereiden om nicotineproducten zonder tabak op te nemen in de Tabaks- en rookwarenwet
en om nicotinezakjes in het bijzonder te verbieden. Dus dat is de langetermijnoplossing.
De oplossing op de korte termijn is de Warenwet. Ik hoop de Kamer daar op korte termijn
over te informeren.
Mevrouw Van der Laan heeft gevraagd naar de sjoemelsigaret. Ik vind dat een terechte
vraag, want dat is ook zo'n gebed zonder end, waarbij je hoopt dat dat inzicht ook
breder doorbreekt dan alleen in Nederland. U weet dat ik me daar in de afgelopen jaren
fors voor heb ingespannen. Ik heb daar de vorige Eurocommissaris en ook de huidige
Eurocommissaris persoonlijk op aangesproken. Mevrouw Kyriakides was heel geïnteresseerd,
evenals Andriukaitis, de vorige Eurocommissaris. Ik heb ze gezegd dat de ISO-meetmethode
voor teer, nicotine en koolmonoxide niet correct is. Die methode is nota bene ontwikkeld
door de tabaksindustrie zelf; over verdacht gesproken. De huidige Eurocommissaris
was geïnteresseerd en heeft mij gezegd dat ze dat wil bezien. In het implementatierapport
over de Europese Tabaksproductenrichtlijn van 20 mei jongstleden kwam zij erop terug.
Daarin zegt ze dat er geen enkele methode is die het rookgedrag van mensen nabootst
en dat er geen nieuwe wetenschappelijke en technische ontwikkelingen zijn die een
wijziging van de meetmethode rechtvaardigen. Nou, dat is een waardeloos idee. Dat
is een waardeloos verhaal; laat ik dat gewoon maar zeggen. We hebben namelijk de Canadian
Intense-methode. Die benadert de werkelijkheid veel beter. Die plakt namelijk het
filter dicht, zoals een mens ook doet als hij rookt. Je omsluit het filter met je
vingers en je mond, waardoor die gaatjes allemaal dicht zijn.
Ik blijf me hiervoor inzetten, maar dit is wel een hele teleurstellende tussenstap.
De volgende gelegenheid om te pleiten voor vervanging van de meetmethode is nádat
de Europese Commissie haar voorstel voor de herziene richtlijn heeft gepubliceerd.
Daar is nog geen datum voor voorzien. In Europa gaat dat niet heel snel, maar ik beloof
aan de Kamer dat ik mij daarvoor blijf inspannen. Ik spreek hier ook met Europarlementariërs
over en ook met collega-bewindspersonen uit Frankrijk, Duitsland, België en andere
landen. Iedereen snapt het. Iedereen vindt het ook een billijk punt. Tegelijkertijd
vinden ze het ook niet het allerbelangrijkste punt. Ze zeggen: we moeten sowieso van
die nicotinezooi af, dus weg ermee. Maar dit is wel een heel belangrijke tussenstap.
Overigens weet u dat er over de meetmethode een rechtszaak loopt tegen de Staat. De
rechtbank Rotterdam heeft het Hof in Luxemburg prejudiciële vragen gesteld. De partijen
wachten nu op antwoord. Dat is de laatste tussenstap.
Dat is ook het laatste antwoord, voorzitter.
De voorzitter:
Nou, dat gaat heel vlotjes. Bent u al klaar voor een tweede termijn, mevrouw Gündoğan?
Ja? Dan mag ik u nu het woord geven.
Mevrouw Gündoğan (Volt):
Dank u wel, voorzitter. Overigens: als een pakje sigaretten € 20 of zelfs € 25 kost,
dan ben ik daar voor, hoor. De onderzoeken in Australië en Californië daarnaar zijn
namelijk bemoedigend om in ieder geval de kinderen ervan te weerhouden om te roken.
Desalniettemin dien ik de volgende motie in.
Motie
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat in het Nationaal Preventieakkoord de doelstelling opgenomen staat
dat een pakje sigaretten in 2023 € 10 zou gaan kosten;
overwegende dat om dit te bereiken de accijnzen per pakje sigaretten jaarlijks met
minimaal € 1 verhoogd dienen te worden;
overwegende dat tevens de evaluatie van de accijnsverhoging van 2020 met betrekking
tot de grenseffecten door het RIVM d.d. 11 juni toegestuurd is aan de Kamer;
verzoekt de regering in het Belastingplan voor 2022 een verhoging van de accijnzen
op tabak met € 1 per pakje sigaretten op te nemen,
en gaat over tot de orde van de dag.
De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door de leden Gündoğan, Kuik en Bikker.
