Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Koerhuis en Erkens over het bericht inzake overbelasting van elektriciteitsnetten in wijken
Vragen van de leden Koerhuis en Erkens (beiden VVD) aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over het bericht inzake overbelasting van elektriciteitsnetten in wijken (ingezonden 2 juli 2021).
Antwoord van Staatssecretaris Yeşilgöz-Zegerius (Economische Zaken en Klimaat), mede
namens de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (ontvangen 1 september
2021).
Vraag 1
Kent u het bericht «Elektriciteitsnet in steeds meer wijken overbelast»?1
Antwoord 1
Ja
Vraag 2
Is het waar dat de vraag naar elektriciteit zo snel stijgt dat het elektriciteitsnet
op steeds meer plaatsen overbelast raakt? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 2
Ja, de vraag naar transportcapaciteit op het elektriciteitsnet stijgt sinds een aantal
jaren significant. Initieel met name als gevolg van de invoeding van hernieuwbare
elektriciteit op plekken waar relatief weinig vraag is naar elektriciteit en het net
dus versterkt moest worden. Recent stijgt als gevolg van verdere elektrificatie en
digitalisering van bedrijven, mobiliteit en woningen ook de vraag naar transportcapaciteit.
Het Rijk heeft sinds 2019 verschillende maatregelen genomen zoals het instellen van
een transportindicatie in de SDE+(+), het openstellen van de spitstrook op het elektriciteitsnet
met de AMvB n-1 en de voorgenomen Energiewet die dit najaar aan de toezichthouders
wordt aangeboden voor een uitvoerings- en handhavings-toets. Ik verwijs u ook graag
naar de brieven die mijn ambtsvoorgangers hierover vanaf 2019 naar uw Kamer gestuurd
hebben (Kamerstukken 30 196, nr. 669, 29 023, nr. 260 en 29 023, nr. 268).
Netbeheerders hebben hun investeringen in extra capaciteit al significant op gevoerd
waarbij zij de komende jaren hun investeringen zullen verdubbelen. Helaas stijgt de
vraag naar transportcapaciteit harder dan netbeheerders bij kunnen benen onder andere
door een tekort aan technisch personeel en lange realisatietijden van energie-infrastructuur.
Vraag 3
Kunt u een overzicht geven van plaatsen waar het elektriciteitsnet overbelast is geraakt
en lange wachttijden voor aansluitingen zijn ontstaan?
Antwoord 3
Netbeheer Nederland publiceert een actueel landelijk overzicht van schaarse transportcapaciteit
op https://capaciteitskaart.netbeheernederland.nl/ voor de invoeding op het elektriciteitsnet voor partijen met een grootverbruikeraansluiting.
Netbeheer Nederland werkt nog aan een landelijk overzicht van schaarse transportcapaciteit
voor de afname van elektriciteit en verwacht dat dit najaar gereed te hebben. Wel
publiceert regionaal netbeheerder Liander deze gegevens al voor haar werkgebied op
https://www.liander.nl/transportschaarste/beschikbaarheid-capaciteit.
Daarnaast speelt de problematiek van afname in ieder geval ook op de Kempen in Noord-Brabant
in het werkgebied van regionaal netbeheerder Enexis.
Vraag 4
Is het waar dat woningen die zonnepanelen hebben hierdoor nu in de zomer soms worden
afgesloten van het elektriciteitsnet? Zo ja, in hoeverre gebeurt dit nu en verwacht
u dat dit straks gebeurt? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 4
Ja, als gevolg van invoeding van elektriciteit kunnen er spanningsproblemen ontstaan
op met name het laagspanningsnet waar woningen op aangesloten zijn. Het zonnepaneelsysteem
stopt dan met het invoeden van elektriciteit aan het elektriciteitsnet om de eigen
installatie en het net te beschermen. Wel kunnen woningen nog gewoon elektriciteit
afnemen. De netbeheerders kennen een toenemend aantal klachten over de spanningskwaliteit.
Netbeheerders administreren de oorzaak van de spanningsproblemen niet allemaal op
gelijke wijze waardoor ik op dit moment geen zicht heb op de exacte omvang. In alle
gevallen worden de klachten onderzocht en in het geval de oorzaak ligt in het elektriciteitsnet
wordt dit opgelost. De verwachting is wel dat het aantal spanningsproblemen verder
zal oplopen als gevolg van verder groei van zonnepanelen in woonwijken. Het aantal
zonnepanelen in Nederland is de afgelopen jaren exponentieel gegroeid. Dit ondersteunt
de energietransitie, maar zorgt wel voor additionele belasting van het elektriciteitsnet.
Vraag 5
Klopt het dat nieuwe bedrijven hierdoor nu niet meer kunnen worden aangesloten op
het elektriciteitsnet? Zo ja, in hoeverre gebeurt dit nu en verwacht u dat dit straks
gebeurt? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 5
Het klopt dat bedrijven die zich nieuw willen vestigen of willen uitbreiden in sommige
regio’s geconfronteerd worden met schaarse transportcapaciteit. In verschillende regio’s
is er voor bedrijven (met een aansluitwaarde groter dan 3x80 Ampère) op dit moment
geen transportcapaciteit beschikbaar en deze bedrijven moeten hun plannen uitstellen.
Dit heeft geen gevolgen voor bestaande bedrijven die geen extra transportcapaciteit
vragen. De netbeheerders verwachten dat ondanks hun investeringen er regionaal sprake
zal blijven van transportschaarste en dat deze eerder zal toenemen dan afnemen.
Vraag 6
In hoeverre verwacht u dat nieuwe woningen hierdoor straks niet meer kunnen worden
aangesloten op het elektriciteitsnet en dat de bouw wordt geremd? Wat gaat u doen
om dit te voorkomen?
