Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Eppink over zich, tegen de wil van de Kamer, niet uitspreken namens Armeense krijgsgevangenen
Vragen van het lid Eppink (JA21) aan de Minister van Buitenlandse Zaken over zich, tegen de wil van de Kamer, niet uitspreken namens Armeense krijgsgevangenen (ingezonden 1 juli 2021).
Antwoord van Minister Kaag (Buitenlandse Zaken) (ontvangen 16 juli 2021).
Vraag 1
Bent u bekend met de motie-Eppink (Kamerstuk 21 501-02, nr. 2370), ingediend ter voorbereiding van de Raad Buitenlandse Zaken 21 juni 2021, om «alle
Armeense krijgsgevangenen en gedetineerde burgers vrij te laten en te repatriëren?»
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Bent u ervan op de hoogte dat de motie-Eppink Kamerbreed is ondersteund?
Antwoord 2
Ja.
Vraag 3
Om welke redenen heeft u de breed aangenomen motie-Eppink «om alle Armeense krijgsgevangenen
en gedetineerde burgers vrij te laten en te repatriëren» niet geagendeerd voor de
Raad Buitenlandse Zaken van 21 juni, terwijl de Kamer u hier wel tot heeft opgedragen?
Antwoord 3
Tijdens het tweeminutendebat van 17 juni jl. heb ik aangegeven dat ik de strekking
van de motie steun. Ik stelde dat dit onderwerp niet op de agenda van de Raad stond,
maar dat ik naar andere mogelijkheden zou zoeken om dit elders op te brengen.1 Dit heb ik gedaan. Zo heb ik dit op ministerieel niveau besproken met directe betrokkenen
bij het proces. Ik heb in de Kamerbrief van 7 juli jl. (2021Z13070) gerapporteerd over de uitvoering van deze motie.
Vraag 4
Op welke manieren heeft u tot dusver op andere wijze gepoogd Azerbeidzjan ertoe te
bewegen de Armeense krijgsgevangen en gedetineerde burgers vrij te krijgen?
Antwoord 4
Zowel via de EU als bilateraal heeft Nederland Azerbeidzjan opgeroepen om alle krijgsgevangenen
vrij te laten. Ook tijdens vergaderingen in multilateraal verband (OVSE, Raad van
Europa, Mensenrechtenraad) is dit opgebracht.
Op 3 juli jl. zijn er wederom vijftien krijgsgevangenen vrijgelaten. Dit is een kleine
stap in de goede richting. Nederland en de EU blijven Azerbeidzjan oproepen álle krijgsgevangenen
vrij te laten in lijn met de verplichtingen onder internationaal recht. Deze boodschap
is ook overgebracht aan Azerbeidzjan tijdens het bezoek aan de drie Kaukasuslanden
door drie EU-ministers (Oostenrijk, Litouwen en Roemenië) op 24-25 juni jl. Hierover
heb ik in de Raad Buitenlandse Zaken op 12 juli jl. mijn waardering uitgesproken.
Vraag 5
Op welke manieren en op welke bijeenkomsten zult u zich inzetten om de bovenstaande
motie-Eppink alsnog uit te voeren?
Antwoord 5
Tijdens de Raad Buitenlandse Zaken van 12 juli jl. heb ik nogmaals het belang onderstreept
van de onmiddellijke vrijlating van de krijgsgevangenen. Naar aanleiding van het recente
bezoek van drie EU-ministers aan de Zuidelijke Kaukasus werd er over het conflict
gesproken waar eenzelfde boodschap inzake Armeense krijgsgevangenen aan Azerbeidzjan
is overgebracht. Hiervoor heb ik tijdens de Raad mijn waardering uitgesproken. Ook
bij andere toekomstige gelegenheden zal ik mij hiertoe blijven inzetten. Het is van
groot belang dat deze krijgsgevangenen z.s.m. worden vrijgelaten.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S.A.M. Kaag, minister van Buitenlandse Zaken
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.