Zij krijgt nr. 8 (35 665).
Dank u wel. Het woord is aan mevrouw Kuik.
Mevrouw Kuik (CDA):
Voorzitter. Ik heb één motie, die gaat over die nicotinezakjes. Je ziet dat daar weer
allerlei smaken voor zijn. Er is zelfs ook de smaak «tabak». Oké. Maar het is echt
marketing die zich richt op jongeren. Vandaar de volgende motie.
Motie
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat het gebruik van nicotinezakjes zonder tabak steeds populairder wordt;
constaterende dat uit onderzoek van het RIVM blijkt dat het gebruik van dergelijke
nicotinezakjes effecten op het hartritme kan veroorzaken, nicotineverslaving op kan
wekken en in stand kan houden en een nadelig effect op de ontwikkeling van het jonge
brein kan hebben, en dus schadelijk voor de gezondheid is;
overwegende dat het RIVM daarom adviseert het gebruik van nicotinezakjes te ontmoedigen;
verzoekt de regering om nicotinezakjes zonder tabak onder de Tabaks- en rookwarenwet
te brengen;
verzoekt de regering tevens te bezien of, totdat nicotinezakjes onder de Tabaks- en
rookwarenwet vallen, de handhavingsmogelijkheden van de Warenwet te gebruiken zijn,
en gaat over tot de orde van de dag.
De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door de leden Kuik, Bikker en Gündoğan.
Zij krijgt nr. 9 (35 665).
Dank u wel. Het woord is aan mevrouw Maeijer.
Mevrouw Maeijer (PVV):
Dank u, voorzitter. Ik heb één motie. Ik denk dat die voor zich spreekt, dus ik zal
de motie gelijk voorlezen.
Motie
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat een grote groep mensen kiest voor de e-sigaret als minder schadelijk
alternatief;
overwegende dat een verbod op smaakjes er mogelijk toe zal leiden dat mensen terugvallen
op de tabakssigaretten, hun producten over de grens halen of zelf gaan mengen;
verzoekt de regering het smaakverbod te heroverwegen,
en gaat over tot de orde van de dag.
De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Maeijer.
Zij krijgt nr. 10 (35 665).
Dank u wel. Mevrouw Bikker.
Mevrouw Bikker (ChristenUnie):
Voorzitter, dank u wel. Dank ook aan de Staatssecretaris voor zijn vele antwoorden
op de gestelde vragen.
Ik heb nog één punt. Ik noemde al de motie-Dik-Faber over het verhogen van de accijnzen
als een goede maatregel om het aantal rokers verder naar beneden te brengen en dus
te voorkomen dat mensen gezondheidsschade oplopen. Daar stonden zelfs 94 zetels achter.
Dat is dus wel echt nog meer steun in de rug van de Staatssecretaris. Tegelijkertijd
zou die steun natuurlijk nog meer kunnen groeien als ook een nieuwe Kamer zich in
deze proporties of groter uitspreekt. Daarom heb ik mijn handtekening met plezier
onder de motie van mevrouw Gündoğan gezet.
Ik gaf wat slecht gelukte ideeën – dat is maar goed ook – over hoe er telkens weer
inventief verder kan worden gekeken naar het inhaleren en consumeren van tabak of
tabakachtige artikelen. Mijn magnetronsuggestie heeft wel de lasagne van meneer Van
Campen enigszins onder druk gezet, maar gelukkig is het niet verder dan dat gekomen.
Maar mevrouw Kuik gaf al wel weer een voorbeeld aan van zo'n vernieuwend initiatief
dat toch weer genomen wordt. Juist daarom vraag ik de Staatssecretaris om daarin echt
stevig aan de bal te blijven, beter dan ons eigen oranje elftal dat op dit moment
kan, om telkens over al die schadelijke producten die maar ontwikkeld blijven worden,
onmiddellijk tegen jongeren te laten weten: doe dit niet en verzin iets leuks; ga
lekker sporten of doe andere gezonde dingen, want daar heb je je leven lang veel meer
plezier van.
Dank u wel. Natuurlijk dank voor de waardering voor het amendement. Met plezier houd
ik dat in stand en laat ik het volgende week dinsdag mede in stemming brengen.
De voorzitter:
Dank u wel. Mevrouw Van der Laan? Nee. Meneer Van Campen? Ook niet. Wilt u vijf minuutjes
schorsen?
Staatssecretaris Blokhuis:
Ik denk dat ik gelijk kan antwoorden.
De voorzitter:
Dat is helemaal goed! Maar moeten we niet heel even wachten totdat de moties verspreid
zijn?