Antwoord 6
Ook de woningbouw kan geraakt worden door de transportschaarste op het net. Zo is
er in de gemeente Leeuwarden hard gewerkt om een geplande nieuwbouwwijk waar transportschaarste
dreigde bij oplevering toch ook van voldoende transportcapaciteit te voorzien, waarbij
er momenteel nog geen oplossing lijkt te zijn voor voorzieningen die meer transportcapaciteit
vragen. Zie hierover ook de eerdere beantwoording op Kamervragen van uw leden A. de
Vries en Erkens (beiden VVD), Vergaderjaar 2020–2021, nr. 2803.
Ondanks alle inspanningen van netbeheerders is het denkbaar dat er uiteindelijk ook
voor nieuwbouwwijken onvoldoende capaciteit beschikbaar is. Het is belangrijk dat
gemeenten en projectontwikkelaars in een vroeg stadium in overleg treden met de netbeheerder
en op tijd een aansluiting aanvragen, zeker als er sprake is van een warmtevoorziening
gebaseerd op elektriciteit waardoor het elektriciteitsnet zwaarder moet worden uitgevoerd.
Daarnaast bevat het Bouwbesluit nu al de mogelijkheid om als gevolg van locatiegebonden
omstandigheden af te wijken van de gestelde eisen voor hernieuwbare energie in nieuwbouwwoningen
waardoor de woningbouwopgave niet gehinderd hoeft te worden door eisen voor hernieuwbare
energie die als gevolg van schaarse transportcapaciteit niet kunnen worden waargemaakt.
In een dergelijk geval dient altijd wel het percentage hernieuwbare energie te worden
gerealiseerd dat rekening houdend met deze situatie mogelijk is. Bevoegd gezag beoordeelt
of mag worden afgeweken van de gestelde eisen voor hernieuwbare energie.
Vraag 7
In hoeverre verwacht u dat bijvoorbeeld in de winter de elektriciteitsvoorziening
voor warmtepompen stopt en nieuwe woningen niet kunnen worden verwarmd op plaatsen
waar het elektriciteitsnet overbelast is geraakt? Wat gaat u doen om dit te voorkomen?
Antwoord 7
Netbeheerders houden rekening met de benodigde transportcapaciteit voor woningen en
leggen daar het elektriciteitsnet op uit. Hiermee houden zij ook rekening met het
type warmtevoorziening: een wijk met een warmtenet heeft minder transportcapaciteit
nodig dan een wijk met elektrische warmtepompen.
Schaarse transportcapaciteit kan wel een rol spelen voor woningen die nog gebouwd
moeten worden of bestaande woningen die worden omgebouwd naar all-electric waarbij
eerst netuitbreiding noodzakelijk is.
Voor bestaande wijken is het daarom belangrijk dat netbeheerders op de hoogte zijn
van de ontwikkeling van de warmtevoorziening. Onder andere om deze reden is in het
Klimaatakkoord afgesproken dat gemeenten eind 2021 een Transitievisie Warmte moeten
vaststellen. Met deze Transitievisie maken gemeenten het tijdspad inzichtelijk: wanneer
kunnen welke wijken of buurten van het aardgas worden afgekoppeld. Voor de wijken
of buurten die voor 2030 gepland staan, maakt de gemeente ook al de mogelijke warmte-alternatieven
bekend. Op basis van deze plannen kunnen netbeheerders het elektriciteitsnet uitbreiden
voor de warmtevoorziening in de wijk.
Vraag 8
Wat gaat u doen om problemen van nieuwe bedrijven op te lossen die nu niet kunnen
worden aangesloten op het elektriciteitsnet?
Antwoord 8
In het kader van het Programma Energiesysteem wil ik de publieke regie, planning en
prioritering van energie-infrastructuur vorm gaan geven op nationaal niveau. Hierbij
wil ik ook kijken naar hoe en welke vorm van (centrale) opwek het efficiëntst kan
worden ingepast in het totale energiesysteem. Ook wordt samen met gemeenten, provincies
en netbeheerders gewerkt aan een planning om inpassing van infra te verbeteren. Hiermee
zal sturing worden aangebracht, wat echter niet betekent dat in de toekomst uit te
sluiten is dat er bedrijven zijn die geraakt worden door schaarse transportcapaciteit.
Ik verwijs hierbij ook naar de laatste brief hierover, Kamerstuk 29 023, nr. 268.
Vraag 9
Bent u bereid, om problemen in de toekomst te voorkomen, toe te staan dat nieuwe woningen
op het gasnet worden aangesloten op plaatsen waar er in de toekomst geen zicht is
op een warmtenet en het elektriciteitsnet overbelast is geraakt?
Antwoord 9
Decentrale overheden dienen in hun ruimtelijk beleid gericht op nieuwbouw voldoende
rekening te houden met de tijdige realisatie van de vitale energie-infrastructuur,
net zozeer als dit gebeurt voor bijvoorbeeld autowegen, waterwegen en OV-verbindingen.
De Gaswet geeft de mogelijkheid aan het college van burgemeester en wethouders om
een gebied aan te wijzen waar het aansluiten van woningen op het gasnet vanwege het
algemeen belang noodzakelijk is, zie ook de evaluatie van deze mogelijkheid (Kamerstuk
34 627, nr. 51). Mocht het zo zijn dat vanwege de transportschaarste op het elektriciteitsnet de
woningbouwopgave gehinderd zou worden dan kan een gemeente dit meenemen in haar afweging
om in zo’n geval toch te kiezen voor een gasaansluiting. In een dergelijk geval moeten
gemeenten wel in de Transitievisie Warmte aangeven hoe het gasverbruik verduurzaamd
wordt.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
D. Yesilgöz-Zegerius, staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat -
Mede namens
K.H. Ollongren, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.