Staatssecretaris Blokhuis:
Ik heb ze gehoord en ik heb er hier twee.
De voorzitter:
Zijn jullie ermee akkoord als de Staatssecretaris meteen begint, zonder dat we de
moties hebben? Ah, daar zijn ze al!
Staatssecretaris Blokhuis:
Ik heb de motie op stuk nr. 10 nog nodig. Ik heb hier al de moties op de stukken nrs.
8 en 9.
De voorzitter:
De Staatssecretaris heeft ze nu allemaal. Gaat uw gang.
Staatssecretaris Blokhuis:
Kan dat, voorzitter?
De voorzitter:
Ja, ik denk dat het goed is. Toch, dames en heer? Ja.
Staatssecretaris Blokhuis:
Voorzitter. Volgens mij is het ook best overzichtelijk wat erin staat, maar ik zal
het nog even heel kort aangeven. De motie van mevrouw Gündoğan op stuk nr. 8 is ondersteund
door de dames Kuik en Bikker. Daarin wordt de regering, het kabinet, opgeroepen om
de accijnsverhoging te effectueren. Zoals mevrouw Bikker het samenvatte, was er al
brede steun voor de motie van mevrouw Dik-Faber en mevrouw Kuik. Volgens mij waren
dat de twee indieners van de vorige motie. Mevrouw Kuik is de tel kwijt. Die motie
werd al heel breed ondersteund. Dat was een vrij heldere uitspraak richting het kabinet,
namelijk: ga over tot die accijnsverhoging. Dit zie ik ook als een duw die kant op.
Natuurlijk moet het kabinet in het kader van de begrotingsvoorbereiding een afweging
maken en kijken wat wel en niet kan, maar ik zie dit in het licht van die vorige motie
en van de appreciatie die mevrouw Bikker er zelf aan geeft, namelijk: de vorige Kamer
heeft een vergelijkbare uitspraak gedaan, dus laten we eens kijken hoeveel neuzen
we nu dezelfde kant op krijgen. Alleen al om die reden zou ik willen zeggen: oordeel
Kamer. De motie op stuk nr. 8 krijgt dus oordeel Kamer.
De motie op stuk nr. 9 over nicotinezakjes is volstrekt in lijn met wat wij willen
en zie ik dus als ondersteuning van het beleid. De motie op stuk nr. 9 krijgt oordeel
Kamer. Die gaat over nicotinezakjes.
Het oordeel over de motie op stuk nr. 10 zal u niet verbazen in het licht van wat
we gewisseld hebben. Ik wil nog één ding zeggen over die smaakjes. Dat had ik in de
eerste termijn niet paraat. Het idee dat mensen zelf illegale substanties gaan mengen,
is echt super- superonverstandig. Dat kan tot schadelijker damp leiden dan bij reguliere
vloeistoffen, dus: mensen, doe dat alsjeblieft niet. Maar om nu te zeggen dat we het
hele smaakjesvoorstel laten vallen... Het mag helder zijn dat ik die motie ten stelligste
wil ontraden in het licht van wat ik daarover in de eerste termijn heb gezegd.
De oproep van mevrouw Bikker om aan de bal te blijven, neem ik ter harte. Ik zal dat
proberen te doen.
De motie op stuk nr. 10 ontraad ik en de andere twee, de motie op stuk nr. 8 en de
motie op stuk nr. 9, krijgen oordeel Kamer.
De voorzitter:
Dank u wel. Ik dank u voor de beantwoording in de eerste en tweede termijn. We komen
daarmee bij de toezeggingen:
– Het onderzoek naar de scenario's inzake de shishalounges komt na het zomerreces naar
de Kamer.
– De Staatssecretaris zal de Kamer op korte termijn informeren over nicotine in niet-tabaksproducten.
De stemmingen over het wetsvoorstel en de moties zijn niet morgen, maar de week daarop:
op dinsdag. Ter herhaling: het amendement op stuk nr. 7 heeft oordeel Kamer gekregen.
Daarmee komen we aan het einde van dit wetgevingsoverleg. Ik dank mijn collega's voor
hun inbreng en ik dank de Dienst Verslag en Redactie, de bodes, de griffie en de mensen
die op afstand hebben meegekeken. Ik dank natuurlijk ook de Staatssecretaris en de
ambtelijke ondersteuning, maar die had ik volgens mij al bedankt. Daarmee zijn we
aan het einde gekomen van dit wetgevingsoverleg.
Sluiting 14.35 uur.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M. Agema, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
M.E. Esmeijer, griffier
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.